Regeling vervallen per 04-10-2017

Verordening meedoen

Geldend van 18-04-2013 t/m 03-10-2017 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2013

Intitulé

Verordening meedoen

Nummer: 2013-016B

De raad van de gemeente Nijkerk;

gelezen het collegevoorstel van 29 januari 2013;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de: Verordening meedoen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. Aanvrager: een persoon van 18 jaar of ouder, die ten behoeve van zichzelf en/of diens partner en/ofinwonende minderjarige kinderen een bijdrage op grond van deze verordening vraagt.

  • 2. Inkomen:

    • a.

      het bruto maandinkomen van de aanvrager en diens eventuele partner verkregen uit arbeid,

      uitkering, pensioen en alimentatie; of, indien van toepassing

    • b.

      het naar bruto maandinkomen teruggerekende inkomen van de aanvrager en diens eventuele partner, hoofdzakelijk verkregen uit zelfstandig beroep op basis van de meest recente belasting- aangifte niet ouder dan twee jaar.

  • 3.

    • a.

      Eénpersoonshuishouden: de aanvrager zonder partner en zonder inwonende minderjarige kinderen.

    • b.

      Meerpersoonshuishouden: de aanvrager, diens partner en/of inwonende minderjarige kinderen.

  • 4. Indien een begrip niet of niet eenduidig is omschreven, geeft het college hier nadere invulling aan.

Artikel 2 Grondslag

  • 1. Het college verstrekt aan belanghebbenden die voldoen aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 5 een bijdrage in de kosten van deelname aan sociaal-culturele en sportieve activiteiten.

  • 2. Het college stelt ter uitvoering van deze verordening beleidsregels en/of nadere regels vast.

Artikel 3 Activiteiten

De bijdrage wordt verstrekt in de kosten van nader door het college te bepalen activiteiten op het gebied van sport, maatschappelijke deelname, cultuur en recreatie, vorming en ontspanning.

Artikel 4 Maximumbijdrage

De bijdrage is maximaal € 150,00 per persoon per kalenderjaar.

Artikel 5 Voorwaarden

  • 1. Belanghebbenden op wie de aanvraag betrekking heeft, wonen in de gemeente Nijkerk en staan ingeschreven in de Gemeentelijke Basisadministratie van deze gemeente.

  • 2. Belanghebbenden op wie de aanvraag betrekking heeft, bezitten de Nederlandse nationaliteit ofhebben in de Gemeentelijke Basisadministratie een vreemdelingencode die niet aan eventuele verlening van bijstand in de weg zou staan.

  • 3. Het inkomen van de aanvrager en diens eventuele partner bedraagt in de kalendermaand rechtstreeks voorafgaande aan de aanvraag exclusief vakantietoeslag niet meer dan:

    • a.

      100% van het toepasselijke bruto minimumloon voor een éénpersoonhuishouden;

    • b.

      120% van het toepasselijke bruto minimumloon voor een meerpersoonshuishouden.

Artikel 6 Aanvraag en declaraties

  • 1. Aan belanghebbenden die een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand (WWB) voor levensonderhoud ontvangen, wordt ambtshalve een toekenningsbeschikking op grond van deze verordening afgegeven.

  • 2. Overige belanghebbenden kunnen vóór het einde van het kalenderjaar een aanvraag op grond van deze verordening indienen bij het college met behulp van een daarvoor bestemd aanvraag- en inlichtingenformulier.

  • 3. Belanghebbenden aan wie een bijdrage op grond van deze verordening is toegekend, kunnen binnen de grenzen van de toekenningsbeschikking declaraties van gemaakte kosten indienen bij het college.

  • 4. Declaraties met betrekking tot een kalenderjaar moeten, om voor vergoeding in aanmerking te kunnen komen, vóór 1 februari van het daarop volgende jaar door het college zijn ontvangen.

  • 5. Declaraties worden getoetst aan de toekenningsbeschikking en het in of krachtens deze verordening bepaalde.

Artikel 7 Verplichtingen

Belanghebbenden zijn verplicht:

  • a.

    a.tijdig en volledig alle bewijsstukken over te leggen die het college voor de inhoudelijke beoordeling van de aanvraag noodzakelijk acht;

  • b.

    alle bewijsstukken te tonen voor het uitbetalen van de declaraties;

  • c.

    de bijdrage terug te betalen als deze door hun eigen toedoen ten onrechte is verstrekt.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt, onder intrekking van de Verordening stimulering deelname aan sociaal-culturele

en sportieve activiteiten, acht dagen na publicatie in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening meedoen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van de raad van de gemeente Nijkerk
d.d. 28 maart 2013 en vervolgd op 2 april 2013,
de griffier,
de voorzitter,
de heer O. VAN KOLCK de heer mr. drs. G. D. RENKEMA

ALGEMENE TOELICHTING

In de Wet werk en bijstand (WWB) wordt onderscheid gemaakt tussen algemene bijstand en bijzondere bijstand. Algemene bijstand is de bijstand ter voorziening in de algemene noodzakelijke kosten van bestaan. Bijzondere bijstand wordt toegekend voor zover de alleenstaande of het gezin niet beschikt over de middelen om te voorzien in de uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan en deze kosten naar het oordeel van het college niet kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm. Bij bijzondere bijstand dient het altijd te gaan om kosten die voor een individu bijzonder en noodzakelijk zijn. De kosten van deelname aan sociaal-culturele en sportieve activiteiten worden daar niet toe gerekend; zij behoren in beginsel tot de algemene kosten van het bestaan. In financiële zin betekenen deze kosten echter een behoorlijke aanslag op het netto besteedbaar inkomen van het individu of het gezin, zodat mensen met een minimum inkomen vaak af moeten zien van deelname. De Verordening beoogt de deelname aan sociaal-culturele en sportieve activiteiten te stimuleren, door de financiële drempels te verlagen.

De Verordening Meedoen (voorheen de Verordening stimulering deelname aan sociaal-culturele en sportieve activiteiten – VSCSA) biedt inwoners van de gemeente Nijkerk, die een minimuminkomen hebben, de mogelijkheid om kosten van sociaal-culturele en sportactiviteiten te declareren bij de gemeente tot een maximum van € 150 per persoon (gezinslid) binnen de doelgroep.

Voor de uitvoering kan het college een nadere regeling of een beleidsregel vaststellen.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Dit spreekt voor zich en als een begrip niet of niet eenduidig is omschreven, bepaalt het college de nadere invulling.

Artikel 2 Grondslag

Het creëren van een voorziening voor een tegemoetkoming in de kosten voor deelname aan sociaal-culturele en sportieve activiteiten is een bevoegdheid van de gemeenteraad op grond van de Gemeentewet. De verordening omvat de hoofdlijn van de regeling. De verder invulling wordt aan het college overgelaten.

Artikel 3 Activiteiten

De verordening omschrijft de doeleinden waarvoor een bijdrage kan worden gekregen. Het college werkt dit nader uit in een beleidsregel.

Artikel 4 Maximumbijdrage

De gemaakte kosten worden tot ten hoogste € 150,00 vergoed.

Artikel 5 Voorwaarden

De voorwaarden spreken voor zich.

In tegenstelling tot de voorgaande verordening (VSCSA) is het begrip zelfstandige huishouding losgelaten, omdat dit leidde tot ongewenste uitsluiting van bijvoorbeeld inwonende meerderjarige kinderen die nog een opleiding volgen of meerderjarige personen die deel uitmaken van een woongroep.

Artikel 6 Aanvraag en declaraties

De aanvraagprocedure en het afhandelen van declaraties wordt door het college nader ingevuld.

Artikel 7 Verplichtingen

Het tonen van bewijsstukken is voldoende. Zij hoeven niet meer te worden overgelegd.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit spreekt voor zich.

Artikel 9 Citeertitel

Dit artikel spreekt voor zich.