Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Noordenveld 2015

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Noordenveld 2015

De raad van de gemeente Noordenveld;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 september 2015,

overwegende dat het verplicht is bij verordening regels te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van uitkering, alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet;

gelet op artikel 8b van de Participatiewet; artikel 35, sub b van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en artikel 35, sub b van de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

besluit vast te stellen de: Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Noordenveld 2015.

Hoofdstuk 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Algemene bepalingen

Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet.

Artikel 2 Begrippen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. het bestuur: het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier;

b. ISD: Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier,

c. uitkering: algemene bijstand dan wel bijzondere bijstand op grond van de Participatiewet, alsmede een uitkering op grond van de IOAW en de IOAZ.

Artikel 3 Opdracht aan het bestuur

Het bestuur zorgt voor de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de wetten waaronder de bestrijding van fraude, misbruik en oneigenlijk gebruik daarvan.

Hoofdstuk 2. HOOGWAARDIG HANDHAVEN

Artikel 4 Preventie

  • 1. Om misbruik en oneigenlijk gebruik van uitkeringen te voorkomen en tegen te gaan verstrekt het bestuur vroegtijdig informatie over de aan het recht op uitkering verbonden rechten en plichten alsmede over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik van de uitkering.

  • 2. Het bestuur draagt zorg voor een optimale dienstverlening met het doel de nalevingbereidheid van regels onder uitkeringsgerechtigden te vergroten.

Artikel 5 Repressie

  • 1. Het bestuur zet in op vroegtijdige detectie en afhandeling van misbruik en oneigenlijk gebruik van de uitkering.

  • 2. Het recht op de uitkering en de rechtmatigheid van de verstrekte uitkering wordt onder meer gecontroleerd door middel van signaalcontroles en themacontroles.

  • 3. Het bestuur draagt zorg voor het op efficiënte wijze verkrijgen en onderzoeken van relevante informatie van de belanghebbende en derden met betrekking tot de uitkeringsaanvraag of voortzetting van de uitkering.

  • 4. Indien de belanghebbende tekortschietend besef van verantwoordelijkheid betoont voor de voorziening in het bestaan dan wel uit de wet voortvloeiende verplichtingen, met uitzondering van de inlichtingenplicht als bedoeld in lid 5, niet of onvoldoende nakomt, vindt afstemming van de uitkering plaats overeenkomstig de afstemmingsverordening.

  • 5. Indien de belanghebbende onjuiste, onvolledige of in het geheel geen inlichtingen verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de hoogte, de duur of de voortzetting van de uitkering, legt het bestuur een boete op zoals is voorgeschreven in de wetten.

  • 6. De ten onrechte verstrekte uitkering wordt teruggevorderd en ingevorderd zoals is voorgeschreven in de wetgeving en het gemeentelijk beleid.

Artikel 6 Aangifte bij Openbaar Ministerie

Indien een gedraging van een belanghebbende leidt tot benadeling van de ISD doet het bestuur, onverminderd de mogelijkheid de ten onrechte ontvangen kosten van uitkering terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie in overeenstemming met de wet- en regelgeving.

Hoofdstuk 3 VERANTWOORDING

Artikel 7 Verantwoording

Het bestuur informeert de gemeenteraad jaarlijks over de uitvoering en de resultaten op het gebied van handhaving.

Hoofdstuk 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 8 Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen, wanneer onverkorte toepassing van deze verordening zou leiden tot een klaarblijkelijke hardheid op grond van specifieke individuele situaties, kan het bestuur gemotiveerd beslissen om af te wijken van een of meer bepalingen van deze verordening.

Artikel 9 Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2015.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Handhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ, gemeente Noordenveld 2015.