Regeling vervallen per 19-12-2023

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie

Geldend van 01-01-2006 t/m 18-12-2023

Intitulé

Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Gemeentewet;

  • b.

    commissie: rekenkamercommissie;

  • c.

    voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;

  • d.

    college: college van burgemeester en wethouders;

  • e.

    rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Olst-Wijhe;

  • f.

    griffier: de raadsgriffier van de gemeente Olst-Wijhe;.

  • g.

    vergaderquorum: tenminste 3 leden, waaronder de voorzitter.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

  • 1. Er is een rekenkamercommissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid als de rekenkamercommissie.

  • 2. De commissie bestaat uit 4 leden, waarvan 2 externe leden en 2 interne leden.

  • 3. De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur gevoerde bestuur. Een door de commissie gevoerd onderzoek bevat geen controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, tweede lid van de wet.

Artikel 3 Benoeming leden

  • 1. De raad benoemt de interne leden van de commissie uit zijn midden.

  • 2. De raad benoemt de externe leden van de commissie, de raad kan plaatsvervangend leden van de commissie benoemen; het bepaalde in artikel 81f van de wet is van overeenkomstige toepassing

  • 3. De leden van de commissie die tevens raadsleden zijn, worden voor een periode gelijk aande zittingsduur van de raad benoemd. De leden die niet deel uitmaken van de raad worden voor een periode van zes jaar benoemd.

  • 4. Leden van de commissie zijn één maal herbenoembaar.

Artikel 4 Voorzitter

  • 1. De raad benoemt de voorzitter uit de externe leden van de commissie.

  • 2. De voorzitter is belast met:

    • a.

      het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie,

    • b.

      het leiden van de vergaderingen,

    • c.

      het bewaken van de uitgangspunten, de werkwijze

    • d.

      het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

    De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de onderzoekers en met het secretariaat.

  • 3. De commissie voorziet in een vervangingsregeling bij afwezigheid van de voorzitter.

Artikel 5 Eed of belofte

Ten aanzien van de externe leden is artikel 81g van de wet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

  • 1. De raad ontslaat de leden en plaatsvervangende leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2. Een intern lid van de rekenkamer wordt door de raad ontslagen:

    a. op eigen verzoek;

    b. indien het lid aftreedt als lid van de gemeenteraad;

    c. indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van decommissie te vervullen.

  • 3. Een extern lid van de rekenkamer wordt door de raad ontslagen:

    a. op eigen verzoek;

    b. bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de commissie, overeenkomstig het in artikel 81f van de wet bepaalde;

    c. wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    d. indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

    e. indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt is de functie van lid van de commissie te vervullen.

  • 4. De externe leden van de commissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

Artikel 7 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de commissie

  • 1. De leden ontvangen een door de raad te bepalen vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie.

  • 2. De vergoeding genoemd in het eerste lid komt ten laste van het budget van de commissie.

Artikel 8 Secretaris

  • 1. De raad benoemt de secretaris in overleg met de commissie.

  • 2. De secretaris staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3. De secretaris is organisatorisch ondergebracht bij de griffie.

  • 4. De secretaris draagt tenminste zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging en de vorming van dossiers.

Artikel 9 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming aan de raad.

De commissie vergadert niet indien het vergaderquorum niet aanwezig is.

Artikel 10 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

  • 1. De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie ter kennisneming aan de raad verstuurd.

  • 3. De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De commissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 11 Werkwijze

  • 1. De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek. Hiertoe legt de commissie in een onderzoeksprotocol vast volgens welke methodiek de commissie onderzoeken uitvoert; het onderzoeksprotocol wordt ter kennisname naar de raad gezonden.

  • 2. De commissie stelt het jaarverslag in februari vast en zendt het jaarverslag daarna onverwijld naar de raad en het college ter kennisname.

  • 3. De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren van de gemeente alle inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4. Bij lopende onderzoeken oordeelt de commissie of het wenselijk is om de raad tussentijds te informeren.

  • 5. De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten.

  • 6. De commissie vergadert in beslotenheid, haar onderzoeksrapporten en de jaarverslagen van de commissie zijn openbaar. Op grond van artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 7. Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie met inachtneming van het beschikbare budget gebruik maken van externe personen of bureaus.

  • 8. De commissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door de commissie te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn diegenen wier taakuitvoering (mede) onderwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt voorts wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9. Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en voorstellen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 12 Budget

  • 1. De commissie is bevoegd binnen een door de raad aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2. Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    a. de vergoedingen aan de voorzitter en leden van de commissie ;

    b. de secretaris;

    c. externe deskundigen die eventueel door de commissie zijn ingeschakeld;

    d. eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3. De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording

    verschuldigd aan de raad.

  • 4. De griffier treedt op als budgethouder van het budget van de commissie.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2006.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie'.

Inhoudsopgave

Artikel 1 Begripsbepalingen

Artikel 2 Rekenkamercommissie

Artikel 3 Benoeming leden

Artikel 4 Voorzitter

Artikel 5 Eed of belofte

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

Artikel 7 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de commissie

Artikel 8 Secretaris

Artikel 9 Reglement van orde

Artikel 10 Onderwerpselectie en opdrachtverlening

Artikel 11 Werkwijze

Artikel 12 Budget

Artikel 13 Inwerkingtreding

Artikel 14 Citeertitel