Regeling vervallen per 23-05-2013

Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen gemeente Olst-Wijhe

Geldend van 02-07-2010 t/m 22-05-2013

Intitulé

Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen gemeente Olst-Wijhe

De raad van de gemeente Olst-Wijhe;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 mei 2010, nr. 2010/47;

gelet op artikel 147 van de Gemeentewet, artikel 8a van de Wet werk en bijstand, artikel 12 van de Wet investeren in jongeren, artikel 35 eerste lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), artikel 35, eerste lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

besluit

vast te stellen de Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen gemeente Olst-Wijhe

Artikel 1. Definities

  • a.

    De wet: de Wet werk en bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen, de Wet inkomensvoorziening kunstenaars en de Wet investeren in jongeren.

  • b.

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Olst-Wijhe;

  • c.

    Gemeente: gemeente Olst-Wijhe;

  • d.

    Handhaven: bewerkstelligen dat de wet wordt nageleefd;

  • e.

    Fraude: het ten onrechte geheel of gedeeltelijk ontvangen van bijstand of een inkomensvoorziening door het verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen aan de vakgroep Sociale Zaken;

  • f.

    Misbruik: het ontvangen van bijstand of een inkomensvoorziening in strijd met de wettelijke voorschriften, waarbij het ten onrechte ontvangen aan de ontvanger van de bijstand of een inkomensvoorziening is te wijten.

  • g.

    Oneigenlijk gebruik: het ontvangen van bijstand of een inkomensvoorziening volgens de regels van de wet, maar in strijd met of buiten de bedoeling die bij de totstandkoming van die wet heeft bestaan.

  • h.

    Afstemmingsverordening: de verordening gebaseerd op artikel 8 lid 1 onder b van de Wet werk en bijstand, de maatregelenverordening Wet investeren in jongeren en de Maatregelverordening IOAW/IOAZ;

  • i.

    Inlichtingenplicht: de verplichtingen genoemd in artikel 17 lid 1, 2 en 4 van de Wet werk en bijstand, de artikelen 28 lid 2 en 29 lid 1 van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, artikel 13 IOAW/IOAZ en artikel 44 van de Wet investeren in Jongeren;

  • j.

    Beleidsregels terugv ordering: de regels zoals genoemd in de vastgestelde beleidsregels terugvordering Inkomensvoorzieningen gemeente Olst-Wijhe.

Artikel 2. Beleid

De gemeenteraad stelt het gemeentelijk beleid vast op het gebied van handhaving, waaronder de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand of inkomensvoorziening, misbruik en oneigenlijk gebruik van de Wet werk en bijstand, de Wet investeren in jongeren, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.

Artikel 3. Opdracht aan het college

Het college zorgt voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand of inkomensvoorziening alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de Wet werk en bijstand, de Wet investeren in jongeren, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen. Het college voert in dit kader het beleid als bedoeld in artikel 2 uit.

Artikel 4. Handhavingsplan

Het college draagt in het kader van de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand of een inkomensvoorziening alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet eenmaal per 2 jaar zorg voor het opstellen van een handhavingsplan.

Artikel 5. Inhoud handhavingsplan

Beoogd wordt dat alleen diegenen die daadwerkelijk recht op een uitkering hebben, een uitkering ontvangen die in overeenstemming is met de Wet werk en bijstand, de Wet investeren in jongeren, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen. In het in artikel 4 genoemde handhavingsplan komt in ieder geval aan de orde;

  • ·

    vergroten spontane naleving van aan de wet verbonden verplichtingen;

  • ·

    vroegtijdige detectie;

  • ·

    het optimaliseren van handhavingmiddelen;

  • ·

    daadwerkelijk sanctioneren.

Artikel 6. Afstemming en terugvordering

  • 1. Als de belanghebbende onjuiste, onvolledige of in het geheel geen inlichtingen verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de hoogte, de duur van of het recht op (voortzetting van) bijstand, werkleeraanbod of inkomensvoorziening, verlaagt het college de uitkering of inkomensvoorziening conform de afstemmingsverordening gemeente Olst-Wijhe, de maatregelenverordening wet investeren in Jongeren en de maatregelverordening IOAW/IOAZ, onverminderd de eventuele terugvordering van ten onrechte ontvangen bijstand of inkomensvoorziening.

  • 2. Terugvordering van ten onrechte ontvangen bijstand vindt plaats overeenkomstig de wet en de beleidsregels terugvordering bijstand en inkomensvoorziening gemeente Olst-Wijhe.

Artikel 7. Verhaal

  • 1. Kosten van bijstand of een inkomensvoorziening kunnen worden verhaald op grond van de beleidsregels verhaal WWB.

  • 2. Van verhaal kan worden afgezien als daarvoor dringende redenen aanwezig zijn.

Artikel 8. Verantwoording

Het college legt jaarlijks verantwoording af aan de raad door middel van een verslag over de handhaving.

In dit verslag rapporteert het college in ieder geval over:

  • ·

    het aantal gevallen waarin preventief onderzoek heeft geleid tot het niet behandelen of afwijzen van de aanvraag;

  • ·

    het aantal gevallen waarin is vastgesteld dat bijstand ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend;

  • ·

    de aard van de ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende bijstand;

  • ·

    de hoogte van de ten onrechte of tot een te hoog bedrag verleende bijstand;

  • ·

    in hoeveel gevallen is ingevorderd en tot welk bedrag;

  • ·

    in hoeveel gevallen proces-verbaal is opgemaakt.

Artikel 9. Aangifte Openbaar Ministerie

Leidt het niet nakomen van de informatieverplichting tot een benadelingbedrag dat hoger is dan de aangiftegrens, of is er gelet op de inhoud van de Aanwijzing Sociale Zekerheidsfraude een andere reden om aangifte te doen dan is het college verplicht aangifte te doen bij het Openbaar Ministerie en bevordert het college dat er een proces-verbaal wordt opgemaakt.

Artikel 10. Slotbepaling

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 11. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening Handhaving inkomensvoorzieningen gemeente Olst-Wijhe.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na publicatie onder gelijktijdige intrekking van de Verordening Handhaving Wet werk en bijstand 2005

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering d.d. 21 juni 2010.

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

………………………………………………………………..…………………………………………………………….

B.A. Duursema. A.G.J. Strien.

Inhoudsopgave

Artikel 1. Definities

Artikel 2. Beleid

Artikel 3. Opdracht aan het college

Artikel 4. Handhavingsplan

Artikel 5. Inhoud handhavingsplan

Artikel 6. Afstemming en terugvordering

Artikel 7. Verhaal

Artikel 8. Verantwoording

Artikel 9. Aangifte Openbaar Ministerie

Artikel 10. Slotbepaling

Artikel 11. Citeertitel

Artikel 12. Inwerkingtreding

Toelichting 

In zowel de WWB als de WIJ en de IOAW/IOAZ is voorgeschreven dat de gemeente een verordening moet opstellen die de handhaving regelt. Er worden geen eisen gesteld aan de inhoud van het beleid.

Artikel 8a WWB luidt: “De gemeenteraad stelt in het kader van het financiële beheer bij verordening regels voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet”. In de overige regelingen zijn bepalingen van gelijke strekking opgenomen. Het college moet in een plan van aanpak of fraudebeleidsplan aangeven hoe zij denkt misbruik te voorkomen en hoe aan de eisen van rechtmatigheid wordt voldaan. Er ligt een duidelijke relatie met de afstemmingsverordening en met de beleidsregels rond terugvordering- en het debiteurenbeleid. In de afstemmingsverordening wordt aangegeven hoe gemeente omgaat met geconstateerde fraude. Oftewel met hoeveel procent gaat de gemeente de uitkering verlagen en hoe lang deze verlaging van de bijstand of de inkomensvoorziening duurt. In de beleidsregels over terugvordering en het debiteurenbeleid is terug te vinden hoe de gemeente het geconstateerde fraudebedrag van de klant terugvordert. In de handhavings-verordening dient de nadruk veel meer te liggen op het voorkomen van fraude en op welke wijze de gemeente frauduleus gedrag opspoort.

Er is bewust voor gekozen deze verordening niet de naam fraudeverordening mee te geven maar om in de plaats daarvan te spreken van handhaving. Door deze naamgeving wordt benadrukt dat het niet alleen gaat om de opsporing van fraude maar dat het voorkomen van fraude een aspect is dat minstens zo belangrijk is. Handhaving is niet alleen gericht op de opsporing van gepleegde fraude maar beoogt tevens spontane naleving van de wet- en regelgeving.

Een goed handhavingsbeleid is van belang om:

  • -

    te voorkomen dat gemeenschapsgeld onterecht wordt uitgegeven;

  • -

    het draagvlak onder burgers voor bijstandsverstrekking te behouden;

  • -

    de uitgaven op het Inkomensdeel te beperken.

Artikelgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsomschrijving

Dit artikel bevat de verschillende begripsomschrijvingen.

Artikel 2. en 3. Beleid en opdracht aan het college

De gemeenteraad stelt het handhavingsbeleid vast. Het college voert het beleid uit en streeft zoveel mogelijk naar realisatie van de (sub)doelstellingen.

Artikel 4. Handhavingsplan

Het college stelt eenmaal per 2 jaar een handhavingsplan vast waarin maatregelen en methoden staan opgenomen gericht op het voorkomen en bestrijden van fraude.

Artikel 5. Inhoud handhavingsplan

In dit artikel is aangegeven welke onderwerpen in het gemeentelijke handhavingsplan op zijn minst aan bod moeten komen.

Artikel 6. Afstemming en terugvordering

Wanneer de ontvanger van bijstand of een inkomensvoorziening onvolledige of onjuiste informatie geeft, kan de uitkering (tijdelijk) verlaagd worden conform de afstemmingsverordeningen.

Terugvordering is een bevoegdheid van gemeenten. Ten onrechte verstrekte bijstand of een inkomensvoorziening wordt in beginsel teruggevorderd. Het college stelt vast boven welk bedrag terugvordering vanuit efficiencyoverwegingen doelmatig is.

Artikel 7. Verhaal

Verhaal is een bevoegdheid van gemeenten. Deze verordening is in beginsel gericht op het nakomen van verplichtingen door degenen die bijstand of een inkomensvoorziening ontvangen. Daarnaast heeft de verordening ook het doel om oneigenlijk gebruik terug te dringen. De maatschappij mag van degene die bijstand of een inkomensvoorziening ontvangt verlangen, en zelfs eisen, dat deze gebruik maakt van voorliggende voorzieningen en dus ook dat deze probeert met een onderhoudsbijdrage naar burgerlijk recht in zijn bestaan te voorzien. Wanneer hij in gebreke blijkt, of wanneer dit niet lukt, dan kan de gemeente in zijn plaats treden en verhaal zoeken op de onderhoudsplichtige.

Artikel 8. Verantwoording

Het college informeert de gemeenteraad jaarlijks, bij de verantwoording over het beleid en de uitvoering van de Wet werk en bijstand, over de uitvoering en de resultaten op het gebied van handhaving.

Artikel 9. Aangifte Openbaar Ministerie

Op grond van de Aanwijzing Sociale Zekerheidsfraude, bestaat de verplichting voor gemeenten om proces-verbaal op te maken en aangifte te doen bij het Openbaar Ministerie als er sprake is van fraude en het benadelingsbedrag is hoger dan € 10.000,- (de aangifterichtlijn sociale zekerheid).

Artikel 11

In deze artikelen worden de naam van de verordening en de datum van inwerkingtreding geregeld.