Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening cliëntenparticipatie sociale werkvoorziening

Geldend van 01-07-2011 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie sociale werkvoorziening

Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam ‘Sociaal Werkvoorzieningschap Zeist enOmstreken’,

gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam ‘SociaalWerkvoorzieningschap Zeist en Omstreken’ d.d. 17 april 2008,

gelet op

-artikel 2 derde lid van de Wet sociale werkvoorziening waarin

gemeenteraden worden verplicht een verordening vast te stellen met betrekking tot cliëntenparticipatie;

-artikel 4 van de ‘Regeling Sociale Werkvoorziening Zeist en Omstreken’ waarin de betreffende gemeentebesturen alle bevoegdheden en verplichtingen met betrekkingtot de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening overdragen aan het openbaar lichaam ‘Sociaal Werkvoorzieningschap Zeist en Omstreken’,

besluit de volgende verordening vast te stellen:

Verordening cliëntenparticipatie sociale werkvoorziening

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Wsw: Wet sociale werkvoorziening;

  • b.

    Cliëntenparticipatie Wsw: de gestructureerde wijze waarop de gemeenschappelijkeregeling Sociale Werkvoorziening Zeist en omstreken (GR SWZ) Wsw-gerechtigdenbetrekt in de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het Wsw-beleid;

  • c.

    Wsw-gerechtigden: ingezetenen van de gemeenten De Bilt, Bunnik, UtrechtseHeuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist die voor de Wsw geïndiceerd zijn of hunwettelijk vertegenwoordigers, te weten:

    • - Wsw-gerechtigden op de wachtlijst;

    • - Wsw-gerechtigden als werknemer van een sociaal werkvoorziening

      bedrijf;

    • - Wsw-gerechtigden als werknemer bij een reguliere werkgever;

    • en/of hun vertegenwoordigers die als zodanig gerechtigd zijn.

  • d.

    Cliëntenraad Wsw: de cliëntenraad van Wsw-gerechtigden die door het dagelijks bestuur als zodanig is erkend en in de bij de GR SWZ aangesloten gemeenten actiefis, hierna te noemen Wsw-raad;

  • e.

    GR SWZ: het openbaar lichaam ‘Sociaal Werkvoorzieningschap Zeist en Omstreken’ingesteld op grond van de gemeenschappelijke ‘Regeling Sociale WerkvoorzieningZeist en Omstreken’;

  • f.

    Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de GR SWZ.

Artikel 2. Doelstellingen

Het beleid cliëntenparticipatie Wsw heeft de volgende doelstellingen:

  • 1.

    Bewerkstelligen dat belanghebbenden bij het beleid inzake de uitvoering van de Wswvanuit een onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding,vaststelling, uitvoering en evaluatie van het voor hen gevoerde beleid.

  • 2.

    Bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het Wsw-beleid van de GR SWZ,gericht op het bieden van gelijke arbeidsmogelijkheden aan burgers met eenfunctiebeperking of chronische aandoening om voor hen volwaardig burgerschap tebevorderen.

Artikel 3. Advisering

  • 1.

    In het kader van de cliëntenparticipatie Wsw-beleid vraagt het dagelijks bestuur deWsw-raad tijdig om advies.

  • 2.

    De Wsw-raad is ook gerechtigd uit eigener beweging advies uit te brengen aan hetdagelijks bestuur.

  • 3.

    Het dagelijks bestuur vraagt de Wsw-raad in ieder geval advies over het beleidsterrein Wsw.

  • 4.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloedkan zijn op het te nemen besluit. Dit houdt in dat de Wsw-raad voldoende tijd gegeven moet worden om het advies op te stellen. De Wsw-raad moet dit in ieder geval in een reguliere vergadering kunnen behandelen.

  • 5.

    De aan de Wsw-raad gevraagde adviezen worden op een zodanig tijdstip uitgebracht,dat deze bij de te nemen besluiten kunnen worden betrokken.

  • 6.

    Het advies van de Wsw-raad wordt door het dagelijks bestuur schriftelijk meegedeeldaan het algemeen bestuur.

  • 7

    In het geval het dagelijks bestuur in een voorstel aan het algemeen bestuur afwijktvan het advies van de Wsw-raad, wordt dit bij het voorstel vermeld, waarbij tevenswordt aangegeven op welke gronden van het advies van de Wsw-raad is afgeweken.

  • 8.

    Het dagelijks bestuur voorziet de Wsw-raad van de informatie die nodig is voor deWsw-raad om naar behoren te kunnen functioneren. Het betreft hier alle informatiedie noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om ontwikkelingen enwijzigingen te kunnen volgen. De informatie wordt desgevraagd in speciale leesvormaangeleverd.

Artikel 4. Overleg tussen Wsw-raad en dagelijks bestuur

  • 1.

    Tussen het dagelijks bestuur en de Wsw-raad vindt minimaal twee maal per jaar eenstructureel overleg plaats.

  • 2.

    Van overleg en afspraken met de Wsw-raad doet het dagelijks bestuur binnen maximaalacht weken schriftelijke rapportage aan de Wsw-raad. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de Wsw-raad gegeven adviezen is gedaan.

Artikel 5. Samenstelling Wsw-raad

  • 1.

    De Wsw-raad bestaat uit personen als bedoeld in artikel 1 Wsw.

  • 2.

    De Wsw-raad telt maximaal 15 leden, waarbij gestreefd wordt naar een samenstellingdie een evenwichtige afspiegeling vormt van de Wsw-gerechtigden.

  • 3.

    De leden worden door het dagelijks bestuur benoemd op voordracht van de Wsw-raad.

  • 4.

    Leden van de Wsw-raad worden benoemd voor een periode van vier jaar.Herbenoeming is mogelijk, met dien verstande dat een aaneengesloten zittingsduurvoor ieder individueel lid niet langer zal zijn dan acht jaar. Daarna is herbenoemingslechts mogelijk, nadat een jaar is verstreken.

  • 5.

    Indien een lid van de Wsw-raad om welke reden dan ook zijn Wsw-indicatie verliest,verliest hij daarmee ook van rechtswege zijn lidmaatschap van de Wsw-raad.

  • 6.

    Een lid van de Wsw-raad kan door het dagelijks bestuur worden ontslagen op verzoekvan het betreffende lid of na een gemotiveerd verzoek van de Wsw-raad. Indien deWsw-raad verzoekt om ontslag van een lid, wordt het betreffende lid gehoord,voordat het dagelijks bestuur een beslissing neemt.

  • 7.

    De leden kiezen uit hun midden een bestuur en benoemen een voorzitter.

Artikel 6. Vergaderingen

  • 1.

    De Wsw-raad vergadert zo dikwijls als voorzitter en secretaris het nodig achten, maarten minste twee keer per jaar en voorts indien ten minste vijf leden van de raad dewens hiertoe schriftelijk kenbaar hebben gemaakt bij de secretaris. In het laatstegeval vindt een vergadering plaats binnen drie weken na de datum waarop hetverzoek de secretaris heeft bereikt.

  • 2.

    Besluiten worden genomen bij gewone meerderheid van stemmen in een vergaderingwaar meer dan de helft van het aantal leden aanwezig is. Bij staking van stemmenwordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Stemming over zaken geschiedtmondeling tenzij een meerderheid van de aanwezige leden om schriftelijke stemmingheeft verzocht. Stemming over personen geschiedt altijd met gesloten briefjes.

  • 3.

    Leden van de Wsw-raad kunnen onderwerpen voor de agenda van een vergaderingaandragen bij de secretaris van de raad.

Artikel 7. Faciliteiten

  • 1.

    Het dagelijks bestuur stelt aan de Wsw-raad zodanige middelen ter beschikking datde cliëntenraad redelijkerwijs in staat kan worden geacht om in het kader van deuitvoering van deze verordening de belangen te behartigen van de Wsw-gerechtigdendie woonachtig zijn in de bij GR SWZ aangesloten gemeenten.

  • 2.

    De middelen als bedoeld in het eerste lid worden jaarlijks toegekend op basis van eenbegroting.

  • 3.

    De gemaakte kosten worden door de Wsw-raad aan het dagelijks bestuurverantwoord vóór 1 februari van het jaar volgend op het jaar waarop deverantwoording betrekking heeft.

Artikel 8. Evaluatie

De cliëntenparticipatie wordt jaarlijks geëvalueerd, voor het eerst in mei 2009, waarnade verordening eventueel wordt aangepast of gewijzigd.

Artikel 9. Slotbepalingen

  • 1.

    In situaties waarin deze verordening niet voorziet, beslist het dagelijks bestuur na deWsw-raad gehoord te hebben.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening cliëntenparticipatie socialewerkvoorziening.

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking op 1 juli 2011.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van de GR SWZ op 27 juni 2011.

Toelichting Verordening cliëntenparticipatie sociale werkvoorziening

Algemeen

De Wsw-geïndiceerde (Wsw’er) staat centraal in de uitvoering van de nieuwe Wet socialewerkvoorziening (Wsw). Om die reden vindt de wetgever cliëntenparticipatie belangrijken onmisbaar. In de Wsw is daarom geregeld dat de gemeenteraad bij verordeningregels stelt over de manier waarop Wsw’ers betrokken worden bij de uitvoering van deWsw. Op grond van de Gemeenschappelijke Regeling is het vaststellen van deverordening een taak van het algemeen bestuur van SWZ.

Artikelsgewijs

De artikelsgewijze toelichting is beperkt tot die artikelen die ook daadwerkelijk toelichtingbehoeven. Artikelen of onderdelen van artikelen die geen vragen oproepen worden hiernaniet nader toegelicht.

Artikel 1

Dit artikel omschrijft de begrippen die voor de verordening van belang zijn. Uit dedefinitie van het begrip Wsw-raad volgt dat dit een door het dagelijks bestuur ingesteldinspraakorgaan is dat functioneert binnen het beleidsterrein van de Wsw. Hetinspraakorgaan heeft als doel om de belangen te behartigen van de in de GR-gemeentenwoonachtige Wsw-gerechtigden.

Artikel 3

Het derde lid geeft het beleidsterrein aan waarbij de Wsw-raad wordt betrokken.

Gekozen is voor een ruime formulering. De aspecten van het beleid (op de genoemdeterreinen) waarbij de Wsw-raad wordt betrokken zijn:

  • a.

    de voorbereiding van het beleid;

  • b.

    de uitvoering van het beleid;

  • c.

    de evaluatie van het beleid.

Artikel 4 tot en met 7 geven aan op welke wijze de cliëntenparticipatie in de praktijkwordt vormgegeven. Het eerste en vierde lid van artikel 4 betreffen de verplichting tothet tijdig om advies vragen. De omschrijving houdt in dat:

a.bij nieuw beleid de Wsw-raad in ieder geval betrokken wordt bij het opstellen van dehoofdlijnen van dit beleid;

b.bij evaluatie van beleid de Wsw-raad in ieder geval betrokken wordt bij het opstellenvan vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie.

Het achtste lid van artikel 4 draagt het dagelijks bestuur op om de Wsw-raad te voorzien van de informatie die voor de uitoefening van hun taak nodig is. Het dagelijks bestuurbepaalt zelf de wijze waarop dit gebeurt. Indien de Wsw-raad het dagelijks bestuurverzoekt om de informatie elektronisch (op USB-stick, op CD of via e-mail) aan televeren, dan zal hij, indien redelijkerwijs mogelijk, aan dit verzoek voldoen. Dit geldttevens voor verzoeken om de informatie in braille of in grootletterschrift aan te leveren.

Artikel 4

Het tweede lid spreekt over een termijn van acht weken waarbinnen het dagelijks bestuurschriftelijk reageert naar aanleiding van overleg met en adviezen van de Wsw-raad.

Hiervan mag alleen in overleg met de Wsw-raad worden afgeweken. Het opstellen van stukken voor het algemeen bestuur gebeurt in een strak tijdschema.

Om de Wsw-raad tijdig advies te kunnen laten geven is een adviestermijn opgenomen.

Artikel 7

Het dagelijks bestuur stelt de Wsw-raad middelen ter beschikking voor een adequateuitoefening van hun taken in het kader van deze verordening. Daartoe dient de Wsw-raadjaarlijks een begroting in. In deze begroting kunnen in ieder geval de volgendekostensoorten worden opgevoerd:

  • a.

    onkostenvergoeding van de vrijwilligers;

  • b.

    vergoeding speciale voorzieningen in verband met handicap (ringleiding, specialeleesvormen, doventolk);

  • c.

    vergoeding voor deskundigheidsbevordering;

  • d.

    aanschaf van documentatie, literatuur en vaktijdschriften;

  • e.

    middelen voor inschakelen van eigen (professionele) ondersteuning, inhoudelijk enorganisatorisch;

  • f.

    faciliteiten voor kantoorkosten, correspondentie, telefoon, computergebruik,internetaansluiting;

  • g.

    faciliteiten voor overleg met en activering van de achterban;

  • h.

    faciliteiten voor het verzorgen van voorlichting en public relations;

  • i.

    faciliteiten voor overleg en afstemming met andere groepen, zoals de Wmo–adviesraad en Cliëntenraad Wwb;

  • j.

    reiskosten.

Kosten worden alleen vergoed voor zover deze zijn opgenomen in de begroting en ookdaadwerkelijk zijn gemaakt. Dit laatste zal de Wsw-raad aannemelijk moeten makendoor middel van het voeren van een boekhouding.