Regeling vervallen per 01-01-2020

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Roerdalen houdende regels omtrent begraafrechten Verordening begraafrechten Roerdalen 2019

Geldend van 20-12-2018 t/m 31-12-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Roerdalen houdende regels omtrent begraafrechten Verordening begraafrechten Roerdalen 2019

De raad van de gemeente Roerdalen heeft;

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 oktober 2018,

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet

het volgende besluit genomen:

Besluit:

Vast te stellen de Verordening op heffing en de invordering van begraafrechten 2019.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    begraafplaats: de begraafplaatsen: “Ter Borgh” te Posterholt, “Het Zittart” te Sint Odiliënberg, “Anxterveld” te Vlodrop, de gemeentelijke begraafplaats te Melick en de gemeentelijke begraafplaats te Herkenbosch;

  • b.

    eigen graf: een graf, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van overledenen;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • c.

    algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • d.

    eigen urnengraf: een graf, waarvoor voor bepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen;

  • e.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen

  • f.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • g.

    urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen, en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor:

  • a.

    het lichten van een stoffelijk overschot of asbus op rechterlijk gezag;

  • b.

    het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met de overleden moeder in één kist worden begraven;

  • c.

    het begraven van een stoffelijk overschot van een onvermogende, dit ter beoordeling van burgemeester en wethouders.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. De in de tabel vermelde tarieven bedragen de helft als het een stoffelijk overschot betreft van een kind van één jaar of ouder doch jonger dan twaalf jaar en een vierde voor een kind jonger dan één jaar.

  • 3. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingjaar

  • 1. Het belastingtijdvak voor de rechten, genoemd in de tarieventabel, is gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

  • 2. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 7 Wijze van heffing

De rechten, genoemd in de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

De rechten, genoemd in de tarieventabel, zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van de begraafrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De “Verordening begraafrechten Roerdalen 2018” van 14 december 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als de 'Verordening begraafrechten Roerdalen 2019”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 13 december 2018.

De gemeenteraad van Roerdalen,

De griffier,

R.J.J. Notermans

De voorzitter,

mr. M.D. de Boer-Beerta

Bijlage 1 Tarieventabel, behorende bij de Verordening begraafrechten 2019

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten  

1.1.

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:

1.1.1.

voor een periode van 20 jaar voor een enkel graf ten behoeve van een persoon van 12 jaar en ouder

€ 1.050,00

1.1.2.

voor een periode van 20 jaar voor een dubbel graf ten behoeve van personen van 12 jaar en ouder

€ 1.350,00

1.2.

Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:

1.2.1.

voor een periode van 20 jaar

€ 550.00

1.3.

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 5 jaar wordt een recht geheven van:

1.3.1.

voor een enkel graf

€ 175,00

1.3.2.

voor een dubbel graf

€ 225,00

1.4.

Voor het verlengen van het uitsluitend recht als bedoeld in 1.1 met 10 jaar wordt een recht geheven van:

1.4.1.

voor een enkel graf

€ 350,00

1.4.2.

voor een dubbel graf

€ 450,00

1.5.

Voor het verlengen van het uitsluitend recht voor een urnengraf als bedoeld in 1.2 met 5 jaar wordt een recht geheven van

€ 137,50

1.6.

Voor het verlengen van het uitsluitend recht voor een urnengraf als bedoeld in 1.2 met 10 jaar wordt een recht geheven van

€ 275,00

Hoofdstuk 2 Begraven  

2.1.

Voor het begraven van een stoffelijk overschot van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven:

2.1.1.

in een eigen enkel graf

€ 400,00

2.1.2.

voor het eerste stoffelijk overschot in een eigen dubbel graf

€ 550,00

2.1.3.

voor het tweede stoffelijk overschot in een eigen dubbel graf

€ 350,00

2.1.4.

in een algemeen graf

€ 550,00

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen  

3.1

voor het bijzetten van een asbus of urn in een urnengraf , op of in een eigen graf, op of in een algemeen graf wordt geheven:

€ 325,00

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud  

4.1.

Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, daaronder niet begrepen het herstellen of vernieuwen van de grafbedekking, wordt geheven per grafruimte voor een periode van 20 jaar:

4.1.1.

voor een eigen enkel graf of dubbel graf

€ 350,00

4.1.2.

voor een eigen urnengraf

€ 250,00

4.2.

Bij verlenging van de grafrechten conform onderdeel 1.3 en 1.5 van hoofd- stuk 1 van deze verordening wordt voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, daaronder niet begrepen het herstellen of vernieuwen van de grafbedekking, geheven per grafruimte voor een periode van 5 jaar:

4.2.1.

voor een eigen enkel graf of dubbel graf

€ 87,50

4.2.2.

voor een eigen urnengraf

€ 62,50

4.3.

Bij verlenging van de grafrechten conform onderdeel 1.4 en 1.6 van hoofd- stuk 1 van deze verordening wordt voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte, daaronder niet begrepen het herstellen of vernieuwen van de grafbedekking, geheven per grafruimte voor een periode van 10 jaar:

4.2.1.

voor een eigen enkel graf of dubbel graf

€ 175,00

4.3.2.

voor een eigen urnengraf

€ 125,00