Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven 2009

Geldend van 01-10-2009 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2009

Intitulé

Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven 2009

De raad van de gemeente Schiedam; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat de minister voor Wonen, Wijken en Integratie het van belang acht dat bewoners van wijken die met problemen kampen de gelegenheid krijgen om met initiatieven te komen om de leefbaarheid van hun wijk te verbeteren; dat de fondsbeheerders van het Gemeentefonds daartoe jaarlijks ten behoeve van de G31-gemeenten een integratie-uitkering storten in het Gemeentefonds; en dat het voor de gemeente noodzakelijk is om regels te stellen voor de subsidieverstrekking aan bewoners uit deze integratie-uitkering; besluit vast te stellen de: Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven 2009.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt verstaan onder:

  • a.

    voucher: subsidie in de vorm van een of meer waardebonnen van maximaal € 5.000, - (per voucher), waarmee bewoners van een aangewezen wijk diensten en producten kunnen inkopen om hun initiatief uit te voeren;

  • b.

    initiatief: een plan om de leefbaarheid in de eigen wijk, buurt of straat te verbeteren en/of de sociale cohesie te versterken;

  • c.

    initiatiefnemer(s): individuele of georganiseerde bewoners, die een aanvraag indienen om een initiatief uit te voeren;

  • d.

    leefbaarheid: de kwaliteit van de woon- en leefomgeving;

  • e.

    sociale cohesie: sociale samenhang binnen een wijk en tussen bewoners;

  • f.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • g.

    regiegroep: een door het college gemandateerde en voor de uitvoering van het vouchersysteem gevormde groep van maximaal zeven bewoners.

  • h.

    kasbeheerder: degene die door het college is aangewezen voor het beheer van de integratie-uitkering en die verantwoordelijk is voor de verzilvering van vouchers;

  • i.

    wijkraadpleging: een bijeenkomst in de wijk, een digitale of schriftelijke raadpleging van bewoners van de wijk of een andere vorm, waarbij een of meer initiatieven worden voorgelegd.

  • j.

    tranche: een afgebakend tijdvak waarvoor mensen hun aanvraag doen en waarbinnen deze wordt afgewikkeld.

Artikel 2 Bevoegdheid college en mandatering regiegroep

  • 1. Het college is bevoegd een of meer wijken aan te wijzen waar het vouchersysteem van toepassing is.

  • 2. Het college bepaalt hoe het beschikbare bedrag over de wijken wordt verdeeld.

  • 3. Het college kan bepalen dat maximaal tien procent van het beschikbare bedrag wordt gereserveerd voor de kosten die de gemeente maakt bij de uitvoering van deze verordening.

  • 4. Het college wijst een (ambtelijk) kasbeheerder aan die de integratie-uitkering beheert.

  • 5. Het college is bevoegd een subsidieplafond vast te stellen.

  • 6. Het college is bevoegd tot het aanwijzen van een regiegroep die het mandaat krijgt om de vouchers te beheren en te verstrekken.

Artikel 3 Reikwijdte van de verordening

  • 1. Deze verordening is van toepassing op het verstrekken van vouchers uit de integratieuitkering in het Gemeentefonds.

  • 2. De Algemene subsidieverordening van de gemeente Schiedam is niet van toepassing.

Artikel 4 Aanvraag vouchers

  • 1. Initiatiefnemers kunnen een of meer vouchers aanvragen bij het college of de regiegroep.

  • 2. De aanvraag wordt schriftelijk ingediend en omvat de volgende gegevens:

    • a.

      naam, contactadres, telefoonnummer en handtekening van de initiatiefnemer;

    • b.

      een beschrijving van de inhoud, uitvoering en planning van het initiatief, waarbij wordt aangegeven hoe dit de leefbaarheid in de wijk, buurt of straat verbetert;

    • c.

      een kostenraming en het gewenste aantal vouchers voor de uitvoering van het initiatief;

    • d.

      een mededeling of tevens elders subsidie is aangevraagd.

    • e.

      bewijsmateriaal dat voor het initiatief draagvlak bestaat in de buurt dan wel wijk.

  • 3. Indien de aanvraag onvoldoende informatie bevat voor een goede beoordeling daarvan, geeft het college of de regiegroep aan de initiatiefnemer aan hoe hij de aanvraag kan aanvullen. De aanvraag wordt in behandeling genomen op het moment dat er voldoende informatie voor een goede beoordeling beschikbaar is.

  • 4. De aanvragen worden behandeld in twee tranches. Initiatieven voor de 1e tranche dienen te zijn ingediend vóór 1 maart van dat jaar en voor de 2e tranche vóór 1 september van dat jaar.

  • 5. De gemeente bekijkt de ingediende ideeën op volledigheid en uitvoerbaarheid en informeert de initiatiefnemer en de regiegroep hierover.

Artikel 5 Verstrekking vouchers

  • 1. Het college of de regiegroep beslist per tranche welke initiatieven toegekend worden. Voor de 1e tranche kunnen initiatieven worden gehonoreerd tot ongeveer de helft van het beschikbare jaarbudget voor die wijk. Voor de 2e tranche kunnen initiatieven worden gehonoreerd tot in totaal maximaal het jaarbudget voor dat jaar inclusief de eerste tranche. In Nieuwland bestaat de mogelijkheid om, gezien de hoogte van het beschikbare budget, meer tranches aan te houden.

  • 2. Een initiatief kan alleen worden toegekend als deze voldoet aan de eisen van deze verordening.

  • 3. Een toekenning mag maximaal een kwart van het totale jaarbudget voor die wijk bedragen.

  • 4. De regiegroep kan het college gemotiveerd adviseren om een idee, dat niet past binnen het beleid, toch uit te laten voeren. Het college neemt in dit geval de beslissing.

  • 5. Indien de regiegroep geen besluit neemt, wordt een voorstel van de regiegroep voorgelegd aan het wijkoverleg. Indien ook hier geen keuze gemaakt kan worden, volgt advies aan het college.

  • 6. Bij door de regiegroep gehonoreerde initiatieven boven de € 25.000,- organiseert het college of de regiegroep een wijkraadpleging of agendeert het initiatief op een al geplande wijkraadpleging.

  • 7. Initiatieven die in de eerste tranche niet zijn toegekend, worden nog één tranche meegenomen. Daarna komt de aanvraag te vervallen.

  • 8. Bij de verstrekking van vouchers kan de regiegroep als voorwaarde bepalen dat binnen een bepaalde termijn met de uitvoering van het initiatief wordt gestart. Een initiatief dient uiterlijk 31 december van het volgende subsidiejaar te zijn uitgevoerd.

  • 9. Als in een tranche de toekenningen het budget onderschrijden wordt het resterende budget in de volgende tranche gelijkelijk verdeeld over de wijken (uitgezonderd Nieuwland).

Artikel 6 Beslistermijn

Het college of de regiegroep beslist voor de 1e tranche binnen acht weken vanaf 1 maart van dat jaar; voor de 2e tranche binnen acht weken vanaf 1 september van dat jaar.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Het verstrekken van vouchers kan worden geweigerd, indien gegronde reden bestaat om aan te nemen dat:

  • a.

    het initiatief niet haalbaar of uitvoerbaar is binnen de in de aanvraag vermelde planning;

  • b.

    de initiatiefnemer doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet en/of het gemeentebeleid;

  • c.

    het initiatief voornamelijk betrekking heeft op privébelangen van de initiatiefnemer;

  • d.

    het beheer en onderhoud van de voorgestelde fysieke verbeteringen van de leefomgeving niet kunnen worden gewaarborgd;

  • e.

    door de verstrekking het subsidieplafond wordt overschreden.

  • f.

    Een aanvraag meer omvat dan een kwart van het totale jaarbudget voor die wijk.

  • g.

    de initiatiefnemer onvoldoende kan aantonen dat voor zijn/haar initiatief draagvlak in de buurt/wijk bestaat.

Artikel 8 Verplichtingen college en regiegroep

  • 1. Het college en/of de regiegroep is verplicht om alle betrokken bewoners te informeren over de mogelijkheden die dit vouchersysteem hen biedt.

  • 2. Het college en/of de regiegroep maakt na de toetsing of de wijkraadpleging algemeen bekend welke initiatieven vouchers hebben gekregen.

  • 3. Het college en/of de regiegroep is verantwoordelijk voor het creëren van draagvlak onder de bewoners voor het vouchersysteem.

Artikel 9 Verplichtingen van de initiatiefnemer

  • 1. De initiatiefnemer zorgt ervoor dat de vouchers worden besteed aan de uitvoering van het initiatief en administreert de uitgaven zorgvuldig. De bewijzen van deze uitgaven worden overlegd.

  • 2. De initiatiefnemer doet zo spoedig mogelijk mededeling aan het college of de regiegroep van veranderde omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de uitvoering van het initiatief.

  • 3. De initiatiefnemer is verantwoordelijk voor het creëren van draagvlak onder de bewoners als de aard van het initiatief dat noodzakelijk maakt.

Artikel 10 Wijze van besteding van de vouchers

  • 1. De initiatiefnemer kan voor de betaling van de kosten van uitvoering van het initiatief een voucher verzilveren bij de kasbeheerder. De bewijzen van deze uitgaven worden overlegd.

  • 2. De kasbeheerder kan een betaling weigeren indien hij gegronde reden heeft om aan te nemen dat deze betaling niet wordt aangewend voor de uitvoering van het initiatief.

  • 3. De voucher kan worden verzilverd door:

  • a. in te kopen diensten en producten door de kasbeheerder te laten betalen;

  • b. een voorschot te ontvangen op basis van de begroting

  • c. facturen in te dienen.

Artikel 11 Intrekking en overgangsbepaling

  • 1. De “Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven” vastgesteld in de raad van 18 december 2008 wordt ingetrokken.

  • 2. De bepalingen van de in het eerste lid genoemde verordening blijven van kracht voor zover dat noodzakelijk is voor de vaststelling en afrekening van toegekende subsidies in het kader van de ‘Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven 2008’.

Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking na bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Subsidieverordening vouchers bewonersinitiatieven 2009.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Schiedam in zijn openbare vergadering van 24 september 2009.
de griffier, J. Gordijn
de voorzitter, W.M. Verver-Aartsen