Regeling vervallen per 31-12-2021

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2019

Geldend van 04-06-2019 t/m 30-12-2021

Intitulé

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2019

Op grond van artikel 24 van de “Verordening leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2015” heeft het college de bevoegdheid om nadere beleidsregels op te stellen. Deze beleidsregels zijn een nadere uitwerking van de verordening en vormen een aanvullend document daarop. De regels beschrijven het gemeentelijk beleid met betrekking tot de uitvoering van het leerlingenvervoer.

Uitgangspunt in het leerlingenvervoer is dat ouders zelf verantwoordelijk zijn voor het schoolbezoek van hun kinderen en dat zij in de eerste plaats zelf moeten zorgen voor het vervoer van en naar school. De gemeente heeft uitsluitend de wettelijke zorgtaak om een passende tegemoetkoming in de vervoerskosten te verstrekken voor de leerling en zonodig een begeleider, mits de aanvraag voldoet aan de criteria van de verordening leerlingenvervoer.

1. Algemeen

  • 1.

    De gemeente beoordeelt de aanvraag allereerst op: (Artikel 1.n en 3 uit de verordening)

  • het soort onderwijs dat de leerling volgt

  • de richting van onderwijs

  • de afstand woning-school en

  • de structurele handicap van een leerling.

Het uitgangspunt is: vervoer naar de dichtstbijzijnde school van de soort en richting waarop de leerling is aangewezen, tenzij uit een schriftelijke verklaring van deze school blijkt dat deze school niet de ondersteuning kan bieden die voor de leerling vereist is. In dat geval wordt uitgegaan van vervoer naar de eerstvolgende dichtstbijzijnde school.

Voor het leerlingenvervoer is het niet van belang wat de onderwijsmethode of het leerprincipe van een school is.

  • 2.

    De gemeente bepaalt de afstand woning-school via de ANWB-routeplanner op www.anwb.nl, volgens de ‘kortste route’. De afstand wordt berekend in kilometers en afgerond op één cijfer achter de komma. (Artikel 1.g uit de verordening)

  • 3.

    Vervoersvoorziening: de gemeente gaat uit van de goedkoopste wijze van vervoer die voor de leerling passend is. (Artikel 1.u uit de verordening)

    De gemeente bekijkt de vervoersmogelijkheden van de leerling in deze volgorde:

    1.Fiets

    2.Fiets met begeleiding

    3.Openbaar vervoer (OV)

    4.OV met begeleiding

    5.Aangepast vervoer in de vorm van collectief taxivervoer

    6.Collectief taxivervoer met begeleiding

    7.Individueel taxivervoer

  • 4.

    De gemeente vergoedt uitsluitend de eventuele vervoerskosten van de begeleider voor de reis die hij/zij gezamenlijk met de leerling aflegt. Eventueel te maken personeelskosten zijn voor de ouders. (Artikel 11 en 18 uit de verordening)

    Handicap

  • 5.

    De gemeente houdt bij de beoordeling van de aanvraag leerlingenvervoer uitsluitend rekening met de structurele handicap van de leerling. Een tijdelijke handicap is geen reden voor de toekenning van leerlingenvervoer. (Artikel 11 , 12, 18 en 1 9 uit de verordening)

  • 6.

    In sommige gevallen kan de gemeente een verklaring van een onafhankelijk deskundige wenselijk vinden. De gemeente schakelt dan een onafhankelijke adviesorganisatie in. De kosten van dit advies zijn voor rekening van de gemeente. (Artikel 9 en 1 6 uit de verordening)

    Eigen bijdrage

  • 7.

    Als bij de aanvraag leerlingenvervoer inkomensgegevens ingediend moeten worden, dan dienen ouders een IB60 formulier van het peiljaar bij de Belastingdienst op te vragen voor beide partners. Dit geldt ook als de partner van een ouder niet de andere ouder van het kind is of als ouders/verzorgers gescheiden zijn. (Artikel 1 4 en 1 5 uit de verordening)

  • 8.

    De hoogte van het drempelbedrag is voor schooljaar 2015-2016 vastgesteld op een bedrag van € 528,-. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd aan de hand van het consumentenprijsindexcijfer (CPI) vervoersdiensten zoals dat jaarlijks wordt vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek. (Artikel 1 4.3 uit de verordening)

  • 9.

    Als ouders een eigen bijdrage moeten betalen voor het leerlingenvervoer maar niet het hele schooljaar gebruik maken van het vervoer, dan wordt de eigen bijdrage naar rato berekend. (Artikel 1 4 en 1 5 uit de verordening)

    Stages

  • 10.

    Als de leerling dagelijks leerlingenvervoer krijgt en stage is een onderdeel van het onderwijsprogramma dan bestaat aanspraak op leerlingenvervoer naar en van het stageadres. De stageplek is bij voorkeur langs de route woning-school of in de nabijheid van de woning, zodat de leerling minder hoeft te reizen. (A rtikel 1 .r en 1 .t uit de verordening)

  • 11.

    Ten aanzien van de vergoeding geldt het volgende:

  • Voor het stageadres geldt hetzelfde afstandscriterium als voor de school. Er is pas recht op vergoeding als de afstand naar het stageadres meer dan zes kilometer is (dus 6,1 kilometer of meer).

  • Als zelfstandig reizen met (brom)fiets of openbaar vervoer naar het stageadres tot de mogelijkheden van de leerling behoort, dan wordt de tegemoetkoming gebaseerd op de goedkoopst mogelijke wijze van vervoer die passend is.

  • In het aangepast vervoer sluit het stagevervoer qua tijd en afstand aan op het reguliere, collectieve schoolvervoer en de reguliere schooltijden, tenzij de branche waarin stage wordt gevolgd deze aansluiting niet mogelijk maakt.

Leonardo-onderwijs

  • 12.

    Voor de toepassing van de verordening “Leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2015” wordt alleen onderwijs in de Leonardo-klassen op de basisschool De Regenboog te Cuijk gelijkgesteld met speciaal basisonderwijs.

    Internationale schakelklas

  • 13.

    Voor de toepassing van de verordening “Leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2015” wordt alleen onderwijs in de internationale schakelklassen op de basisschool Sint Jozef te Overloon gelijkgesteld met speciaal basisonderwijs.

2. Openbaar vervoer (OV)

  • 1.

    Reistijd: de gemeente bepaalt de reistijd per openbaar vervoer via www.9292ov.nl.

    ( Artikel 1 .m uit de verordening)

  • 2.

    De gemeente berekent de kosten van het openbaar vervoer op basis van de gegevens van www.9292ov.nl. Uitgangspunt is de goedkoopst mogelijke wijze van openbaar vervoer.

    (Artikel 1. q uit de verordening)

  • 3.

    De gemeente geeft alleen een financiële vergoeding voor de te maken reiskosten van en naar school. De ouders dienen zelf op tijd de OV-chipkaart en de eventuele abonnementen aan te vragen.

    (Artikel 1. 10, 11, 17, en 18 uit de verordening)

3. Aangepast vervoer, oftewel taxivervoer

  • 1.

    Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het vervoer als hun kind vanwege doktersbezoek, behandeling of ziekte later naar school gaat of eerder van school opgehaald moet worden. (Artikel 1 h uit de verordening)

    Lestijden en examens en toetsweek

  • 2.

    Voor leerlingen in het voortgezet onderwijs wordt geen rekening gehouden met het individuele lesrooster of met lesuitval, ook niet als dit het eerste of laatste lesuur is. De gemeente past de vervoerstijden alleen aan als de wachttijd op school méér dan 5 lesuren bedraagt of als de structurele handicap van de leerling het wachten onmogelijk maakt. (Artikel 1h uit de verordening)

  • 3.

    Als een leerling in aanmerking komt voor aangepast vervoer en vanwege de examens niet met het reguliere leerlingenvervoer mee gaat, dan dienen de ouders zelf te zorgen voor het vervoer. Zij kunnen hiervoor een kilometervergoeding krijgen. (Artikel 1 h uit de verordening) .

    Afwijkend adres

  • 4.

    Het door de gemeente georganiseerde aangepast vervoer gaat van de woning danwel de opstapplaats naar de school en terug. Een leerling kan een tweede adres hebben waar hij/zij wordt opgehaald en/of afgezet. Als er voor het vervoer een opstapplaats wordt gehanteerd, dan is vervoer naar een ander adres alleen in bijzondere situaties mogelijk. (Artikel 1 h uit de verordening)

    Voorwaarden voor een afwijkend adres:

    • De leerling heeft maximaal één extra adres;

    • De leerling verblijft op vaste, structurele dagen op dit adres;

    • Het adres ligt binnen de gemeente, bij voorkeur langs de route;

    • Vervoer naar het tweede adres mag niet leiden tot meer kosten dan vervoer naar de woning;

    • Overige leerlingen in het betreffende vervoermiddel mogen er geen onevenredig veel nadeel van ondervinden.

    Problemen in het vervoer

  • 5.

    Ouders zijn altijd verantwoordelijk voor het gedrag van hun kind, ook als dat ongewenst gedrag is.

  • 6.

    In het taxivervoer is de chauffeur de begeleider. Bij problemen in het vervoer stelt de gemeente alleen een zitplaats voor een extra begeleider beschikbaar als dit noodzakelijk is om de veiligheid in de taxi te garanderen. Het is een taak van ouders/verzorgers om te zorgen voor een begeleider. De eventuele personeelskosten van de begeleider zijn voor de ouders.

    De eventuele extra kosten die de gemeente moet maken voor oplossingen van problemen in het vervoer worden doorberekend aan de ouders.

  • 7.

    Als er sprake is van ontoelaatbaar gedrag dan kunnen de volgende stappen worden ondernomen:

    1. Een gesprek tussen ouders en chauffeur en, indien gewenst, ook met de vervoerder samen. Doel: verbetering van het gedrag van de leerling en zoeken naar een oplossing.

    2. Wanneer dit niet tot verbetering leidt, dan stuurt de vervoerder een schriftelijke waarschuwing aan de ouders over het ongewenste gedrag. De gemeente ontvangt hiervan een afschrift.

    Als het probleem aanhoudt, dan overlegt de vervoerder met de gemeente en ouders over mogelijke oplossingen. De eventuele extra kosten die de gemeente moet maken voor deze oplossingen worden doorberekend aan de ouders.

    3. Als de leerling ontoelaatbaar gedrag blijft vertonen, dan kan de gemeente besluiten het aangepast vervoer (tijdelijk) te beëindigen.

    LET OP: De ouders blijven altijd verantwoordelijk voor het schoolbezoek van hun kind, ook als deze (tijdelijk) niet mee mag in het taxivervoer.

  • 8.

    Als er schade wordt veroorzaakt aan de bus of aan de eigendommen van kinderen tijdens het vervoer, dan wordt diegene die de schade heeft veroorzaakt daarvoor aansprakelijk gesteld.

4. Eigen vervoer, ouders rijden zelf

  • 1.

    Als ouders in aanmerking komen voor een kilometervergoeding voor het eigen vervoer, dan baseert de gemeente de hoogte van de vergoeding op de reis die de leerling maakt, dat wil zeggen ’s ochtends alleen de heenweg en ’s middags alleen de terugweg. (Artikel 13 en 20 uit de verordening)

5. Slotbepaling

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking

  • 2.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2019”.

  • 3.

    De “Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Sint Anthonis 2016” worden ingetrokken met ingang van de in de 1e lid genoemde datum.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 23 april 2019.

De secretaris, De burgemeester,

J. (Jeanine) W. Vonk-Van Meteren M. (Marleen) L.P. Sijbers