Regeling vervallen per 11-01-2019

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018

Geldend van 18-01-2018 t/m 10-01-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018

De raad van de gemeente Strijen;

gelezen het bijgaande raadsvoorstel d.d. 11 december 2017 inzake Belastingverordeningen 2018;

gelet op de artikelen 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaar (Stb. 2011, 440)

besluit vast te stellen de

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2018.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalendermaand tot en met de 1e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de 1e dag in een kalenderjaar tot en met de 1e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

2.Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening  (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in de volgende onderdelen van de bij deze verordening behorende tarieventabel: 1.16.3 (loterij), 1.20.1.5 (geluidhinder), 1.20.1.6 (collecte), 1.20.1.7 (standplaats), 3.1.3 (art. 35 Drank- en Horecawet), 3.2 (evenementen/markten), indien de aanvraag een vergunning of ontheffing betreft voor een non-profitinstelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard en waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald in geval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      onderdeel 1.1.6 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 6.

      onderdeel 1.9 1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De Legesverordening 2017 van 20 december 2016, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 26 september 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Strijen,
gehouden op 19 december 2017.
de griffier, de voorzitter,
M.A. Bourdrez drs. J.B. Waaijer

Bijlage TARIEVENTABEL, BEHORENDE BIJ DE LEGESVERORDENING 2018

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

1.1.1.1.1

1.1.1.1.2.

Maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 16.00 uur, met uitzondering van

maandagmorgen tussen 09.30 en 10.30 uur:

In het gemeentehuis aan het Waleplein of op een zelf gekozen locatie

In het museum ‘het land van Strijen’, Kerkstraat 47

€ 215,65

€ 397,50

1.1.1.2

Maandag tussen 09.30 en 10.30 uur in het gemeentehuis aan het Waleplein

Nihil

1.1.1.3

1.1.1.3.1

1.1.1.3.2

1.1.1.3.3

Zaterdag tussen 10.00 en 15.00 uur:

In het gemeentehuis aan het Waleplein of op een zelf gekozen locatie

In het museum ‘het land van Strijen’, Kerkstraat 47

In het voormalige gemeentehuis, Kerkstraat 54

€ 383,00

€ 563,75

€ 563,75

1.1.1.4

Dagen die gelijk gesteld worden met algemeen erkende feestdagen volgens de algemene termijnenwet tussen 10.00 en 15.00 uur in het gemeentehuis aan het Waleplein

€ 383,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

1.1.2.1

1.1.2.1.1

1.1.2.1.2

Maandag tot en met vrijdag tussen 09.00 en 16.00 uur, met uitzondering van maandagmorgen tussen 09.30 en 10.30 uur:

In het gemeentehuis aan het Waleplein of op een zelf gekozen locatie

In het museum ‘het land van Strijen’, Kerkstraat 47

€ 215,65

€ 397,50

1.1.2.2

Maandag tussen 09.30 en 10.30 uur in het gemeentehuis aan het Waleplein

Nihil

1.1.2.3

1.1.2.3.1

1.1.2.3.2

1.1.2.3.3

Zaterdag tussen 10.00 en 15.00 uur:

In het gemeentehuis aan het Waleplein of op een zelf gekozen locatie

In het museum ‘het land van Strijen’, Kerkstraat 47

In het voormalige gemeentehuis, Kerkstraat 54

€ 383,00

€ 563,75

€ 563,75

1.1.2.4

Dagen die gelijk gesteld worden met algemeen erkende feestdagen volgens de algemene termijnenwet tussen 10.00 en 15.00 uur in het gemeentehuis aan het Waleplein

€ 383,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€  240,35

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 240,35

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.5.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€  21,10

1.1.5.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

€  33,40

1.1.6

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort aan een persoon van 18 jaar of ouder

€ 65,30

1.2.1.2

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) aan een persoon van 18 jaar of ouder

€ 65,30

1.2.1.3

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) aan een persoon van 18 jaar of ouder

€ 65,30

1.2.1.4

tot het verstrekken van een nationaal paspoort aan een persoon jonger dan 18 jaar

€ 52,00

1.2.1.5

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 52,00

1.2.1.6

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) aan een persoon jonger dan 18 jaar

€ 52,00

1.2.1.7

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort) aan een persoon jonger dan 18 jaar

€ 52,00

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verricht van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet:

 

1.2.2.1

voor een persoon van 18 jaar of ouder

€ 51,05

1.2.2.2

voor een persoon jonger dan 18 jaar

€ 29,05

1.2.3

De tarieven genoemd in dit hoofdstuk worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 47,55

1.2.4

De tarieven genoemd in dit hoofdstuk worden bij het op verzoek van aanvrager bezorgen van reisdocumenten door een bezorgservice per document  vermeerderd met een bedrag van

€ 4,95

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€  33,80

1.3.2

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een formulier voor omwisseling van een buitenlands rijbewijs

€ 14,25

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met het bedrag dat daarvoor door de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) wordt berekend.

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€  3,60

1.4.2.2

tot het verstrekken van een uittreksel uit de basisadministratie persoonsgegevens ten behoeve van de aanvrager

€ 3,60

1.4.2.3

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

€  3,60

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 3,60

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€  2,55

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€  10,60

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€  3,60

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

1.6.1.1.1

per pagina zwart-wit

€ 0,15

1.6.1.1.2

per pagina kleur

€  0,50

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1.1 en 1.6.1.1.2 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€  6,60

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting met toelichting

€ 42,55

1.7.1.2

een afschrift van de programmarekening met toelichting

€  42,55

1.7.1.3

een afschrift van het burgerjaarverslag

€  42,55

1.7.1.4

Een afschrift van het beleidsprogramma

€ 23,35

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een afschrift van het verslag van een raadsvergadering, per pagina

€  0,65

1.7.2.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een raadsvergadering, per pagina

€  0,65

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.2.2.1

op de agenda’s van de raadsvergaderingen inclusief stukken indien de stukken worden thuisbezorgd of worden verzonden naar het adres van de abonnee

€ 117,05

1.7.2.2.2

op de agenda’s van de raadsvergaderingen inclusief stukken indien deze worden afgehaald

€  42,80

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.3.1

tot het verstrekken van:

1.7.3.1.1

een afschrift van het verslag van een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€  0,65

1.7.3.1.2

een afschrift van de stukken behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per pagina

€  0,65

1.7.3.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.3.2.1

op de agenda’s van de vergaderingen van een raadscommissie inclusief stukken indien de commissiestukken worden thuisbezorgd of worden verzonden naar het adres van de abonnee

€  85,05

1.7.3.2.2

op de agenda’s van de vergaderingen van een raadscommissie inclusief stukken indien deze worden afgehaald

€  42,80

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.4.1

een afschrift van een gemeentelijke verordening per exemplaar

€  21,30

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

1.8.1.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief ik opgenomen, per pagina

€ 3,60

1.8.1.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

per bladzijde in zwart-wit:

per bladzijde in kleur:

€ 0,15

€ 0,50

1.8.1.2

tot het verstrekken van kleurenplots wit-papier, kleurenplots transparant papier en lichtdrukken wit-papier van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.8.1.2.1

Kleurenplots wit-papier formaat A0

€ 32,40

1.8.1.2.2

Kleurenplots wit-papier formaat A1

€ 26,10

1.8.1.2.3

Kleurenplots wit-papier formaat A2

€ 19,35

1.8.1.2.4

Kleurenplots wit-papier formaat A3

€ 16,20

1.8.1.2.5

Kleurenplots wit-papier formaat A4

€ 12,95

1.8.1.2.6

Kleurenplots transparant papier formaat A0

€ 38,85

1.8.1.2.7

Kleurenplots transparant papier formaat A1

€ 31,85

1.8.1.2.8

Kleurenplots transparant papier formaat A2

€ 26,10

1.8.1.2.9

Kleurenplots transparant papier formaat A3

€ 22,60

1.8.1.2.10

Kleurenplots transparant papier formaat A4

€ 16,20

1.8.1.2.11

Lichtdruk wit-papier formaat A0

€ 8,15

1.8.1.2.12

Lichtdruk wit-papier formaat A1

€ 6,40

1.8.1.2.13

Lichtdruk wit-papier formaat A2

€ 4,75

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen, per adres of object

€ 12,40

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 12,40

1.8.2.3

een inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is, als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet

€ 12,40

1.8.2.4

het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultureel erfgoed

€ 12,40

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet

€ 12,40

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag (wettelijk tarief)

1.9.2

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€  3,60

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€  10,60

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€  3,60

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€  7,05

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1

tot het verkrijgen van een urgentieverklaring als bedoeld in de Huisvestingsverordening

€  42,55

1.11.2

Als onderdeel van de aanvraag tot het verkrijgen van een urgentieverklaring wordt medisch advies ingewonnen. De onder 1.11.1 bedoelde leges zullen daarom worden vermeerderd met de kosten van medisch advies.

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

niet van toepassing

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.13.1

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€  42,55

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

Niet van toepassing (opgenomen in verordening op de heffing en invordering van markt- en staangeld Strijen 2008)

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 20,25

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€  19,70

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€  20,25

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 41,90

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 41,90

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 21,30

1.16.2

De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 10,60

1.16.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 88,00

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één speelautomaat

€  41,90

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste speelautomaat

€  41,90

en voor iedere volgende speelautomaat

€  21,30

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€  10,60

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen (prijsvraagvergunning)

€  10,60

Hoofdstuk 17 Kabels en leidingen

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 114,25

1.17.1.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met de tarieven die zijn genoemd in de “richtlijn tarieven (graaf)- werkzaamheden telecom: basistarieven 2012”.

1.17.1.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met de tarieven die zijn genoemd in de “richtlijn tarieven (graaf)- werkzaamheden telecom: basistarieven 2012”.

1.17.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€  57,20

1.17.1.4

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 1.18.1.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.17.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning voor het uitvoeren van werkzaamheden als bedoeld in artikel 4 van de Leidingverordening gemeente Strijen 2015:

€ 114,25

1.17.3.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,40

1.17.3.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, wordt het tarief per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 0,95

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€  21,30

1.18.2

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5 van de Wet personenvervoer

€ 21,30

1.18.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€  36,30

1.18.4

een ontheffing als bedoeld in artikel 148 van de Wegenverkeerswet (wedstrijd) voor zover burgemeester en wethouders bevoegd zijn ontheffing te verlenen

€ 21,30

1.18.5

tot het nemen van een verkeersbesluit tot het inrichten van een gehandicaptenparkeerplaats, op grond van artikel 18, lid 1, sub d van de Wegenverkeerswet en art 12 van het Besluit Administratieve bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW)

€ 36,30

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.19.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening (voorwerpen op of aan de weg)

€ 35,20

1.19.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:9 van de Algemene Plaatselijke Verordening (straatartiest)

€ 6,60

1.19.1.4

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening (overige geluidhinder)

€ 17,55

1.19.1.5

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening (collecte)

€ 6,60

1.19.1.6

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene Plaatselijke Verordening (standplaatsvergunning)

€ 11,75

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.19.2.1

Gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 3,60

1.19.2.2

Afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.19.2.2.1

per bladzijde in zwart-wit

€ 0,15

1.19.2.2.2

per bladzijde in kleur

€ 0,50

1.19.2.3

Kleurenplots wit-papier, kleurenplots transparant papier en lichtdrukken wit-papier, al dan niet behorend bij de in de onderdelen1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

1.19.2.3.1

Kleurenplots wit-papier formaat A0

€ 32,40

1.19.2.3.2

Kleurenplots wit-papier formaat A1

€ 26,10

1.19.2.3.3

Kleurenplots wit-papier formaat A2

€ 19,35

1.19.2.3.4

Kleurenplots wit-papier formaat A3

€ 16,20

1.19.2.3.5

Kleurenplots wit-papier formaat A4

€ 12,95

1.19.2.3.6

Kleurenplots transparant papier formaat A0

€ 38,85

1.19.2.3.7

Kleurenplots transparant papier formaat A1

€ 31,85

1.19.2.3.8

Kleurenplots transparant papier formaat A2

€ 26,10

1.19.2.3.9

Kleurenplots transparant papier formaat A3

€ 22,60

1.19.2.3.10

Kleurenplots transparant papier formaat A4

€ 16,20

1.19.2.3.11

Lichtdruk wit-papier formaat A0

€ 8,15

1.19.2.3.12

Lichtdruk wit-papier formaat A1

€ 6,40

1.19.2.3.13

Lichtdruk wit-papier formaat A2

€ 4,75

1.19.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€  42,55

1.19.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€  1,70

1.19.2.6

Het tarief voor het toezenden van stukken (toeslag bovenop geldende post tarieven) :

€ 2,10

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

aanlegkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.2

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft. Bij de berekening wordt gebruik gemaakt van de taxatieboekjes van Reed Business Information Bouw en Infra;

2.1.1.3

sloopkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting,, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.5

Schetsplan: een schriftelijk verzoek om een mondelinge reactie tot het verkrijgen van een vergunning voor een activiteit op grond van de Wabo op basis van de redelijke eisen van welstand,

2.1.1.6

Vooroverleg: een schriftelijk verzoek om een schriftelijk principebesluit tot het verkrijgen van een vergunning voor een activiteit op grond van de Wabo op basis van het bestemmingsplan en/of de redelijke eisen van welstand,

2.1.1.7

Conceptaanvraag: een schriftelijk verzoek om een schriftelijk principebesluit tot het verkrijgen van een vergunning voor een activiteit op grond van de Wabo, voordat een aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingediend,

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling schetsplan

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek

2.2.1

voor het in behandeling nemen van een schetsplan

€  120,60

2.2.2

voor het in behandeling nemen van een vooroverleg

€  181,00

2.2.2.1

Indien een extra toets nodig is voordat een principebesluit kan worden genomen of voordat informatie kan worden gegeven over het schetsplan, worden de leges van 2.2.1 of 2.2.2 verhoogd en worden de volgende aanvullende leges geheven voor:

2.2.2.2

Een welstandtoets

€  60,40

2.2.2.3.

Toetsing aan het bestemmingsplan

€  60,40

2.2.2.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project zouden worden vastgesteld.

10% - met een minimum van

€  157,55

2.2.2.5

Voorafgaand aan het in behandeling nemen van een verzoek als bedoeld in artikel 2.2, inhoudende een principe-uitspraak van het gemeentebestuur omtrent een ontwikkeling, waarvoor extern advies moet worden ingewonnen, worden de kosten van dat advies door middel van een begroting aan de aanvrager schriftelijk kenbaar gemaakt. De aanvrager heeft vijf werkdagen na ontvangst van de begroting gelegenheid daarmee schriftelijk in te stemmen of zijn verzoek in te trekken. De intrekking wordt door de aanvrager schriftelijk kenbaar gemaakt. Trekt aanvrager zijn verzoek niet in en is hij desondanks oneens met de begroting van kosten, dan is geen afgewogen integraal besluit over de gewenste ontwikkeling mogelijk en wordt het verzoek buiten behandeling gesteld.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder dan € 200.000 bedragen:

2,89 %

van de bouwkosten, met een minimum van:

€  209,00

2.3.1.1.2

indien de bouwkosten € 200.000 tot € 500.000 bedragen:

2,74 %

van de bouwkosten;

2.3.1.1.3

indien de bouwkosten € 500.000 tot € 1.000.000 bedragen:

2,33 %

van de bouwkosten;

2.3.1.1.4

indien de bouwkosten € 1.000.000 tot € 2.000.000 bedragen:

2,16 %

van de bouwkosten;

2.3.1.1.5

indien de bouwkosten € 2.000.000 tot € 5.000.000 bedragen:

1,99 %

van de bouwkosten;

2.3.1.1.6

indien de bouwkosten € 5.000.000 of meer bedragen:

1,96 %

van de bouwkosten, met een maximum van:

€ 150.000,00

Welstandstoets

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien een toetsing aan welstandscriteria moet plaatsvinden wordt:

2.3.1.2.1

Gereserveerd

2.3.1.2.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien een toetsing aan welstandscriteria moet plaatsvinden wordt, indien hierover het advies van de welstandscommissie moet worden ingewonnen, het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de volgende advieskosten, naar boven af te ronden op veelvouden van € 5,00:

·Bouwkosten van minder dan € 25.000,00: € 45,00

·Bouwkosten van € 25.000,00 of meer, doch minder dan € 1.250.000,00: € 1,8‰ van bouwkosten

·Bouwkosten van € 1.250.000,00 of meer € 2.250,00

Extra welstandstoets

2.3.1.2.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 en 2.3.1.2 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is, het bedrag en promillage zoals aangegeven in 2.3.1.2

Verplicht advies agrarische commissie

2.3.1.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op agrarische aspecten getoetst moet worden door de gemeente, bedragen de kosten van dat onderzoek

€ 428,50

2.3.1.3.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op agrarische aspecten getoetst moet worden door een externe deskundige, worden de kosten van dat advies in rekening gebracht bij de aanvrager. Het tarief bedraagt voor

standaardadvies voor bestaande bedrijven

€ 822,55

nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een bedrijfsplan

€ 964,35

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

125 %

Van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2,39 %

van de aanlegkosten, met een minimum van:

€ 87,10

en een maximum van:

€ 150.000,00

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking ), met uitzondering van de afwijking/ontheffing op grond van de bestemmingen ‘Waterstaat’ en ‘Waterstaat-Waterkering’

€ 23 8 , 4 5

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€ 238,45

2.3.3.2.1

Met dien verstande dat Indien de kosten van het project minder zijn dan € 2500,- het tarief van 2.3.3.2 wordt aangepast tot:

€  76,30

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.867,15

2.3.3.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 477,95

2.3.3.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 477,95

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 477,95

2.3.3.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 477,95

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) , met uitzondering van de afwijking/ontheffing op grond van de bestemmingen ‘Waterstaat’ en ‘Waterstaat-Waterkering’ :

€  477,95

2.3.4.1.1

Met dien verstande dat Indien de kosten van het project minder zijn dan €10.000,- het tarief van 2.3.4.1 wordt aangepast tot :

€  239,00

2.3.4.1.2

Met dien verstande dat Indien de kosten van het project minder zijn dan € 2500,- het tarief van 2.3.4.1 wordt aangepast tot:

€  76,30

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

€  477,95

2.3.4.2.1

Met dien verstande dat Indien de kosten van het project minder zijn dan €10.000,- het tarief van 2.3.4.2 wordt aangepast tot:

€  239,00

2.3.4.2.2

Met dien verstande dat Indien de kosten van het project minder zijn dan € 2500,- het tarief van 2.3.4.2 wordt aangepast tot :

€  76,30

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€  2.867,15

2.3.4.4

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€  477,95

2.3.4.5

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 477,95

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€  477,95

2.3.4.7

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€  477,95

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€  422,40

2.3.5.1

Het tarief onder 2.3.5 wordt verhoogd met een toeslag zoals hieronder aangegeven. Voor een bouwwerk of inrichtingen (bouwwerk geen gebouw zijnde), met een gebruiksoppervlakte:

Cat. 1: 0 t/m 100 m² € 425,65

Cat. 2: 101 t/m 500 m² € 175,60 + 2,37 per m²

Cat. 3: 501 t/m 2.000 m² € 964,05 + 0,90 per m²

Cat. 4: 2.001 t/m 5.000 m² € 2.409,40 + 0,237 per m²

Cat. 5: 5.001 t/m 50.000 m² € 3.310,45 + 0,060 per m²

Cat. 6: meer dan 50.000 m² € 5.277,00 + 0,0228 per m²

2.3.5.2

Indien een aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel

2.3.5.1 betrekking heeft op het tijdelijk gebruik van een bouwwerk ten

behoeve van een evenement (gebruiksduur maximaal 4 weken) 10 %

van het legestarief vermeld onder 2.3.5.1

2.3.5.3

Indien de aanvraag om een vergunning bedoeld in 2.3.5.1 betrekking heeft op een vergunning tot wijziging dan wel uitbreiding van een vergunning bedraagt het legestarief indien het betreft:

2.3.5.3.1

uitbreiding van de inrichting, met dien verstande dat de uitbreiding

tenminste 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte beslaat:

Het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.5.1, met dien verstande dat de

toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding

2.3.5.3.2

herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de gehele

inrichting dan wel een deel van de inrichting, met dien verstande dat deze herindeling tenminste 10% van de gebruiksoppervlakte beslaat:

50% van het legestarief vermeld onder 2.3.5.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding

2.3.5.4

Een verklaring van de overdracht van een omgevingsvergunning welke betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, aan de nieuwe gebruiker

€  88,90

2.3.5.5

Indien een aanvraag om ontheffing of vergunning tijdens de behandeling door de aanvrager wordt ingetrokken of wordt geweigerd, worden de, volgens artikel 2.3.5.1 tot 2.3.5.4 berekende leges, met 50% verminderd.

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

(gereserveerd)

2.3.7

Sloopactiviteiten

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

2.3.7.1.1

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo:

€  324,70

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 60,85

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening], bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 170,15

2.3.10

Kappen

2.3.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 73,75

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.10.1 wordt het bedrag, indien voor de beoordeling van de aanvraag als bedoeld in onderdeel 2.3.10.1 advies van een externe deskundige in het kader van de Flora- en faunawet moet worden ingewonnen, verhoogd met de volgende advieskosten.

€ 188,90

2.3.10A

Lichtreclame

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het plaatsen van lichtreclame waarvoor ingevolge artikel 4:16 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in aritkel 2.2, eerste lid, aanhef en onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief

€ 9,55

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10, vijfde lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.11.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:

€ 25,65

2.3.11.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:

€ 25,65

2.3.12

Natura 2000-activiteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 172,75

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit), bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 172,75

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€  172,75

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.2.1

Als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

€  172,75

2.3.14.2.2

Als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

2.3.15.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde omgevingsvergunning, eerste fase: een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als in 2.3.15.1 bepaald en verminderd met de voor de primaire omgevingsvergunning, eerste fase, berekende leges, met dien verstande dat in elk geval € 117,90 is verschuldigd en dat geen restitutie van de voor de primaire omgevingsvergunning, eerste fase, betaalde leges plaatsvindt.

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op milieukundige aspecten getoetst moet worden, worden de kosten van dat advies in rekening gebracht worden bij de aanvrager.

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

2.3.16.2.1

Indien de beoordeling door de gemeente wordt gedaan:

€ 109,45

2.3.16.2.2

Indien de beoordeling door een externe deskundige wordt gedaan van:

een archeologisch vooronderzoek (bureau- en/of inventariserend veldonderzoek):

€  506,20

een programma van eisen:

€ 379,35

een proefsleuvenonderzoek:

€ 1.699,95

een ander (vervolg-) onderzoek

€ 1.699,95

2.3.17

Advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het inwinnen van het advies aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting of offerte die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting of offerte als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€  400,10

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 160,10

2.3.18.1.3

Het tarief zoals genoemd in artikel 2.3.18.1.2 wordt verhoogd met de kosten die het bestuursorgaan voor de verklaring van geen bedenkingen in rekening brengt.

2.3.19

Verklaring geen omgevingsvergunning nodig

2.3.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het afgeven van een verklaring dat voor een plan geen omgevingsvergunning is vereist:

€ 23,65

2.3.20

Overschrijven vergunningen

2.3.20.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een op basis van dit hoofdstuk verleende vergunning bedraagt:

€ 37,55

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een verzoek tot vooroverleg/schetsplan als bedoeld in onderdelen 2.2.1 en 2.2.2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de van het vooroverleg/schetsplan geheven leges met 50% in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.De vermindering geldt niet voor de onderdelen 2.2.2.2 en 2.2.2.3.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor Wabo activiteiten

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat activiteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.7, 2.3.9 en 2.3.10 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

2.5.1.1

indien de aanvraag wordt ingetrokken voordat de aanvraag is gepubliceerd

75 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.2

indien de aanvraag wordt ingetrokken voor de toetsing op de ontvankelijkheid van de aanvraag

60 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

2.5.1.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na de toetsing op de ontvankelijkheid van de aanvraag en indien de vergunning op dat tijdstip nog niet is verleend

40 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor Wabo activiteiten

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.7, 2.3.9 en 2.3.10 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

25 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor Wabo activiteiten

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 , 2.3.7, 2.3.9 of 2.3.10 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

25 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.2

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.7, 2.3.9 of 2.3.10 buiten behandeling stelt vanwege het niet tijdig aanleveren van de ontbrekende gegevens, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

40 %

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

2.5.3.3

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

2.5.4

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 98,00 wordt niet teruggegeven.

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

Nihil

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een reeds verleende omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project, wordt verrekend met het tarief voor de reeds verleende omgevingsvergunning, met dien verstande dat het tarief niet minder dan € 98,00 zal bedragen.

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 4.300,70

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.867,10

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

Niet van toepassing

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€  70,85

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 213,05

3.1.2

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening

€ 41,85

3.1.3

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening

€ 17,55

3.1.4

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 41,85

3.1.5

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

€ 46,80

3.1.6

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Drank- en Horecawet

€ 46,80

3.1.7

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 41,70

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening (evenementenvergunning)

€ 58,60

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.23 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€  11,75

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een markt als bedoeld in artikel 5 van de Marktverordening gemeente Strijen 2008 (vergunning organisatie)

€ 11,75

Hoofdstuk 3 Seksbedrijven

3.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

3.3.1.1

tot het verlenen of verlengen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 761,55

3.3.1.2

Voor het wijzigen van een vergunning als bedoeld onder artikel 3.3 wordt het tarief in rekening gebracht van

€ 100,35

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte

Niet van toepassing

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening

Niet van toepassing

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, toestemming of verklaring op grond van de Brandbeveiligingsverordening bedraagt het tarief:

3.6.1

0 t/m 100 m² € 83,00

100 t/m 500 m² € 81,05 + € 0,295 per m² boven de 100 m²

500 t/m 1.000 m² € 81,05 + € 0,235 per m² boven de 500 m²

1.000 t/m 5.000 m² € 81,05 + € 0,112 per m² boven de 1.000 m²

meer dan 5.000 m² € 81,05 + € 0,064 per m² boven de 5.000 m²

3.6.2

Voor tijdelijke bouwsels en eenmalige evenementen ongeacht het vloeroppervlak

€ 85,10

3.6.3

Voor overige beschikkingen op grond van de Brandbeveiligingsverordening

€ 42,55

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 48,65

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Strijen, gehouden op 19 december 2017.

de griffier, de voorzitter,

M.A. Bourdrez drs. J.B. Waaijer