Regeling vervallen per 01-01-2020

Privacyreglement cameratoezicht publiekshal

Geldend van 14-04-2014 t/m 31-12-2019

Intitulé

Privacyreglement cameratoezicht publiekshal

Het College van burgemeester en wethouders van Uden;

overwegende dat zich camera’s bevinden in de publiekshal van het gemeentehuis;

overwegende dat de ondernemingsraad voor onderliggend reglement op 13 maart 2014 instemming heeft verleend;

gelet op artikel 38 Vrijstellingsbesluit Wbp en artikel 8, sub a, c tot en met f, van de Wet bescherming persoonsgegevens;

b e s l u i t

vast te stellen het

Privacyreglement cameratoezicht publiekshal

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

De begrippen in dit reglement dienen te worden uitgelegd overeenkomstig die uit de Wet bescherming persoonsgegevens, hierna ook genoemd: de wet. Daarnaast wordt in dit reglement verstaan onder:

  • 1.

    college: het college van burgemeester en wethouders van gemeente Uden;

  • 2.

    verantwoordelijke: de gemeentesecretaris aan wie het college de taak van cameratoezicht opdraagt inclusief het toezicht op de naleving van dit reglement.

  • 3.

    beheerder: het afdelingshoofd publiekszaken aan wie het college hierbij de taak opdraagt van de dagelijkse zorg van cameratoezicht, het beheer van alle beeldinformatie en de overige gegevens én de uitvoering van dit reglement, of aan een andere medewerker die de verantwoordelijke schriftelijk aanwijst als beheerder;

  • 4.

    technisch beheerder: de technisch gebouwbeheerder die de beheerder met zijn medeweten voor het technische gedeelte bijstaat in zijn taak, of een andere medewerker die de beheerder schriftelijk aanwijst als technisch beheerder;

  • 5.

    cameratoezicht: verwerking van persoonsgegevens vanuit de publiekshal in een bestand zoals bedoeld in de wet, middels verkregen beeldinformatie in een opnameruimte;

  • 6.

    publiekshal: het terrein in het gemeentehuisgebouw gelegen aan de Markt 145 te Uden en dat bij binnenkomst door de hoofdingang, vrij toegankelijk is voor een ieder en waar gemeentelijke dienstverlening plaatsvindt;

  • 7.

    beeldinformatie: de door het camerasysteem verkregen videobeelden met inbegrip van de op dat moment aanwezige personen en zaken, en geregistreerd naar tijdstip, datum en plaats;

  • 8.

    opnameruimte: de ruimte waar opslag van de opgenomen beelden plaatsvindt;

  • 9.

    camerasysteem: het samenhangend geheel van camera’s, beeldschermen, opnameapparatuur, verbindingskasten en vaste signaal- en kabelverbindingen voor de beeldinformatie (geen Wi-Fi);

  • 10.

    incident: een gebeurtenis waarbij een of meer personen, zaken of dienstverleningsprocessen in gevaar zijn of dreigen te komen.

Artikel 2. Doel van de verwerking van persoonsgegevens

Doel van de verwerking van persoonsgegevens is het vastleggen van persoonsgegevens ter preventie dan wel ondersteuning van:

  • a.

    de bescherming van de veiligheid en gezondheid van medewerkers en overige personen die zich in de publiekshal bevinden;

  • b.

    de beveiliging en bewaking van de toegang en de zaken die zich in de publiekshal bevinden;

  • c.

    de beveiliging en bewaking van dienstverleningsprocessen;

  • d.

    de opsporing van, dan wel de bewijsvoering tegen personen, die zich mogelijk schuldig hebben gemaakt aan het plegen van enig strafbaar feit respectievelijk van een onrechtmatige daad in de publiekshal,

tegen inbreuken en/of daden waaruit schade aan personen en/of zaken, of vermindering van de veiligheid in de publiekshal kan ontstaan.

Artikel 3. Betrokkenen in de verwerking

De verwerking bevat uitsluitend persoonsgegevens over personen die zich in de publiekshal bevinden, slechts na feitelijke analyse van een incident te verdelen in de volgende groepen:

  • 1.

    de ambtenaar of andere persoon in dienst van of werkzaam voor de gemeentelijke organisatie;

  • 2.

    de persoon die een gemeentelijke dienst afneemt of gaat afnemen;

  • 3.

    de persoon aan wie de toegang tot het gemeentehuis is ontzegd;

  • 4.

    de persoon die zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van enig strafbaar feit en/of van een onrechtmatige daad;

  • 5.

    de persoon die al dan niet getuige van het incident kan zijn geweest.

Artikel 4. Persoonsgegevens in de verwerking

  • 1.

    De verwerking bevat over de in artikel 3 vermelde personen de volgende persoonsgegevens:

    • a.

      videobeelden van de persoon, met

    • b.

      indicatie van de datum en tijd van de opname, en

    • c.

      plaats van de opname,

welke gegevens worden verkregen door het cameratoezicht en niet worden gekoppeld aan overige persoonsgegevens.

  • 2.

    De camera’s zijn voor iedereen zichtbaar geplaatst, en bij de hoofdingang van het gemeentehuis is melding gemaakt van het cameratoezicht.

  • 3.

    De beeldinformatie, opgenomen gedurende en buiten werktijden, zal niet worden aangewend voor de vastlegging van andere bewegingen of gedragingen van personen, dan de registratie van diefstal, vernieling, agressie, fraude en/of obstructie.

Artikel 5. Toegang tot de beeldinformatie

  • 1. Mits de beheerder de toegang tot de beeldinformatie en de opnameruimte en protocolleert, heeft naast de beheerder deze toegang:

    • a.

      de verantwoordelijke voor de uitoefening van zijn taak;

    • b.

      de beveiligingsfunctionaris en een jurist van Middelen voor de ondersteuning bij het beoordelen van de beeldinformatie of bij een melding sprake is van een incident;

    • c.

      de technisch beheerder en de onder zijn leiding staande personen voor het uitvoeren van systeembeheeractiviteiten, en

    • d.

      de ambtenaren van de politie ingeval van incidenten, ter uitvoering van hun publiekrechtelijke taak.

  • 2. Er is sprake van een melding van een incident indien de betrokken persoon verklaart schade of vermindering van veiligheid te ervaren, dan wel de beheerder aangeeft dat van deze ervaring sprake zou kunnen zijn of de politie aangeeft dat sprake zou kunnen zijn van een strafbaar feit.

  • 3. Na melding van een incident wordt binnen 12 uur de hierop betrekking hebbende beeldinformatie overgezet op een losse gegevensdrager en start de beheerder de behandeling daarvan.

Artikel 6. Toegang tot de opnameruimte

  • 1. Uitsluitend met toestemming en protocolplicht van de beheerder hebben de volgende personen toegang tot de opnameruimte en kunnen hoogstens de beelden live uitlezen tijdens hun werkzaamheden, te weten:

    • a.

      de teamleider KCC voor de controle van de werking van het camerasysteem;

    • b.

      de bewakingsfunctionarissen werkzaam voor of namens de verantwoordelijke ter uitvoering van het doel van artikel 2 sub a tot en met c, en

    • c.

      de gebouwenbeheerder bij het uitvoeren van onderhoudsactiviteiten, meer toevallig en slechts voor zover een andere bevoegde persoon op dat moment de live beelden uitleest.

  • 2. Bij het uitlezen van live beelden is geen sprake van een verwerking van persoonsgegevens in de zin van de wet.

Artikel 7. Verwijdering en vernietiging van persoonsgegevens

  • 1. Persoonsgegevens die niet meer nodig zijn voor het doel van de verwerking, worden automatisch van het camerasysteem verwijderd. De gebruikte techniek hierbij is volgens het ‘first-in, first-out’ principe. De duur waarop gegevens worden bewaard is afhankelijk van:

    • -

      de omvang van de harddisk;

    • -

      het aantal camera’s waarvan de beelden worden opgeslagen;

    • -

      de beeld verversingsfrequentie (frame rate) waarmee deze beelden worden opgeslagen;

    • -

      de kwaliteit van de beeldinformatie dat afhankelijk is van de mate van compressie van de gegevens;

    • -

      de lichtwaarde omstandigheden en daarmee samenhangend de keuze voor de opname van het videobeeld.

  • 2. De nieuwe beeldinformatie overschrijft de oudste beeldinformatie, waardoor deze laatste informatie onherstelbaar wordt vernietigd, of dat gebeurt op de wijze zoals de beheerder protocolleert; in beide gevallen dient de configuratie zodanig te worden ontworpen dat de beeldinformatie niet langer dan 24 uren na de vastlegging zal worden bewaard.

  • 3. De beeldinformatie van artikel 5, derde lid, wordt alleen bewaard, indien binnen 12 uur wordt geconstateerd dat sprake is van een incident, totdat dit geconstateerde incident is afgehandeld.

Artikel 8. Beveiliging

  • 1. De beheerder zorgt ervoor dat de code tot het inzien van de beeldinformatie uitsluitend bekend is bij hemzelf, de verantwoordelijke of hun vervangers.

  • 2. De beheerder treft voorzieningen ter bescherming van de persoonsgegevens tegen opzettelijk verkeerd of onachtzaam gebruik door personen die met de werkzaamheden, verbonden aan de werking van het cameratoezicht, zijn belast, alsmede beschadiging door toedoen van derden;

Artikel 9. Verstrekking van persoonsgegevens aan derden

De verantwoordelijke of de beheerder beslist overeenkomstig de wet over de verstrekking van persoonsgegevens:

  • a.

    aan personen die betrokken zijn bij en/of belast zijn met strafrechtelijke, bestuursrechtelijke dan wel civielrechtelijke acties, voor zover dit voortvloeit uit het doel van de registratie;

  • b.

    indien dit wordt vereist ingevolge een wettelijk voorschrift dan wel geschiedt met toestemming van de betrokkene;

  • c.

    aan ambtenaren van de politie in geval van incidenten, ter uitvoering van hun publiek taak;

  • d.

    aan overige personen zoals omschreven in artikel 38, vijfde lid, van het Vrijstellingsbesluit Wbp.

Artikel 10. Protocolplicht

  • 1. De beheerder legt vast:

    • a.

      de personen die toegang hebben tot de opnameruimte en de beeldinformatie;

    • b.

      de melding van incidenten en de wijze van behandeling daarvan;

    • c.

      de vernietiging van beeldinformatie

    • d.

      de verstrekking.

  • 2. Op verzoek van de betrokkene verstrekt de beheerder binnen 4 weken na ontvangst van het verzoek, informatie aan de betrokkene betreffende enige verstrekking van gegevens die zijn persoon betreffen.

  • 3. De protocolgegevens worden tenminste 12 maanden bewaard.

  • 4. In het register Wet bescherming persoonsgegevens gemeente Uden wordt de bij dit reglement behorende registratie ‘Cameratoezicht in de publiekshal’ aangehouden.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Dit reglement treedt in werking op de dag na die van bekendmaking in het gemeenteblad.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Privacyreglement cameratoezicht publiekshal.

Uden, 25 maart 2014

Burgemeester en wethouders van Uden

de secretaris

de burgemeester

mr. J.M. Smarius

drs. H.A.G. Hellegers

Registratie Cameratoezicht in publiekshal

Grondslag voor de verwerking Art. 8 sub a, c, d, e resp. f Wbp

nl. kenbaar bij het betreden publiekshal en toestemming voor het maken van opnames verondersteld en zonodig gerechtvaardigd belang voor het uitkijken van de beelden

Doel verwerking beveiliging van personen en materiaal in de publiekshal en preventie tegen geweld, en opsporing van strafbare feiten

Betrokkenen bezoekers en medewerkers in de publiekshal

Gegevens en bijzondere gegevens - opnames van de publiekshal met de daarin aanwezige personen en materiaal

-videobeelden met vastlegging van tijdstip, datum en plaats

Verzameldoel van gegevens Voldoen aan de zorg over de mensen en het materieel in de publiekshal

De registratie van diefstal, vernieling, agressie, fraude en/of obstructie.

Ontvangers Intern: verantwoordelijke (gemeensecretaris) en beheerder (afdelingshoofd publiekszaken), met protocolplicht:

én bij incident : beveiligingsfunctionaris, jurist MID;

én bij onderhoud: technisch beheerder

Extern: bij incident politie, betreffende persoon

Vrijgesteld cfm Vrijstellingsbesluit art. 38 VB

Bewaartermijn 24 uur na ontvallen rechtsgrond, geautomatiseerd

Maatregelen beveiliging -beveiligingsmaatregelen staan in het reglement

Informatieplicht -voldaan aan informatieplicht: Privacyreglement in gemeenteblad;

kenbaar voor personeel en publiek bij betreden publiekshal