Subsidie gebruik accommodaties voor bewonersinitiatieven gemeente Utrecht

Geldend van 01-01-2017 t/m heden

Intitulé

Subsidie gebruik accommodaties voor bewonersinitiatieven gemeente Utrecht

Subsidie gebruik accommodaties voor bewonersinitiatieven gemeente Utrecht

Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht;

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 lid 2 Algemene subsidieverordening 2014 (ASV 2014);

Overwegende:

  • -

    dat in het collegeakkoord “Utrecht maken we samen” en in de nota “Vernieuwend Welzijn” het streven is benoemd naar goede, toegankelijke en aantrekkelijke accommodaties voor maatschappelijke initiatieven;

  • -

    dat naast het gemeentelijk aanbod van buurtcentra en buurtcentra in zelfbeheer er een flexibele schil aan accommodaties bestaan die in essentie ook geschikt zijn en/of aan te passen zijn voor het maatschappelijk initiatief;

  • -

    dat het doel van deze subsidie is de flexibele schil maximaal te benutten door eenvoudige fysieke aanpassingen aan een accommodatie aan te brengen;

  • -

    dat het gewenst is ter invulling van hun beleidsruimte een beleidsregel vast te stellen waarin wordt vastgelegd onder welke voorwaarden en verplichtingen men een subsidie voor de aanpassing van maatschappelijk vastgoed kan aanwenden;

BESLUIT:

Vast te stellen de volgende:

Beleidsregel subsidie gebruik accommodatie voor bewonersinitiatieven.

Artikel 1 Definities

In deze beleidsregel wordt verstaan onder;

1.Maatschappelijk vastgoed: accommodaties bestemd voor maatschappelijke functies zoals

sport(kantines), zorg, onderwijs, scouting.

  • 2.

    Fysieke aanpassingen: aanpassingen aan het gebouw om functionaliteit, beheersbaarheid, toegankelijkheid te verbeteren ten behoeve van activiteiten van bewoners, bijvoorbeeld een extra wand, deur, sloten op tussendeuren.

  • 3.

    Kosten: het bedrag incl. btw voor bouwkundige of bouwtechnische maatregelen om medegebruik door bewoners en andere maatschappelijke initiatieven mogelijk te maken;

  • 4.

    Maatschappelijke activiteiten en/of initiatieven: activiteiten die bijdragen aan sociale contacten, vrije tijdsbesteding, fysieke gezondheid, inkomen en werk, (sociale) veiligheid en armoedebestrijding.

  • 5.

    De activiteiten dienen in overeenstemming te zijn met het geldende bestemmingsplan.

Artikel 2 Doel en werkingssfeer

Het doel van de subsidie is:

  • 1.

    Het stimuleren van gebruik van accommodaties met een andere kernfunctie dan buurtcentrum, voor (bewoners)activiteiten en maatschappelijke initiatieven.

  • 2.

    Er wordt uitsluitend subsidie verstrekt voor het verbouwen van bestaande accommodaties.

  • 3.

    Er is geen recht op subsidie als de accommodatie niet beschikbaar wordt gesteld voor (bewoners)activiteiten en maatschappelijke initiatieven tegen een tarief dat geldt voor buurtcentra

  • 4.

    Op de subsidie als bedoeld in deze beleidsregel kan uitsluitend een beroep worden gedaan door natuurlijke of rechtspersonen die eigenaar/huurder zijn van de accommodatie die wordt verbouwd.

  • 5.

    De regeling is van toepassing in 2017, 2018 en 2019.

Artikel 3 Subsidie eisen

  • 1. De subsidie kan eenmaal per accommodatie worden verstrekt.

  • 2. De subsidie bedraagt maximaal € 10.000 per aanpassing.

  • 3. De regeling is niet van toepassing op beheer, exploitatie en/of huurlasten

  • 4. Uitsluitend gebouwen met een bestemming die maatschappelijke activiteiten toelaten, komen in aanmerking voor een subsidie.

  • 5. De regeling is uitsluitend bedoeld voor het maatschappelijk vastgoed wat gelegen is in de gebieden waar bewonersactiviteiten niet terecht kunnen in buurtcentra.

Artikel 4 Vaststelling subsidieplafond

  • 1. Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast.

  • 2. Het beschikbare subsidiebedrag bedraagt maximaal €50.000,- per jaar.

Artikel 5 Volgorde subsidieverlening

  • 1. Subsidieaanvragen worden behandeld in volgorde van ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2. Uiterlijk binnen 13 weken neemt het college een besluit op een volledige aanvraag.

Artikel 6 Aanvraag

  • 1. De subsidieaanvraag moet vóór de start van de aanpassingen worden ingediend bij het College.

  • 2. Bij de subsidieaanvraag dienen de volgende bescheiden te worden overlegd:

    • -

      Informatie over het huidige en toekomstige gebruik van het gebouw;

    • -

      Informatie over de reden en aard van de aanpassingen;

    • -

      Een indicatie van de kosten van de aanpassingen (offerte);

    • -

      Een overzicht van de verhuurtarieven die gehanteerd (gaan) worden voor bewonersactiviteiten;

    • -

      een foto van de aan te passen situatie.

  • 3. Uitkering van de subsidie volgt na definitieve vaststelling op basis van de gereed melding van de aanpassingen.

  • 4. Voor het aanvragen van een subsidie en het afleggen van verantwoording dient gebruik te worden gemaakt van het daartoe door of namens het college vastgestelde formulier(-en).

Artikel 7 Verplichtingen

  • 1. De werkzaamheden dienen binnen een jaar na subsidieverlening te zijn afgerond.

  • 2. De subsidie wordt verleend met de verplichting dat gedurende minimaal drie jaar de ruimte(n) beschikbaar blij(ft)ven voor bewonersactiviteiten.

Artikel 8 Vaststelling subsidie

1.Ten behoeve van de vaststelling van de subsidie overlegt de aanvrager de volgende

documenten:

  • -

    factuur van de aanpassing(en)

  • -

    een foto van de gewijzigde situatie.

Artikel 9 Wijzigen of intrekken vaststelling subsidie

1.Het college trekt de vaststelling in als niet wordt voldaan aan de verplichtingen genoemd in artikel 10 en zal het subsidiebedrag in zijn geheel terugvorderen.

Artikel 10 Uitbetaling subsidie

1.De subsidie wordt binnen zes weken na de subsidievaststelling betaald.

Artikel 11 Evaluatie

1.Vanaf de inwerkingtreding van de beleidsregel vindt evaluatie en zo nodig bijstelling

1. van de beleidsregel plaats.

Artikel 12 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze beleidsregel kan worden aangehaald als Beleidsregel subsidie aanpassing accommodaties t.b.v. bewonersactiviteiten.

  • 2.

    Deze beleidsregel treedt in werking op 1 januari 2017.

  • 3.

    De werking van de beleidsregel eindigt op 31-12-2019

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht op 20 december 2016.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. G.G.H.M. Haanen Mr. J. van Zanen