Regeling vervallen per 01-01-2022

Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 22 november 2016, nr. 819FA880, houdende nadere regels op grond van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht (Uitvoeringsverordening Subsidie Recreatie en Toerisme 2016–2019 Provincie Utrecht)

Geldend van 25-11-2016 t/m 14-01-2019

Intitulé

Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 22 november 2016, nr. 819FA880, houdende nadere regels op grond van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht (Uitvoeringsverordening Subsidie Recreatie en Toerisme 2016–2019 Provincie Utrecht)

Gedeputeerde staten van Utrecht;

Gelet op artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en de artikelen 4, 6 en 32 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

Overwegende dat Provinciale Staten op 31 oktober 2016 de Agenda Recreatie en Toerisme 2016–2019 hebben vastgesteld;

Overwegende dat de provincie Utrecht zich wil inzetten voor de volgende onderwerpen:

  • a.

    Merkversterking en groei bezoekers en bestedingen,

  • b.

    Versterken Recreatief Hoofdnetwerk (RHN),

  • c.

    Accommoderen recreatiedruk om de steden,

  • d.

    Innovatief toeristisch ondernemerschap,

  • e.

    Transitie recreatieschappen en oprichting routebureau;

Overwegende dat het versterken en instandhouden van het Recreatief Hoofdnetwerk (met uitzondering van landelijke routes) en het accommoderen van de recreatiedruk om de steden al via de Agenda Vitaal Platteland worden gesubsidieerd;

Overwegende dat ten aanzien van de transitie recreatieschappen en de oprichting routebureau al in de financiering is voorzien;

Besluiten de volgende uitvoeringsverordening vast te stellen:

Paragraaf 1 Algemeen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. Agenda Recreatie en Toerisme:

    Agenda Recreatie en Toerisme 2016–2019 provincie Utrecht (besluit van Provinciale Staten van 31 oktober 2016);

  • b. Asv:

    Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

  • c. Bovenlokaal:

    gemeentelijk niveau overstijgend;

  • d. Internationaal schaalniveau:

    het project richt zich op het werven van buitenlandse bezoekers;

  • e. LAW-routes:

    Lange-Afstand-Wandelroutes. De LAW’s vormen een landelijk dekkend routenetwerk;

  • f. LF-routes:

    Landelijke Fietsroutes. De LF’s vormen een landelijk dekkend routenetwerk;

  • g. Recreatief Hoofdnetwerk (RHN):

    een samenhangend geheel van (boven)regionale routes voor wandelen, fietsen en varen, met als toegangspunten de toeristische overstappunten (TOP’s);

  • h. Routebureau Utrecht:

    in 2016 opgerichte samenwerking tussen gemeenten, recreatieschappen en provincie Utrecht;

  • i. TOP’s:

    een toeristisch overstappunt (TOP) is een voor recreanten goed bereikbare en aantrekkelijke plek waar bezoekers hun bezoek aan een recreatie-, erfgoed- of natuurgebied starten. Er is routeinformatie en altijd horeca in de nabijheid.

Artikel 2 Criteria

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten als bedoeld in artikel 32 van de Asv die gericht zijn op:

  • 1.

    Merkversterking en groei van het aantal bezoekers en bestedingen in de provincie Utrecht. Een subsidie wordt slechts verstrekt als aan elk van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      Het project richt zich op collectieve marketing en promotie met als doel meer bezoekers; en

    • b.

      Het project richt zich op het internationale schaalniveau; en

    • c.

      Het project past binnen één van de toeristische thema’s Rietveld/Mondriaan/Nijntje, militair verleden, kastelen en buitenplaatsen, fietsen; en

    • d.

      Het project kent een samenwerking met meerdere partners.

  • 2.

    Innovatief toeristisch ondernemerschap in de provincie Utrecht. Een subsidie wordt slechts verstrekt als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      Het project kent een samenwerking met meerdere partners; en

    • b.

      Het project heeft een aantoonbaar bovenlokaal belang; en

    • c.

      Het project versterkt de vindbaarheid van interessante informatie met bovenlokale relevantie voor recreanten en toeristen in de provincie Utrecht, heeft betrekking op de U-base en open data en is bijvoorbeeld gericht op het verbeteren en beter koppelen van datasets of het ontwikkelen van nieuwe digitale toepassingen;

    • d.

      Het project betreft onderzoek en kennisuitwisseling en is gericht op het gebruik en de beleving van het Utrechtse recreatieaanbod van bovenlokaal niveau;

    • e.

      Het project levert een vernieuwend verdienmodel op van/voor ondernemers waarbij aantoonbaar de financiering van het beheer of onderhoud van bovenlokale recreatie- of natuurgebieden aanzienlijk wordt versterkt;

    • f.

      Het project levert vernieuwende product-marktcombinaties op die kwaliteit en verscheidenheid van natuur en recreatie van bovenlokaal niveau waarborgen en bij voorkeur duurzaam van aard zijn.

  • 3.

    Versterken en instandhouden landelijke routenetwerken in de provincie Utrecht. Een subsidie wordt slechts verstrekt als aan elk van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      Het project richt zich op het hoofdnetwerk van de LF-routes en LAW-routes voor fietsen en wandelen;

    • b.

      Het project, genoemd in artikel 2, 3e lid onder a, komt uitsluitend in aanmerking voor subsidie indien de routes deel uitmaakten van het Meerjarenprogramma Landelijke Routenetwerken wandelen en fietsen 2007–2013 en zijn gelegen in de provincie Utrecht; en

    • c.

      Het project, genoemd in artikel 2, 3e lid onder a, komt uitsluitend in aanmerking voor subsidie voor zover er geen overlap is met de activiteiten van het Routebureau Utrecht.

Artikel 3 Afwegingscriteria

Bij de beoordeling van de projecten gelden de volgende afwegingscriteria:

  • 1.

    De mate waarin het project bijdraagt aan de gestelde beleidsdoelen zoals verwoord in de Agenda Recreatie en Toerisme 2016–2019;

  • 2.

    De prijs-kwaliteitverhouding;

  • 3.

    De verhouding tussen eigen bijdragen en de gevraagde provinciale bijdrage;

  • 4.

    De mate waarin gunstige effecten op de vraag (aantal bezoekers, bekendheid etc.) kunnen worden verwacht;

  • 5.

    De mate waarin wordt samengewerkt tussen partners.

Artikel 4 Subsidieontvangers/Doelgroepen

  • 1. Subsidies als bedoeld in artikel 2, 1e en 2e lid, kunnen worden aangevraagd door:

    • a.

      non-profit organisaties;

    • b.

      gemeenten in de provincie Utrecht;

    • c.

      regionale en stedelijke bureaus voor toerisme;

    • d.

      routebureau Utrecht (in oprichting);

    • e.

      publiek-private samenwerkingsverbanden.

  • 2. Subsidies al bedoeld in artikel 2, 3e lid, kunnen worden aangevraagd door:

    • a.

      stichting Wandelnet;

    • b.

      stichting Landelijk Fietsplatform.

Artikel 5 Aanvraag (Tender)

  • 1. Voor 2016 geldt dat aanvragen uiterlijk kunnen worden ingediend op 1 december 2016. Vanaf 2017 tot en met 2019 geldt dat aanvragen uiterlijk kunnen worden ingediend op 1 februari en 1 september.

  • 2. Aanvragen worden ingediend met behulp van een aanvraagformulier dat opvraagbaar is bij de Provincie Utrecht, beleidscluster recreatie en toerisme.

Artikel 6 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 10 van de Asv, gelden de volgende weigeringsgronden.

Subsidie kan worden geweigerd indien:

  • a.

    Het project naar het oordeel van Gedeputeerde Staten niet of onvoldoende bijdraagt aan de (beleids)doelen zoals geformuleerd in de Agenda Recreatie en Toerisme 2016–2019;

  • b.

    Het project naar het oordeel van Gedeputeerde Staten op grond van de ingediende begroting financieel niet haalbaar is.

Artikel 7 Hoogte van de subsidie

  • 1. Voor activiteiten als bedoeld in artikel 2, 1e en 2e lid geldt:

    • a.

      de subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten tot maximaal het tekort op de begroting;

    • b.

      De subsidie bedraagt maximaal € 100.000,– per project;

    • c.

      Tot de subsidiabele kosten behoren in ieder geval niet exploitatiekosten.

  • 2. Voor activiteiten als bedoeld in artikel 2, 3e lid geldt dat de subsidie maximaal 100% van de subsidiabele kosten bedraagt tot een maximum van € 25.000,– per jaar per organisatie. De kosten worden berekend op basis van:

    • a.

      Het totale aantal kilometer wandelpad in de provincie Utrecht voor wandelen;

    • b.

      Het percentage van de kilometers LF-route in de provincie Utrecht van het totale fietsnetwerk in de provincie Utrecht, het aantal netwerkbeheerders en het aantal contractpartners in de provincie Utrecht voor fietsen.

Artikel 8 Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 bedraagt in 2016 en in 2017 jaarlijks maximaal € 300.000.

  • 2. Het subsidieplafond voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 wordt vanaf 2018 jaarlijks door Gedeputeerde staten vastgesteld.

Paragraaf 2 Slotbepalingen

Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2020.

Artikel 10 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsverordening Subsidie Agenda Recreatie en Toerisme 2016–2019 Provincie Utrecht.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 22 november 2016.

Voorzitter

Secretaris