Regeling vervallen per 01-01-2024

Algemene Schadevergoedingsverordening gemeente Veere

Geldend van 09-10-1997 t/m 31-12-2023

Intitulé

Algemene Schadevergoedingsverordening gemeente Veere

De raad van de gemeente Veere;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 11 september 1997;

overwegende dat op zichzelf rechtmatige besluiten van het gemeentebestuur kunnen meebrengen dat natuurlijke dan wel rechtspersonen onevenredig financieel nadeel ondervinden dat redelijkerwijze niet of niet geheel te hunnen laste behoort te blijven;

overwegende, dat het mede met het oog op de rechtszekerheid wenselijk is een schadevergoedingsverordening vast te stellen;

gelet op het bepaalde in artikel 147 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

tot vaststelling van de Algemene schadevergoedingsverordening der gemeente Veere 1997.

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:a. besluit: het schadeveroorzakende besluit als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht van het gemeentebestuur van Veere;b. schade: financieel nadeel dat de belanghebbende lijdt ten gevolge van een besluit als bedoeld onder a;c. belanghebbende: een natuurlijke of rechtspersoon die schade lijdt ten gevolge van een besluit als bedoeld onder a;d. verzoek: een verzoek om schadevergoeding als bedoeld in artikel 3;e. commissie: de schadebeoordelingscommissie als bedoeld in artikel 5;f. winst: de winst die dient als grondslag voor de berekening van de winst uit de onderneming, als bedoeld in de Wet op de Inkomstenbelasting of de bedrijfswinst als bedoeld in de Wet op de Vennootschapsbelasting, met dien verstande dat daaronder mede wordt verstaan de ten laste van de vennootschap komende belening van de bestuurder(s) met inbegrip van de daarover geheven premies op grond van sociale wetgeving;g. inkomen: het belastbaar inkomen als bedoeld in de Wet op de Inkomstenbelasting;h. schade: derving van winst of inkomen in een kalenderjaar ten opzichte van de referentiejaren dan wel waardedaling van een onroerende zaak;i. referentiejaren: de drie direct aan het jaar waarin de schade is geleden voorafgaande kalenderjaren.

Artikel 2 Financiële compensatie

  • 1. Burgemeester en wethouders verstrekken aan degene, die ten gevolge van een besluit als bedoeld in artikel 1, onder a, schade heeft geleden een financiële compensatie conform de ter zake in deze verordening gestelde regels, voorzover de schade redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en voorzover de vergoeding niet, of onvoldoende anderszins is verzekerd;

  • 2. Financiële compensatie op grond van deze verordening wordt toegekend gedurende maximaal drie kalenderjaren.

Artikel 3 Indiening van een verzoek om schadevergoeding

  • 1. Door of namens de belanghebbende dient een verzoek om toepassing van deze verordening te worden ingediend bij burgemeester en wethouders binnen een periode van één jaar na 31 december van het jaar waarop het verzoek betrekking heeft of, indien deze termijn is overschreden, zo spoedig mogelijk als dit redelijkerwijs van de belanghebbende kan worden verlangd. De belanghebbende dient aan te tonen dat hem de overschrijving van de termijn niet verweten kan worden. Door indiening van een verzoek als bedoeld onderwerpt de belanghebbende zich aan de bepalingen van deze verordening;

  • 2. De belanghebbende dient het verzoek met redenen te omkleden. Tevens dient de schade aannemelijk te worden gemaakt en voor zover mogelijk te worden gemotiveerd. Het verzoek dient in ieder geval vergezeld te gaan van de volgende bescheiden:- een opgave van de aard en de omvang van de schade, alsmede een specificatie van het bedrag van de schade;- een omschrijving van de wijze waarop de schade dient te worden vergoed en zo, een vergoeding in geld wordt gewenst, een opgave van het schadebedrag dat vergoed dient te worden;- boekhoudkundige, fiscale of andere financiële bescheiden voorzien van een accountantsverklaring betreffende het jaar (en de jaren) waarop de aanvraag betrekking heeft, alsmede van de referentiejaren, waaruit de gestelde schade kan worden afgeleid, voorzover het verzoek om financiële compensatie betrekking heeft op schade door derving van winst of inkomen. De belanghebbende verplicht zich aan de commissie als bedoeld in artikel 5 de voor de bepaling van de schade noodzakelijke gegevens over te leggen, waaronder financiële jaarstukken kunnen vallen, en de door de commissie verzochte inlichtingen te verstrekken.

  • 3. Indien de belanghebbende voornemens is rechtsmiddelen aan te wenden tegen het in artikel 1 onder a genoemde besluit, dient dit in het verzoek te worden vermeld;

  • 4. Ingeval de belanghebbende een voornemen als bedoeld in het vorige lid kenbaar maakt, dan wel anderszins het in artikel 1 onder a genoemde besluit door een rechtsmiddel of op andere wijze (dreigt te worden of) wordt aangetast, kan de behandeling van zijn verzoek worden opgeschort tot het moment waarop het betreffende besluit onherroepelijk is geworden.

Artikel 4 Gegrondheid van het verzoek

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen het verzoek binnen acht weken na de ontvangst van het verzoek zonder inschakeling van de commissie toewijzen indien voor de concludering daartoe geen nader onderzoek noodzakelijk is, of afwijzen indien het verzoek kennelijk ongegrond is;

  • 2. De in het vorige lid genoemde termijn kan door burgemeester en wethouders eenmaal worden verlengd met ten hoogste acht weken.

Hoofdstuk 2 Schadebeoordelingscommissie

Artikel 5 Samenstelling commissie

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een schadebeoordelingscommissie in, bestaande uit ten minste drie onafhankelijke deskundigen;

  • 2. Burgemeester en wethouders treffen maatregelen ter voorziening in het secretariaat van de commissie;

  • 3. Indien door haar noodzakelijk geacht, voegt de commissie één of meer onafhankelijke deskundigen met kennis op een specifiek terrein aan zich toe, dan wel laat zij zich door deze(n) adviseren. De hiermee gepaard gaande kosten komen voor rekening van de gemeente;

  • 4. De belanghebbende wordt in de gelegenheid gesteld desverlangd bezwaar te maken tegen één of meer leden van de commissie. Hij/zij kan dit doen bij aangetekend schrijven gericht aan burgemeester en wethouders binnen twee weken na ontvangst van het bericht als bedoeld in artikel 8, lid 1, dat aan hem/haar is gezonden;

  • 5. Burgemeester en wethouders beslissen binnen vier weken over een bezwaar als in het vorige lid bedoeld. Alleen ingeval sprake is van gegronde en zwaarwegende motieven aan de zijde van de belanghebbende zal het bezwaar worden gehonoreerd.

Artikel 6 Taken commissie

  • 1. De commissie is belast met de volgende taken:a. Instellen van een onderzoek op de locatie waar de eventuele schade zich voordoet;b. Partijen de gelegenheid geven hun standpunten mondeling toe te lichten. De belanghebbende wordt ten minste eenmaal gehoord buiten tegenwoordigheid van vertegenwoordigers van burgemeester en wethouders tenzij de belanghebbende blijk geeft dit niet te wensen. Ten minste één bijeenkomst wordt gehouden waarbij beide partijen aanwezig zijn;c. Onderzoeken of en in hoeverre voldoende hechte samenhang bestaat tussen het in artikel 1, onder a, genoemde besluit en het gestelde financiële nadeel en of dit eventuele financiële nadeel enige rechtens relevante omvang heeft;d. Bij gebleken voldoende hechte samenhang en financieel nadeel van rechtens relevante omvang, bepalen van de hoogte van de schadevergoeding, met inachtneming van hetgeen hierover in deze verordening is bepaald;e. Burgemeester en wethouders te adviseren over het in de punten c en d van dit lid genoemde. De commissie brengt eerst een conceptadvies uit dat aan beide partijen wordt gezonden en vervolgens, met inachtneming van het eventueel door partijen geleverde commentaar op het conceptadvies, een definitief advies. Indien evenwel de omstandigheden zich sinds het opstellen van het conceptadvies sterk hebben gewijzigd dan wel sprake is van een relevante wijziging van het tweede advies ten opzichte van het eerste, brengt de commissie voorafgaande aan het definitieve advies een tweede conceptadvies uit;f. In overleg met de belanghebbende en burgemeester en wethouders onderzoeken of schadebeperkende of-voorkomende maatregelen kunnen worden genomen;

  • 2. In zich daartoe lenende gevallen is het de commissie toegestaan op een wijze die haar goeddunkt te onderzoeken of binnen de regelen van het recht en passend in de onderhavige verordening een schikking tussen partijen bereikt kan worden.

Artikel 7 Overleggen van stukken aan commissie.

Onverminderd het bepaalde in artikel 3:7 van de Algemene wet bestuursrecht kan de commissie de belanghebbende om inlichtingen en overlegging van stukken verzoeken, welke naar haar oordeel nodig zijn om de haar opgedragen taken naar behoren te kunnen vervullen. Belanghebbende is verplicht het door de commissie verzochte zonder voorbehoud te verstrekken casu quo over te leggen.

Artikel 8 Procedure commissie

  • 1. Burgemeester en wethouders zenden een verzoek binnen één week door aan de commissie, tenzij zij toepassing geven aan het in artikel 4, lid 1, bepaalde. De commissie bevestigt onverwijld aan de belanghebbende of zijn/haar gemachtigde de ontvangst van het verzoek, vermeldt haar samenstelling en licht de belanghebbende of zijn/haar gemachtigde in over de te volgen procedure, zoals hierna is omschreven. De commissie voegt bij het schrijven een copie van de onderhavige verordening;

  • 2. De commissie stelt zowel de verzoeker of zijn gemachtigde als één of meer vertegenwoordigers van burgemeester en wethouders in de gelegenheid hun standpunten mondeling toe te lichten. Het in artikel 6, lid 1, onder b, gestelde is van toepassing. De commissie maakt van de bijeenkomst waarbij alle betrokkenen aanwezig zijn een verslag op. Dit verslag wordt binnen drie weken na de datum van de bijeenkomst aan de belanghebbende en aan burgemeester en wethouders toegezonden;

  • 3. In overleg met partijen onderzoekt de commissie of schadebeperkende of -voorkomende maatregelen kunnen worden aangenomen. Zo nodig maant de commissie partijen naar oplossingen te zoeken, indien zij van oordeel is dat zodanige maatregelen mogelijk zijn.;

  • 4. Nadat de commissie de in artikel 6, lid 1, onder a, b, c en, indien van toepassing, d, genoemde taken heeft uitgevoerd, brengt zij een conceptadvies uit. Zij brengt het conceptadvies uit binnen twaalf weken na ontvangst van het verzoek om schadevergoeding en zendt het aangetekend toe aan partijen. Ingeval overschrijding van deze termijn zal plaatsvinden, stelt de commissie partijen hiervan onverwijld in kennis, onder vermelding van de oorzaak van de overschrijding, alsmede de termijn waarbinnen zij wel aan de opdracht kan voldoen. De laatstgenoemde termijn mag echter geen langere duur hebben dan de eerste;

  • 5. De belanghebbende of zijn gemachtigde en burgemeester en wethouders kunnen binnen een termijn van twaalf weken na de datum van verzending van het conceptadvies indien gewenst schriftelijk commentaar leveren op het conceptadvies. Zij zenden het commentaar aan de commissie. De commissie bepaalt met inachtneming van de wensen die partijen hierover aan haar kenbaar hebben gemaakt of de commentaren aan partijen worden doorgezonden, met dien verstande dat ofwel beide commentaren worden doorgezonden, ofwel geen van beide;

  • 6. Na het verstrijken van de in het vorige lid bepaalde termijn brengt de commissie binnen acht weken een tweede advies uit en zendt dit wederom naar partijen. Dit advies is: Een tweede conceptadvies indien sprake is van het bepaalde in artikel 6, lid 1, onder e, laatste volzin. Het vorige lid van dit artikel is in dit geval van overeenkomstige toepassing. Het definitieve advies in de overige gevallen; In geval van overschrijving van de in dit lid genoemde termijnen is het vierde lid van dit artikel van overeenkomstige toepassing;

  • 7. Indien de commissie geen unanimiteit kan verkrijgen over een uit te brengen advies, wordt het advies uitgebracht overeenkomstig de gevoelens van de meerderheid. Van afwijkende gevoelens, alsmede van de daaraan ten grondslag liggende overwegingen, wordt in het advies melding gemaakt. De deskundige met kennis op een specifiek terrein die aan de commissie is toegevoegd, heeft geen stemrecht.

Artikel 9 Werkwijze van de commissie bij advisering

  • 1. De commissie baseert zich bij de bepaling van de schade op: door partijen aan haar verstrekte inlichtingen en overgelegde stukken; verslag van de mondelinge toelichting(en); eigen waarneming; verkregen gegevens uit de betreffende branche. De commissie past bij de bepaling van de schade mutatis mutandis de regels ingevolge de Onteigeningswet toe;

  • 2. Heeft het in artikel 1, onder a, genoemde besluit naast schade tevens voordeel voor de belanghebbende opgeleverd, dan wordt, voor zover dit redelijk is, dit voordeel bij de bepaling van de schade in rekening gebracht, dan wel in een later stadium ten laste van de belanghebbende gebracht;

  • 3. De commissie past bij de bepaling van de schadevergoeding de algemene regels toe zoals deze thans in de praktijk van de bestuurscompensatie (ook wel: nadeelcompensatie) gelden, gelet op onder meer de jurisprudentie en de bepalingen van deze verordening, in het bijzonder de artikelen 12 tot en met 15;

  • 4. De commissie voorziet haar adviezen van een motivering. In haar tweede conceptadvies, alsmede in haar definitieve advies geeft de commissie een reactie op de zaken, die partijen in hun commentaren naar voren hebben gebracht.

Hoofdstuk 3 Beslissing omtrent het verzoek

Artikel 10 Verloop Procedure

  • 1. Binnen acht weken na ontvangst van het advies van de commissie beslissen burgemeester en wethouders op het verzoek;

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen de in het eerste lid genoemde termijn eenmaal met ten hoogste acht weken verlengen;

  • 3. Burgemeester en wethouders zenden de commissie een afschrift van hun beslissing en informeren de commissie, indien de belanghebbende bezwaar en/of beroep instelt, over het verdere verloop van de zaak;

  • 4. Ingeval burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat een nadere mondelinge toelichting op het definitieve advies door de commissie of haar voorzitter noodzakelijk is, verzoeken zij de commissie of haar voorzitter deze te geven. De mondelinge toelichting geschiedt in aanwezigheid van de belanghebbende of zijn/haar gemachtigde

Hoofdstuk 4 Andere wettelijke regelingen en/of betrokkenheid andere openbare lichamen

Artikel 11

Indien burgemeester en wethouders althans de gemeente op grond van een wettelijke regeling aanspraak kunnen maken op een bijdrage door een ander openbaar lichaam, dan wel op grond van een overeenkomst met een ander openbaar lichaam een kostenverdeling moet worden gemaakt voor de op grond van deze regeling toe te kennen schadevergoedingen, leidt dit niet tot opschorting van de beslissing op het verzoek, noch anderszins tot een vertraging van de als gevolg daarvan gevoerde procedure.

Hoofdstuk 5 Schadevergoeding

Artikel 12 Schadevergoedingsbepaling

Ingeval een belanghebbende ten gevolge van een besluit als bedoeld in artikel 1, onder a, schade lijdt of zal lijden, behoort deze schade redelijkerwijze niet te zijnen laste te blijven en zal deze, in aanmerking genomen hetgeen in deze verordening is bepaald, op grond van billijkheid worden vergoed.1. indien voldoende hechte samenhang tussen het bedoelde besluit en schade aanwezig is;2. voor zover de schade, in aanmerking genomen voorzienbaarheid, eventueel aanvaard risico en omvang van de schade, buiten het maatschappelijk risico van de belanghebbende valt en3. de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd.

Artikel 13 Gevallen waarin geen schadevergoeding wordt verleend

In elk geval wordt geheel of gedeeltelijk afwijzend beslist op een verzoek om schadevergoeding indien en voor zover:a. geen voldoende hechte samenhang aanwezig wordt geacht tussen het in artikel 1, onder a, genoemde besluit en de door belanghebbende geleden danwei te lijden schade;b. de schade anderszins kan worden vergoed, tenzij burgemeester en wethouders althans het gemeentebestuur met een andere overheidsinstantie zijn overeengekomen dat deze mogelijkheid terzijde wordt geschoven;c. de belanghebbende lijdelijk de gevolgen van het in artikel 1, onder a, genoemde besluit heeft afgewacht, terwijl door het treffen van maatregelen de schade had kunnen worden beperkt of voorkomen;d. de schade behoort tot het maatschappelijk risico van de belanghebbende;e. de belanghebbende het verzoek om schadevergoeding niet binnen de in artikel 3, lid 1, genoemde termijn heeft ingediend, of zo spoedig mogelijk daarna als redelijkerwijs van hem kon worden verwacht.

Artikel 14 De hoogte van de schadevergoeding

Voor vergoeding komt slechts in aanmerking de schade, zoals is berekend met inachtneming van het daarover in de artikelen 9, Ie tot en met 3e lid, 12 en 13 van deze verordening gestelde.

Artikel 15 Vergoeding van deskundigenkosten

  • 1. Aan de belanghebbende die op grond van de onderhavige verordening een verzoek indient, kan door burgemeester en wethouders op advies van de commissie een gehele of gedeeltelijke vergoeding worden verleend van de door hem/haar te dier zake gemaakte deskundigenkosten;

  • 2. Vergoeding van de in lid 1 genoemde kosten vindt plaats indien en voor zover deze kosten redelijkerwijs door de belanghebbende zijn gemaakt;

  • 3. Ook in het geval dat burgemeester en wethouders voor het overige afwijzend beslissen op het verzoek kan een vergoeding van deskundigenkosten plaatsvinden.

Artikel 16 Wettelijke rente

  • 1. Indien en voor zover een verzoek geheel of gedeeltelijk wordt toegewezen, kennen burgemeester en wethouders aan de belanghebbende een vergoeding toe van de wettelijke rente over het schadevergoedingsbedrag;

  • 2. De wettelijke rente wordt vergoed vanaf de datum, waarop het verzoek om schadevergoeding is verzonden, met uitzondering van het in het volgende lid genoemde geval;

  • 3. Ingeval de belanghebbende rechtsmiddelen tegen het in artikel 1, onder a, genoemde besluit heeft aangewend en hierop door de bevoegde rechter onherroepelijk afwijzend en hierop door de bevoegde rechter onherroepelijk afwijzend is beslist, geldt als aanvangsdatum van de vergoeding van de wettelijke rente de datum van deze laatste beslissing.

Artikel 17 Voorschot

  • 1. Op verzoek van de belanghebbende kunnen burgemeester en wethouders na advies ter zake van de commissie een voorschot verlenen op de uiteindelijk vast te stellen schadevergoeding. De belanghebbende dient zijn verzoek in bij burgemeester en wethouders, die binnen acht weken op dit verzoek beslissen. Burgemeester en wethouders kunnen deze termijn met ten hoogste vier weken verlengen;

  • 2. Een voorschot wordt slechts verstrekt in die gevallen waarin redelijkerwijs te verwachten valt dat op het verzoek geheel of gedeeltelijk toewijzend wordt beslist;

  • 3. Aan het verstrekken van het voorschot kunnen door de belanghebbende geen rechten worden ontleend, in het bijzonder niet ten aanzien van de toekenning van schadevergoeding;

  • 4. Alvorens het voorschot wordt verstrekt, dient de belanghebbende schriftelijk te verklaren dat hij/zij het (teveel aan) ontvangen voorschot zal terugbetalen, wanneer op grond van latere definitieve gegevens blijkt dat het voorschot geheel of gedeeltelijk ten onrechte is verstrekt.

  • 5. Tegen het besluit op het verzoek om een voorschot kan geen bezwaar worden aangetekend.

Hoofdstuk 6 Hardheidsclausule

Artikel 18 Afwijkingsbevoegdheid burgemeester en wethouders

  • 1. Indien een strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot een beslissing die onmiskenbaar als onbillijk moet worden aangemerkt, kunnen burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen van het gestelde in deze verordening afwijken;

  • 2. Burgemeester en wethouders gaan hiertoe niet over dan nadat zij het advies hebben ingewonnen van de vaste commissie van advies en bijstand tot wier taakveld het in artikel 1, onder a, bedoelde besluit behoort.

Hoofdstuk 7 Rechtsmiddelen

Artikel 19 Bezwaar en beroep

Op het maken van bezwaar en het instellen van beroep ter zake van de beslissing op een verzoek ingevolge deze verordening is het bepaalde in de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing, zulks onverminderd het bepaalde in artikel 9: 2 van die wet.

Hoofdstuk 8 Slotbepalingen

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: "Algemene schadevergoedingsverordening Veere 1997".

Artikel 21 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag, volgende op die van haar bekendmaking.

De secretaris, De voorzitter,