Regeling vervallen per 31-07-2018

Verordening Wet inburgering gemeente Veldhoven 2011

Geldend van 02-06-2011 t/m 30-07-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2011

Intitulé

Verordening Wet inburgering gemeente Veldhoven 2011

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven;

    • b.

      inburgeraar: de inburgeringsplichtige en de vrijwillige inburgeraar;

    • c.

      voorziening: een (duale) inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening;

    • d.

      de wet: de Wet inburgering.

  • 2. De begripsomschrijvingen in de wet en de daarop berustende regelingen zijn van toepassing op de begrippen die in deze verordening worden gebruikt.

Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeraars

Het college draagt er zorg voor dat de inburgeraars op een doeltreffende en doelmatige wijze worden geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde van de wet en over het aanbod van en de toegang tot de voorzieningen.

Hoofdstuk 2. Het vaststellen van een voorziening

Artikel 3 Aanwijzen van de doelgroepen

  • 1. Het college wijst de groep of groepen inburgeraars aan waarvoor hij bij voorrang een voorziening kan vaststellen.

  • 2. Het college stelt alleen maar voorzieningen vast voor inwoners van Veldhoven.

Artikel 4 De procedure van het doen van een aanbod

  • 1. De potentiële inburgeraar wordt opgeroepen voor een intakegesprek.

  • 2. Het college doet de inburgeraar een schriftelijk aanbod.

  • 3. In het aanbod wordt een omschrijving gegeven van de voorziening die wordt aangeboden en worden de rechten en plichten vermeld die hieraan worden verbonden.

  • 4. De inburgeraar aan wie het aanbod wordt gedaan, deelt binnen twee weken het college schriftelijk mee of hij of zij het aanbod wel of niet aanvaardt.

  • 5. Wanneer de inburgeraar het aanbod aanvaardt, neemt het college binnen acht weken na ontvangst van deze mededeling: - voor de verplichte inburgeraar het besluit tot vaststelling van de voorziening, overeenkomstig het gedane aanbod. Dit wordt verwerkt in een beschikking. - voor de vrijwillige inburgeraar het besluit tot vaststelling van de voorziening overeenkomstig het gedane aanbod. Dit wordt verwerkt in een overeenkomst.

  • 6. Indien de inburgeraar het aanbod niet aanvaardt, neemt de gemeente binnen twee weken na het verstrijken van de termijn bedoeld in lid 4 het besluit om de inburgeringsplicht op te leggen en de handhavingtermijn vast te leggen conform de wet. De inburgeraar moet er zelf voor zorgen dat hij aan zijn inburgeringsplicht voldoet binnen deze gestelde termijn.

Artikel 5 De samenstelling van de voorziening

  • 1. Het college stemt de voorziening, met uitzondering van de inburgeringsvoor-ziening aan geestelijke bedienaren, af op het startniveau en de vaardigheden, de persoonlijke omstandigheden en de maatschappelijke positie van de (vrijwillige) inburgeraar.

  • 2. De inburgerings- c.q. taalkennisvoorziening wordt samengesteld met inachtneming van de volgende doelstellingen: a. het behalen van het inburgeringsexamen of het staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II en b. het vergroten van de arbeidsparticipatie dan wel van de maatschappelijke participatie.

  • 3. Indien de inburgeraar ook een voorziening gericht op arbeidsinschakeling wordt aangeboden, draagt het college er zorg voor dat de voorzieningen op elkaar worden afgestemd.

  • 4. Het college kan nadere regels vaststellen ten aanzien van de samenstelling van de aangeboden voorziening.

Artikel 6 De voorziening in de vorm van een persoonlijk inburgerings- budget (Pib)

  • 1. Het college behandelt het verzoek van de inburgeraar om in aanmerking te komen voor een voorziening in de vorm van een persoonsgebonden inburgeringsbudget als volgt: a. tijdens het intakegesprek wordt de mogelijkheid van een Pib besproken indien het ingekochte aanbod aan voorzieningen niet passend blijkt te zijn; b. het college bevestigt schriftelijk dat de inburgeraar gebruik wil maken van een Pib; c. de inburgeraar heeft vier weken de gelegenheid om een eigen voorziening samen te stellen in samenwerking met een aanbieder; d. de aanbieder brengt een offerte uit.

  • 2. Het college beoordeelt het voorstel van de inburgeraar op inhoud en volledigheid. Het voorstel moet minimaal de volgende onderdelen bevatten: a. de inhoud van het traject; b. de kosten van het traject; c. de inhoud en frequentie van de rapportage; d. de betalingsvoorwaarden.

  • 3. Het college keurt het voorstel van de inburgeraar voor het volgen van een (duale) inburgeringsvoorziening goed, indien de voorziening:

    • -

      naar het oordeel van het college passend is om hem voor te bereiden op en toe te leiden naar het inburgeringsexamen of staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II binnen de wettelijke termijn;

    • -

      wordt verzorgd door een inburgeringsbedrijf dat beschikt over het keurmerk inburgeren.

  • 4. Als het college de voorziening in de vorm van een persoonlijk inburgerings- budget heeft vastgesteld, sluiten de inburgeraar en de gemeente een overeenkomst met het inburgeringsbedrijf.

Artikel 7 De inning van de eigen bijdrage

Het college legt in de beschikking c.q. de overeenkomst tot toekenning van een voorziening de termijnen van betaling vast. Indien het college de eigen bijdrage verrekent met de algemene bijstand, wordt dat in de beschikking vastgelegd.

Artikel 8 Opleggen van verplichtingen

Het college kan een inburgeraar bij beschikking een of meer van de volgende verplichtingen opleggen:

  • a.

    het deelnemen aan de voorziening;

  • b.

    het deelnemen aan gesprekken met de trajectbegeleider;

  • c.

    het deelnemen aan voortgangsgesprekken;

  • d.

    het voor de eerste maal deelnemen aan het inburgeringsexamen of staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II op een tijdstip dat door het college wordt bepaald;

  • e.

    het deelnemen aan de mbo-opleiding, waarvoor de taalkennisvoorziening is vastgesteld;

  • f.

    het melden indien door ziekte dan wel door andere relevante omstandigheden niet aan de verplichtingen in de beschikking kan worden voldaan;

  • g.

    andere verplichtingen, die het succesvol deelnemen aan en afronden van de aangeboden voorziening tot doel hebben.

Artikel 9 De inhoud van de beschikking

Het besluit tot vaststelling van de voorziening bevat in ieder geval:

  • a.

    een beschrijving van de voorziening;

  • b.

    een opgave van de rechten en verplichtingen van de inburgeraar;

  • c.

    de datum waarop aan het inburgeringsexamen of staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II moet zijn deelgenomen;

  • d.

    de datum waarop het inburgeringsexamen of staatsexamen Nederlands als tweede taal I of II moet zijn behaald;

  • e.

    de termijnen en wijze van betaling van de eigen bijdrage; en

  • f.

    ingeval van een oudkomer: de datum waarop de termijn van handhaving van de inburgeringsplicht, bedoeld in artikel 26 van de wet, aanvangt.

Artikel 10 Kosten medisch advies

  • 1.

    Indien een inburgeraar door medisch advies van een door het college aangewezen instantie kan aantonen dat hij /zij niet in staat is om aan de inburgeringsplicht te voldoen, kan de inburgeraar een aanvraag indienen voor bijzondere bijstand voor vergoeding van de kosten van het medisch advies.

  • 2.

    Op de aanvraag zijn de normale beoordelingscriteria voor bijzondere bijstand van toepassing.

Hoofdstuk 3. De bestuurlijke boete

Artikel 11 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen

  • 1.

    De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 125,00 indien de inburgeraar of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtig is geen of onvoldoende medewerking verleent aan het onderzoek, bedoeld in artikel 25, vierde lid, van de wet.

  • 2.

    De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 250,00 indien de inburgeraar geen of onvoldoende medewerking verleent aan de uitvoering van de voor hem vastgestelde voorziening, bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de wet of aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 7 van deze verordening.

  • 3.

    De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 250,00 indien de inburgeraar niet binnen de in artikel 7, eerste lid, van de wet bedoelde termijn of binnen de door het college op grond van artikel 31, tweede lid, onderdeel a, van de wet verlengde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

  • 4.

    De in lid 1 tot en met 3 genoemde boetes worden verdubbeld indien de inburgeraar of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtig is, zich binnen 12 maanden na de vorige als verwijtbaar aangemerkte overtreding opnieuw schuldig maakt aan dezelfde overtreding.

  • 5.

    De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 500,00 indien de inburgeraar niet binnen de door het college op grond van artikel 32 of 33 van de wet vastgestelde termijn het inburgeringsexamen heeft behaald.

Artikel 12 Het vaststellen van de identiteit van de vrijwillige inburgeraar

Het college stelt de identiteit van de vrijwillige inburgeraar vast aan de hand van een document als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht.

Hoofdstuk 5. Beloning

Artikel 13

  • 1.

    Indien de inburgeraar als afsluiting van de voor hem vastgestelde voorziening in één keer het inburgeringsexamen of een vrijstellend examen binnen de voor de inburgering geldende termijn heeft gehaald, heeft deze recht op een beloning van € 270,00.

  • 2.

    Voor de beloning, als bedoeld in het eerste lid, komt de inburgeraar in aanmerking met een inkomen tot ten hoogste 100% van het voor hem geldende bijstandsniveau.

Hoofdstuk 6. Slotbepalingen

Artikel 14 Intrekking verordening

De verordening Wet Inburgering 2007” wordt ingetrokken.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na haar bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2011.

Artikel 16 Citeertitel

De verordening wordt aangehaald als: Verordening Wet inburgering gemeente Veldhoven 2011.