Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:6 Apv (winkel- en bedrijfsuitstallingen)

Geldend van 15-07-2010 t/m heden

Intitulé

Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:6 Apv (winkel- en bedrijfsuitstallingen)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven;

overwegende, dat het op grond van artikel 2:6, eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening verboden is zonder vergunning van het bevoegd bestuursorgaan een openbare plaats anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan;

dat het bevoegd bestuursorgaan op grond van artikel 2:6, zesde lid van de Algemene plaatselijke verordening bevoegd is categorieën van voorwerpen aan te wijzen, al dan niet beperkt in plaats en tijd, waarvoor het verbod als hiervoor bedoeld niet geldt en daarbij voorschriften te stellen;

dat het college bevoegd bestuursorgaan is met betrekking tot winkel- en bedrijfsuitstallingen die op een openbare plaats geplaatst worden;

dat het wenselijk is winkel- en bedrijfsuitstallingen als categorie van voorwerpen aan te wijzen, vanwege de wens om te dereguleren en de administratieve lasten van de ondernemers en de gemeente te verminderen;

dat het college vanuit het oogpunt van een doelmatig en veilig gebruik van een openbare plaats het wenselijk acht om voor winkel- en bedrijfsuitstallingen voorschriften te stellen;

dat bij het stellen van onderstaande voorschriften met betrekking tot de winkel- en bedrijfsuitstallingen rekening is gehouden met een vrije droogloop, doorgang van personen en de aanrijroute voor de hulpdiensten;

dat onder winkel- en bedrijfsuitstalling in ieder geval wordt verstaan:

  • -

    objecten die zijn uitgestald om goederen te koop aan te bieden, te verstrekken of aan te prijzen aan het publiek,

  • -

    reclame-, mededelings- en aanduidingsborden en andere objecten,

  • -

    speeltoestellen waarvan (evt. tegen betaling) gebruik kan worden gemaakt,

  • -

    banken,

  • -

    plantenbakken,

  • -

    fietsenstallingen,

  • -

    afvalbakken,

die buiten de winkel of het bedrijf zijn opgesteld c.q. geplaatst,

dat onder winkel- en bedrijfsuitstalling niet wordt verstaan: terrassen bij winkels, bedrijven en horeca-inrichtingen;

gelet op artikel 2:6 van de Algemene plaatselijke verordening;

b e s l u i t :

Winkel- en bedrijfsuitstallingen,

als categorie van voorwerpen aan te wijzen zoals bedoeld in artikel 2:6, zesde lid van de Algemene plaatselijke verordening, onder oplegging van de volgende voorschriften:

  • 1.

    De uitstallingen per winkel en bedrijf mogen gezamenlijk niet meer dan 2 m2 in beslag nemen en niet hoger zijn dan 2.00 meter;

  • 2.

    Er moet een voetgangersgebied van minimaal 1.20 meter vrijgehouden worden;

  • 3.

    De winkel- en bedrijfsuitstallingen moeten direct tegen de eigen gevel geplaatst worden;

  • 4.

    De toegang tot naast- en bovenliggende panden van de winkel en/of het bedrijf moet te allen tijde vrijgehouden worden;

  • 5.

    Het openbaar gebied mag niet worden gebruikt voor het, al dan niet tijdelijk, plaatsen van voorraden, kratten, pallets, afval e.d.;

  • 6.

    Het uitstallen van goederen mag uitsluitend ten doel hebben de aandacht van het publiek op de uitgestalde goederen te vestigen. Het is niet toegestaan vanuit de uitstalling goederen aan het publiek te verkopen;

  • 7.

    In afwijking van voorschrift 3, moeten de winkel- en bedrijfsuitstallingen in het City Centrum (buiten) in het toegestane gebied geplaatst worden, zoals is aangegeven op de bij dit aanwijzingsbesluit behorende situatietekeningen, waarbij het volgende geldt:

    • a.

      bij de winkels en bedrijven in het City Centrum (buiten) moet vanaf de gevel voldoende ruimte vrij blijven om een vrije droogloop en/of doorgang van personen met bijbehorende voertuigen en hulpmiddelen te behouden. In verband met de veiligheid, moeten (elektriciteits)kabels/snoeren van speeltoestellen afgedekt worden met een rubberen mat;

    • b.

      winkel- en bedrijfsuitstallingen in het City Centrum (buiten) mogen niet in de door het college vastgestelde brandweerloper geplaatst worden, in verband met de aanrijroute voor hulpdiensten;

  • 8.

    In afwijking van voorschrift 3, moeten de winkel- en bedrijfsuitstallingen in de Kromstraat en de Burgemeester van Hoofflaan in het toegestane gebied geplaatst worden, zoals is aangegeven op de bij dit aanwijzingsbesluit behorende situatietekeningen, waarbij het volgende geldt:

    • a.

      winkel- en bedrijfsuitstallingen in de Kromstraat en de Burgemeester van Hoofflaan moeten direct tegen de eigen gevel geplaatst worden, met dien verstande dat een voetgangersgebied van minimaal 1.20 meter vrij blijft, gerekend vanaf de ingetekende ruimte voor (parkeren), fietsen, prullenbakken, banken en plantenbakken;

    • b.

      reclame-, mededelings- en aanduidingsborden ten behoeve van winkels en bedrijven in de Kromstraat en de Burgemeester van Hoofflaan mogen in de ingetekende ruimte voor fietsen, prullenbakken, banken en plantenbakken (dus niet op parkeervakken) geplaatst worden, met dien verstande dat er voldoende ruimte vrij blijft voor het stallen van (brom)fietsen en dat het gebruik van prullenbakken en banken mogelijk blijft;

  • 9.

    Het gedeelte van het openbaar gebied mag slechts gedurende de tijd dat de winkel of het bedrijf voor het publiek geopend is ten behoeve van het innemen van winkel- en bedrijfsuitstallingen worden gebruikt. Na sluitingstijd dienen alle winkel- en bedrijfsuitstallingen te zijn verwijderd van het openbaar gebied;

  • 10.

    De ondernemer zorgt er voor dat de winkel- en bedrijfsuitstallingen onmiddellijk worden verwijderd of verplaatst (waarbij voldaan wordt aan de voorschriften in dit aanwijzingsbesluit), als dat nodig is in verband met werkzaamheden aan, op of in het openbaar gebied;

  • 11.

    De ondernemer zorgt voor een ordelijk aanzien van de winkel- en bedrijfsuitstallingen en voor het schoonhouden van de openbare ruimte die voor de uitstallingen wordt gebruikt;

  • 12.

    Het openbaar gebied dient in dezelfde staat te worden opgeleverd als waarin het in gebruik is genomen;

  • 13.

    De winkel- en bedrijfsuitstallingen mogen niet aan, op of in de grond zijn verankerd en dienen direct verplaatsbaar te zijn;

  • 14.

    De winkel of het bedrijf die de winkel- of bedrijfsuitstallingen plaatst, vrijwaart de gemeente tegen alle schadeaanspraken door henzelf of door derden, die het gevolg zijn van het plaatsen van de winkel- of bedrijfsuitstallingen;

  • 15.

    Alle door bevoegde ambtenaren van politie, brandweer en gemeente te geven aanwijzingen dienen strikt en onverwijld te worden opgevolgd.

Dit besluit wordt aangehaald als “Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:6 Apv (Winkel- en bedrijfsuitstallingen)”.

Situatietekening Burg. Van Hoofflaan

Situatietekening City Centrum Noord

Situatietekening City Centrum Zuid

Situatietekening Kromstraat

[Klik hier om het document te downloaden]