Regeling Wmo-adviesraad West Maas en Waal

Geldend van 23-02-2017 t/m heden

Regeling Wmo-adviesraad West Maas en Waal

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente West Maas en Waal, gelet op artikel 84, eerste lid, van de Gemeentewet, artikel 2.1.3 lid 3 Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, artikel 16 Verordening Maatschappelijke Ondersteuning West Maas en Waal en artikel 28 Besluit Maatschappelijke Ondersteuning gemeente West Maas en Waal;

gehoord het advies van de Wmo-adviesraad West Maas en Waal van mei 2016,

Besluit: vast te stellen de hierna volgende ´Regeling Wmo-adviesraad West Maas en Waal´

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    Wmo: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • b.

    MO: maatschappelijke ondersteuning

  • c.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente West Maas en Waal;

  • d.

    de Wmo-adviesraad: het adviescollege als bedoeld in artikel 2 van deze regeling;

  • e.

    cliënt: elke inwoner van de gemeente West Maas en Waal kan als cliënt worden beschouwd.

    Artikel 2 Taak en informatievoorziening

    • 1.

      Er is een adviescollege dat als onafhankelijk en zelfstandig functionerend adviesorgaan uitvoering geeft aan de betrokkenheid van inwoners ais bedoeld in artikel 2.1.3 lid 3 Wmo 2015, artikel 16 Verordening MO en artikel 28 Besluit MO gemeente West Maas en Waal: de Wmo-adviesraad West Maas en Waal

    • 2.

      De Wmo-adviesraad brengt, gevraagd en ongevraagd, schriftelijk advies uit aan het college over zaken die de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid ter zake van de Wmo en van de Jeugdwet betreffen.

    • 3.

      Het college draagt er zorg voor dat de Wmo-adviesraad vroegtijdig de nodige informatie ontvangt om de Wmo-adviesraad in staat te stellen zijn taken naar behoren te vervullen.

    • 4.

      Voor de uitoefening van zijn adviestaak wint de Wmo-adviesraad actief informatie in bij de cliënten- en belangenorganisaties.

    Artikel 3 Samenstelling en lidmaatschap

    • 1.

      De Wmo-adviesraad bestaat uit ten minste 7 en ten hoogste uit 11 leden, onder wie een onafhankelijk voorzitter.

    • 2.

      Het college benoemt en ontslaat de leden van de Wmo-adviesraad, op voordracht van het dagelijks bestuur van de adviesraad, voor een termijn van vier jaar. Zij kunnen eenmaal voor eenzelfde periode van vier jaar worden herbenoemd.

    • 3.

      De Wmo-adviesraad streeft naar een zo breed mogelijke vertegenwoordiging van de doelgroepen.

    • 4.

      Het lidmaatschap van de Wmo-adviesraad is niet verenigbaar met het lidmaatschap van:

    • a.

      de gemeenteraad;

    • b.

      een andere binnen de gemeente West Maas en Waal ingestelde adviescommissie;

    • c.

      een bestuur van een door de gemeente gesubsidieerde/gefinancierde instelling die belang heeft bij het gemeentelijk beleid voor de Wmo en de Jeugdwet of betrokken is bij de uitvoering van dat beleid.

    • 5.

      De leden van de Wmo-adviesraad zijn inwoners van de gemeente West Maas en Waal die zich betrokken voelen bij de Wmo en de Jeugdwet en kennis hebben van en/of ervaringsdeskundigen zijn op een of meer gebieden van de Wmo. Zij passen in de profielschets die de Wmo-adviesraad voor vacatures hanteert. De leden hebben zitting in de Wmo-adviesraad op persoonlijke titel en verrichten hun werkzaamheden zonder last of ruggespraak.

    • 6.

      Het lid dat niet meer voldoet aan de in deze regeling of in het huishoudelijk reglement gestelde eisen treedt met onmiddellijke ingang af.

    • 7.

      De leden kunnen tussentijds opzeggen, met inachtneming van een opzegtermijn van twee maanden. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan de voorzitter van de Wmo-adviesraad, die maatregelen treft om in de opvolging te voorzien en de opzegging meldt aan het college.

    • 8.

      Een aftredend lid blijft zo mogelijk zijn functie waarnemen totdat in zijn opvolging is voorzien.

    • 9.

      Naast de leden kent de Wmo-adviesraad aanhangende leden, die desgewenst deelnemen aan bijeenkomsten van de Wmo-adviesraad. Zij hebben daarin wel spreekrecht, maar geen stemrecht.

    Artikel 4 Dagelijks bestuur

    • 1.

      Het dagelijks bestuur van de Wmo-adviesraad bestaat ten minste uit drie leden en maximaal uit vier leden, onder wie de voorzitter, de secretaris en de penningmeester.

    • 2.

      De leden regelen onderling hun vervanging.

    • 3.

      Het dagelijks bestuur verricht zijn werkzaamheden met inachtneming van hetgeen is bepaald in deze Regeling en in het Huishoudelijk Reglement.

    Artikel 5 Ambtelijk contactpersoon

    • 1.

      Het college wijst een ambtelijk contactpersoon voor Wmo-zaken aan en regelt zijn vervanging.

    • 2.

      De ambtelijke contactpersoon is geen lid van de Wmo-adviesraad en is als aanspreekpunt belast met de vroegtijdige verstrekking van informatie op het gebied van Wmo-taken.

    Artikel 6 Advisering

    Artikel 6 Advisering

    • 1.

      Het college vraagt aan de Wmo-adviesraad vooraf en in een vroeg stadium schriftelijk advies over alle voorstellen met betrekking tot het beleid als bedoeld in artikel 2, lid 2 van deze regeling. Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het door het college te nemen besluit.

    • 2.

      Alle adviesaanvragen gaan vergezeld van aan het voorgestelde besluit ten grondslag liggende stukken en alle overige relevante informatie inclusief planning van het besluitvormingsproces.

    • 3.

      De Wmo-adviesraad brengt zijn advies schriftelijk uit binnen zes weken na ontvangst van de adviesaanvraag. Indien de Wmo-adviesraad van oordeel is dat een advies niet binnen deze termijn kan worden gegeven geeft hij daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan het college onder opgave van redenen. In overleg wordt zo mogelijk een nieuwe termijn gesteld.

    • 4.

      Het college betrekt de adviezen zichtbaar bij de besluitvorming en indien het college van het advies afwijkt, doet het dat gemotiveerd op schrift binnen 4 weken na ontvangst van het betreffende advies.

    • 5.

      Het college draagt er zorg voor dat de gemeenteraad schriftelijk op de hoogte wordt gebracht van de adviezen van de Wmo-adviesraad en van de schriftelijke reactie van het college daarop.

    • 6.

      Uitsluitend in zeer uitzonderlijke spoedeisende gevallen kan het college de Wmo-adviesraad - met redenen omkleed - verzoeken te adviseren en daarbij af te wijken van de in lid 1 en 3 van die artikel genoemde termijnen.

    Artikel 7 Werkwijze

    • 1.

      De Wmo-adviesraad kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester en brengt deze keuzes ter kennis van het college.

    • 2.

      De Wmo-adviesraad komt ten minste zes keer per jaar bijeen en zo dikwijls als de voorzitter dit nodig oordeelt of door ten minste drie leden met opgave van redenen aan de voorzitter wordt gevraagd.

    • 3.

      Namens de voorzitter roept de secretaris de leden schriftelijk of per e-mail op voor de vergadering, onder opgaaf van de punten die zullen worden behandeld. De secretaris draagt er zorg voor dat de agenda en vergaderstukken ten minste vijf dagen voor de vergadering aan de leden worden toegezonden. In uitzonderlijke gevallen kan deze termijn, met opgave van redenen, worden bekort. De oproeping, de agenda en de bijbehorende stukken worden gepubliceerd op de website van de Wmo-adviesraad of zullen op afspraak ter inzage liggen op een nader te bepalen plaats. De Wmo-adviesraad vergadert en besluit in het openbaar.

    • 4.

      Besluiten van de Wmo/adviesraad worden genomen bij meerderheid van stemmen. Indien de stemmen staken, beslist de voorzitter. De stemming over personen geschiedt schriftelijk. Alle overige stemmingen geschieden mondeling tenzij door één of meer leden om schriftelijke stemming wordt verzocht.

    • 5.

      De adviezen van de Wmo-adviesraad aan het college worden uitgebracht op basis van de zienswijzen van de leden van de Wmo-adviesraad.

    Artikel 8 Huishoudelijk reglement

    • 1.

      De Wmo-adviesraad stelt een huishoudelijk reglement op dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan het college.

    • 2.

      In het huishoudelijk reglement wordt in elk geval geregeld:

    • a.

      het ontslag van leden in geval van overlijden, ondercuratelestelling, ontslagaanvrage en disfunctioneren;

    • b.

      de werving van kandidaten bij vacatures en de bindende voordracht van de Wmo-adviesraad voor benoeming door het college;

    • c.

      de samenstelling, de taken en de bevoegdheden van het dagelijks bestuur en een rooster van aftreden;

    • d.

      protocol voor de verstrekking van onkostenvergoedingen op declaratiebasis;

    • e.

      het instellen van projectgroepen.

    • f.

      het opstellen en bijhouden van een overzicht van nevenfuncties van de leden

    Artikel 9 Facilitering

    • 1.

      Voor het bijwonen van de vergaderingen wordt aan de leden en de bestuursleden van de Wmo-adviesraad een onkostenvergoeding per vergadering toegekend. Onkosten worden vergoed volgens regels, te stellen in het Huishoudelijk reglement.

    • 2.

      De onkostenvergoeding wordt jaarlijks trendmatig aangepast volgens de richtlijnen die gelden voor het opstellen van de gemeentebegroting.

    • 3.

      Voor de uitoefening van de taak van de Wmo-adviesraad neemt het college in de gemeentebegroting een budget op. Het toekennen van het budget geschiedt op basis van een begroting die de Wmo-adviesraad voor 1 mei van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar indient bij het college. Op verzoek van de Wmo-adviesraad kan het college het budget tussentijds aanpassen, voor zover daarmee de in de gemeentebegroting gestelde kaders niet worden overschreden.

    • 4.

      De penningmeester dient relevante nota´s en presentielijsten van de vergaderingen – voorzien van een akkoordverklaring van de voorzitter – in bij de ambtelijke contactpersoon die binnen twee weken zorgt voor uitbetaling.

    • 5.

      De ambtelijke contactpersoon verstrekt de penningmeester jaarlijks op 15 april, 15 juli, 15 oktober en 15 januari een overzicht van de uitgaven tot en met het voorafgaande kwartaal en het resterende budget voor het lopende jaar.

    Artikel 10 Verslaglegging

    • 1.

      De secretaris van de Wmo-adviesraad stelt van bestuursvergaderingen en van vergaderingen van de Wmo-adviesraad een beknopt verslag op dat voldoende inzicht biedt in de besluitvorming.

    • 2.

      Het verslag wordt na vaststelling door de Wmo-adviesraad via internet openbaar gemaakt.

    Artikel 11 Bestuurlijk overleg

    • 1.

      Tussen de portefeuillehouder Wmo (namens het college) en de voltallige Wmo-adviesraad vindt tweemaal per jaar gestructureerd overleg plaats. De agenda wordt in onderling overleg vastgesteld.

    • 2.

      De portefeuillehouder stelt binnen twee weken na het overleg een schriftelijk verslag op van het overleg en de daarin gemaakte afspraken. Daarbij wordt tevens duidelijk vermeld op welke wijze de door de Wmo-adviesraad in de betreffende halfjaarlijkse periode uitgebrachte adviezen door het college zijn afgehandeld.

    • 3.

      Tussen de portefeuillehouder Wmo en het dagelijks bestuur van de Wmo-adviesraad vindt ten minste vier maal per jaar gestructureerd overleg plaats. De agenda wordt in onderling overleg vastgesteld. De secretaris van de Wmo/adviesraad stelt binnen twee weken na het overleg een schriftelijk verslag op.

    Artikel 12 Evaluatie

    Elke twee jaar, of zoveel eerder als de Wmo-adviesraad dit nodig oordeelt, evalueert hij zijn werkzaamheden op effectiviteit en efficiëntie. Aan de hand van de uitkomsten verbetert hij de eigen werkwijze en doet hij voorstellen tot gewenste aanpassingen van deze regeling.

    Artikel 13 Slotbepalingen

    • a.

      Het college vraagt advies aan de Wmo-adviesraad bij belangrijke beperkingen, uitbreidingen of andere wijzigingen van de werkzaamheden van de Wmo-adviesraad alsmede bij wijzigingen van deze regeling.

    • b.

      In gevallen waarin deze regeling niet voorziet beslist het college in overleg met het dagelijks bestuur van de Wmo-adviesraad.

    • c.

      Deze regeling treedt in werking op de dag na de publicatie ervan en kan worden aangehaald als: ‘Regeling Wmo-adviesraad West Maas en Waal’.

    Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van West Maas en Waal in zijn vergadering van 30 augustus 2016

    De secretaris, De voorzitter

    P.G. Arissen Th.A.M. Steenkamp