Regeling vervallen per 22-12-2016

Subsidieverordening Monumenten Wijchen 2009

Geldend van 30-07-2009 t/m 21-12-2016

Intitulé

Subsidieverordening Monumenten Wijchen 2009

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Wijchen;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht;

gehoord de Commissie Ruimtelijke Zaken;

gehoord de gemeentelijke monumentencommissie;

BESLUIT:

vast te stellen: de "Subsidieverordening Monumenten Wijchen 2009".

Hoofdstuk 1. Algemene Bepalingen.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen.

  • a.

    gemeentelijk monument:

  • een object dat is opgenomen in de door de gemeente Wijchen vastgestelde lijst van beschermde monumenten.

  • b.

    rijksmonument:

  • een object dat als zodanig door de minister is aangewezen en opgenomen is in het monumentenregister zoals bedoeld in de Monumentenwet 1988.

  • c.

    eigenaar:

  • een natuurlijke persoon of rechtspersoon die het recht van eigendom heeft op een rijks- of gemeentelijk monument dan wel een dorps- of stadsgezicht van bijzondere waarde.

  • d.

    onderhoud:

  • werkzaamheden die noodzakelijk zijn om een monument in goede historische staat te houden en die gericht zijn op het voorkomen van groot onderhoud en restauratie.

  • e.

    restauratie:

  • werkzaamheden die het onderhoud zoals genoemd onder d. te boven gaan en noodzakelijk zijn om een monument in stand te houden.

  • f.

    monumentenfonds:

  • het fonds als bedoeld in artikel 2 van deze verordening.

  • g.

    subsidie:

  • bijdrage in de vastgestelde subsidiabele kosten voor onderhoud of restauratie.

  • h.

    subsidieplafond:

  • Het bedrag dat in een begrotingsjaar beschikbaar is voor toe te kennen subsidies op grond van artikel 2 van deze verordening, danwel voor de afzonderlijk toe te kennen subsidie voor onderhoud of restauratie.

  • i.

    subsidiabele kosten:

  • de door of namens burgemeester en wethouders vastgestelde kosten voor de berekening van de toe te kennen subsidie voor onderhoud of restauratie.

Artikel 2. Het fonds.

  • 1.

    Er is een Monumentenfonds dat wordt beheerd door of namens Burgemeester en Wethouders. Ten laste van het fonds worden subsidies gebracht die zijn toegekend krachtens deze regeling.

  • 2.

    Ten gunste van het fonds komen de jaarlijks door de raad voor uitvoering van deze regeling beschikbaar gestelde gelden en rente van gelden uit het fonds.

  • 3.

    Indien in een jaar het beschikbare budget niet helemaal verbruikt is, blijft het niet benutte bedrag gereserveerd staan in het Monumentenfonds.

Hoofdstuk 2 Subsidieverlening.

Artikel 3. De subsidie-aanvraag.

  • 1.

    Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd om subsidies toe te kennen voor onderhoud en/of restauratie van gemeentelijke monumenten. Dit gebeurt met inachtneming van het bepaalde in deze verordening en uitsluitend als er voldoende financiële middelen zijn.

  • 2.

    Subsidie-aanvragen worden bij Burgemeester en Wethouders ingediend door middel van een speciaal hiervoor te gebruiken aanvraagformulier.

  • 3.

    Bij de aanvraag horen de volgende stukken te worden ingediend:

    • -

      een naar uren en materialen gespecificeerde begroting;

    • -

      een inspectierapport, opgesteld door een erkende en onafhankelijke deskundige instantie, opgesteld voorafgaand aan de uitvoering van de werkzaamheden en niet ouder dan een jaar;

  • 4.

    Indien nodig kunnen burgemeester en wethouders nadere richtlijnen vaststellen waaraan een aanvraag dient te voldoen.

  • 5.

    Onvolledige aanvragen worden niet in behandeling genomen.

  • 6.

    Burgemeester en Wethouders kunnen het advies van de monumentencommissie inwinnen. Daarbij wordt tevens rekening gehouden met de prioriteiten in het kader van het monumentenbeleid.

  • 7.

    Aanvragen die in het jaar van indiening om budgettaire redenen niet gehonoreerd kunnen worden, krijgen in het daarop volgende jaar prioriteit boven nieuwe aanvragen. Een en ander voorzover het dan beschikbare budget toereikend is.

  • 8.

    Subsidie-aanvragen worden op volgorde van binnenkomst afgehandeld.

Artikel 4. Het subsidie.

  • 1.a

    In de kosten van onderhoud van een gemeentelijk monument kan een bijdrage van maximaal 25% van de vastgestelde subsidiabele kosten worden verstrekt tot een bedrag van maximaal € 2.500,-- per kalenderjaar.

  • 1.b

    In de kosten van restauratie en/of conservering van een gemeentelijk monument kan een bijdrage van maximaal 25% van de vastgestelde subsidiabele kosten worden verstrekt tot een bedrag van maximaal € 25.000,--.

  • 2.

    De mogelijkheid bestaat om maximaal 2 jaar aaneengesloten het in lid 1.a genoemde percentage aan bijdrage voor hetzelfde monument te ontvangen. De totale bijdrage kan dan maximaal € 5.000,-- zijn. Er geldt daarna wèl 1 wachtjaar voor de eigenaar/ aanvrager voordat er een nieuwe aanvraag kan worden ingediend. Het jaar na uitvoering van de werkzaamheden gaat het wachtjaar in.

  • 3.

    Burgemeester en wethouder beslissen over een aanvraag als bedoeld in artikel 3 binnen vier weken na de dag waarop die – ontvankelijke - aanvraag ontvangen is.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen de in lid 4 genoemde termijn voor een periode van maximaal zes weken verlengen. De aanvrager wordt van dit gemotiveerde verlengings-besluit schriftelijk op de hoogte gesteld.

  • 5.

    Van de BTW is alleen het niet terugvorderbare gedeelte BTW subsidiabel, tot de hoogte van het wettelijk vastgestelde percentage, te berekenen over de subsidiabele kosten.

Artikel 4.a Kosten voor inspectierapporten.

  • 1.

    In de kosten van een opgesteld onafhankelijk inspectierapport kan een bijdrage van 50% worden verstrekt, tot een maximumbedrag van € 200,--.

  • 2.

    De in lid 1 genoemde bijdrage kan slechts één keer in de twee jaar toegekend worden.

Artikel 5. Nadere voorwaarden.

  • 1.

    De bijdrage kan slechts worden verleend onder voorwaarde dat:

    • a.

      de eventueel voor de werkzaamheden benodigde wijzigingsvergunning, op grond van de gemeentelijke monumentenverordening, verleend is.

    • b.

      de werkzaamheden deskundig en in het belang van het monument worden uitgevoerd. Van toepassing zijn de actuele Uitvoeringsvoorschriften van de provincie Gelderland. Indien deze voorschriften op enig moment worden ingetrokken stellen Burgemeester en Wethouders zelf zo'n lijst vast.

    • c.

      binnen 3 maanden na de toekenning met het werk begonnen is.

    • d.

      het werk binnen 1 jaar na toekenning uitgevoerd is.

    • e.

      aan de door het college met de controle belaste personen op de door hen te bepalen tijdstippen:

      • -

        toegang wordt verleend tot het terrein en het object;

      • -

        inzage wordt verleend in de op de werkzaamheden betrekking hebbende bescheiden;

      • -

        gelegenheid wordt gegeven tot het controleren van de op het werk betrekking hebbende gegevens.

    • f.

      na het gereedkomen van de werkzaamheden een gespecificeerde eindafrekening met originele rekeningen en betaalbewijzen aan Burgemeester en Wethouders wordt verstrekt. (Originelen worden na behandeling teruggestuurd naar aanvrager)

    • g.

      bij de gereedmelding tevens een verklaring van een onafhankelijke instantie wordt gevoegd waaruit duidelijk blijkt dat de werkzaamheden overeenkomstig de geldende voorwaarden zijn uitgevoerd.

  • 2.

    Burgemeester en Wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijkingen toestaan van de in het eerste lid onder c. en d. genoemde termijnen. De aanvrager dient uiterlijk vier weken voordat een gestelde termijn verloopt een schriftelijk en gemotiveerd verzoek voor in te dienen bij Burgemeester en Wethouders.

  • 3.

    De bijdrage wordt niet verstrekt als:

    • a.

      met de uit te voeren werkzaamheden het belang van de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate wordt gediend;

    • b.

      de te maken kosten lager zijn dan € 750,-- en/of door een verzekeringsuitkering zijn c.q. worden gedekt;

    • c.

      er met het werk gestart is voordat er een voorlopige schriftelijke subsidietoekenning van de gemeente is ontvangen door aanvrager;

    • e.

      de kosten van de werkzaamheden naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders, gehoord de gemeentelijke monumentencommissie, niet in redelijke verhouding staan tot het te bereiken resultaat;

    • f.

      er geen of onvoldoende budget aanwezig is voor monumenten.

Artikel 6. Rijksmonumenten.

  • 1.

    In aanvulling op een toegekend rijks- of proviciaal subsidie kan jaarlijks een subsidie worden toegekend in de kosten van onderhoud van een rijksmonument.

  • 2.

    Het subsidie bedraagt 25% van de werkelijk gemaakte kosten tot een maximum van € 1.250,--.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1, kan voor de categorie molens, die nog als zodanig in bedrijf zijn, een bijdrage van 25% van de werkelijke kosten worden verstrekt tot een maximum van € 2.000,--.

  • 4.

    Het verzoek om een gemeentelijk subsidie moet schriftelijk worden gedaan vóór 1 april van het jaar uitvoering van het onderhoud.

  • 5.

    Het in artikel 3, lid 2 genoemde formulier wordt gebruikt voor de subsidie-aanvraag.

Hoofdstuk 3. Overgangs- en slotbepalingen.

Artikel 7. Hardheidsclausule.

Indien vanwege bijzondere omstandigheden de strikte toepassing van deze verordening, naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders zou leiden tot een niet gerechtvaardigde hardheid, kan het college een - al dan niet afwijkende - tegemoetkoming verstrekken mits de aard en de strekking van de regeling niet worden aangetast.

Van deze clausule wordt niet gebruik gemaakt als hierdoor strijdigheid zou ontstaan met de Algemene wet bestuursrecht of andere wettelijke regelingen.

Artikel 8. Overgangsbepaling.

De verordening is niet van toepassing op subsidies die al voor de inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend of vastgesteld. Die aanvragen worden nog afgehandeld op basis van de oude verordening.

Artikel 9. Slotbepalingen.

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Subsidieverordening Monumenten Wijchen 2009”.

  • 3.

    De verordening treedt in werking met ingang van de dag nadat bekendmaking ervan heeft plaats gevonden.

  • 4.

    Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervalt de “Subsidieverordening Gemeentelijke Monumenten Wijchen 1996”.

  • 5.

    Op deze regeling zijn de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 9 juli 2009.
De voorzitter, De griffier,