Algemene Subsidieverordening gemeente Winsum 2011

Geldend van 01-06-2011 t/m heden

Intitulé

Algemene Subsidieverordening gemeente Winsum 2011

Agendanummer:

Vergadering: 26 april 2011

De raad van de gemeente Winsum;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op het bepaalde in art 149 van de Gemeentewet:

b e s l u i t : vast te stellen de volgende verordening:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a. college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winsum;

  • b. raad: raad van de gemeente Winsum;

  • c. incidentele subsidie: een subsidie voor bijzondere incidentele projecten of activiteiten die niet behoren tot de reguliere bezigheden van de aanvrager en waarvoor maximaal twee keer voor eenzelfde project of activiteit subsidie verleend wordt;

  • d. structurele subsidie: een subsidie voor jaarlijks terugkerende activiteiten en waarvoor per (boek)jaar of voor een periode van maximaal vier jaar subsidie verleend wordt.

Artikel 2 Rechtspersoonlijkheid

Structurele subsidie wordt slechts verleend aan rechtspersonen met volledige rechtsbevoegdheid.

Artikel 3 Reikwijdte verordening

  • 1. Deze verordening is van toepassing op alle door de gemeente te verstrekken subsidies.

  • 2. Het college kan nadere regels stellen, waarin de te subsidiëren activiteiten, de doelgroepen en de verdeling van subsidies per beleidsterrein worden omschreven.

Artikel 4 Bevoegdheid college

Het college is belast met de uitvoering van deze verordening met inachtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en, indien de begroting nog niet is vastgesteld, dan wel goedgekeurd, onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.

Artikel 5. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud

  • 1. De raad kan jaarlijks bij de vaststelling van de begroting besluiten tot het instellen van subsidieplafonds.

  • 2. Het college kan nadere regels stellen over de verdeling van het beschikbare bedrag.

  • 3. Een subsidie ten laste van een begroting, die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.

Artikel 6 Evaluatie

Indien het noodzakelijk is om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk, evalueert het college de subsidieverlening, tenzij de kosten van evaluatie onevenredig zouden zijn in verhouding tot het daarmee gediende belang.

Hoofdstuk 2. Het aanvragen van subsidie

Incidentele subsidie

Artikel 7 Indiening- en beslistermijn

  • 1. Aanvragen voor incidentele subsidie worden voor aanvang van de activiteit bij het college ingediend.

  • 2. Het college kan andere termijnen stellen voor het indienen van een aanvraag voor daarbij aan te wijzen incidentele subsidies.

  • 3. Het college beslist binnen 8 weken na ontvangst van de volledige aanvraag, dan wel, indien het college hiervoor regels heeft opgesteld, 8 weken gerekend vanaf de uiterste indieningstermijn voor het aanvragen van de subsidie.

Artikel 8 Gegevens bij een aanvraag

  • 1. Bij aanvragen voor incidentele subsidie tot en met € 1.500,-- dient in ieder geval overlegd te worden:

  • a. een beschrijving van de voorgenomen activiteit;

  • b. een begroting van inkomsten en uitgaven van de activiteit.

  • 2. Bij aanvragen voor incidentele subsidie van meer dan € 1.500,-- dient, naast de in het eerste lid genoemde gegevens, ook inzage te worden gegeven in de financiële positie van de aanvrager.

  • 3. Het college kan ook andere dan, of slechts enkele van, de in het eerste lid genoemde gegevens verlangen, indien die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag noodzakelijk, respectievelijk voldoende, zijn.

  • 4. Het college kan beslissen dat voor het aanvragen van incidentele subsidie gebruik moet worden gemaakt van een aanvraagformulier.

Structurele subsidie

Artikel 9 Indiening- en beslistermijn

  • 1. Aanvragen voor structurele subsidie worden bij het college ingediend vóór 1 juli van het jaar voorafgaand aan dat waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • 2. Het college kan andere termijnen stellen voor het indienen van een aanvraag voor daarbij aan te wijzen structurele subsidies.

  • 3. Het college beslist op een aanvraag voor structurele subsidie uiterlijk vóór 31 december van het jaar waarop de aanvraag is ingediend.

Artikel 10 Gegevens bij een aanvraag

  • 1. Bij aanvragen voor structurele subsidie dient in ieder geval overlegd te worden:

  • a. een activiteitenplan van het jaar waarvoor subsidie aangevraagd wordt;

  • b. een begroting van het jaar waarvoor subsidie aangevraagd wordt;

  • c. een inzage in de financiële positie van de aanvrager van het voorgaande jaar.

  • 2. Bij een eerste aanvraag dient de aanvrager te overleggen:

  • a. een afschrift van de statuten;

  • b. een actuele opgave van de bestuurssamenstelling.

  • 3. Het college kan ook andere dan, of slechts enkele van, de in het eerste lid genoemde gegevens verlangen, indien die voor het nemen van een beslissing op de aanvraag noodzakelijk, respectievelijk voldoende, zijn.

  • 4. Het college kan beslissen dat voor het aanvragen van structurele subsidie gebruik moet worden gemaakt van een aanvraagformulier.

Hoofdstuk 3. Het weigeren van subsidie

Artikel 11 Weigeringgronden

  • 1. Het college kan een aanvraag voor subsidie weigeren indien de activiteiten niet passen binnen het ter zake door de gemeente gevoerde beleid.

  • 2. Het college kan voor subsidies binnen de door de raad vast te stellen beleidsterreinen of onderdelen daarvan bepalen dat de gevraagde subsidie kan worden geweigerd, of de verleende subsidie kan worden ingetrokken, in het geval en onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur.

Hoofdstuk 4. Het verlenen van subsidie

Artikel 12 Subsidieverlening

  • 1. De beschikking tot subsidieverlening bevat een omschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verleend, het bedrag van de subsidie, dan wel de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald en op welke wijze de subsidie moet worden verantwoord.

  • 2. Het college kan verplichtingen aan de beschikking tot subsidieverlening verbinden met betrekking tot het beheer en gebruik van de subsidie.

  • 3. Bij subsidies hoger dan 10.000 euro, welke verleend worden voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan het college met de subsidieontvanger een uitvoeringsovereenkomst afsluiten. In deze overeenkomst verplicht de subsidieontvanger zich om de activiteiten te verrichten en de overeengekomen producten en prestaties te leveren waarvoor de subsidie is verleend.

Artikel 13 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1. De subsidieontvanger doet onverwijld melding aan het college, zodra aannemelijk is dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, niet geheel of niet zullen worden verricht of dat niet geheel of niet aan de aan de beschikking verbonden verplichtingen zal worden voldaan.

  • 2. De subsidieontvanger informeert het college zo spoedig mogelijk over:

  • a. besluiten of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten, waarvoor subsidie is verleend, dan wel ontbinding van de rechtspersoon;

  • b. relevante wijzigingen in financiële en organisatorische verhouding met derden;

  • c. ontwikkelingen die er toe kunnen leiden dat aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden voorwaarden geheel of gedeeltelijk niet kunnen worden nagekomen;

  • d. wijziging van de statuten voor zover het betreft de vorm van de rechtspersoon, de persoon van de bestuurder(s) en het doel van de rechtspersoon.

  • 3. De subsidieontvanger behoeft de toestemming van het college voor handelingen als vermeld in artikel 4:71 Algemene wet bestuursrecht.

Hoofdstuk 5. Het verantwoorden en vaststellen van subsidie

Artikel 14 Incidentele subsidies tot en met 1.500 euro

  • 1. Incidentele subsidies tot en met 1.500 euro worden door het college:

  • a. direct vastgesteld of;

  • b. ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken, nadat de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.

  • 2. Bij een ambtshalve vaststelling als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, kan het college de aanvrager verplichten om op de door haar aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten, waarvoor de subsidie wordt verleend, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen.

Artikel 15 Overige subsidies

  • 1. Bij incidentele subsidies van meer dan 1.500 euro en structurele subsidies dient de subsidieontvanger een aanvraag tot vaststelling in bij het college:

  • a. bij een incidentele subsidie, uiterlijk 13 weken na afloop van de activiteit of het tijdvak waarvoor de subsidie is verleend;

  • b. bij een structurele subsidie, uiterlijk vóór 1 juli in het jaar na afloop van het jaar, waarvoor de subsidie is verleend.

  • 2. De aanvraag tot vaststelling bevat:

  • a. een inhoudelijk verslag, waaruit blijkt dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht;

  • b. een overzicht van de activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening);

  • c. een balans van het afgelopen subsidietijdvak met toelichting.

  • 3. Het college kan bepalen dat ook andere, of minder dan, de in dit artikel bedoelde gegevens en bescheiden die voor de vaststelling van belang zijn, worden overlegd.

Artikel 16 Vaststelling subsidie

  • 1. Het college stelt binnen 13 weken na ontvangst, of binnen 13 weken na de uiterste indieningsdatum zoals bepaald in artikel 15, eerste lid onder b, van de aanvraag tot subsidievaststelling, de subsidie vast.

  • 2. Indien uit de aard van de subsidie, dan wel de verantwoording daarvan, volgt dat voor de beslissing op de vaststelling van de subsidie een langere termijn nodig is dan de in het eerste lid genoemde termijn, dan bericht het college de subsidieontvanger daarvan zo spoedig mogelijk na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 3. Het college kan categorieën van subsidies of subsidieontvangers aanwijzen, waarvoor de subsidie direct wordt vastgesteld zonder dat de subsidieontvanger een aanvraag voor subsidievaststelling hoeft in te dienen.

  • 4. Indien de aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het in het eerste lid genoemde tijdstip is ontvangen, gaat het college zes weken na een eenmalig rappel, over tot ambtshalve vaststelling.

Hoofdstuk 6. Betaling en bevoorschotting

Artikel 17 Betaling

  • 1. Het subsidiebedrag wordt overeenkomstig de vaststelling van de subsidie betaald.

  • 2. Betaling geschiedt binnen vier weken na de vaststelling van de subsidie, tenzij bij de subsidieverlening anders is bepaald.

  • 3. De subsidie kan in gedeelten worden betaald.

  • 4. Bij de subsidieverlening wordt bepaald hoe de gedeelten worden berekend en op welke tijdstippen zij worden betaald.

Artikel 18 Bevoorschotting

  • 1. Het college kan de subsidieontvanger een voorschot verlenen.

  • 2. De beschikking tot subsidieverlening vermeldt het bedrag van het voorschot en het tijdstip waarop het bedrag wordt betaald.

  • 3. Bij de vaststelling van de subsidie worden betaalde voorschotten verrekend met het bedrag van de subsidie.

Hoofdstuk 7. Overige bepalingen

Artikel 19 Hardheidsclausule

Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 3, en 4, voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.

Artikel 20 Intrekking

De ‘Algemene Subsidieverordening Welzijn 2009 gemeente Winsum’ wordt ingetrokken.

Artikel 21 Overgangsbepalingen

Subsidieaanvragen die zijn ingediend voor de datum als bepaald in artikel 22, worden afgedaan volgens de bepalingen van de ‘Algemene Subsidieverordening Welzijn 2009 gemeente Winsum’.

Artikel 22 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand na de dag waarop zij is bekendgemaakt.

Artikel 23 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: "Algemene Subsidieverordening gemeente Winsum 2011".

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Winsum in zijn openbare vergadering van 24 mei 2011

De raad voornoemd,

voorzitter,

griffier,