Regeling vervallen per 01-09-2018

Verordening commissie beeldende kunst

Geldend van 01-10-1996 t/m 31-08-2018

Intitulé

Verordening commissie beeldende kunst

VERORDENING COMMISSIE BEELDENDE KUNST

Begripsbepalingen

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

commissie: de commissie beeldende kunst.

Taak van de commissie

Artikel 2

De commissie heeft tot taak:

  • 1.

    Binnen het aan de commissie toegekende budget:

    • a.

      het beslissen op subsidie-aanvragen voor activiteiten op het terrein van de beeldende kunst en voor beeldende kunstenaars;

    • b.

      het verlenen van opdrachten en het doen van aankopen op het terrein van beeldende kunst.

  • 2.

    Het gevraagd en ongevraagd adviseren aan burgemeester en wethouders met betrekking tot:

    • -

      de periodiek op te stellen gemeentelijke beleidsnota beeldende kunst

    • -

      de toepassing van de verordening op de percentage-regeling kunstwerken

    • -

      het verdere gemeentelijke aankoopbeleid van beeldende kunst

    • -

      subsidie-aanvragen op het terrein van de beeldende kunst welke niet vallen onder lid 1,

      sub a

    • -

      andere zaken op het terrein van de beeldende kunst.

  • 3.

    Het vervullen van andere taken op het terrein van de beeldende kunst die door de raad of burgemeester en wethouders aan haar worden opgedragen.

Verantwoording commissie

Artikel 3

  • 1. De commissie is, al naar gelang de taken die zij vervult, aan de gemeenteraad en burgemeester en wethouders verantwoording schuldig. Zij verstrekt te dien aanzien aan deze bestuursorganen alle door hen verlangde inlichtingen.

  • 2. De commissie zendt jaarlijks een verslag van de door haar in het afgelopen jaar verrichte werkzaamheden, waarin opgenomen een financieel verslag over de door haar beheerde gelden, aan de gemeenteraad en aan burgemeester en wethouders.

Samenstelling van de commissie

Artikel 4

  • 1. De commissie bestaat uit ten hoogste 7 leden, benoemd door burgemeester en wethouders en is als volgt samengesteld:

    • -

      twee beroepsmatig werkende kunstenaars;

    • -

      twee deskundigen op het terrein van de hedendaagse beeldende kunst;

    • -

      een deskundige op het terrein van de architectuur:

    • -

      een deskundige of geïnteresseerde op het terrein van de stedenbouw;

    • -

      een inwoner van Zwolle, die interesse heeft voor de hedendaagse beeldende kunst maar daarbij niet beroepshalve is betrokken.

  • 2. Ten behoeve van de benoeming van de onder lid 1 bedoelde leden stelt de commissie een aanbeveling op.

  • 3. Personen die deel uitmaken van, of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur kunnen niet tot commissieleden worden benoemd.

  • 4. De commissie kiest uit haar midden een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter.

  • 5. De commissie kan zich doen bijstaan door één of meer adviseurs.

Artikel 5

  • 1. De leden van de commissie worden voor een periode van 4 jaar benoemd.

  • 2. De leden van de commissie blijven hun functie waarnemen totdat over hun opvolging is beslist.

  • 3. De leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Het ontslag moet schriftelijk worden ingediend bij burgemeester en wethouders. Het bepaalde in lid 2 van dit artikel is van overeenkomstige toepassing.

  • 4. De leden van de commissie kunnen door burgemeester en wethouders worden ontslagen, nadat de commissie terzake is gehoord.

  • 5. De leden van de commissie kunnen ten hoogste eenmaal worden herbenoemd.

Vergaderingen van de commissie

Artikel 6

  • 1. De commissie vergadert ten minste 6 keer per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of ten minste drie andere leden het nodig oordelen.

  • 2. De vergaderingen worden door of namens de voorzitter ten minste 6 dagen voordat zij worden gehouden, onder toezending van de agenda en de te behandelen stukken, geconvoceerd.

  • 3. Indien de voorzitter niet binnen 14 dagen, nadat er een verzoek als

    bedoeld in lid 1, is ingediend, een vergadering belegt, zijn zij, die het verzoek hebben ingediend, daartoe gerechtigd.

Artikel 7

  • 1. Indien niet meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is, kunnen er ter vergadering geen besluiten worden genomen.

  • 2. In het geval als bedoeld in lid 1 wordt het onderwerp verschoven naar een volgende vergadering, waarin dan over dat onderwerp kan worden besloten ongeacht het aantal aanwezige leden.

  • 3. In spoedeisende gevallen kan, in het geval als bedoeld in lid 1, door de commissie ook buiten een vergadering een besluit worden genomen, mits alle commissieleden in de gelegenheid zijn gesteld schriftelijk of per telefax hun mening te uiten.

    De ingekomen schriftelijke reacties worden door de secretaris bij de notulen van de vergadering gevoegd.

Artikel 8

  • 1. De vergaderingen worden in het openbaar gehouden.

  • 2. De deuren worden gesloten, wanneer ten minste twee van de aanwezige leden dit vorderen of de voorzitter het nodig acht. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd. Het besluit daartoe behoeft de stemmen van tweederde van de aanwezige leden. Artikel 93 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9

  • 1. De commissie besluit bij meerderheid van stemmen.

  • 2. Over personen wordt schriftelijk gestemd. Bij staking van stemmen wordt eenmaal herstemd. Indien ook dan de stemmen staken, beslist - na eventueel

    noodzakelijke tussenstemmingen - terstond het lot.

  • 3. Over zaken wordt mondeling gestemd. Bij staking van stemmen wordt het nemen van een besluit uitgesteld tot een volgende vergadering, waarin de beraadslagingen kunnen worden heropend. In deze vergadering wordt bij het staken van stemmen het voorstel geacht niet te zijn aangenomen.

Voorbereiding en uitvoering besluiten

Artikel 10

  • 1. De voorzitter draagt zorg voor de voorbereiding en uitvoering van de besluiten van de commissie. Hij ondertekent alle van de commissie uitgaande stukken.

  • 2. De voorzitter wordt bij afwezigheid of ontstentenis vervangen door de plaatsvervangend voorzitter.

De secretaris

Artikel 11

  • 1. Een ambtenaar van de afdeling Maatschappelijke en Culturele Zaken van de sector Welzijn, speciaal belast met culturele zaken, is secretaris van de commissie. In de vergaderingen van de commissie heeft hij een raadgevende stem.

  • 2. De secretaris ondertekent mede alle stukken die van de commissie uitgaan.

Slotbepalingen

Artikel 12

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, na de commissie te hebben gehoord.

Artikel 13

Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel "Verordening Commissie Beeldende Kunst".