Woonconsumentenorganisaties 2005

Geldend van 09-06-2005 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2005

Intitulé

Woonconsumentenorganisaties 2005

De Raad der gemeente Enschede; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouder van 12 april 2005,

Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 4:23 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3 van de  Algemene subsidieverordening 2004

BESLUIT

 

Vast te stellen de subsidieverordening “Woonconsumentenorganisaties” 2005 aangaande beleidsterrein “Wonen”;

Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen

Artikel 1

begripsbepalingen

  • ·

    Woonconsumenten: bewoners, waartoe in ieder geval behoren: huurders en eigenaar bewoners, woningzoekenden, waartoe behoren kandidaat huurders en kandidaat kopers

  • ·

    Woonconsumentenorganisaties: een rechtspersoonlijkheid bezittende categorale organisatie die, blijkens de statuten, de structuur en werkwijze, zonder winstoogmerk werkzaam is op het terrein van de volkshuisvesting ten behoeve van de belangen van woonconsumenten

  • ·

    Categorale organisatie: organisatie welke zich richt op/of uitgaande van de belangen van een specifieke doelgroep (binnen de woonconsumenten) op stadsbreed niveau

  • ·

    Activiteiten: werkzaamheden die verricht worden door woonconsumenten of –organisaties die gericht zijn op het versterken van de positie van woonconsumenten in de volkshuisvesting

  • ·

    Apparaatskosten: kosten voor secretariële werkzaamheden, de benodigde apparatuur en materialen, die een woonconsumentenorganisaties jaarlijks maakt ten behoeve van activiteiten

Hoofdstuk 2 budgetvaststelling

Artikel 2

  • 1

    Burgemeester van Wethouders nemen jaarlijks een besluit, waarin een bedrag wordt vastgesteld voor de subsidiëring van woonconsumentenorganisaties.

  • 2

    Het bedrag wordt slechts verstrekt voor zover het budget in eindproduct woningnieuwbouw 2.25.00 van de productbegroting toereikend is, met een jaarlijks maximum van in totaal € 10.000,--

Hoofdstuk 3 het aanvragen van subsidie

Artikel 3

  • 1

    Een woonconsumentenorganisatie kan bij Burgemeester en Wethouders een aanvraag indienen voor het toekennen van subsidie.

  • 2

    Een dergelijke aanvraag dient uiterlijk op 1 april van het jaar waarop de subsidie betrekking heeft schriftelijk te worden ingediend.

  • 3

    De aanvraag dient vergezeld te gaan van een gespecificeerde begroting van inkomsten en uitgaven. Een eerste aanvraag van een woonconsumentenorganisatie dient tevens vergezeld te gaan van een exemplaar van de statuten.

  • 4

    Burgemeester en Wethouders houden bij hun beslissing op een aanvraag rekening met steun die op grond van een andere regeling aan de aanvrager is of kan worden toegekend.

  • 5

    Woonconsumentenorganisatie dienen zoveel mogelijk te streven naar eigen inkomsten en andere vormen van financiële ondersteuning.

  • 6

    Burgemeester en Wethouders kunnen nadere regels stellen omtrent de wijze waarop de subsidie dient te worden aangevraagd.

Artikel 4

  • 1

    Aanvragen welke later worden ingediend dan het in artikel 3, lid 2 genoemde tijdstip worden niet in behandeling genomen.

  • 2

    Burgemeester en wethouders beslissen binnen drie maanden over de honorering van de aanvraag.

Hoofdstuk 4 het toekennen van subsidie

Artikel 5

  • 1

    Subsidie wordt in principe verstrekt als bijdrage in door Burgemeester en Wethouders goedgekeurde kosten van activiteiten en apparaatskosten, verminderd met verkregen/te krijgen eigen inkomsten en andere vormen van financiële ondersteuning.

  • 2

    Burgemeester en Wethouders behouden zich het recht voor, om de aanvraag voor subsidie te weigeren/een lager bedrag toe te kennen dan is aangevraagd. Bijvoorbeeld wanneer woonconsumentenorganisaties zich bezig houden met activiteiten die strijdig zijn met het gemeentelijk beleid, de gelden in onvoldoende mate worden besteed aan (toekomstige) ingezetenen van Enschede, de aanvrager ook zonder subsidieverstrekking over voldoende gelden zou kunnen beschikken, de aanvrager de behoefte aan de activiteiten niet aannemelijk kan maken, of wanneer de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld.

  • 3

    De beslissing van Burgemeester en Wethouder wordt schriftelijk aan de aanvragen meegedeeld. Er wordt in de beslissing aangegeven hoe hoog het toegekende bedrag is en eventueel welke voorschriften aan de toekenning van subsidie zijn verbonden.

  • 4

    De betaling vindt zo spoedig mogelijk plaats na de in het vorige lid bedoelde schriftelijke beslissing.

Hoofstuk 5 Financiële verantwoording

Artikel 6

  • 1

    Een woonconsumentenorganisatie die op grond van deze verordening in een bepaald jaar subsidie heeft ontvangen, moet voor 1 april van het volgende jaar een financieel jaarverslag bij Burgemeester en Wethouders indienen.

  • 2

    Dit jaarverslag bestaat uit: een balans per ultimo het betreffende kalenderjaar, een exploitatierekening over het betreffende kalenderjaar, een verslag van de activiteiten in het betreffende kalenderjaar.

Artikel 7

  • 1

    Een woonconsumentenorganisatie die subsidie ontvangt op grond van deze verordening is verplicht aan Burgemeester en Wethouders of aan een of meer door hen aan te wijzen ambtenaren inzage te geven in de boekhouding en administratie, alsmede alle inlichtigen te verstrekken welke in het belang van een goede controle worden gevraagd

  • 2

    De boekhouding en administratie van een woonconsumentenorganisatie moeten zodanig zijn ingericht, dat mede gelet op de omvang van de beteffende organisatie een overzicht kan worden verkregen van de bezittingen, vorderingen en schulden alsmede van de exploitatie-uitkomsten.

Artikel 8

Indien Burgemeester en Wethouders op grond van de controle van het financieel jaarverslag of anderszins blijkt, dat het bedrag aan toegekende subsidie niet (geheel) is gebruikt of anders is aangewend dan waarvoor het was bestemd, kan de subsidie geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd.

Hoofdstuk 6 Slotbepalingen

Artikel 9

Indien strikte toepassing van deze verordening leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard kunnen burgemeester en wethouders bepalingen uit deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken.

artikel 10

Eerdere verordeningen voor woonconsumentenorganisaties komen te vervallen.

Artikel 11

Deze verordening kan worden aangehaald als “verordening subsidiëring Woonconsumentenorganisaties”. Zij treedt in werking op de dag na haar bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2005.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 10 mei 2005

De Griffier, De Voorzitter,