Beleidsregel Handhaving illegale hennepteelt gemeente Enschede

Ondertekening

Toelichting

Aanleiding

Bij de parlementaire totstandkoming van artikel 13b van de Opiumwet is bepaald dat de burgemeester bevoegd is om een last onder bestuursdwang op te leggen indien in woningen of lokalen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst I of II wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. De teelt en vervaardiging van hennep, de illegale wietteelt, viel daar oorspronkelijk niet onder, maar valt op grond van jurisprudentie inmiddels ook onder de reikwijdte van artikel 13b.

Het gemeentelijk damoclesbeleid inclusief de daarbij behorende handhavingsmatrix richt zich op de handel in (soft)drugs en kent geen specifieke regels over de toepassing van bestuursdwang bij hennepkwekerijen. Er is wel een gedragslijn ontwikkeld die inhoudt dat in het geval van de aanwezigheid van een hennepkwekerij in woningen alleen dan bestuursrechtelijk wordt opgetreden wanneer er tevens sprake is (geweest) van verstoring van de openbare orde en veiligheid.

Het wordt wenselijk geacht meer specifiek beleidsregels vast te stellen om illegale hennepteelt in woningen en lokalen tegen te gaan. Hierdoor kan efficiënter op worden getreden treden tegen illegale hennepteelt in met name woningen en worden ook de juridisch kaders beter afgebakend.

Doelstelling

Doel van deze beleidsregel is om duidelijkheid te scheppen over de manier waarop handhavend zal worden opgetreden wanneer in een woning of lokaal een hennepkwekerij wordt aangetroffen. Handhaving zal worden ingezet in het belang van

het herstel van de openbare orde en het woon-en leefklimaat in de nabije omgeving,

en het voorkomen van herhaling en verdere aantasting van het woon- en leefklimaat.

Probleemstelling

In Enschede worden jaarlijks circa 100 hennepkwekerijen door de politie ontmanteld. Het telen van hennep is op grond van artikel 3 (in combinatie met lijst ll) van de Opiumwet verboden. Daarnaast zorgt de aanwezigheid van een hennepkwekerij voor onder meer brandgevaar wanneer de stroom illegaal wordt afgetapt. Bovendien is er aanvoer van water nodig. Daardoor bestaat een verhoogd risico op brand door kortsluiting en lekkage en andere vormen van overlast. Voor het kweken van hennepplanten is zeer veel stroom nodig. Met het aanleggen van een

hennepkwekerij in een woning worden dus ook de buren aan (levens)gevaar blootgesteld. Strafrechtelijke vervolging heeft niet per definitie tot gevolg dat de openbare orde wordt hersteld. Ook herhaling kan hier niet altijd mee worden voorkomen.

Wettelijke sluitingsbevoegdheid

De grondslag voor bestuursrechtelijk optreden tegen hennepkwekerijen in woningen en lokalen is gelegen in artikel 13b van de Opiumwet.

Er moet sprake zijn van beroeps- of bedrijfsmatige hennepteelt (waaronder begrepen de bewerking en verwerking).Hiervoor is aansluiting gezocht bij de Aanwijzing Opiumwet, voor zover het de schaalgrootte van de teelt betreft: Bij een hoeveelheid van 5 planten of minder wordt in beginsel aangenomen dat er geen sprake is van beroeps- of bedrijfsmatig handelen.

De aanwezigheid van een hennepkwekerij in een woning of lokaal is voldoende om tot sluiting over te kunnen gaan. De betrokkenheid van de eigenaar, bewoner of gebruiker of het bestaan van overlast hoeft niet te worden aangetoond.

Uit de Kamerstukken en jurisprudentie volgt wel dat bij een eerste overtreding nog niet tot sluiting van een woning dient te worden over gegaan, maar moet worden volstaan met een waarschuwing. Dit moet worden beschouwd als een uitgangspunt waarvan in ernstige gevallen mag worden afgeweken.

Gerichte aanpak

Met het oog op een efficiënte en sluitende bij de aanpak van illegale hennepteelt zijn regionaal met de ketenpartners afspraken gemaakt die zijn vastgelegd in het Regionaal Hennepconvenant Oost Nederland. Dit convenant heeft al geleid tot een intensievere samenwerking en betere informatie uitwisseling tussen de handhavingspartners, te weten gemeenten, politie, Openbaar Ministerie, woningcorporaties, de netbeheerder en het UWV.

Zo is in het convenant opgenomen dat woningcorporaties overgaan tot ontbinding van de huurovereenkomst met de huurder/ overtreder, wordt de eigenaar van een kwekerij strafrechtelijk vervolgd, en volgen sancties op de uitkering wanneer de overtreder deze ontvangt.

Uit de beschikbare informatie blijkt dat iets minder dan de helft van de illegale hennepteelt plaatsvindt in woningen/ (bedrijfs)panden die particulier eigendom zijn of particuliere worden verhuurd. Anders dan bij woningcorporaties is het vanwege de grote aantallen verschillende partijen niet mogelijk met de particuliere woonsector afspraken te maken over de aanpak van hennepteelt. De hieronder voorgestelde maatregelen zullen daarom primair zien op de particuliere woning/ vastgoedsector.

Naast de hierna te voorgestelde maatregelen richt het voorliggende beleid zich vooral op het bewust maken van woningeigenaren en vastgoedbezitters van de risico’s van (onder)verhuur van woningen en bedrijfspanden. Enerzijds middels voorlichting, anderzijds middels het opleggen van bestuurlijke maatregelen.

Hiermee wordt tevens verdere invulling gegeven aan de in het hennepconvenant neergelede afspraken.

Sluiting woning/ pand

Het sluiten van een pand is een zeer ingrijpend middel, zeker wanneer het gaat om het sluiten van een woning. Omdat het sluiten van een woning een inbreuk betekent op de persoonlijke levenssfeer (het woongenot) van de bewoners, zal het uitgangspunt zijn bij een eerste overtreding te waarschuwen. Wanneer er echter sprake is van ernstige aantasting van de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat als gevolg van de aanwezigheid van een hennepkwekerij , wordt niet eerst gewaarschuwd, maar wordt de woning of het lokaal direct gedurende 3 maanden gesloten. Bij ernstige aantasting van de openbare orde, de veiligheid en/ of het woon- en leefklimaat moet worden gedacht aan letsel, brand- of waterschade bij omwonenden/ woningen veroorzaakt door de aanwezigheid van een hennepkwekerij, of bijvoorbeeld de aanwezigheid van (vuur)wapens in de woning of het pand waar ook de hennepkwekerij is aangetroffen. Van ernstige aantasting van de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat is ook sprake in het geval van (zeer) grote, professioneel opgezette hennepkwekerijen. Dit laatste is het geval wanneer bijvoorbeeld gebleken is van meerdere grote oogsten, illegale arbeid, faciliteiten ter verwerking en distributie van de hennep, of beveiliging.

Wanneer binnen 5 jaar opnieuw een overtreding wordt geconstateerd, dient dit te leiden tot sluiting van de woning of het lokaal gedurende 3 maanden, bij een 3e overtreding gedurende 6 maanden en bij een 4e overtreding gedurende 12 maanden. Wanneer er sprake is geweest van ernstige aantasting van de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat als gevolg van de aanwezigheid de hennepkwekerij, worden deze periodes verdubbeld naar respectievelijk 6, 12 en 24 maanden.

Wanneer de toepassing van deze beleidsregel als gevolg van bijzondere omstandigheden leidt tot onevenredige gevolgen voor belanghebbenden, wordt op grond van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht een minder zware maatregel opgelegd of wordt afgezien van het opleggen van een maatregel. Het geen weet hebben van of betrokkenheid bij de exploitatie van een hennepkwekerij vormt op zich zelf geen bijzondere omstandigheid.