Regeling vervallen per 22-01-2019

treasurystatuut

Geldend van 17-12-2014 t/m 21-01-2019

Intitulé

treasurystatuut

Inleiding

Dit treasurystatuut is opgesteld op basis van de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). In deze wet zijn de kaders gesteld voor een verantwoorde, prudente en professionele inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie van decentrale overheden.

In december 2013 is het wetsvoorstel verplicht schatkistbankieren door de Eerste Kamer aangenomen. Na publicatie in het staatsblad is de wet 14 december 2013 van kracht geworden.

De wet houdt in dat decentrale overheden al hun overtollige middelen aan moeten houden in de schatkist bij het ministerie van Financiën. Dit betekent dat geld en vermogen niet langer bij banken buiten de schatkist mag worden aangehouden. Dagelijks moet het positieve saldo in rekening courant, boven een drempel, worden afgestort in de schatkist. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en daalt de staatsschuld.

Aangezien de gemeente Lingewaard, net zoals de meeste gemeenten in Nederland, zelden een positief saldo in rekening courant heeft, zal deze wetgeving weinig gevolgen hebben voor de gemeente Lingewaard.

De Wet verplicht schatkistbankieren zorgt voor een aanscherping van de regels uit het huidige treasurystatuut. Daarom is dit treasurystatuut aan de nieuwe wetgeving getoetst en daar waar nodig aangepast.

In dit treasurystatuut worden het begrippenkader en de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeente geformuleerd. Deze worden geconcretiseerd voor de verschillende deelgebieden van treasury, te weten: risicobeheer, gemeentefinanciering en kasbeheer. Daarna komen de administratieve organisatie en de interne controle van de treasuryfunctie aan de orde. Daarbij ligt het accent op de eenduidigheid omtrent de verdeling en scheiding van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Tot slot worden de uitgangspunten vastgelegd voor de informatie die noodzakelijk is om het gehele proces beheersbaar en meetbaar te maken en te houden.

In de memorie van toelichting worden waar nodig de in het treasurystatuut opgenomen artikelen toegelicht.

Naast het treasurystatuut neemt de gemeente jaarlijks een paragraaf Financieringop in zowel de begroting als in de jaarrekening. Hierin worden de specifieke beleidsvoornemens

respectievelijk de uitvoering van het beleid op het gebied van treasury besproken.

Treasurystatuut

De raad van de gemeente Lingewaard;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

Besluit:

Het navolgende treasurystatuut vast te stellen.

IBegrippenkader

Artikel 1.

In dit statuut wordt verstaan onder:

  • -

    Derivaten Financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. De onderliggende waarden kunnen financiële producten, zoals leningen zijn. Derivaten worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren;

  • -

    Financiering Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen;

  • -

    Geldstromenbeheer Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer);

  • -

    Intern liquiditeitsrisico De risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen;

  • -

    Kasgeldlimiet Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar;

  • -

    Koersrisico Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen;

  • -

    Kredietrisico De risico’s op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit;

  • -

    Liquiditeitenbeheer Het aantrekken en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar;

  • -

    Liquiditeitenplanning Een gestructureerd overzicht van de toekomstige inkomsten en uitgaven ingedeeld naar aard en tijdseenheid;

  • -

    Renterisico Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeente door rentewijzigingen;

  • -

    Renterisiconorm Een bij de aanvang van enig jaar op basis van de Wet fido gefixeerd percentage van het begrotingstotaal van de gemeente dat bij de realisatie niet mag worden overschreden;

  • -

    Rentetypische looptijd Het tijdsinterval gedurende de looptijd van een geldlening, waarin op basis van de voorwaarden van de geldlening sprake is van een door de verstrekker van de geldlening niet beïnvloedbare, constante rentevergoeding;

  • -

    Saldobeheer Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen;

  • -

    Schatkistbankieren Decentrale overheden dienen al hun overtollige middelen boven een bepaalde drempel aan te houden in de schatkist bij het ministerie van Financiën;

  • -

    Rentevisie Toekomstverwachting over de renteontwikkeling;

  • -

    Treasuryfunctie De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer;

  • -

    Treasurer De medewerker financieel beleid die is belast met de dagelijkse uitvoering van het treasurybeleid. Hij/zij is daartoe aangewezen door de teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop.

Doelstellingen van de treasuryfunctie

Artikel 2.

De treasuryfunctie van de gemeente Lingewaard dient tot:

  • 1.

    Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen de meest gunstige condities;

  • 2.

    Het beschermen van gemeentelijke vermogens- en (rente-)resultaten tegen ongewenste financiële risico’s zoals renterisico’s, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s;

  • 3.

    Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities;

  • 4.

    Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut.

    • Risicobeheer

      IIIUitgangspunten risicobeheer

      Artikel 3.

      Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

      • 1.

        De gemeente mag leningen of garanties uit hoofde van de “publieke taak” uitsluitend verstrekken aan door de Gemeenteraad goedgekeurde derde partijen, nadat vooraf informatie is ingewonnen over de financiële positie en kredietwaardigheid van de betreffende partij. Indien mogelijk worden zekerheden of garanties geëist;

      • 2.

        Het gebruik van derivaten is toegestaan maar deze worden uitsluitend toegepast ter beperking van financiële risico’s.

      Renterisicobeheer

      Artikel 4.

      • 1.

        Conform de Wet fido wordt de kasgeldlimiet in beginsel niet overschreden. Na afstemming met en instemming van de toezichthouder worden incidentele tijdelijke overschrijdingen, die in het financiële belang van de gemeente zijn, toegestaan;

      • 2.

        Conform de Wet fido wordt de renterisiconorm in beginsel niet overschreden. Na afstemming met en instemming van de toezichthouder worden incidentele tijdelijke overschrijdingen, die in het financiële belang van de gemeente zijn, toegestaan;

      • 3.

        Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitenplanning;

      • 4.

        De rentetypische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening/uitzetting wordt zo veel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie;

      • 5.

        De rentevisie van de gemeente Lingewaard wordt ieder jaar opgesteld op basis van de rentevisie van minimaal 2 vooraanstaande financiële instellingen;

      • 6.

        De renterisico’s worden opgenomen in de paragraaf Financiering van de programmabegroting.

      • 7.

        Het gevoerde beleid met betrekking tot het renterisicobeheer wordt toegelicht in de

      paragraaf Financiering van de jaarrekening.

      Kredietrisicobeheer

      Artikel 5.

      • 1

        De gemeente mag leningen uit hoofde van de “publieke taak” uitsluitend verstrekken aan door de Gemeenteraad goedgekeurde derde partijen, nadat vooraf informatie is ingewonnen over de financiële positie en kredietwaardigheid van de betreffende partij. Indien mogelijk worden zekerheden of garanties geëist.

      • 2

        De kredietrisico’s worden opgenomen in de paragraaf Financiering van de programmabegroting.

      • 3

        Het gevoerde beleid met betrekking tot de kredietrisico’s worden toegelicht in de

      Paragraaf Financiering van de jaarrekening.

      Intern liquiditeitsrisicobeheer

      Artikel 6.

      De gemeente Lingewaard beperkt haar interne liquiditeitsrisico’s door haar treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitenplanning (looptijd tot één jaar), alsmede een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van minimaal 3 jaar.

      Valutarisicobeheer

      Artikel 7.

      Valutarisico’s worden in de gemeente Lingewaard uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro.

Gemeentefinanciering

Financiering

Artikel 8.

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

  • 1.

    Financieringen worden enkel aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak;

  • 2.

    Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken teneinde de renterisico’s en het renteresultaat te optimaliseren;

  • 3.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn: onderhandse leningen;

  • 4.

    De gemeente Lingewaard vraagt offertes op bij minimaal 2 instellingen voordat een financiering wordt aangetrokken.

  • 5.

    In de jaarlijkse programmabegroting wordt in de paragraaf Financiering de geprognosticeerde financieringspositie opgenomen.

  • 6.

    In de jaarrekening wordt verantwoording afgelegd over de uitvoering van de gemandateerde bevoegdheid tot het aangaan van geldleningen.

Schatkistbankieren

Artikel 9.

  • 1.

    Overtollige liquide middelen (boven het drempelbedrag) van de gemeente mogen alleen in rekening courant en via deposito’s bij de schatkist worden aangehouden of onderling worden uitgeleend aan andere decentrale overheden.

  • 2.

    Het drempelbedrag voor de gemeente Lingewaard is 0,75% van het begrotingstotaal.

Relatiebeheer

Artikel 10.

De gemeente Lingewaard beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:

1.Financiële instellingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen, verzekeraars en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EER-toezicht te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer.

Kasbeheer

XIGeldstromenbeheer

Artikel 11.

Teneinde de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt:

  • 1.

    Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op gemeenteniveau op elkaar en de liquiditeitenplanning af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen.

  • 2.

    Het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank;

Saldo- en liquiditeitenbeheer

Artikel 12.

Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen:

  • 1.

    De gemeente Lingewaard streeft naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rentecompensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities;

  • 2.

    Indien er een liquiditeitsbehoefte ontstaat kan de gemeente kortlopende middelen aantrekken. (met inachtneming van artikel 4 lid 1);

  • 3.

    Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening courant;

  • 4.

    Jaarlijks wordt in de paragraaf Financiering van de jaarrekening gerapporteerd over het saldo- en liquiditeitenbeheer.

Administratieve organisatie en interne controle

XIII Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

Artikel 13.

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle.

  • 1.

    De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd;

  • 2.

    Bevoegdheden zijn via delegatie en mandaat nader schriftelijk vastgelegd;

  • 3.

    Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden:

  • a.

    iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd (het vier-ogen-principe);

  • b.

    de uitvoering en de controle geschiedt door afzonderlijke functionarissen;

  • c.

    de uitvoering en de registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen.

  • 4.

    Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie te versturen naar de financiële administratie zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties;

  • 5.

    Een transactie wordt geregistreerd in de financiële administratie door de functionaris die voor de administratieve verwerking verantwoordelijk is;

  • 6.

    Na ontvangst van de transactiebevestiging wordt de transactie direct gecontroleerd door de functionaris belast met de interne controle.

Verantwoordelijkheden

Artikel 14.

De verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de gemeente staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

Functie

Verantwoordelijkheden

De Gemeenteraad

·Het vaststellen van treasurydoelstellingen, het treasurybeleid, beleidskaders en limieten;

·Het vaststellen van de paragraaf financiering in de begroting en de jaarrekening;

·Het houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan;

·Het evalueren en als gevolg daarvan (eventueel) bijstellen van het treasurybeleid;

·Het uitvoeren van de niet aan het college van B&W overgedragen treasuryactiviteiten.

Het college van B&W

·Het uitvoeren van het treasurybeleid (formele verantwoordelijkheid);

·Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties (voor zover de Gemeenteraad dit niet aan zich heeft voorbehouden);

·Het rapporteren aan de Gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid.

De portefeuillehouder Financiën

·Het uitvoeren van het treasurybeleid (politieke verantwoordelijkheid).

De medewerker interne controle

·Het opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury;

·Het bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen;

·Het controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfunctie en hierover rapporteren aan het college van B&W.

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

·Het uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten conform het treasurystatuut en de paragraaf financiering;

·Het zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de door hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten;

·Het rapporteren aan B&W over de uitvoering van het treasurybeheer;

·Het afleggen van verantwoording aan het college van B&W.

De afdelingsmanagers

·Het zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun afdeling aanlevert aan team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten.

De teamleiders

(budgethouders)

·Het zorgdragen voor het tijdig aanleveren van betrouwbare operationele informatie over toekomstige geldstromen aan het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering;

·Het fiatteren van betalingen en ontvangsten, ten laste c.q. ten gunste van hun budgetten.

Treasurer

·Het uitvoeren van de activiteiten met betrekking tot de volgende deelfuncties: het risicobeheer, gemeentefinanciering (financiering, schatkistbankieren en relatiebeheer) en kasbeheer. Deze activiteiten moeten conform dit treasurystatuut en de paragraaf financiering worden uitgevoerd en de transacties dienen geautoriseerd te zijn door de teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop;

·Het opstellen van de rentevisie;

·Het aantrekken van gelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer;

·Het beheren van de geldstromen;

·Het onderhouden van contacten met banken, geldmakelaars en overige financiële instellingen;

·Het afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties;

·Het schriftelijk vastleggen van de treasurytransacties en het doorgeven hiervan aan de medewerker geldverkeer;

·Het voorbereiden van beleidsvoorstellen op treasurygebied;

·Het adviseren van de afdelingen/teams over de financiële gevolgen van hun activiteiten en projecten;

·Het aanleveren van tijdige, volledige en betrouwbare gegevens aan de gemeentelijke administratie;

·Het afleggen van verantwoording aan de teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

De medewerker

Geldverkeer

·Het overboeken van saldi tussen bankrekeningen;

·Het afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer;

·Het aanleveren van tijdige, volledige en juiste gegevens aan de gemeentelijke administratie;

Financiële administratie

·Het juist en volledig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, inkomsten, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie;

·Het registreren van de financiële transacties die zijn afgesloten door de treasurer.

De medewerker interne controle

·Het ontvangen van de orderbevestiging van derden en het controleren of deze overeenkomt met de transactie-informatie zoals verstrekt dor de medewerker belast met treasury;

·Het voeren van de interne controle op de uitgevoerde treasurytransacties;

·Het afleggen van verantwoording aan de teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

De externe accountant

·Het in het kader van haar reguliere controletaak adviseren en controleren omtrent de feitelijke naleving van het treasurystatuut.

Bevoegdheden

Artikel 15.

In onderstaande tabel staan bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven alsmede de daarbij benodigde fiattering.

Bevoegd functionaris

(eerste handtekening)

Autorisatie door

(tweede handtekening)

Saldo-, liquiditeiten- en geldstromenbeheer

1.Het aantrekken van middelen korter dan 1 jaar

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

2.Betalingsopdrachten voorbereiden en versturen

Medewerker geldverkeer

Beleidsmedewerker financiële administratie

Bankrelatiebeheer

3.Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

4.Bankcondities en tarieven afspreken

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

Risicobeheer

5.Het afsluiten van derivatentransacties

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

Financiering en uitzetting

6.Het vaststellen van kredietfaciliteiten

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

7.Het aantrekken van langlopende leningen zoals vastgelegd in de treasuryparagraaf

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

8.Het afsluiten van deposito’s in het kader van schatkistbankieren

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

9.Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

College van B&W

Gemeenteraad

10.Het garanderen van middelen uit hoofde van de publieke taak

College van B&W

Gemeenteraad

Informatievoorziening

Artikel 16.

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient tenminste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen:

Informatie

Frequentie

Informatie-verstrekker

Informatie-ontvanger

1.Gegevens m.b.t. toekomstige uitgaven en ontvangsten voor de liquiditeitenplanning

Kwartaal / Incidenteel

Afdelingsmanagers

Treasurer

2.Liquiditeitenplanning

Halfjaarlijks

Treasurer

Teamleider Financiën, Juridische Zaken en Inkoop

3.Beleidsplannen treasury in de paragraaf financiering van de begroting

Jaarlijks

Treasurer

Gemeenteraad

4.Evaluatie treasuryactiviteiten in de paragraaf financiering van de jaarrekening

Jaarlijks

Treasurer

Gemeenteraad

5.Voortgang onderdelen paragraaf financiering via tussentijdse rapportages (alleen bij afwijkingen)

Halfjaarlijks

Treasurer

Gemeenteraad

6.Verantwoording n.a.v. de paragraaf financiering via het jaarverslag

Jaarlijks

Treasurer

Gemeenteraad

7.Informatie aan derden (toezichthouder en CBS) zoals genoemd in art. 8 Wet fido

Kwartaal

Treasurer

Derden

8.De afgesloten overeenkomst van vaste geldlening ter kennisname

Incidenteel

Treasurer

College van B&W

Inwerkingtreding

Artikel 17.

  • 1.

    Dit treasurystatuut treedt 8 dagen na publicatie in werking.

  • 2.

    Het treasurystatuut 2011 wordt ingetrokken.

Memorie van toelichting

In dit treasurystatuut is het treasurybeleid van de gemeente Lingewaard op hoofdlijnen vastgelegd. Dat gebeurt in de eerste plaats door het aangeven van de doelstellingen van de treasuryfunctie (in artikel 2). Vervolgens geeft het bestuur in het treasurystatuut aan binnen welke richtlijnen en limieten de doelstellingen dienen te worden gerealiseerd. Een richtlijn is een bindend voorschrift voor een handelswijze die gevolgd moet worden en een limiet is een type richtlijn die een uiterste grens aangeeft. Een belangrijk deel van de limieten en richtlijnen is bepaald door de Wet fido. Middels de limieten en richtlijnen wordt het “risicoprofiel” van de gemeente bepaald, waarbinnen de treasuryactiviteiten dienen te worden uitgevoerd.

De paragraaffinanciering bij de begroting geeft debeleidsplannen voor de treasuryfunctie voor de komende jaren en in het bijzonder voor het eerstkomende jaar weer. Het bevat onder meer gegevens over de algemene ontwikkelingen en de concrete beleidsplannen binnen de kaders van het treasurystatuut. Het gaat hierbij vooral om de plannen voor het risicobeheer, de gemeentefinanciering (analyse financieringspositie, leningen- en garantieportefeuille) en het kasbeheer. Uit de toelichting zal moeten blijken dat de plannen binnen de kaders van de Wet fido en het treasurystatuut blijven. De paragraaf financiering in het jaarverslag geeft in het bijzonder een verschillenanalyse tussen de plannen zoals deze zijn opgenomen in de begroting en de realisatie in het verslagjaar.

Artikel 2

In artikel 2 worden de doelstellingen van de treasuryfunctie van de gemeente Lingewaard weergegeven, hieronder worden deze afzonderlijk toegelicht.

Artikel 2 lid 1

In de eerste plaats dient de treasury ervoor te zorgen dat de gemeente Lingewaard “duurzaam toegang heeft tot de financiële markten tegen de meest gunstige condities”. De treasury dient te waarborgen dat de gemeente Lingewaard duurzaam in staat is de voor haar activiteiten benodigde middelen aan te trekken. De condities die daarbij worden bedongen dienen, in het licht van de op het betreffende moment gebruikelijke condities, acceptabel (tenminste marktconform) te zijn.

Artikel 2 lid 2

De gemeente Lingewaard loopt de volgende financiële risico’s: renterisico’s, kredietrisico’s, interne liquiditeitsrisico’s en valutarisico’s. Het is de taak van de treasury dergelijke risico’s tegen acceptabele condities te beperken. In de artikelen 4 tot en met 7 wordt aangegeven op welke wijze dit wordt gewaarborgd.

Artikel 2 lid 3

De derde doelstelling van de treasuryfunctie is het minimaliseren van de kosten bij het beheren van de geldstromen en de financiële posities. Deze kosten bestaan o.a. uit rentekosten, provisies en kosten van het betalingsverkeer. Het is de taak van de treasury het beheer zo efficiënt mogelijk uit te voeren.

Artikel 2 lid 4

De gemeente Lingewaard streeft ernaar de renteresultaten te optimaliseren. Dit betekent dat de gemeente Lingewaard geen middelen onbenut laat maar streeft naar zo hoog mogelijke renteopbrengsten (c.q. zo laag mogelijk rentekosten) zonder dat daarbij overmatige risico’s worden gelopen. De prioriteiten van de treasuryfunctie liggen in eerste instantie bij het beheersen en beperken van financiële risico’s; de treasuryfunctie is immers géén winstgerichte afdeling (“profit center”).

Binnen het acceptabele risicoprofiel zoals vastgesteld in de Wet fido en dit treasurystatuut dient desondanks te worden gestreefd naar optimalisatie van de renteresultaten.

Artikel 3 lid 1

De Wet fido geeft twee belangrijke beleidsmatige uitgangspunten met betrekking tot treasury. Dit betreft de “publieke taak” waarvoor leningen en garanties dienen enerzijds en het prudente karakter van (overige) uitzettingen anderzijds. Er wordt hierbij dus een specifiek onderscheid gemaakt tussen het verstrekken van leningen “uit hoofde van de publieke taak” en het uitzetten van middelen “uit hoofde van treasury”.

De wet stelt geen eisen aan het verstrekken van leningen en garanties uit hoofde van de publieke taak.Wel wordt in de toelichting op de Wet fido het volgende aangegeven: “Het gemeentebestuur bepaalt de publieke taak. De begroting en de begrotingswijzigingen bepalen het budgettaire kader voor de uitoefening van de publieke taak”. In dit licht is het dus niet het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering die het politieke besluit voor dergelijke garanties en leningen voorbereidt. Wel wordt geadviseerd dat het gemeentebestuur het advies van het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering inwint voordat zij een beslissing neemt t.a.v. het verstrekken van leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak. De gemeente Lingewaard heeft dit advies overgenomen. Het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering adviseert over bijv. financieringsvoorwaarden en de implicaties van de betreffende aanvraag voor de totale financiële positie van de gemeente Lingewaard. Daarnaast is het van belang dat het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering de betreffende aanvraag opneemt in de liquiditeitenplanning.

Artikel 3 lid 2

Derivaten zijn financiële instrumenten die hun bestaan ontlenen aan een bepaalde onderliggende waarde. Derivaten kennen een breed toepassingsgebied en worden onder andere gebruikt om renterisico’s te sturen en financieringskosten te minimaliseren. De Wet fido stelt dat derivaten uitsluitend mogen worden gebruikt ter beperking van financiële risico’s.

Gezien de (mogelijke) complexiteit van derivaten en de beperkte kennis binnen de organisatie omtrent dergelijke instrumenten, zal vooraf advies worden ingewonnen van een onafhankelijke adviseur.

Artikel 4 lid 1

Renterisicobeheer omvat het beperken van de invloed van (externe-) rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeente Lingewaard;

Een belangrijk uitgangspunt van de Wet fido is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten van openbare lichamen. Teneinde een grens te stellen aan korte financiering (met een rentetypische looptijd tot één jaar) is in de Wet fido de kasgeldlimiet opgenomen. Juist voor korte financiering geldt dat het renterisico aanzienlijk kan zijn, aangezien fluctuaties in de rente bij korte financiering direct een relatief grote invloed hebben op de rentelasten. De kasgeldlimiet wordt berekend als een percentage (8,5%) van het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar (zie artikel 3 en 4 van de Wet fido en de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden).

Artikel 4 lid 2

Het doel van de renterisiconorm is het beheersen van de renterisico’s op de vaste schuld (schuld met een rentetypische looptijd van één jaar of langer) door het aanbrengen van spreiding in de looptijden in de leningenportefeuille. De renterisiconorm kan worden berekend door een vastgesteld percentage (20%) te vermenigvuldigen met het begrotingstotaal van de gemeente Lingewaard per 1 januari van enig jaar (zie artikel 6 van de Wet fido en de Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden).

Artikel 4 lid 3

Afstemming op de liquiditeitenplanning beoogt middelen slechts te lenen cq. uit te zetten gedurende de periode dat zij daadwerkelijk nodig respectievelijk beschikbaar zijn.

Artikel 4 lid 4

Een rentevisie is een toekomstverwachting over de renteontwikkeling, op basis waarvan een financierings- en beleggingsbeleid wordt gevoerd. Afstemming van het beleid op de rentevisie betekent bijvoorbeeld het uitstellen van uitzettingen met een lange looptijd indien men een rentestijging verwacht.

Artikel 4 lid 5

Afhankelijk van de (interne- of externe) ontwikkelingen zal de gemeente Lingewaard haar rentevisie actualiseren. De rentevisie kan daarbij gebaseerd worden op de rentevisie van enkele gezaghebbende financiële instellingen, zoals de huisbankier.

Artikel 5 lid 1

De Wet fido stelt geen eisen aan de kwaliteit van de debiteuren bij het verstrekken van leningen of garanties aan derden in het kader van de publieke taak. Omdat de Gemeenteraad de publieke taak bepaalt, worden leningen of garanties uitsluitend verstrekt aan door de Gemeenteraad goedgekeurde partijen. Teneinde de kredietrisico’s te beheersen kunnen zekerheden of garanties worden verlangd van de debiteuren.

Artikel 6

Interne liquiditeitsrisico’s doen zich bijvoorbeeld voor wanneer de gemeente Lingewaard middelen voor een bepaalde periode heeft uitgezet bij het rijk en gedurende de looptijd van de uitzetting blijkt dat de middelen (onverwacht) nodig zijn voor het doen van een investering. Dit kan tot gevolg hebben dat de gemeente vervroegd de middelen van een deposito moet opnemen tegen de actuele marktwaarde en dat het vervroegd opnemen van een deposito kan leiden tot negatieve gevolgen voor de financiële resultaten.

Ter beperking van dit risico baseert de gemeente Lingewaard haar financiële transacties op een liquiditeitenplanning waarin de toekomstige inkomsten en uitgaven van de gehele organisatie zijn gepland. Teneinde aansluiting te zoeken op de meerjarige investeringsplanning van de gemeente is gekozen een liquiditeitenplanning met een periode van 3 jaar op te stellen.

Deze planning is mede gebaseerd op de door de afzonderlijke budgethouders verwachte inkomsten en uitgavenstromen en wordt regelmatig bijgesteld op basis van realisaties en hernieuwde prognoses van de budgethouders. Deze informatie wordt betrokken bij de beslissing met betrekking tot het aangaan van eventuele langlopende financiering.

In de praktijk is het opstellen van een betrouwbare en nauwkeurige liquiditeitenplanning niet eenvoudig. Dit heeft te maken met de inherente onzekerheden die verbonden zijn aan de activiteiten van de gemeente Lingewaard en de hieraan verbonden mogelijke financiële gevolgen. Het is daarom van groot belang dat het team Financiën van de afdeling Bedrijfsvoering juist, tijdig en volledig wordt geïnformeerd door de overige afdelingen over de financiële gevolgen van hun activiteiten.

Artikel 7

Dit betreft een ongewijzigde voortzetting van het beleid binnen de gemeente Lingewaard.

Artikel 8 lid 1

Het aantrekken van middelen met als doel deze met winstoogmerk te beleggen is door artikel 2 lid 2 van de Wet fido (zie ook memorie van toelichting op de Wet fido) nadrukkelijk niet toegestaan.

Artikel 8 lid 2

Teneinde de renteresultaten te optimaliseren wordt zoveel mogelijk intern gefinancierd.

Artikel 8 lid 3

Onderhandse geldleningenzijn leningen waarbij de voorwaarden van de lening in onderling overleg met de geldgevende partij kunnen worden vastgesteld.

Artikel 8 lid 4

Artikel 9 lid 1

Deze richtlijn beoogt de marktconformiteit van financieringen te waarborgen, voor bijv. te betalen rentepercentages, provisies, (boete-) clausules bij vervroegde aflossing etc. Middels het opvragen van meerdere offertes wordt bereikt dat de gemeente Lingewaard een objectief beeld heeft van de op dat moment gebruikelijke tarieven en voorwaarden op de financiële markten. Op basis daarvan kan een afgewogen keuze worden gemaakt.

Schatkistbankieren is gebaseerd op het principe van zero-balancing. Dit houdt in dat dagelijks aan het einde van de dag, de overtollige middelen worden afgeroomd naar of aangevuld uit de schatkist. De gemeente heeft hiervoor een nieuwe rekening bij de BNG Bank geopend, de werkrekening schatkistbankieren (SKB)

De gemeente is gerechtigd om een bepaald bedrag aan middelen buiten ’s Rijks schatkist aan te houden. Gerekend over een heel kwartaal mag het op dagbasis buiten ’s Rijks schatkist aangehouden bedrag gemiddeld niet hoger zijn dan het drempelbedrag. Het drempelbedrag wordt bepaald op basis van het begrotingstotaal van de gemeente. Voor de gemeente Lingewaard is het drempelbedrag gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal, waarbij het drempelbedrag minimaal € 250.000 bedraagt.

Schatkistbankieren kent ook een bepaling over onderling lenen. Dit betreft het uitlenen van overtollige middelen tussen decentrale overheden als alternatief voor het aanhouden van die overtollige middelen in de schatkist. Tussen de desbetreffende decentrale overheden mag geen sprake zijn van een toezichtrelatie.

Indien de gemeente dat wenst kan een deel van de middelen op de rekening-courant bij de schatkist voor langere tijd worden vastgezet in een of meer deposito’s. Bij voortijdige beëindiging van een deposito wordt de actuele marktwaarde van het deposito uitgekeerd

Artikel 11 lid 1

Geldstromenbeheer omvat met name het zorgdragen voor een efficiënt betalingsverkeer. Geldstromen kunnen bijvoorbeeld op elkaar worden afgestemd door een betalingsdatum af te stemmen op verwachte ontvangsten. Hiermee wordt voorkomen dat de gemeente Lingewaard tijdelijk middelen aan moet trekken (c.q. middelen aan haar uitzettingenportefeuille moet onttrekken) teneinde de betreffende betaling (tijdelijk) te financieren.

Artikel 11 lid 2

Het laten uitvoeren van het betalingsverkeer door één bank heeft als voordeel dat de kosten van het overboeken van middelen tussen verschillende banken worden vermeden.

Artikel 12 lid 1

Het saldo en liquiditeitenbeheer betreft het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen (-courant) van de gemeente Lingewaard. Teneinde de noodzaak tot het doen van interne overboekingen te beperken, worden verschillende rekeningen die de gemeente bij één bank aanhoudt, opgenomen in een rentecompensatiecircuit. Ditis een systeem waarbij de (valutaire) debet en creditsaldi van alle rekeningen van een organisatie worden samengevoegd tot één gecombineerd saldo, waarover de rente wordt berekend.

Artikel 12 lid 3

In dit lid worden limitatief de mogelijke korte termijn financieringsinstrumenten benoemd. De term daggeld (ook wel callgeld genoemd) staat voor opgenomen of uitgezette middelen voor onbepaalde tijd die dagelijks gewijzigd kan worden. Kasgeldleningen zijn niet verhandelbare leningen voor een vast bedrag en een vaste periode (maximaal 2 jaar) en tegen een vooraf overeengekomen rentepercentage. Kredietlimiet op de rekening courant betreft de mogelijkheid debet (“rood”) te staan op de rekening courant tegen vooraf overeengekomen condities.

Artikel 13

Bij de treasuryfunctie zijn meerdere personen en organen betrokken. Het treasurystatuut legt expliciet het delegatie- en mandateringspatroon vast, in casu welke taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden de betrokken partijen hebben. Met het oog op de omvang en de aard van de transacties en de hiermee samenhangende risico’s, zijn in dit artikel een aantal specifieke uitgangspunten opgenomen teneinde een eenduidige functiescheiding aan te brengen tussen beleidsbepaling en de uitvoering en tussen de administratie en controle op financiële transacties.

Artikel 14

De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de functionarissen die binnen de gemeente betrokken zijn bij de treasuryactiviteiten zijn in artikel 14 respectievelijk artikel 15 beschreven. De toekenning van de genoemde functies en bijbehorende bevoegdheden en verantwoordelijkheden aan functies en/of functionarissen vindt plaats via de hiertoe dienende documenten (mandaten, besluiten e.d.). Deze verantwoordelijkheden dienen te worden gecommuniceerd naar de betrokkenen.

Artikel 15

De eindverantwoordelijkheid voor het treasurybeleid ligt primair bij het bestuur van de gemeente Lingewaard. Teneinde niet onnodig te worden belast met het dagelijkse treasurybeheer draagt het bestuur een deel van haar bevoegdheden over aan de ambtelijke organisatie. De praktische uitvoering van het beleid heeft dus vooral op ambtelijk niveau plaats, met als voordeel een slagvaardiger optreden. Bij de toewijzing van bevoegdheden is zoveel mogelijk rekening gehouden met de vereiste functiescheiding tussen besluitvorming, uitvoering, administratie en controle.

Artikel 16

De tabel in dit artikel geeft weer op welke wijze de informatievoorziening wordt gewaarborgd voor: operationele informatie (punt 1 en 2), beleidsmatige informatie (punt 3) en verantwoordingsinformatie (punt 4, 5, 6, 7 en 8). Het verstrekken van juiste, tijdige, volledige en relevante verantwoordingsinformatie moet gerekend worden tot de belangrijkste succesfactoren voor het kunnen beheersen van de financiële en interne risico’s van de gemeente Lingewaard.

Artikel 16 pt. 1

Afdelingen dienen “incidenteel” informatie te verschaffen in een zo vroeg mogelijk stadium waarin zich significante wijzigingen aandienen in hun verwachtingen omtrent tijdstip of omvang van toekomstige betalingen of ontvangsten (bijv. bij uitstel van een grote investering).