Subsidieregeling meerkosten door Corona Jeugd en Wmo

Geldend van 01-01-2021 t/m 09-12-2021

Intitulé

Subsidieregeling meerkosten door Corona Jeugd en Wmo

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn,

Overwegende dat door het Rijk en de VNG afspraken zijn gemaakt over meerkosten Corona voor aanbieders die zorg en/of ondersteuning bieden op grond van Wmo en of de Jeugdwet. Deze afspraken zijn neergelegd in de ‘Uitwerking meerkosten Jeugdwet en Wmo- VNG en Rijk’. Op basis van de Uitwerking is deze regeling meerkosten door het college van de gemeente Apeldoorn opgesteld. Deze regeling bevat de (aanvullende) spelregels en voorwaarden met betrekking tot de vergoeding van meerkosten.

gelet op Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht, de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn.

besluit vast te stellen de Subsidieregeling meerkosten door Corona Jeugd en Wmo gemeente Apeldoorn.

Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsbepaling

  • 1. In deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      Meerkosten: extra gemaakte directe kosten die:

      • -

        duidelijk het gevolg zijn van de coronamaatregelen van het Rijk en/ of de Veiligheidsregio, in het bijzonder het volgen van de richtlijnen van het RIVM en;

      • -

        onder reguliere omstandigheden niet gemaakt hoefden te worden en;

      • -

        noodzakelijk zijn om de gewenste zorg en ondersteuning te kunnen blijven continueren conform de richtlijnen van het RIVM en;

      • -

        niet al op een andere wijze gecompenseerd zijn, bijvoorbeeld via de tijdelijke declaratieregeling (inclusief continuïteitsbijdrage) of via de Stimuleringsregeling eHealth Thuis.

    • b.

      GBT: Gemeentelijk Beleidsteam

    • c.

      RBT: Regionaal Beleidsteam

    • d.

      Landelijke uitwerking: Uitwerking meerkosten Jeugdwet en Wmo 2015- VNG en Rijk

    • e.

      Pgb: persoons gebonden budget

Artikel 1.2 Doel van de regeling

De regeling beoogt de meerkosten die aanbieders moeten maken om bij de uitvoering van de door de gemeente bekostigde zorg en/ of ondersteuning op grond van de Wmo 2015 en/ of de Jeugdwet aan de coronamaatregelen en RIVM richtlijnen te voldoen (gedeeltelijk) te compenseren

Artikel 1.3 Reikwijdte

  • 1. De regeling is van toepassing op:

    • a.

      Aanbieders die zorg en/ of ondersteuning bieden op basis van de subsidieregeling Algemene voorzieningen Wmo en Jeugd 2018 gemeente Apeldoorn.

    • b.

      Aanbieders die zorg en/ of ondersteuning bieden op basis van een begrotingssubsidie Wmo, Jeugdwet of Maatschappelijk Opvang/ Beschermd Wonen van de gemeente Apeldoorn.

    • d.

      Aanbieders waar het college een overeenkomst mee heeft afgesloten voor vervoer van Wmo dagbesteding, Leerlingenvervoer of Jeugdwetvervoer.

    • e.

      Aanbieders die op verzoek van de gemeente meerkosten hebben gemaakt op basis van een GBT, RBT of door of namens het college genomen besluit voor wat betreft die specifieke kosten.

    • f.

      Pgb budgethouders die een Pgb ontvangen van de gemeente Apeldoorn op grond van de Wmo 2015 en/ of de Jeugdwet zodat zij de door hen ingehuurde medewerker (s) meerkosten kunnen vergoeden.

  • 2. De regeling is in ieder geval niet van toepassing op:

    • a.

      Aanbieders die zorg en/ of ondersteuning bieden op basis van de Raamovereenkomst individuele voorzieningen voor jeugdigen en maatwerkvoorzieningen voor volwassenen in het kader van de Jeugdwet, Wmo lokaal en Maatschappelijk Opvang en Beschermd Wonen GGZ. Aanvragen voor meerkosten door deze aanbieders kunnen ingediend worden op basis van de regeling meerkosten die te vinden is op www.zorgregiomijov.nl.

    • b.

      Aanbieders die zorg en/ of ondersteuning bieden aan Apeldoornse inwoners op basis van de raamovereenkomst Wmo Hulpmiddelen. Voor deze aanbieders wordt in regionaal verband onderzocht hoe meerkosten vergoed kunnen worden.

    • c.

      Aanbieders die zorg en/ of ondersteuning bieden op basis van door de VNG afgesloten contracten namens gemeenten. Dit betreft de zogenaamde landelijke transitie arrangementen (LTA). Aanvragen voor meerkosten door deze aanbieders kunnen ingediend worden bij de VNG. Informatie hierover is te vinden op: https://vng.nl/nieuws/handreiking-meerkosten-landelijke-inkoop-jeugdwet-en-wmo

    • d.

      Aanbieders die de meerkosten al op andere wijze gecompenseerd krijgen.

Artikel 1.4 Periode waarop deze regeling betrekking heeft

  • 1. Deze regeling betreft de vergoeding van meerkosten die gemaakt zijn in de periode van 13 maart 2020 tot 1 januari 2021.

  • 2. Het college kan besluiten na afloop van de in lid 1 van dit artikel genoemde periode een extra aanvraagronde met bijbehorend subsidieplafond open te stellen.

Artikel 1.5 Meerkosten die in aanmerking komen voor (gedeeltelijke) compensatie

  • 1. Er dient altijd een direct verband te kunnen wordt gelegd tussen de meerkosten en de coronamaatregelen en/ of en de richtlijnen van het RIVM. Kosten die in ieder geval als meerkosten worden aangemerkt zijn:

    • a.

      beschermingsmiddelen zoals mondkapjes en handschoenen;

    • b.

      aanpassen van locaties (niet bouwkundig) om de 1,5 afstand te organiseren. Bouwkundige ingrepen om locaties geschikt te maken kunnen alleen gedeclareerd worden als aangetoond kan worden dat deze noodzakelijk is om te kunnen voldoen aan de 1,5 afstand en er geen andere oplossing mogelijk is. Van deze kosten wordt 20% vergoed, de overige 80% wordt gezien als investering in de reguliere bedrijfsvoering van de aanbieder;

    • c.

      extra huur van locaties om de 1,5 meter afstand te organiseren;

    • d.

      extra inhuur personeel vanwege verminderde inzetbaarheid van bestaand personeel als gevolg van de coronamaatregelen (richtlijn: thuisblijven bij lichte klachten) of juist vanwege extra werkzaamheden als gevolg van de coronamaatregelen;

    • e.

      beschikbaarstelling van quarantaineopvang;

    • f.

      voor zorgvervoer geldt dat, naast kosten voor aanschaf beschermingsmiddelen en desinfectiemiddelen, alleen de kosten voor tijdelijke aanpassing van het voertuig worden gecompenseerd.

Artikel 1.5.1 Meerkosten ICT en telefonie die in aanmerking komen voor (gedeeltelijke) compensatie

  • 1. De meerkosten ICT en telefonie komen alleen in aanmerking voor (gedeeltelijke) compensatie op basis van het volgende kader:

    • a.

      er wordt geen vergoeding verstrekt voor de aanschaf van hardware. Dit wordt door de gemeente gezien als een investering van de aanbieder voor haar reguliere bedrijfsvoering.

    • b.

      aanschaf van software wordt alleen vergoed als die extra aangeschaft moest worden om de alternatieve zorgverlening mogelijk te maken. Onder die voorwaarde kan de aanschaf van software vergoed worden tot een maximum van 1/3 deel van de aanschafkosten. Het overige 2/3 deel wordt ook gezien als een investering van de aanbieder voor haar reguliere bedrijfsvoering.

    • c.

      extra telefoniekosten kunnen vergoed worden op basis van het verschil tussen de factuur voor deze kosten over de maand januari 2020 en de factuur over respectievelijk de maanden maart tot en met december 2020.

Artikel 1.5.2 Niet subsidiabele kosten

  • 2. Kosten die indirect zijn of in andere afspraken en/ of regelingen zijn opgenomen vallen niet onder de meerkosten. Hieronder vallen in ieder geval de volgende kosten:

    • a.

      hogere overheadkosten van aanbieders;

    • b.

      vergoeding van niet geleverde zorg (valt onder continuïteit van financiering);

    • c.

      alternatieve levering van zorg (valt onder continuïteit van financiering);

    • d.

      uitgestelde vraag van noodzakelijke zorg (valt onder effecten na corona);

    • e.

      een hogere vraag naar zorg of maatschappelijke voorzieningen die niet direct een gevolg zijn van de coronamaatregelen.

Artikel 1.6 Beoordelingscriteria

  • 1. Aanvragen worden beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

    • a.

      de meerkosten voldoen aan de voorwaarden zoals gesteld in deze subsidieregeling.

    • b.

      de aanbieder is bij het maken van de meerkosten naar het oordeel van het college doelmatig te werk gegaan. Bijvoorbeeld: een aanbieder zal logischerwijs eerst vrij beschikbaar eigen personeel moeten inzetten, of personeel van een andere aanbieder met omzetgarantie moeten lenen, alvorens uit te wijken naar extern personeel.

    • c.

      de aanbieder bij het maken van de meerkosten naar het oordeel van het college proportioneel te werk is gegaan. Extra ruimte creëren staat bijvoorbeeld niet gelijk aan een grootscheepse verbouwing van de ruimte.

    • d.

      de meerkosten moeten aantoonbaar zijn; de gemaakte kosten moeten kunnen worden onderbouwd bijvoorbeeld door middel van facturen of aangepaste (arbeids)overeenkomsten.

    • e.

      bij alternatieve dienstverlening die de waarde/ het budget van de opdracht/ indicatie overschrijdt dient de aanbieder vooraf van het college toestemming te hebben gekregen voor het inzetten van deze dienstverlening. Zonder deze toestemming komt een aanbieder niet in aanmerking voor een (gedeeltelijke) vergoeding van meerkosten.

  • 2. indien het college dit noodzakelijk acht voor de beoordeling kan aanvullende argumentatie en/ of onderbouwing worden opgevraagd.

Artikel 1.8 Subsidieplafond en verdeelregels

  • 1. Het bedrag dat het college van het Rijk ontvangt voor de compensatie van meerkosten door Corona wordt gereserveerd voor en verdeeld over:

    • a.

      aanbieders zoals genoemd in artikel 1.3 lid 1 en die op grond van deze regeling in aanmerking komen voor een compensatie van de meerkosten en;

    • b.

      aanbieders zoals genoemd in artikel 1.3 lid 2 en die op een andere wijze in aanmerking komen voor compensatie van meerkosten (artikel 1.3 lid 2).

  • 2. Het subsidieplafond in het kader van deze regeling wordt vastgesteld op € 1.200.000,00

    Het subsidieplafond bestaat uit twee deelplafonds:

    • a.

      Deelplafond domein Wmo en Jeugd € 200.000,00

    • b.

      Deelplafond domein Maatschappelijke Opvang/ Beschermd Wonen € 1.000.000,00

  • 3. Indien toewijzing van alle aanvragen die zijn ingediend en voldoen aan de criteria zoals genoemd in deze subsidieregeling leidt tot een overschrijding van één of beide deelplafond(s) dan worden de aanvragen toegekend volgens de volgende verdeelregels:

    • a.

      eerst worden de aanvragen genoemd in artikel 1.3 lid 1 sub e toegekend voor 100% van de gemaakte kosten;

    • b.

      vervolgens worden de aanvragen genoemd in artikel 1.3 lid 1 sub a, b, c, d en f ieder voor een gelijk percentage van de gemaakte kosten toegekend tot het plafond is bereikt.

Hoofdstuk 2: Aanvraag en subsidieverlening

Artikel 2.1 Aanvraag

  • 1. Bij de aanvraag dient gemotiveerd te worden waarom de kosten nodig waren en hoe deze zijn ingezet.

  • 2. Bij de aanvraag dienen bewijsstukken overlegd te worden waaruit de gemaakte kosten te herleiden en te controleren zijn.

  • 3. Aanbieders genoemd onder artikel 1.3 lid 1 sub a t/m d dienen voor het aanvragen van (gedeeltelijke) compensatie meerkosten door corona gebruik te maken van het voorgeschreven aanvraagformulier. Hiervoor dient het online formulier als ondernemer ingevuld te worden met daarbij het aanvraagformulier (Excel, 119 kB) inclusief de gevraagde onderbouwende bewijsmiddelen.

  • 4. Pgb houders kunnen het online formulier invullen en daarbij het aanvraagformulier (Word, 28 kB) samen met de gevraagde onderbouwende bewijsmiddelen als bijlagen uploaden.

  • 5. Per deelplafond zoals opgenomen in artikel 1.8 lid 2 dient een aparte aanvraag te worden ingediend voor de meerkosten. Indien de kosten niet specifiek toegerekend kunnen worden, dient de gerealiseerde omzet over 2019 per domein als verdeelsleutel gehanteerd te worden.

  • 5. Per kostensoort worden één of meerdere bewijsstukken toegevoegd waaruit het bedrag en de kostensoort te herleiden en controleren valt. Hierbij kan gedacht worden aan een factuur, huurovereenkomst of tijdelijke arbeidsovereenkomst. Indien meerdere aanvraagformulieren ingediend worden (voor meerdere domeinen) hoeven de bewijsstukken die voor meerdere aanvragen als onderbouwing dienen, slecht één ingediend te worden.

  • 6. De aanvraag dient uiterlijk 31 januari 2021 te worden ingediend op een daarvoor ter beschikking gesteld digitaal aanvraagformulier.

  • 7. Als de aanvraag niet volledig is ingediend, wordt de gelegenheid gegeven dit te herstellen. Voor aanvragen die op de uiterste indientermijn ontvangen wordt een hersteltermijn van 3 werkdagen geboden.

Artikel 2.2. Besluit en uitbetaling

  • 1. Uiterlijk 1 maart 2021 ontvangt u een besluit van op uw aanvraag.

  • 2. De subsidie wordt uiterlijk twee weken na ontvangst van de beschikking uitbetaald.

Artikel 2.3 Vaststelling

De subsidie als bedoeld in artikel 1.6 wordt direct door het college vastgesteld.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 3.1 Hardheidsclausule

Indien, gelet op het doel en de strekking van de regeling, de toepassing van de regeling kan leiden tot onbillijkheden van overwegende aard in niet precies te voorziene gevallen of groepen van gevallen, is het college bevoegd af te wijken van de regeling

Artikel 3.2 Inwerkingtreding en citeertitel

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en kan worden aangehaald als ‘Subsidieregeling meerkosten door Corona Jeugd en Wmo’.

Ondertekening

Het college van burgemeester en wethouders,

De burgemeester, de secretaris,