Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid (Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân)

Geldend van 03-12-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-12-2020

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent subsidie gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid (Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân)

Uitvoeringsregeling van 1 januari 2016, houdende regels betreffende de subsidiëring van activiteiten waarmee de verkeersveiligheid in Fryslân wordt verbeterd.

Gedeputeerde Staten van Fryslân, gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013; overwegende dat het wenselijk is om uitvoering te geven aan het Tweede Meerjaren Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid 2016-2020 en het Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer, waarvan het basisdeel en de begroting van de jaarlijkse ROF-Werkplannen integraal onderdeel uitmaken, besluiten: vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân:

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    UPVV: het jaarlijkse Uitvoeringsprogramma Verkeer en Vervoer van de provincie Fryslân;

  • b.

    ROF: Regionaal Orgaan verkeersveiligheid Fryslân;

  • c.

    Vijfjarenplan: “Meerjaren Uitvoeringsprogramma Verkeersveiligheid 2021-2025’’;

  • d.

    Werkplan: op het Vijfjarenplan gebaseerd jaarlijks overzicht van activiteiten die het ROF gaat ondernemen om de verkeersveiligheid in Fryslân te verbeteren;

  • e.

    Manifest Verkeersveiligheid Fryslân: ondertekende verklaring op basis waarvan de gezamenlijke verkeersveiligheidsambities zijn verklaard;

  • f.

      Gemeentelijk verkeersveiligheidsplan: jaarlijks uitvoeringsplan permanente verkeerseducatie;

  • g.

    Permanente verkeerseducatie: geheel van opeenvolgende activiteiten die leiden tot gewenst verkeersgedrag of tot het behoud van veilig verkeersgedrag;

  • h.

    Basispakket permanente verkeerseducatie: pakket aan activiteiten minimaal noodzakelijk voor effectieve, efficiënte en correcte permanente verkeerseducatie;

  • i.

      Voorbereidingskosten: kosten van de voorbereiding en planvorming voor het te starten project;

  • j.

      Coördinatiekosten: kosten die gemaakt worden om het project gedurende de uitvoering te ondersteunen en de werkzaamheden te coördineren.

Hoofdstuk 2 Verkeersveiligheid

Paragraaf 2.1 Verkeersveiligheidsactiviteiten ROF

Artikel 2.1.1 Doel

De subsidie heeft als doel het stimuleren van activiteiten die het aantal verkeersslachtoffers terugdringen op de Friese wegen met bijzondere aandacht voor fietsers, jonge beginnende bestuurders en senioren in het verkeer.

Artikel 2.1.2 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • a)

    Een jaarwerkplan met één of meer projecten die overeenstemmen met het Werkplan ROF en die:

    • invulling geven aan de uitvoering van de onderdelen Permanente Verkeerseducatie, Publieksvoorlichting & Campagnes, Beleidsontwikkeling en Facilitering (niveau 1); of

    • bijdragen aan de aanpak van de Probleemgebieden beginnende fietsers, beginnende bromfietsers, beginnende automobilisten en ouderen in het verkeer (niveau 2); of

    • innovaties stimuleren die in positieve zin invloed kunnen hebben op ongevalsrisico’s die gerelateerd zijn aan de thema’s alcohol, drugs, medicijngebruik, snelheid, ouderen en “afleiding” in het verkeer (niveau 3).

  • b)

    Aparte projecten die overeenstemmen met het Werkplan ROF en die:

    • bijdragen aan de aanpak van de Probleemgebieden beginnende fietsers, beginnende bromfietsers, beginnende automobilisten en ouderen in het verkeer (niveau 2);of

    • innovaties stimuleren die in positieve zin invloed kunnen hebben op ongevalsrisico’s die gerelateerd zijn aan de thema’s alcohol, drugs, medicijngebruik, snelheid, ouderen en “afleiding” in het verkeer (niveau 3).

Artikel 2.1.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan publiekrechtelijke of privaatrechtelijke rechtspersonen.

Artikel 2.1.4 Aanvraag

Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier en gaat vergezeld van de daarin genoemde bescheiden.

Artikel 2.1.5 Aanvraagperiode

  • 1. Een aanvraag voor subsidie voor een subsidiabele activiteit als omschreven in artikel 2.1.2, onderdeel a, kan worden ingediend in de periode vanaf 1 december in het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de te subsidiëren activiteit van start gaat, tot uiterlijk 31 oktober in het desbetreffende kalenderjaar waarin de voornoemde activiteit, na indiening van de aanvraag, van start gaat.

  • 2. Een aanvraag voor subsidie voor een subsidiabele activiteit als omschreven in artikel 2.1.2, onderdeel b, kan worden ingediend vanaf 1 december in het kalenderjaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de te subsidiëren activiteit van start gaat, tot uiterlijk 31 oktober in het desbetreffende kalenderjaar waarin de voornoemde activiteit, na indiening van de aanvraag, van start gaat.

Artikel 2.1.6 Weigeringsgronden

In aanvulling op hetgeen bepaald in artikel 2.7 van de Asv 2013 wordt subsidie geweigerd indien:

  • a.

    de hoogte van de gevraagde subsidie niet in verhouding staat tot de beoogde resultaten van het project;

  • b.

    de activiteit(en) in organisatorische, financiële of technische zin niet haalbaar zijn;

  • c.

    het project niet voldoet aan de voorschriften van deze regeling;

  • d.

    het project niet in overeenstemming is met het doel van deze regeling.

Artikel 2.1.7 Toetsingscriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen, dienen projecten een bijdrage te leveren aan de verwezenlijking van de doelstellingen van het Vijfjarenplan.

Artikel 2.1.8 Subsidiabele kosten

Als subsidiabele kosten worden in aanmerking genomen de naar het oordeel van Gedeputeerde Staten in redelijkheid te maken kosten om een activiteit uit te voeren.

Artikel 2.1.9 Niet subsidiabele kosten.

Geen subsidie wordt verstrekt voor kosten zoals genoemd in artikel 1.10 van de Asv 2013.

Artikel 2.1.10 Hoogte subsidie

  • 1 De subsidie bedraagt ten hoogste 100% procent van de subsidiabele projectkosten.

  • 2 De subsidie voor activiteiten zoals omschreven in artikel 2.1.2. onderdeel a bedraagt niet meer dan het bedrag zoals vermeld in het Werkplan ROF van het betreffende kalenderjaar.

  • 3 [vervallen]

Artikel 2.1.11 Verdeelsystematiek

  • 1 Subsidie op basis van artikel 2.1.2, onderdeel b, wordt verdeeld op volgorde van datum van binnenkomst van de subsidieaanvragen, waarbij de datum waarop de aanvraag volledig is, geldt als datum van binnenkomst.

  • 2 Voor zover door verstrekking van subsidie voor volledige aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 2.1.12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1 De subsidieontvanger is verplicht de gesubsidieerde activiteiten binnen een jaar na de datum van de subsidieverlening te starten.

  • 2 Aan de subsidieontvanger wordt de verplichting opgelegd om binnen de in de beschikking tot subsidieverlening opgenomen datum de activiteiten uit te voeren overeenkomstig de beschikking tot subsidieverlening.

  • 3 Aan de subsidieontvanger wordt de verplichting opgelegd om bij een subsidieverlening vanaf

  • 4 De subsidieontvanger doet onverwijld schriftelijk melding aan Gedeputeerde Staten, zodra aannemelijk is dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet, niet tijdig of niet geheel zullen worden verricht of dat niet geheel aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan.

  • 5 Verlenging van de termijnen zoals genoemd in het eerste en het tweede lid is alleen mogelijk als vooraf een schriftelijk verzoek wordt ingediend met een toelichting over de voortgang van de activiteit en de reden van de opgelopen vertraging en de verwachte duur van de vertraging. De verlenging bedraagt maximaal één jaar.

Artikel 2.1.13 Prestatieverantwoording

  • 1 Bij een subsidie tot € 25.000,- wordt de subsidie direct vastgesteld en toont de subsidieontvanger desgevraagd aan dat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht door een activiteitenverslag te overleggen, waaruit genoegzaam blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig het besluit tot subsidievaststelling zijn verricht en aan de aan de subsidievaststelling verbonden verplichtingen is voldaan.

  • 2 Bij een subsidie van € 25.000,- tot € 125.000,- toont de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aan dat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht door een activiteitenverslag te overleggen, waaruit genoegzaam blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening zijn verricht en aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

  • 3 Bij een subsidie vanaf € 125.000,-, wordt bij de aanvraag tot vaststelling overgelegd:

    • a.

      een activiteitenverslag, waaruit genoegzaam blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening zijn verricht en aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

    • b.

      een financieel verslag dat is onderworpen aan een onderzoek van een accountant conform hetgeen bepaalt is in artikel 3.7a van de Awb, waarin in elk geval is opgenomen:

      • . een opgave van de werkelijke subsidiabele kosten;

      • een opgave van het bedrag van de gerealiseerde opbrengsten, met inbegrip van bijdragen van derden, en een opgave van het bedrag van de gerealiseerde eigen bijdrage.

Artikel 2.1.14 Bevoorschotting en betaling

Het voorschot voor verleende subsidies van € 25.000,- en hoger bedraagt maximaal 80% van het verleende subsidiebedrag.

Paragraaf 2.2 Verkeersveiligheidsactiviteiten Friese gemeenten

Artikel 2.2.1 Doel

De subsidie heeft als doel het stimuleren van activiteiten onder gemeentelijke regie en op lokale schaal die het aantal verkeersslachtoffers helpen terugdringen.

Artikel 2.2.2 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor het opstellen en het uitvoeren van een gemeentelijk verkeersveiligheidsplan.

Artikel 2.2.3 Doelgroep

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan Friese gemeentes.

Artikel 2.2.4 Aanvraagperiode

Een aanvraag voor subsidie kan in een keer worden ingediend voor de gehele periode van het Vijfjarenplan, indien voor deze periode ook een cofinancieringsbesluit van het daartoe bevoegde orgaan van de betreffende gemeente kan worden overlegd.

Artikel 2.2.5 Weigeringsgronden

In aanvulling op hetgeen bepaald in artikel 2.7 van de Asv 2013 wordt subsidie geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit(en) in organisatorische, financiële of technische zin niet haalbaar zijn;

  • b.

    het project niet voldoet aan de voorschriften van deze regeling;

  • c.

    het project niet in overeenstemming is met het doel van deze regeling.

Artikel 2.2.6 Toetsingscriteria

Om voor subsidie in aanmerking te komen, dient de aanvrager:

  • a.

    het Manifest Verkeersveiligheid Fryslân te hebben onderschreven;

  • b.

    een bedrag gelijk aan de gevraagde provinciale bijdrage beschikbaar te stellen voor de uitvoering van het gemeentelijk verkeersveiligheidsplan in de periode waarop de aanvraag betrekking heeft en hiervan het besluit te overleggen van het daartoe bevoegde orgaan.

Artikel 2.2.7 Hoogte subsidie

  • 1 De subsidie bedraagt € 1 per inwoner in de gemeente van de aanvrager.

  • 2 Voor de hoeveelheid inwoners wordt als peildatum het inwoneraantal op 1 januari 2020 (bron: CBS) gehanteerd.

Artikel 2.2.8 Verdeelsystematiek

  • 1 Subsidie wordt verdeeld op volgorde van datum van binnenkomst van de subsidieaanvragen, waarbij de datum waarop de aanvraag volledig is, geldt als datum van binnenkomst.

  • 2 Voor zover door verstrekking van subsidie voor volledige aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 2.2.9 Verplichtingen van de subsidieontvanger 

De subsidieontvanger is verplicht:

  • a.

    jaarlijks een gemeentelijk verkeersveiligheidsplan op te stellen en uit te voeren;

  • b.

    het gemeentelijk verkeersveiligheidsplan vóór 1 januari van het jaar waarop het plan betrekking heeft toe te sturen;

Artikel 2.2.10 Prestatieverantwoording

De subsidieontvanger dient jaarlijks voor 1 april, voor de duur van de subsidie, een activiteitenverslag te overleggen van het voorgaande jaar, waaruit genoegzaam blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten overeenkomstig het besluit tot subsidieverlening zijn verricht en aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.

Artikel 2.2.11 Bevoorschotting en betaling

Verstrekte subsidies worden volledig bevoorschot.

Artikel 2.2.12 Gemeentelijke herindeling en fusie

De subsidieaanvraag en –verlening kan worden afgestemd op de administratieve en organisatorische aspecten van eventuele gemeentelijke herindeling of fusie.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 3.1 Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten kunnen de bepalingen van deze beleidsregel buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van een doelgerichte of evenwichtige verstrekking, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 3.2 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking in het Provinciaal Blad vanaf de dag na publicatie in het Provinciaal Blad tot en met 31 december 2026.

Artikel 3.3 Werkingsduur en overgangsrecht

  • 1. Deze regeling vervalt op 31 december 2026.

  • 2. Op aanvragen die zijn ontvangen op grond van deze regeling vóór 1 december 2020, is de regeling van toepassing zoals die luidde vóór deze datum.

Artikel 3.4 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân.

Ondertekening

Leeuwarden, 8 december 2015 
Voorzitter J.A. Jorritsma
Secretaris drs. A.J. van den Berg