Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Leiden houdende regels omtrent subsidie voor groene daken (Subsidieverordening groene daken gemeente Leiden)

Geldend van 01-01-2021 t/m heden

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Leiden houdende regels omtrent subsidie voor groene daken (Subsidieverordening groene daken gemeente Leiden)

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van Leiden;

  • b.

    aanvraag: een verzoek om een besluit te nemen tot toekenning van een subsidie;

  • c.

    aanvrager: een eigenaar of huurder van een op het grondgebied van Leiden gesitueerd gebouw die een verzoek indient tot toekenning van een subsidie;

  • d.

    beschikking: een besluit dat niet van algemene strekking is, aangaande een aanvraag tot beschikbaar stellen van een gemeentelijke subsidie, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan;

  • e.

    subsidieplafond: het bedrag dat voor een in deze verordening nader gespecificeerde periode ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens deze verordening;

  • f.

    subsidieverlening: de beschikking die een aanspraak op subsidie verschaft;

  • g.

    subsidievaststelling: de beschikking waarbij de hoogte van de verleende subsidie wordt vastgesteld en de gemeente verplicht tot betaling aan de subsidieontvanger;

  • h.

    gereedmelding: een verzoek van aanvrager tot het definitief vaststellen van het subsidiebedrag door middel van een gereedmeldingformulier;

  • i.

    groen dak: dak zonder gebruiksfunctie (alleen toegankelijk voor onderhoud), met een vegetatiepakket dat is opgebouwd uit een wortelkerende laag, een drainagelaag, een substraatlaag en een vegetatielaag met droogteresistente soorten;

  • j.

    gebouw: elk bouwwerk als bedoeld in de Woningwet dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • k.

    eigenaar: eigenaar, opstaller, erfpachter, vereniging van eigenaren, woningcorporatie, gerechtigde tot een appartementsrecht of degene die lid is van een coöperatie en op die grond het uitsluitende gebruik heeft van een aan die coöperatie in bloot eigendom toebehorende woning;

  • l.

    huurder: degene die een gebouw in gebruik heeft krachtens een huurovereenkomst.

Artikel 2. Verhouding tot Algemene subsidieverordening 2012

De Algemene subsidieverordening is van toepassing voor zover daar in deze verordening niet van wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel

Met deze subsidieverordening wil het college de aanleg van groene daken stimuleren met als doel een bijdrage te leveren aan het verminderen van CO2-emissies door energiebesparing, het voorkomen van wateroverlast in het bebouwde gebied, het binden van fijnstof, het terugdringen van geluidshinder, het tegengaan van de opwarming van de stad en het verhogen van de biodiversiteit en woonkwaliteit.

Artikel 4. Subsidieplafond

  • 1. De gemeenteraad stelt voor de looptijd van deze verordening (tot 1 januari 2023) eenmalig een subsidieplafond van in € 75.000,- voor 2021 en € 75.000 voor 2022,- vast;

  • 2. Het college rangschikt aanvragen tot subsidieverlening die in eenzelfde openstellingsperiode zijn ingediend per subsidieplafond in volgorde van ontvangst, waarbij aanvragen met dezelfde ontvangstdatum worden gerangschikt door loting voor zover op die datum het subsidieplafond wordt overschreden.

  • 3. Volgens de rangschikking, bedoeld in het tweede lid, komt de hoogst gerangschikte aanvraag het eerst voor subsidie in aanmerking.

Artikel 5. Werkingsgebied

  • 1. Deze verordening is van toepassing op het grondgebied van de gemeente Leiden.

  • 2. Een aanvrager die voor de aanleg van een groen dak voor dat betreffende dak al een subsidie van de gemeente heeft ontvangen, komt niet in aanmerking voor een subsidie op grond van deze verordening.

Hoofdstuk 2. Subsidie

Artikel 6. Voorwaarden en verplichtingen bij de subsidieverlening

Het college kan op basis van deze verordening aan de eigenaar van een gebouw, of aan de huurder van een gebouw met schriftelijk akkoord van de verhuurder, ter tegemoetkoming in de kosten van de voorzieningen subsidie verlenen, onder meer met de volgende voorwaarden en verplichtingen:

  • a.

    de minimaal aan te leggen groene oppervlakte is 15 m2;

  • b.

    het groene dak moet minstens vijf jaar in goede staat blijven; de verstrekte subsidie kan gedeeltelijk of geheel worden teruggevorderd indien dit niet gebeurt;

  • c.

    ontwerp, aanleg en onderhoud van het groene dak dienen deugdelijk, in overeenstemming met de bouwregelgeving en zorgvuldig te worden uitgevoerd;

  • d.

    aanvrager is verantwoordelijk voor het verkrijgen van de vereiste vergunning(en); subsidieverlening biedt geen garantie dat de vereiste vergunningen worden verleend;

  • e.

    binnen zes maanden na datum van subsidieverlening is het groene dak aangelegd.

Artikel 7. Subsidiehoogte

  • 1. De subsidie bedraagt per m2 te realiseren groen dak

    • bij een vergroend dakoppervlak van minder dan 20m2 € 20,- per m2

    • bij een vergroend dakoppervlak van 20 tot 50m2 € 15,-per m2

    • bij een vergroend dakoppervlak groter dan 50m2 € 12,-per m2

  • 2. Het totale subsidiebedrag dat per kalenderjaar aan een aanvrager kan worden toegekend is niet hoger dan € 10.000,-

Artikel 8. Subsidieaanvraag

  • 1. De aanvrager vraagt subsidie aan door indiening van een door of namens het college vastgesteld aanvraagformulier. Bij de aanvraag worden de volgende gegevens overlegd:

    • a.

      [vervallen]

    • b.

      de planning van de werkzaamheden;

    • c.

      [vervallen]

    • d.

      een foto van het bestaande dak (indien het een bestaand dak betreft);

    • e.

      [vervallen]

    • f.

      indien de aanvrager huurder is, een schriftelijk akkoord van de verhuurder.

  • 2. Een subsidieaanvraag voor een gebouw in bezit van meerdere eigenaren kan alleen namens de gezamenlijke eigenaren worden ingediend.

Artikel 9. Behandeling aanvraag

  • 1. Het college bevestigt de ontvangst van een aanvraag voor een subsidie binnen twee weken.

  • 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college de aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren. De datum van indiening van een volledige aanvraag wordt als de datum van binnenkomst beschouwd.

  • 3. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, verklaart het college de aanvraag niet ontvankelijk. De aanvrager wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld.

  • 4. Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af.

  • 5. Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag, dan wel na het compleet worden daarvan, een beslissing en deelt door middel van een beschikking mee aan de aanvrager.

  • 6. Onder schriftelijke vermelding aan de aanvrager van de reden van verlenging, kan de termijn, genoemd in het vijfde lid, eenmalig verlengd worden met vier weken.

  • 7. Uit overschrijding van de in het vijfde en het zesde lid bedoelde termijnen kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt gehonoreerd.

Artikel 10. Afwijzen subsidie aanvraag

Het college wijst een aanvraag af, indien:

  • 1.

    het budget niet toereikend (meer) is om de aanvraag te honoreren doordat het in artikel 4 van deze verordening opgenomen subsidieplafond is bereikt;

  • 2.

    naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of zal worden voldaan;

  • 3.

    de aanvraag is ingediend ná het treffen van maatregelen;

  • 4.

    in het kader van de aanvraag de aanvrager onjuiste of onvolledige informatie heeft verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zouden hebben geleid;

  • 5.

    aanvrager failliet is verklaard of aan hem surseance van betaling is verleend, dan wel een verzoek daarvoor is neergelegd bij de rechtbank;

  • 6.

    de aanvrager die huurder is van het gebouw waarvoor de subsidie wordt aangevraagd geen schriftelijke verklaring van de verhuurder kan overleggen, bijvoorbeeld via medeondertekening van de aanvraag, dat die met de aanvraag akkoord is;

  • 7.

    niet aan alle voorwaarden en vereisten voor de verstrekking van de subsidie wordt voldaan.

  • 8.

    aanvrager op grond van een andere gemeentelijke subsidieregeling al subsidie heeft ontvangen voor het aanleggen van een groen dak op zijn gebouw.

Artikel 11. Inhoud van de beschikking tot subsidieverlening

  • 1. De beschikking vermeldt in ieder geval de hoogte van de te verlenen subsidie.

  • 2. De beschikking tot subsidieverlening vermeldt op welke datum de maatregelen of voorzieningen uiterlijk moeten zijn uitgevoerd of geplaatst (binnen zes maanden na verlening).

  • 3. Het college kan aan de beschikking tot subsidieverlening nadere voorschriften en verplichtingen verbinden.

  • 4. Indien voor de aanleg van het groene dak nog vergunning moet worden verleend, geldt de beschikking onder het voorbehoud van vergunningverlening.

Artikel 12. Verzoek om vaststelling en uitbetaling subsidie

  • 1. De aanvrager meldt aan het college dat de werkzaamheden of activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd zijn voltooid via een door het college beschikbaar gesteld formulier.

  • 2. Deze melding is ook een aanvraag om definitieve vaststelling van de subsidie.

  • 3. De aanvrager kan de gereedmelding direct na afloop van de werkzaamheden doen, maar moet dit uiterlijk doen binnen zes maanden na het ontvangen van de beschikking tot subsidieverlening. Het college bevestigt binnen twee weken de ontvangst van de gereedmelding.

  • 4. Het college kan afwijken van de in het vorige lid genoemde termijn van zes maanden als de aanvrager hiervoor een gemotiveerde aanvraag indient.

  • 5. Bij de melding moeten de volgende documenten worden aangeleverd voordat het college tot uitbetaling van de subsidie kan overgaan:

    • a.

      een factuur met specificatie van de kosten (uren, hoeveelheden en materialen);

    • b.

      een kopie van een betaalbewijs waaruit blijkt dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd;

    • c.

      een foto van het gerealiseerde groene dak.

    • d.

      een situatietekening met aantal m2;

    • e.

      een verklaring waarbij de aanvrager aangeeft voor minimaal vijf jaar het groene dak in stand te houden.

  • 6. Uit de stukken moet blijken hoeveel m2 groen dak is aangelegd.

Artikel 13. Vaststelling van de subsidie

  • 1. De vaststelling van de subsidie vindt plaats binnen acht weken na de gereedmelding van de aanleg.

  • 2. Het college kan deze termijn eenmalig met maximaal vier weken verlengen.

  • 3. Als de gereedmelding niet wordt gedaan kan het college ingevolge artikel 4:47 Awb de subsidie ambtshalve vaststellen.

  • 4. Het subsidiebedrag wordt betaalbaar gesteld binnen vier weken na de vaststelling van de subsidie.

  • 5. Op de subsidie wordt geen voorschot verleend.

Artikel 14. Weigering, intrekking of lager vaststellen van subsidie

  • 1. Het college kan een subsidiebeschikking intrekken als:

    • a.

      aanvrager zonder voorafgaande schriftelijke toestemming afwijkt van de aan de subsidiebeschikking ten grondslag liggende aanvraag en de daarbij behorende stukken;

    • b.

      de werkzaamheden niet binnen de gestelde termijn zijn uitgevoerd;

    • c.

      niet wordt voldaan aan enige voorwaarde of vereiste opgenomen in de subsidiebeschikking dan wel in deze subsidieverordening.

  • 2. In het geval dat de activiteit waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel heeft plaatsgevonden, wordt de subsidie lager vastgesteld naar rato van het gerealiseerde aantal m2, maar met een ondergrens van tenminste 15 m2. Als er sprake is van minder dan 15 m2 wordt de subsidie op nihil gesteld.

Hoofdstuk 3. Slotbepalingen

Artikel 15. Hardheidsclausule

In de gevallen waarin de toepassing van de regeling naar het oordeel van het college zou leiden tot een niet gerechtvaardigde uitkomst en/of tot een ondoelmatige besteding van subsidiegeld, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 16. Inwerkingtreding, looptijd en citeertitel

  • 1. De regeling treedt in werking op de eerste dag na die van haar bekendmaking.

  • 2. De regeling heeft een looptijd tot en met 31 december 2022, behoudens eventuele verlenging door de gemeenteraad.

  • 3. Deze regeling kan worden aangehaald als ‘Subsidieverordening Groene daken gemeente Leiden’.

Bijlage

Artikelsgewijze toelichting op de Subsidieverordening groene daken Leiden 2016/2017

Artikel 1

Ten aanzien van het begrip subsidie en subsidieplafond wordt verwezen naar de Algemene wet bestuursrecht. Groene daken hebben geen gebruiksfunctie en zijn alleen voor onderhoud toegankelijk. Dakterrassen met planten in bakken vallen niet onder de doelstelling van deze verordening.

Artikel 3

Bij de verlening van de subsidies gelden niet alleen de regels van deze verordening maar ook die van de Algemene wet bestuursrecht. In dit artikel wordt het doel omschreven dat de gemeente Leiden wil bereiken met deze subsidie. Dit is onder meer van belang bij toepassing van de hardheidsclausule.

Artikel 6

De subsidie kan worden aangevraagd door eigenaren en huurders voor het realiseren van een groen dak op een nieuw, bestaand of te vernieuwen dak op een bestaand gebouw.

Groene daken op een gemeentelijk of rijksmonument zijn altijd vergunningplichtig. De constructie moet toereikend zijn en er mogen geen (storende) veranderingen aan het monument zelf plaatsvinden. Het is niet wenselijk een hellend pannendak te veranderen in een groen dak. Wanneer een (bouw)vergunning noodzakelijk is, moet deze op de reguliere manier worden aangevraagd. Het is derhalve zinvol al vóór het indienen van een subsidieaanvraag vooroverleg te hebben met een vergunningmedewerker om te bepalen wat de kansen zijn dat een bouwvergunning kan worden verleend respectievelijk deze vergunning al in bezit te hebben.

Artikel 8

Indien sprake is van een collectieve aanvraag voor meerdere adressen dan dienen op het aanvraagformulier de medeaanvragers allen te ondertekenen. Zij hoeven dan dus niet zelf een aanvraag in te dienen. Er is dan één aanvraag ten behoeve van meerdere begunstigden.

Als een gebouw meerdere eigenaren heeft, dan moeten de mede-eigenaren de aanvraag medeondertekenen.