Uitvoeringsbesluit Meetinstructie bouwplaatsinrichting en bouwmaterialen

Geldend van 24-12-2015 t/m heden

Intitulé

Uitvoeringsbesluit Meetinstructie bouwplaatsinrichting en bouwmaterialen

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

overwegende dat alvorens een aanslag precario kan worden opgelegd de heffingsambtenaar inzicht moet hebben in de feitelijke situatie, of en in hoeverre voorwerpen onder, op of boven de voor openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn, is het wenselijk vast te stellen op welke wijze de oppervlakte van de bouwplaatsinrichting en van de daarop aanwezige bouwmaterialen en andere voorwerpen worden vastgesteld,

gelet op artikel 11 van de Verordening precariobelasting Vlaardingen 2016 en de bij deze verordening behorende tarieventabel,

besluit:

vast te stellen: het Uitvoeringsbesluit Meetinstructie bouwplaatsinrichting en bouwmaterialen en de daarbij behorende toelichting

Artikel 1 Omschrijving bouwplaatsinrichting

Een bouwplaatsinrichting is een bouwterrein op de voor de openbare dienst bestemde grond, omsloten met hekken waarbinnen bouwmaterialen en andere voorwerpen staan.

Artikel 2 Wijze van berekenen precario bouwplaatsinrichting

  • 1. Aan het begin van een bouwproject, vanaf het moment dat de hekken staan, meet de precario-inspecteur ter plaatse, in aanwezigheid van de opzichter, de bouwplaats op.

  • 2. Precario bouwplaatsinrichting wordt geheven over zowel de oppervlakte van het feitelijk gebruik van het bouwterrein als over de oppervlakte van het overige gebruik van het bouwperceel.

  • 3. De oppervlakte van het feitelijk gebruik bouwterrein is de totale oppervlakte van de door de verschillende bouwmaterialen en voorwerpen afzonderlijk ingenomen oppervlakte binnen het bouwterrein.

  • 4. De oppervlakte van het overige gebruik van het bouwterrein is de oppervlakte van het totale bouwterrein verminderd met de oppervlakte van het feitelijk gebruik bouwterrein.

  • 5. Van de in lid 4 bedoelde oppervlakte wordt 20% in de heffing betrokken.

Artikel 3 Wijze van berekenen oppervlakte bouwmaterialen en andere voorwerpen (niet zijnde een bouwplaatsinrichting)

  • 1. De precario-inspecteur bepaalt het aantal vierkante meters waarop feitelijk bouwmaterialen en andere voorwerpen op de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond staan.

  • 2. De totale oppervlakte bouwmaterialen en andere voorwerpen wordt berekend door het optellen van de door de verschillende voorwerpen afzonderlijk ingenomen oppervlakte.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Dit uitvoeringsbesluit treedt 1 dag na bekendmaking in werking.

Artikel 5 Citeertitel

Dit uitvoeringsbesluit wordt aangehaald als: “Uitvoeringsbesluit meetinstructie bouwplaatsinrichting en bouwmaterialen”.

Ondertekening

Vlaardingen, 10 november 2015
Burgemeester en wethouders van Vlaardingen,
de secretaris, de burgemeester,
mr. A.G. Knol-van Leeuwen, A.B. Blase

Toelichting behorende bij het Uitvoeringsbesluit Meetinstructie bouwplaatsinrichting en bouwmaterialen

Artikel 1 Omschrijving bouwplaatsinrichting

Een bouwplaatsinrichting wordt omschreven als een bouwterrein op de voor de openbare dienst bestemde grond, omsloten met hekken waarbinnen bouwmaterialen en andere voorwerpen staan.

Een deel van het bouwterrein wordt gedurende de bouw benut voor het hebben van objecten (bouwkeet, toiletunits, rijplaten e.d.). Op een ander deel staan bouwmaterialen en andere voorwerpen.

Het bouwterrein is veelal groter dan het deel waarop feitelijk bouwmaterialen en andere voorwerpen staan of worden geplaatst. Voldoende werkruimte en veiligheid rondom het bouwterrein spelen ook een rol bij het afbakenen van het bouwterrein. Gedurende de werkzaamheden van een bouwproject kan de oppervlakte van de bouwplaatsinrichting variëren.

Artikel 2 Wijze van berekenen precario bouwplaatsinrichting

In dit artikel wordt de wijze waarop de precariobelasting voor de bouwplaatsinrichting wordt berekend vastgelegd. Precario bouwplaatsinrichting wordt geheven over zowel de oppervlakte van het feitelijk gebruik van het bouwterrein als over de oppervlakte van het overige gebruik van het bouwterrein.

Eerst meet de precario-inspecteur de oppervlakte van het totale bouwterrein op dat met hekken is voorzien (bijvoorbeeld 1.000 m2).

Feitelijk gebruik bouwterrein

Daarna bepaalt de precario-inspecteur de oppervlakte van het feitelijk gebruik van het bouwterrein door de totale oppervlakte te berekenen van de door de verschillende bouwmaterialen en voorwerpen afzonderlijk ingenomen oppervlakte binnen het bouwterrein (bijvoorbeeld 300m2).

Overig gebruik bouwterrein

Vervolgens bepaalt de precario-inspecteur de oppervlakte van het overige gebruik van het bouwterrein. Dit is de oppervlakte van het totale bouwterrein verminderd met de oppervlakte van het feitelijk gebruik.

Omwille van doelmatigheid wordt bij het bepalen van de aanslag precario bouwplaatsinrichting ervan uitgegaan dat 20% van het overige gebruik van het bouwterrein tijdens het bouwtraject wordt gebruikt voor het plaatsen van bouwmaterialen en andere voorwerpen. Dit percentage is gebaseerd op ervaring in praktijk. Op deze wijze wordt voorkomen dat een precario-inspecteur gedurende het bouwtraject telkens wijzigingen in de oppervlakte van het in gebruik genomen deel van het bouwterrein moet berekenen om tot een juiste aanslag te komen.

Rekenvoorbeeld precario bouwplaatsinrichting.

De precariobelasting wordt geheven over de som van de oppervlakte feitelijk gebruik bouwterrein en de oppervlakte overig gebruik bouwterrein.

De oppervlakte van het totale bouwterrein is 1.000 m2. Van het bouwterrein is 300m2 feitelijk in gebruik en 700m2 is overig gebruik. Van het overig gebruik wordt 20% in de heffing betrokken.

Feitelijk gebruik: 300m2

Overig gebruik: 700 m2 x 20% = 140m2

Totaal: 440m2

Tarief (voorbeeld 2015) wordt als volgt berekend:

Over de eerste 50m2: 1 x € 197,95 per maand

Voor iedere volgende 50m2: 440-50=390m2: 50 = 7,8 (afgerond 8). Dus 8 x €197,95= € 1.583,6

Totaal: € 1.781,55 per maand

De overige artikelen behoeven geen toelichting