Nadere regels geluidsplafond voor openbare inrichtingen

Geldend van 10-11-2009 t/m heden

Intitulé

Nadere regels geluidsplafond voor openbare inrichtingen

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlaardingen,

Gelet op artikel 4.5 van de Algemene Plaatselijke Verordening Vlaardingen 2009;

Overwegende dat het in het belang van het beperken en voorkomen van geluidsoverlast vanuit openbare inrichtingen wenselijk is nadere regels te stellen;

 

besluit:

 

Vast te stellen de volgende Nadere regels geluidsplafond voor openbare inrichtingen;

 

Artikel 1 Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

a.         Besluit: Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer;

b.         bebouwde deel van een openbare inrichting: deel van de openbare inrichting zonder het open terreingedeelte en zonder het terrasdeel;

c.         niet bebouwde deel van de openbare inrichting: het open terreingedeelte of het terrasdeel van de openbare inrichting;

d.         geluidsgevoelige gebouwen: woningen en gebouwen die op grond van artikel 1 van de Wet geluidhinder worden aangemerkt als

geluidsgevoelige gebouwen met uitzondering van gebouwen behorende bij de betreffende inrichting;

e.         geluidsgevoelige terreinen: terreinen die op grond van artikel 1 van de Wet geluidhinder worden aangemerkt als geluidsgevoelige terreinen met uitzondering van terreinen behorende bij de betreffende inrichting.

Artikel 2 Geluidsvoorschriften voor collectieve en incidentele festiviteiten in openbare inrichtingen

1. Voor het beoordelingsniveau geldt dat gedurende 3 minuten (LAr, 3 min) tijdens een collectieve of incidentele festiviteit, veroorzaakt door muziekgeluid of stemgeluid afkomstig uit het bebouwde deel van de openbare inrichting:

a. de niveaus op de in tabel 1 a genoemde plaatsen en tijdstippen niet meer bedragen dan de in tabel 1a aangegeven waarden: Tabel 1a afbeelding binnen de regeling b. in de avond van vrijdag op zaterdag, de avond van zaterdag op zondag en de avond voorafgaand aan een feestdag de niveaus op de in tabel 1b genoemde plaatsen en tijdstippen niet meer bedragen dan de in tabel 1b aangegeven waarden:   Tabel 1b   afbeelding binnen de regeling   c. de in de tabellen 1a en 1b aangegeven waarden binnen in- of aanpandige geluidsgevoelige gebouwen niet gelden indien de gebruiker van deze geluidsgevoelige gebouwen geen toestemming geeft voor het in redelijkheid uitvoeren of doen uitvoeren van geluidsmetingen; d. de in de tabellen 1a en 1b aangegeven waarden op de gevel ook gelden bij geluidsgevoelige terreinen op de grens van het terrein; en e. de waarden in in- en aanpandige geluidsgevoelige gebouwen, voor zover het woningen betreft gelden in geluidsgevoelige ruimten.  

2. Wanneer op het beoordelingspunt binnen het totaal aanwezige geluidsniveau, vanwege het muziekgeluid afkomstig uit het bebouwde deel van de inrichting geluid met een duidelijk muziekkarakter wordt waargenomen, wordt op het gemeten equivalente geluidsniveau gedurende 3 minuten een toeslag van 10 dB toegepast, voordat aan de normwaarde uit het eerste lid wordt getoetst.

Artikel 3 Geluidsvoorschriften voor collectieve en incidentele festiviteiten bij openbare inrichtingen op het terras

1. Het equivalente geluidsniveau gedurende 1 minuut (LAeq,1 min ) tijdens een collectieve of incidentele festiviteit, veroorzaakt door muziekgeluid of stemgeluid afkomstig van het niet bebouwde deel van de openbare inrichting mag tussen 07.00 en 23.00 uur op een afstand van 10 meter van de geluidsbron niet meer bedragen dan 95 dB(A).

2. Op het equivalente geluidsniveau gedurende 1 minuut (LAeq,1 min ) vindt geen verhoging van 10 dB vanwege muziekgeluid plaats.

3. Het weergeven van muziek op het niet bebouwde deel van de openbare inrichting mag tijdens incidentele en collectieve festiviteiten uitsluitend plaatsvinden tussen 07.00 en 23.00 uur.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie ervan.

Artikel 5 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Nadere regels geluidsplafond voor openbare inrichtingen.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 10 november 2009
 
De secretaris,                         de burgemeester,
 
Ir. C. Kruyt                             mr. T.P.J. Bruinsma