Beleidsregel verdeling ventvergunningen kleine bereide etenswaren

Geldend van 25-09-2018 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel verdeling ventvergunningen kleine bereide etenswaren

Burgemeester en wethouders van de gemeente ‘s-Hertogenbosch,

Gezien het voorstel met reg.nr. 8250560,

Gelet op het bepaalde in artikel 5:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening ’s-Hertogenbosch 2016 en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

Besluit

vast te stellen de “Beleidsregel verdeling ventvergunningen kleine bereide etenswaren”

1. Aanleiding

Op grond van artikel 5:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening ’s-Hertogenbosch 2016 (hierna: APV) is het verboden om te venten zonder in het bezit te zijn van een daartoe strekkende vergunning van het college van burgemeester en wethouders. Binnen dit vergunningenstelstel is de reguliere ventvergunning te onderscheiden van de ventvergunning voor kleine bereide etenswaren zoals ijs, broodjes, snacks e.d.

In het belang van de openbare orde hanteert de gemeente ’s-Hertogenbosch als vaste gedragslijn dat er in hetzelfde gebied geen venters met vergelijkbare etenswaren tegelijkertijd aanwezig mogen zijn. Om te kunnen spreken van vergelijkbare etenswaren wordt een onderverdeling gemaakt in categorieën kleine bereide etenswaren. Denk hierbij aan categorieën als frituur, pizza, broodjes en ijs.

De gelijktijdige aanwezigheid van venters uit verschillende categorieën kleine bereide etenswaren is niet aan beperkingen gebonden. Het is dus prima mogelijk dat in één en hetzelfde gebied tegelijkertijd friet en ijs worden aangeboden door verschillende venters. De markt zal bepalend zijn voor de uiteindelijke verdeling.

Via het vergunningenstelsel voorkomt de gemeente ’s-Hertogenbosch dat er in een aanwezen gebied op hetzelfde moment meerdere venters aanwezig zijn met vergelijkbare kleine bereide etenswaren. Door deze systematiek zijn er per categorie etenswaren in totaal 16 verschillende ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren op aanvraag te verlenen. Er is zodoende sprake van een maximumstelsel als gevolg van een door de gemeente ingesteld beleidsmatig plafond. De ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren zijn daarmee aan te merken als schaarse vergunning.

In het kader van de schaarse vergunning heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 2 november 2016 een belangwekkende uitspraak gedaan.1 Deze uitspraak verplicht bestuursorganen er namelijk toe om bij de verdeling van schaarse vergunningen alle potentiële gegadigden gelijke kansen te geven om in een transparante procedure mee te dingen naar de schaarse vergunning. Zo ook bij de verdeling van de ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren.

Meer specifiek is het gevolg hiervan dat (I) de ventvergunning niet voor onbepaalde tijd mag worden verleend, (II) er een passende mate van openbaarheid moet worden verzekerd en (III) er tijdig voorafgaand aan de aanvraagprocedure duidelijkheid moet worden geschept zodat potentiële gegadigden daarvan kennis kunnen nemen. Deze beleidsregel beoogt invulling te geven aan deze verplichtingen. Het verzekeren van de passende mate van openbaarheid heeft betrekking op:

  • a.

    de beschikbaarheid van de schaarse vergunning;

  • b.

    de verdelingsprocedure;

  • c.

    het aanvraagtijdvak; en

  • d.

    de toe te passen criteria.

Voor wat betreft de verdelingsprocedure heeft het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch reeds de keuze gemaakt voor loting. De gemeenteraad is hier op 20 februari 2018 per brief over geïnformeerd.

2. Maximumstelsel

Zoals genoemd in de aanleiding is de ventvergunning voor kleine bereide etenswaren gebonden aan een maximumstelsel bij aanvragen voor vergelijkbare etenswaren. In het verleden heeft de gelijktijdige aanwezigheid van venters met vergelijkbare etenswaren immers geleid tot verstoringen van de openbare orde. Er is per categorie etenswaren een totaal van 16 ventvergunningen beschikbaar. Dit aantal komt overeen met het aantal aangewezen gebieden en dagdelen waarbinnen het mogelijk is om te venten.

Bijgevoegd is een schematisch overzicht waarin de 16 verschillende ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren staan weergegeven. Dit overzicht maakt het mogelijk om vooraf in te zien welke ventvergunning is gekoppeld aan welk gebied en dagdeel. Potentiële gegadigden kunnen aan de hand van dit overzicht een voorkeur voor een bepaalde ventvergunning opmaken.

Concreet heeft dit maximumstelsel tot gevolg dat er sprake is van beleidsmatig, door het bestuursorgaan gecreëerde schaarste. De ventvergunning voor kleine bereide etenswaren wordt daardoor aangemerkt als een zogenaamde schaarse vergunning. Immers, de situatie kan zich voordoen waarin er méér potentiele gegadigden zijn dan het beschikbaar aantal te verlenen ventvergunningen.

3. Procedurele aanpak

Ventvergunningen hebben een geldigheidstermijn van maximaal één jaar en worden steevast afgegeven op 1 januari van het jaar waarop de vergunning betrekking heeft. Voorafgaand aan de verdeling wordt onderstaande procedure gevolgd om daarmee te voldoen aan de verplichting potentiële gegadigden gelijke kansen te geven om mee te dingen naar de schaarse vergunning. Deze procedure laat zich grofweg in twee fasen verdelen. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen de formele en de inhoudelijke behandeling van de aanvraag:

  • Fase I – formeel:

    • a.

      bekendmaking;

    • b.

      ontvankelijkheid van de aanvraag.

  • Fase II – inhoudelijk:

    • c.

      toets weigeringsgrond;

    • d.

      verdeling door loting;

    • e.

      beslissing op de aanvraag.

a. bekendmaking

Ruim voor het verlopen van de reeds verleende ventvergunningen, maar uiterlijk in oktober voorafgaand aan het jaar van de vergunningverlening, plaatst de gemeente ’s-Hertogenbosch een oproep tot mededinging via de gemeentesite. Bestaande houders van ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren worden actief aangeschreven en gewezen op de aankondiging.

In deze oproep staat beschreven:

  • gedurende welke periode het uiterlijk mogelijk is een aanvraag voor een ventvergunning in te dienen;

  • dat loting bepalend is voor de procedure van verdeling van de ventvergunningen;

  • de criteria waaraan een aanvraag inhoudelijk wordt getoetst.

b. ontvankelijkheid van de aanvraag

Aanvragen die binnen de daarvoor gestelde aanvraagperiode ontvangen zijn, worden eerst getoetst op ontvankelijkheid. Hiervoor is bepalend of aan de volgende indieningsvereisten is voldaan:

  • een volledig ingevuld aanvraagformulier, voorzien van dagtekening, ondertekening en bijlagen;

  • bewijs waaruit blijkt dat de aanvrager de beschikking heeft over een verkoopmiddel om feitelijk gebruik te kunnen maken van de potentiële vergunning door daadwerkelijk te venten;

  • eventuele arbeidsovereenkomsten en kopieën van geldige legitimatiebewijzen van diegenen die in naam en op risico van de vergunninghouder gebruik maken van de potentiële vergunning door daadwerkelijk te venten;

  • indien de aanvrager niet in het bezit is van een verkoopmiddel dient een bewijs te worden aangeleverd waaruit blijkt dat de aanvrager financiële middelen heeft om binnen twee maanden na ontvangst van de vergunning alsnog in het bezit te zijn van een verkoopmiddel;

Op grond van artikel 10, eerste lid, Vreemdelingenwet 2000 j° artikel 8.3, tweede lid, Vreemdelingenbesluit 2000 komt een vreemdeling slechts voor een ventvergunning in aanmerking, voor zover deze rechtmatig verblijf heeft in Nederland. Wanneer dit rechtmatige verblijf niet blijkt uit het kopie van een geldig legitimatiebewijs kan, in aanvulling op voornoemde indieningsvereisten, verzocht worden om verblijfsvergunning als genoemd in artikel 8 Vreemdelingenwet 2000.

In geval van een onvolledige aanvraag wordt de aanvrager, overeenkomstig artikel 4:5 Algemene wet bestuursrecht, gedurende de periode van 2 weken in de gelegenheid gesteld de aanvraag aan te vullen. Een aanvraag die wordt ingediend buiten de daarvoor gestelde aanvraagperiode komt niet in aanmerking voor een ventvergunning. De aanvraag wordt buiten behandeling gesteld.

c. toets weigeringsgrond

De ontvankelijke aanvraag wordt inhoudelijk getoetst op de daarvoor bestaande weigeringsgronden genoemd in artikel 1:8 en artikel 5:12, derde lid, APV. Concreet kan een aanvraag voor een ventvergunning uitsluitend geweigerd worden in het belang van:

  • de openbare orde;

  • de openbare veiligheid;

  • de volksgezondheid;

  • de bescherming van het milieu;

  • een redelijk verzorgingsniveau voor de consumenten ter plaatse.

Wanneer er tegen de aanvraag geen grond voor weigering bestaat, komt deze in aanmerking voor deelname aan loting in de volgende stap van het proces. Diegenen van wie de aanvraag in aanmerking komen voor loting worden daarvan schriftelijk of per e-mail op de hoogte gebracht.

Een eventuele weigering van de aanvraag is een besluit in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht, waartegen voor belanghebbenden bezwaar en/of beroep open staat.

d. verdeling door loting

Zoals genoemd in de aanleiding, is eerder door het college van burgemeester en wethouders besloten om bij de verdeling van de ventvergunningen voor kleine bereide etenswaren gebruik te maken van de procedure op basis van loting. Achterliggende gedachte is dat deze verdelingsprocedure gelijke kansen waarborgt voor iedere aanvraag die voldoet aan voornoemde indieningsvereisten. Bovendien is de verdeling niet afhankelijk van ingewikkelde beoordelingscriteria, te leveren tegenprestaties en/of het moment van binnenkomst.

Daadwerkelijke loting vindt pas plaats wanneer er meerdere venters met vergelijkbare etenswaren een aanvraag hebben ingediend voor dezelfde ventvergunning kleine bereide etenswaren. Wanneer deze situatie niet aan de orde is, wordt van loting afgezien.

De loting wordt uitgevoerd door een onafhankelijke notaris. Deze loting heeft als doel om aanvragen voor vergelijkbare etenswaren te koppelen aan één van de beschikbare ventvergunningen. Hierdoor wordt objectief bepaald welke aanvraag in aanmerking komt voor welke ventvergunning.

De loting vindt plaats ten kantore van de notaris. De loting kan niet door derden worden bijgewoond, de uitkomst ervan is niet openbaar en wordt zo spoedig mogelijk aan de betreffende aanvragers kenbaar gemaakt.

Voorwaarden deelname loting:

  • de aanvrager die eerder aan de ventvergunning verbonden voorschriften heeft overtreden, wordt uitgesloten van deelname aan de loting;

  • de uitkomst van de loting is weliswaar bepalend voor de verdeling van de ventvergunningen maar verplicht de gemeente ’s-Hertogenbosch niet tot de afgifte ervan;

  • wijzigingen in een ontvankelijke aanvraag worden gezien als een nieuwe aanvraag.

De uitkomst van de loting wordt zo snel mogelijk schriftelijk of per e-mail aan de deelnemers kenbaar gemaakt. Tegen de uitkomst van de loting is geen bezwaar en/of beroep mogelijk.

e. beslissing op de aanvraag

Nadat de loting heeft plaatsgevonden volgt een definitieve beslissing op de aanvraag door het college van burgemeester en wethouders. Dit betreft een besluit in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht, waartegen voor belanghebbenden bezwaar en/of beroep open staat.

Op grond van artikel 1:5 APV heeft de ventvergunning een persoonlijk karakter en komt deze niet voor overdracht aan een ander in aanmerking. De houder van de ventvergunning wordt geacht daarvan zelf feitelijk gebruik te maken óf daarvoor personeel in dienst te nemen.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel is vastgesteld op 25 september 2018 en treedt in werking op de eerste dag na de datum van de bekendmaking.

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Beleidsregel verdeling voor ventvergunningen kleine bereide etenswaren”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld, ’s-Hertogenbosch 25 september 2018

Burgemeester en wethouders van de gemeente ’s-Hertogenbosch,

De secretaris,

mr.drs. I.A.M. Woestenberg

De burgemeester,

Drs. J.M.L.N. Mikkers


Noot
1

ABRvS 2 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2927.