Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige/WOZ-belanghebbende in een keuzesituatie Sabewa Zeeland 2014

Geldend van 01-01-2014 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige/WOZ-belanghebbende in een keuzesituatie Sabewa Zeeland 2014

Het dagelijks bestuur van het Openbaar Lichaam Belastingsamenwerking Sabewa Zeeland (hierna: Sabewa Zeeland);

gelet op het bepaaldein artikel 4 en 5 van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking Sabewa Zeeland (hierna de gemeenschappelijke regeling), waarbij de heffing en de invordering van de belastingen (als bedoeld in artikel 1 van bovengenoemde gemeenschappelijke regeling) 

en de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: Wet WOZ) aan Sabewa Zeeland is overgedragen;

overwegende dat het wenselijkis om beleidsregels vast te stellen voor die gevallen waarin er een keuzemogelijkheid is om een belastingplichtige en een WOZ-belanghebbende aan te wijzen;

BESLUIT:

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige eneen WOZ­ belanghebbende in een keuzesituatie.

Hoofdstuk 1 Heffing

Algemeen

In sommige gevallenbrengen de wettelijke regels met zich dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn voor één belastingobject. In de gevallenwaarin dat voorkomtmag Sabewa Zeeland de aanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen.In deze gevallenhanteert Sabewa Zeeland een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslagop zijn of haar naam krijgt.

Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op veronderstelde betaalcapaciteit en doelmatige c.q. doeltreffendeheffing en invorderingen wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden of te achterhalen zijn.

De in de voorkeursregels neergelegde criteria bevattengeen limitatieve opsomming van de belastingplichtigen, maar zijn richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen,zodat in de uitvoeringspraktijk volgens vaste, niet willekeurige, criteriaeen belastingplichtige kanworden aangewezen.

 

Voorkeursvolgorde

 

1. Voor de belastingen die worden geheven van genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt, als er voor één roerende of onroerende zaak verschillende categorieen genothebbenden zijn, de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:

1.1 de beperktgerechtigde, waarbij de volgende voorkeursvolgorde wordt gehanteerd:

1.1.1 de vruchtgebruiker c.q. gerechtigde krachtens recht van gebruik en bewoning;

1.1.2 de opstaller, met uitzondering vandegene dieeen afhankelijk opstalrecht, dan wel een opstalrecht ten behoeve van de aanleg en het onderhoud van onder- of bovengrondse leidingen heeft;

1.1.3 de erfpachter dan wel de beklemde meier.

1.2 de eigenaar of de appartementsgerechtigde;

1.3 degene die op andere wijze als genothebbende naar voren komt, daaronderbegrepen debezitter.

 

2. Voor de belastingen die worden gehevenvan genothebbenden krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteldten name van:

2.1 als er binnen één categorie genothebbenden meerdere personen zijn dievolgens de beschikbare gegevens binnen het grondgebied vande deelnemers aan Sabewa Zeeland (hierna: grondgebied) wonen of gevestigd zijn:

2.1.1 degene die voor hetbetreffende belastingobject alals gebruiker wordt aangemerkt (op grond van de onderdelen 3 of 4);

2.1.2 degene die het grootsteaandeel in het genotsrecht heeft;

2.1.3 een natuurlijk persoonboven een niet-natuurlijk persoon;

2.1.4 de oudstein leeftijd;

2.1.5 degene die bij Sabewa Zeeland als genothebbende of gebruiker bekend is;

2.1.6 de eerstgerechtigde in de volgorde die door het kadasterwordt aangehouden.

2.2 als er binnen één categorie genothebbenden geen personen zijn die volgens de beschikbare gegevensbinnen het grondgebied wonen of gevestigd zijn, maar wel personen die volgens de beschikbare gegevens elders in Nederland wonen of gevestigd zijn:

2.2.1 degene die het grootsteaandeel in het genotsrecht heeft;

2.2.2 een natuurlijk persoon boven een niet-natuurlijk persoon;

2.2.3 de oudste in Ieeftijd;

2.2.4 degene die bij Sabewa Zeeland als genothebbendeof gebruiker bekend is;

2.2.5 de eerstgerechtigde in de volgorde die door het kadaster wordt aangehouden.

2.3 als er binnen één categorie genothebbenden geen personen zijn die volgens de beschikbare gegevens in Nederland wonen of gevestigdzijn, maar wel personen die volgens de beschikbare gegevens in het buitenland wonen of gevestigdzijn:

2.3.1 degene die het grootste aandeel in het genotsrecht heeft;

2.3.2 degene die bij Sabewa Zeeland als genothebbende of gebruiker bekend is;

2.3.3 de eerstgerechtigde in devolgorde die door het kadaster wordt aangehouden;

2.3.4 een natuurlijk persoon boven een niet-natuurlijk persoon;

2.3.5 de oudste in Ieeftijd.

 

3. Voor de onroerende-zaakbelastingen die wordt geheven van gebruikers en de belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten dieworden geheven van gebruikers en de forensenbelasting, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:

3.1 degene die ook als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht wordt aangemerkt;

3.2 degene die het langst het belastingobject gebruikt;

3.3 de oudste in leeftijd;

3.4 degene die een nutsvoorziening van het belastingobject op naam heeft;

3.5 degene die op andere wijze als gebruiker naar voren komt.

 

4. Voor de hondenbelasting, de rioolheffing van gebruikers (waarbij geen sprake is van kamerverhuur), de afvalstoffenheffing (waarbij geen sprake is van kamerverhuur), de reinigingsrechten, de verontreinigingsheffing, de zuiveringsheffing, en de watersysteemheffing ingezetenen wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:

4.1 de bewoner c.q. houder van de hond die als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van het belastingobject c.q. het belastingobject waar de hond wordt gehouden, kan worden aangemerkt;

4.2 de bewoner die volgens de gemeentelijke basisadministratie het langst staat ingeschreven op het belastingobject c.q. het belastingobject waar de hond wordt gehouden;

4.3 de oudste bewoner van het belastingobject c.q. het belastingobject waar de hond wordt gehouden;

4.4 degene die op andere wijze als gebruiker van het belastingobject of houder van de hond naar voren komt.

4.5 In geval van bodemsaneringen wordt de opdrachtgever als belastingplichtige aangemerkt.

 

4A. Voor rioolheffing van gebruikers en afvalstoffenheffing waarbij sprake is van kamerverhuur wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:

4A.1 de verhuurder;

4A.2 de eigenaar;

4A.3 degene die het grootste aandeel in het genotsrecht heeft;

4A.4 degene het oudste in leeftijd is;

4A.5 degene die op andere wijze als gebruiker naar voren komt.

 

5. Indien en voor zover aanslagen van verschillende belastingen worden verenigd op één aanslagbiljet, worden deze in onderstaande volgorde ten name gesteld van de belastingplichtige die:

5.1 ingevolge de onderdelen 1 en 2 kan worden aangewezen;

5.2 ingevolge onderdeel 3 kan worden aangewezen;

5.3 ingevolge onderdeel 4 en 4A kan worden aangewezen.

 

6. De onderdelen 1 tot en met 5 vinden geen toepassing indien:

6.1 de aanslag kan worden opgelegd aan degene die voor het voorgaande belastingtijdvak of kalenderjaar de aanslag heeft gekregen, gezorgd heeft dat de aanslag betaald is en nog steeds belastingplichtig is;

6.2.bij Sabewa Zeeland bekend is dat één van de potentiële belastingplichtigen de desbetreffende aanslag op zijn/haar naam wil hebben, althans voor zover dit niet leidt tot een mogelijke situatie dat de belasting niet kan worden betaald dan wel ingevorderd.

 

7. Voorzover de belasting wordt geheven over een belastingtijdvak, is bij de toepassing van de voorkeursvolgorde beslissend de situatie bij de aanvang van dat tijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

 

8. Aangezien de voorkeursvolgorde erop is gericht de aanslag op te leggen aan een belastingplichtige die in staat geacht mag worden om de belasting te betalen, kan ook tot een andere keuze gekomen worden dan uit de voorkeursvolgorde zou volgen.

 

9. Wijzigingen kunnen - indien reeds een aanslag aan een belastingplichtige is opgelegd - pas plaatsvinden met ingang van het eerstvolgende belastingjaar c.q. belastingtijdvak.

 

10. Indien in uitzonderingsgevallen, door welke oorzaak dan ook, een aanslag wordt opgelegd in afwijking van het in de voorgaande onderdelen bepaalde, is die aanslag alleen ongeldig als er sprake is van willekeur.

 

11. Als een belasting niet wordt geheven bij wege van aanslag, maar op andere wijze, is het bepaalde in de onderdelen 1 tot en met 11 van overeenkomstige toepassing.

  

Hoofdstuk 2 Waardering onroerende zaken

 

Algemeen

In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich dat voor één eigendom meer personen als (gelijksoortige, bijvoorbeeld in gemeenschap van goederen gehuwde echtgenoten) belanghebbende kunnen worden aangemerkt. In deze gevallen mag Sabewa Zeeland op grond van artikel 24 van de Wet Waardering Onroerende Zaken (Wet WOZ) de bekendmaking van de WOZ-beschikking uitvoeren door verzending aan één van de belanghebbenden. Sabewa Zeeland hanteert een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belanghebbende die de WOZ-beschikking op zijn of haar naam krijgt

 

De in de voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten geen limitatieve opsomming. Zij moeten worden beschouwd als richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen, waarbij beoogd is de ontvanger van de WOZ-beschikking gelijk te laten zijn aan de belastingplichtige voor de onroerende-zaakbelastingen die de aanslag op zijn of haar naam krijgt.

 

Voorkeursvolgorde

In de gevallen dat er een keuzesituatie bestaat voor de tenaamstelling van een beschikking ingevolge Hoofdstuk IV van de Wet WOZ zijn de regels van hoofdstuk 1, voorzover zij betrekking hebben op de onroerende-zaakbelastingen, van overeenkomstige toepassing.

                

Hoofdstuk 3 Inwerkingtreding en citeertitel

 

1. Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2014.

2. Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige/WOZ-belanghebbende 2014”.

Vul hier de regelingtekst in]

Ondertekening

Het dagelijks bestuur van het Openbaar Lichaam Belastingsamenwerking SaBeWa Zeeland

Aldus vastgesteld op 13 september 2013.