Regeling vervallen per 01-01-2020

Technische wijziging CAR-UWO

Geldend van 01-07-2013 t/m 31-12-2019

Intitulé

Technische wijziging CAR-UWO

Wijzigingen CAR-UWO

A. Artikel 1:1, lid 1, onder i, vervalt.

B. In artikel 1:2:1, lid 1, wordt “7:25,” geschrapt.

C. In artikel 2:2, lid 3, worden de woorden “Wet justitiële gegeven” vervangen door de: Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens.

D. In artikel 3:3:1 worden de woorden “artikel 15:1:10, tweede lid, onder c” vervangen door: artikel 2:1B, tweede lid, onder c.

E. In artikel 3:5:1, lid 1, worden de woorden “8:10 of” geschrapt.

In de toelichting op artikel 3:5:1, lid 2, worden de woorden “pré-VUT en” geschrapt.

F. In artikel 4:3, lid 5, worden de cijfers “,8:10” geschrapt.

In de toelichting op artikel 4:3, lid 4 t/m 9, worden de woorden “pré-VUT (artikel 8:10 CAR)” geschrapt.

G. In artikel 4a:1, lid 2, worden de woorden “en voor de ambtenaar die gebruikmaakt van de seniorenregeling bedoeld in artikel 5:1 of 5:3,” geschrapt.

In artikel 4a:1, lid 3, worden de woorden “en voor de ambtenaar die gebruikmaakt van de seniorenregeling bedoeld in artikel 5:1 of 5:3,” geschrapt.

In de toelichting op artikel 4a:1, lid 2 en 3, worden de woorden “Voor medewerkers die van de seniorenmaatregel gebruikmaken geldt hetzelfde principe (zie ook artikel 6:2:1 lid 6)” geschrapt.

H. In artikel 4a:2, lid 2, worden de woorden “en voor de ambtenaar die gebruikmaakt van de seniorenregeling bedoeld in artikel 5:1 of 5:3,” geschrapt.

I. In de toelichting op artikel 6:2:3, lid 3, worden de woorden “Indien betrokkene gebruikmaakt van een seniorenregeling……… uitgegaan van de seniorenarbeidsduur.” geschrapt

J. In artikel 6:4:2, lid 4, worden de woorden “of waarvoor de seniorenarbeidsduur op grond van artikel 5:1 en 5:3 is verminderd,” geschrapt.

K. In artikel 6:4:2, lid 5, worden de woorden “of waarvoor de seniorenarbeidsduur op grond

van artikel 5:1 en 5:3 is verminderd,” geschrapt.

L. In de toelichting op artikel 6:4:3, lid 3 en 4, wordt de zin “In geval van ernstige ziekte is artikel 6:4:1, eerste lid, onderdeel b van toepassing.” geschrapt.

M In de toelichting op artikel 6:8, lid 5, wordt in de eerste zin en in de laatste zin net getal “18” vervangen door: 6.

N. Artikel 7:1, onder i, vervalt.

O. In artikel 7:2:1 wordt het woord “arbodienst” vervangen door: arbodienst of gecertificeerd deskundige(n).

P. In artikel 7:2:2, lid 2, wordt het woord “arbodienst” vervangen door: arbodienst of gecertificeerd deskundige(n).

Q. Artikel 7:2:4 vervalt.

R. Artikel 7:4, lid 1, vervalt met vernummering van het tweede lid zodat het artikel geen afzonderlijke leden mee bevat..

S. Artikel 7:8:3, lid 1, vervalt met vernummering van het tweede lid zodat het artikel geen afzonderlijke leden mee bevat.

De toelichting op artikel 7:8:3, lid 1, vervalt met vernummering van het tweede lid zodat de toelichting geen afzonderlijke leden mee bevat.

T. In artikel 7:15:1, lid 2, worden de woorden “artikel 30, eerste lid, onderdeel e, f en g” vervangen door: artikel 32.

U. Artikel 7:25b vervalt.

De toelichting op artikel 7:25b vervalt.

V. De toelichting op artikel 8:2, lid 3, wordt gewijzigd en komt te luiden:

In bijzondere situaties kan het wenselijk zijn dat betrokkene na het bereiken van de AOWgerechtigde leeftijd doorwerkt. Als betrokkene hiermee instemt wordt hem op een latere leeftijd eervol ontslag verleend. Een tweede mogelijkheid is betrokkene na zijn ontslag een nieuwe aanstelling te verlenen op grond van artikel 2:4.

In het eerste geval zal betrokkene ook langer pensioen opbouwen: er is dan ook sprake van inhouding van pensioenpremie op zijn bezoldiging. In het tweede geval, waarbij een nieuw dienstverband wordt aangegaan na de AOW-leeftijd, is er geen sprake van verplichte pensioenopbouw en kan de ambtenaar kiezen om vrijwillig de pensioenopbouw voort te zetten. Dit is geregeld in artikel 16.1 van het pensioenreglement.

In beide situaties is er sprake van een ander bruto-netto traject en premieafdracht. Het aangaan van een nieuw dienstverband is voor zowel de werkgever als de werknemer voordeliger in financieel opzicht. Wel heeft het niet langer betalen van pensioenpremies natuurlijk gevolgen voor de pensioenopbouw. Tijdens het nieuwe dienstverband wordt

geen pensioen meer opgebouwd. In het navolgende schema vindt u een overzicht met de gevolgen:

Continuering dienstverband (art. 8:2 CAR)

Nieuw dienstverband (art. 2:4 CAR, met toepassing 8:2, derde lid)

ingangsdatum OP

Na afloop dienstverband, of eerder op verzoek van

ambtenaar

Met ingang van de dag

waarop betrokkene de AOWgerechtigde

leeftijd bereikt

Opbouw ABP Keuzepensioen

Tot einde dienstverband

Eventueel vrijwillig

Premie AAOP

Ja

Nee

Premie ABP Keuzepensioen

Ja

Nee

Premie FPU

Ja

Nee

Pseudopremie WW

Nee

Nee

Premie WIA

Nee

Nee

Overigens is het voor het in laten gaan van het pensioen niet meer noodzakelijk om ontslag te verlenen. De ambtenaar kan ervoor kiezen zijn ABP-pensioen vanaf 60 jaar in te laten gaan, zonder dat hier een ontslag tegenover staat. Het ingaan van pensioen heeft geen verdere gevolgen voor bovenbeschreven situatie.

Pensioenuitbetaling en pensioenopbouw kan dus naast elkaar bestaan.

W. In artikel 8:2a worden de woorden “na de leeftijd van 65 jaar” vervangen door: na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

De toelichting op artikel 8:2a wordt gewijzigd en komt te luiden:

Na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd is de wens van één van beide partijen voldoende om de aanstelling te beëindigen. Het maakt hierbij niet uit of er sprake is geweest van een nieuwe aanstelling na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd of van het voortzetten van de aanstelling na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, op grond van 8:2, derde lid.

X. Artikel 9b:13 vervalt.

De toelichting op artikel 9b:13 vervalt.

IJ. Artikel 9b:37 vervalt.

De toelichting op artikel 9b:37 vervalt.

Z. Artikel 9b:58 vervalt.

AA. Artikel 9b:69 vervalt.

AB. In de toelichting op artikel 10a:2, lid 1, worden de woorden “de 65 jarige leeftijd heeft bereikt.” vervangen door: de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.

AC. Artikel 10d:39, lid 2, vervalt.