Regeling vervallen per 01-01-2024

Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond

Geldend van 17-02-2015 t/m 31-12-2023 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond

Burgemeester en wethouders van gemeente Bloemendaal,

OVERWEGENDE DAT,

wij besloten hebben per 1 januari 2015 het volledige milieutakenpakket van de gemeente Bloemendaal, inclusief het basistakenpakket, te beleggen bij de Omgevingsdienst IJmond;

het in dat verband noodzakelijk is het vigerende mandaatbesluit (2013035430) aan de secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond te passen;

aan de secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond, ten behoeve van de uitvoering van het  milieutakenpakket en het basistakenpakket, mandaat wordt verleend besluiten te nemen en/of deze namens ons te ondertekenen;

dit mandaat niet geldt voor zaken die afwijken van gevoerd en/of vastgesteld beleid; evenmin geldt dit mandaat – gezien de Algemene wet bestuursrecht - voor beslissingen op tegen deze besluiten gerichte bezwaar- en beroepschriften en beslissingen omtrent nadeelcompensatie en schadevergoedingen ten gevolge van rechtmatige, respectievelijk onrechtmatige besluitvorming, of financiële compensatie anderszins;

indien besluiten door ons worden genomen, ondertekening door de secretaris/directeur of ondergemandateerde zal plaatsvinden waarna de procedure door Omgevingsdienst  IJmond verder kan worden afgerond met inachtneming van het in dit mandaatbesluit en bij of krachtens de Algemene wet bestuursrecht bepaalde;

de aard van de bevoegdheden zich niet verzet tegen mandatering;

gelet op de bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wet milieubeheer, Woningwet en aanverwante wet- en regelgeving en de Algemene wet bestuursrecht gestelde voorschriften;

BESLUITEN VAST TE STELLEN:

Het Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond

Hoofdstuk 1 Besluitbevoegdheden

Afdeling 1 Besluitbevoegdheden

  • 1.

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond wordt gemachtigd in naam van ons college en onder onze verantwoordelijkheid tot de voorbereiding en uitvoering van taken en besluiten verband houdende met het verlenen van omgevingsvergunningen voor inrichtingen als bedoeld in de regels bij of krachtens artikel 2.1 eerste lid, aanhef en onder e en i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet milieubeheer, en meer in het bijzonder de voorbereiding en uitvoering van de besluiten vermeld in bijlage I bij dit besluit, en wordt gemandateerd de in die bijlage genoemde besluiten te nemen;

  • 2.

    Aan de secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond wordt opgedragen in naam van ons college en onder onze verantwoordelijkheid de taken uit te voeren als genoemd in:

    - artikel 5.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

    - artikel 18.2, artikel 18.2a -voor zover dit betrekking heeft op de verwijdering of het nalaten van de verwijdering van asbesthoudende afvalstoffen-, artikel 18.2d, tweede lid, en artikel 18.2i van de Wet milieubeheer;

    - artikel 92 van de Woningwet, met betrekking tot slopen als bedoeld in artikel 1b, vijfde lid, juncto artikel 2, tweede lid, onder c en d, van de Woningwet;

    - artikel 92 van de Woningwet, met betrekking tot asbesthoudende afvalstoffen als bedoeld in artikel 1b, tweede lid, juncto artikel 2, eerste lid, aanhef en onder b, tweede lid, aanhef en onder a, en vierde lid, en handhavend optreden ten aanzien van de zindelijke staat van bouwwerken, open erven en terreinen ten gevolge van de aanwezigheid van asbest;

    - artikel 1.29 van het Bouwbesluit, teneinde nadere voorwaarden te verbinden aan de uitvoering van de sloopwerkzaamheden;

    - artikel 1.30 van het Bouwbesluit, teneinde op grond van artikel 1.29 van het Bouwbesluit aan de sloopwerkzaamheden verbonden nadere voorwaarden te wijzigen na het inwinnen van zienswijzen daaromtrent;

    - controle- en handhavingsprogramma’s;

    en meer in het algemeen het houden van toezicht op de naleving van milieuwetgeving, waaronder de uitvoering van de besluiten, vermeld in bijlage II die onderdeel uitmaakt van dit besluit.

  • 3.

    Aan de secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond wordt voorts opgedragen in naam van ons college en onder onze verantwoordelijkheid besluiten te nemen zoals opgenomen in bijlage III.

  • 4.

    a. De secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond is, overeenkomstig artikel 10:3, 10:2, en 10:11, lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht bevoegd de onder 1. en 2.

    aangeduide besluiten te nemen en/of namens ons te ondertekenen.

    b. De secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond stelt voorafgaand aan een te nemen besluit als bedoeld in bijlage II, onder 2, sub a tot en met g, de verantwoordelijke

    milieuportefeuillehouder in kennis.

  • 5.

    Van de machtiging besluiten te nemen als genoemd onder 3. mag geen gebruik worden gemaakt indien het betreft:

    - zaken die afwijken van gevoerd en/of vastgesteld beleid;

    - beslissingen omtrent nadeelcompensatie en schadevergoedingen ten gevolge van rechtmatige, respectievelijk onrechtmatige besluitvorming, of financiële compensatie;

    - beslissingen op bezwaar- en beroepschriften.

Afdeling 2 Ondermandaat

  • 6

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond kan besluiten dat de onder zijn verantwoordelijkheid werkzame teamleiders en senioren eveneens gerechtigd zijn het onder 1., 2. en 3. genoemde uit te voeren met in achtneming van het onder 4. bepaalde.

Hoofdstuk II Vertegenwoordiging en werkprogramma

  • 7.

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond is bevoegd tot:

    - het maken van afspraken met het Openbaar Ministerie, de politie en landelijke inspectie- en opsporingsdiensten, waaronder het periodiek afsluiten van handhavingsarrangementen met het Openbaar Ministerie en de politie;

    - het afsluiten van samenwerkingsarrangementen met directeuren van andere regionale uitvoeringsdiensten.

  •  

  • 8.

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond stelt, op basis van onder meer onze aanwijzingen, het handhavingsarrangement met het Openbaar Ministerie en de politie en de vastgestelde landelijke prioriteiten, de prioriteiten en het werkprogramma van Omgevingsdienst  IJmond vast.

Hoofdstuk III Openbaarheid gegevens, archief en verslaglegging

  • 9.

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst  IJmond draagt in naam van ons college en onder onze verantwoordelijkheid zorg voor het beheer van archiefbescheiden, verband houdende met de uitvoering van het in dit mandaat- en machtigingsbesluit gestelde. Onder beheer wordt verstaan het in goede, geordende en toegankelijke staat brengen en bewaren van archiefbescheiden, overeenkomstig een door de secretaris/directeur, in overleg met onze gemeente, vast te stellen regeling als bedoeld in de Archiefwet 1995.

  • 10.

    De secretaris/directeur van Omgevingsdienst IJmond verantwoordt zich in het jaarverslag en eventuele andere periodieke verslagen omtrent het onder 1. t/m 4. en onder 6. en 7. gestelde.

Hoofdstuk IV Slotbepalingen

  • 11.

    Dit besluit geldt voor onbepaalde tijd;

    •  

  • 12.

    Indien ten gevolge van een wijziging van bovengenoemde en/of in de bijlagen aangeduide wettelijke regelingen de uitvoering van voornoemde taken moet worden veranderd, behoren deze aangepaste werkzaamheden tot de taken van de secretaris/directeur die onder 1. en 2. aan hem zijn opgedragen, voor zover hun strekking en omvang door deze wijziging niet wezenlijk veranderen.

    •  

  • 13.

    Het Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Milieudienst IJmond van 15 oktober 2013 (2013035430) wordt met ingang van inwerkingtreding van dit besluit ingetrokken.

  • 14.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015.

Bijlage I

behorende bij ‘Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond’ van burgemeester en wethouders van Bloemendaal

Tot de besluiten (in de zin van 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht) bedoeld in dit mandaatbesluit, behoren in ieder geval:

1. Het nemen van besluiten aangaande omgevingsvergunningen die uitsluitend zien op activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder e en i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop gebaseerde regelgeving, alsmede het nemen van de besluiten ingevolge de bij of krachtens de Wet milieubeheer en aanverwante regelgeving en de Algemene wet bestuursrecht gestelde regels, te weten:

- Besluiten op aanvragen;

- Besluiten waarin wordt bepaald dat een (omgevings-)vergunning, revisievergunning, ontheffing of aanwijzing moet worden aangevraagd;

- Besluiten inzake het buiten behandeling laten van aanvragen;

- Besluiten inzake de weigering van een omgevingsvergunning, ontheffing of aanwijzing;

- Besluiten inzake het stellen van nadere eisen, maatwerkvoorschriften en gelijkwaardigheidsbesluiten;

- Besluiten inzake het verlenen van een (tijdelijke) (omgevings-)vergunning, ontheffing of aanwijzing;

- Het afgeven van een schriftelijke verklaring of goedkeuring;

- Besluiten inzake de wijziging of intrekking van (omgevings-)vergunningen, ontheffingen of aanwijzingen zowel ambtshalve als op verzoek;

- Besluiten inzake de toepassing van de (uitgebreide) voorbereidingsprocedure voor besluiten inzake aanvragen of ambtshalve te nemen besluiten;

- Besluiten inzake de verlenging van termijnen waarbinnen besluiten op aanvragen of ambtshalve te nemen besluiten worden genomen;

2. Het nemen van besluiten verband houdende met milieu-effectrapportage, als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer, voor zover deze rapportage wordt opgesteld ten behoeve van het nemen van een milieubesluit;

3. Het nemen van besluiten inzake het aanwijzen van ambtenaren belast met vertegenwoordiging in bezwaar- of beroepsprocedures en het leiden of deelnemen aan zittingen waarin gelegenheid wordt geboden mondelinge zienswijzen of bedenkingen in te dienen voor zover deze vertegenwoordiging betrekking heeft op de uitoefening van de onder 1. en 2. van deze bijlage genoemde bevoegdheden.

Bijlage II

behorende bij ‘Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond’ van burgemeester en wethouders van Bloemendaal

Tot de in het mandaat- en machtigingsbesluit bedoelde besluiten (in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht) behoren in ieder geval:

  • 1.

    Besluiten die verband houden met het uitvoeren van controle- en handhavingprogramma’s en meer in het algemeen het houden van toezicht op de naleving van milieuwetgeving.

  • 2.

    waaronder begrepen:

    • a.

      het opleggen van een last onder bestuursdwang overeenkomstig de artikelen 125 van de Gemeentewet, jo de bepalingen van afdeling 5.3.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • b.

      het opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • c.

      het vaststellen van beschikkingen tot invordering van een verbeurde dwangsom overeenkomstig artikel 5:37 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • d.

      het vaststellen van de verplichting tot betaling van een geldsom, in verband met de gemaakte kosten door het daadwerkelijk toepassen van bestuursdwang overeenkomstig artikel 4:86 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • e.

      besluiten op verzoeken tot handhaving;

    • f.

      het invorderen van de onder d. bedoelde geldsommen bij dwangbevel, overeenkomstig artikel 5:10 jo de bepalingen van afdeling 4.4.4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • g.

      het invorderen van onder c. genoemde verbeurde dwangsom bij dwangbevel, overeenkomstig artikel 5:10 jo de bepalingen van afdeling 4.4.4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • h.

      het verlenen van uitstel van betaling op grond van artikel 4:94 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • i.

      het vaststellen van de verschuldigde wettelijke rente overeenkomstig artikel 4:99 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • j.

      het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning voor inrichtingen overeenkomstig artikel 2.33 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

    • k.

      besluiten verband houdende met wijziging, vermindering, intrekking, opheffing, opschorten of uitstel voor een bepaalde termijn e.d. van de onder 1 en 2 bedoelde besluiten, zowel ambtshalve als op aanvraag van derden, zoals bijvoorbeeld ingevolge artikel 5:34 van de Algemene wet bestuursrecht.

      alsook besluiten tot:

      • -

        artikel 1.29 van het Bouwbesluit, het verbinden van nadere voorwaarden aan de uitvoering van de sloopwerkzaamheden;

      • -

        artikel 1.30 van het Bouwbesluit, het wijzigen van aan de sloop verbonden nadere voorwaarden op grond van artikel 1.29 van het Bouwbesluit na het inwinnen van zienswijzen daaromtrent.

    • 3.

      Handhavingbesluiten waarmee zorg wordt gedragen voor de bestuursrechtelijke handhaving van het bepaalde bij of krachtens de Wet bodembescherming, Wet geluidhinder, Waterwet, Wet voorkoming verontreiniging door schepen, Algemene Plaatselijke Verordening, Gemeentewet en Algemene wet bestuursrecht.

    • 4.

      Besluiten inzake de aanwijzing van toezichthoudende ambtenaren op grond van artikel 5.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de aanwijzing van toezichthoudende ambtenaren op grond van artikel 5.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, in samenhang met artikel 18.1a, lid 1, van de Wet milieubeheer en artikel 92, lid 2, van de Woningwet.

    • 5.

      Besluiten inzake het aanwijzen van ambtenaren belast met vertegenwoordiging in bezwaar- of beroepsprocedures ten aanzien van besluiten als bedoeld in deze bijlage en het leiden of deelnemen aan zittingen waarin gelegenheid wordt geboden mondelinge zienswijzen in te dienen omtrent vooraankondigingen.

Bijlage III

behorende bij het ‘Mandaat- en machtigingsbesluit secretaris/directeur Omgevingsdienst IJmond’ van burgemeester en wethouders van Bloemendaal

Tot de in het mandaat- en machtigingsbesluit bedoelde besluiten (in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht) behoren in ieder geval:

  • 1.

    Besluiten die verband houden met de openbaarheid van gegevens ingevolge Hoofdstuk 19 van de Wet milieubeheer en/of de desbetreffende bepalingen van de Wet openbaarheid van bestuur;

  • 2.

    Besluiten die verband houden met maatwerkvoorschriften en meldingen ingevolge o.a. de regels bij of krachtens de Wet milieubeheer, de in artikel 13.1 van deze wet genoemde regelingen, de Wet voorkoming verontreiniging door schepen, de Algemene Plaatselijke Verordening, voor zover deze bepalingen zijn opgesteld uitsluitend in het belang van de bescherming van het milieu, alsmede de Algemene wet bestuursrecht;

  • 3.

    Besluiten op basis van de Wet geluidhinder en Wet milieubeheer voor zover deze betreffen:

    • a.

      Het vaststellen van geluidsreductieplannen op grond van artikel 67 Wet geluidhinder;

    • b.

      Het vaststellen van hogere waarden als bedoeld in artikel 110a van de Wet geluidhinder;

    • c.

      Het vaststellen van geluidsbelastingkaarten en actieplannen als bedoeld in § 11.2.2 en § 11.2.3 van de Wet milieubeheer;

  • 4.

    Besluiten inzake het aanwijzen van ambtenaren belast met vertegenwoordiging in bezwaar- of beroepsprocedures ten aanzien van besluiten als bedoeld in deze bijlage en het leiden van of deelnemen aan zittingen waarin gelegenheid wordt geboden mondeling zienswijzen in te dienen omtrent vooraankondigingen.