Beleidsregel onbelemmerde doorvaart Reeuwijk-Brug

Geldend van 13-06-2013 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel onbelemmerde doorvaart Reeuwijk-Brug

Inleiding

In met name de wijk Oude Tol in Reeuwijk-Brug ervaren sommige bewoners dat de doorvaart naar de Reeuwijkse plassen wordt belemmerd. Dit komt enerzijds door vaartuigen die illegaal ligplaats innemen aan gemeentelijke oevers. Anderzijds wordt de doorvaart belemmerd door de uitbouw van tuinen (onder andere door middel van steigers en verlenging van tuinen) en door het tegenover elkaar afmeren van pleziervaartuigen. Achtereenvolgens wordt ingegaan op de achtergronden van het opstellen van deze beleidsregel. Daarna worden in het plan van aanpak acties benoemd en beschreven om de geconstateerde excessen aan te pakken en waar mogelijk op te lossen.

Nieuwe APV

In de nieuwe Algemene plaatselijke verordening gemeente Bodegraven-Reeuwijk (APV)is er voor gekozen om artikel 5.2.6 van de APV van de oude gemeente Reeuwijk (liggen van vaartuigen hinderlijk voor het verkeer) niet op te nemen. De reden hiervoor was dat dit artikel niet concreet genoeg was en ook niet concreet genoeg kon worden gemaakt. Een handhaafbaar criterium dat voor alle sloten en vaarten (met zowel gemeentelijke als private oevers) toepasbaar is, bleek niet mogelijk. Ter compensatie van het niet opnemen van dit artikel heeft de burgemeester, naar aanleiding van een motie van de ChristenUnie, de raad toegezegd om beleid te ontwikkelen. Het doel van dit beleid is zo veel mogelijk te garanderen dat een onbelemmerde doorvaart kan plaatsvinden.

Uitspraak Rechtbank

Een bewoner woonachtig in de wijk Oude Tol heeft op 12 december 2011 bezwaar gemaakt. Dit bezwaar richtte zich tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de voormalige gemeente Reeuwijk om niet handhavend op te treden tegen de belemmerde doorvaart in enkele sloten die uitmonden in de Reeuwijkse plassen. Het college heeft dit bezwaar ongegrond verklaard. Hiertegen heeft bezwaarmaker beroep ingesteld bij de Rechtbank. De Rechtbank heeft op 10 april 2013 onder andere geoordeeld dat de gemeente een nieuw besluit op het bezwaar moet nemen, met inachtneming van de bepalingen in de nieuwe APV. Daarnaast heeft de Rechtbank geoordeeld dat de gemeente beleid moet ontwikkelen om een onbelemmerde doorvaart te bewerkstelligen.

Plan van aanpak

Verschillende overleggen met de portefeuillehouder en een overleg met het wijkteam Reeuwijk Brug Oost, hebben geresulteerd in een gecombineerd plan van aanpak.

Aanpak van excessen

Tijdens controles ter plaatse door de buitengewoon opsporingsambtenaar (BOA) en door de voormalige afdeling Vergunningverlening, handhavving en toezicht (thans Omgevingsdienst Midden-Holland) zijn de volgende excessen geconstateerd:

  • a.

    vaartuigen die illegaal ligplaats innemen aan gemeentelijke oevers;

  • b.

    tegenover elkaar liggende vaartuigen die door de gezamenlijke breedte de doorvaart belemmeren.

Een mogelijk exces is de aanwezigheid van: 

  • c.

    (illegaal) aangelegde steigers die groter zijn dan 6m2

Per exces zal de aanpak hieronder kort worden beschreven:

  • a.

    aanschrijving op grond van artikel 5:25A van de APV;

  • b.

    aanschrijving op grond van artikel 5:26, eerste lid, van de APV;

  • c.

    aanschrijving op grond van het bestemmingsplan. 

Voordat daadwerkelijk aanschrijving plaatsvindt zoals opgenomen onder a en b, treedt de BOA in overleg met de eigenaren van vaartuigen om tot een minnelijke oplossing te komen. Mocht dit niet het gewenste resultaat hebben, dan zal de aanpak zoals hierboven beschreven worden ingezet. Het optreden tegen excessen kan ad-hoc plaatsvinden. Daarnaast zullen er ook regelmatig controles worden gehouden waarin de excessen worden aangepakt.

Opschoonactie

De actie binnen dit plan van aanpak die het best past bij het exces genoemd onder a is een opschoonactie. In het voorjaar van 2013 is hiermee een begin gemaakt. In sommige situaties is na een gesprek met de BOA het vaartuig verwijderd door de eigenaar zelf. In die gevallen waarin de eigenaar zijn boot niet heeft verwijderd of laten verwijderen of waarin de eigenaar niet bekend was, heeft de BOA de boot laten verwijderen. Deze aanpak blijkt succesvol en het bestendigen hiervan in deze beleidsregel is daarom gewenst. Deze actie wordt voor de start van het vaarseizoen (april) uitgevoerd en nogmaals halverwege het vaarseizoen (juli / augustus).

Vaarroute controle

Het exces genoemd onder b is gebaat bij een vaarcontrole uitgevoerd door de BOA. Recent heeft een eerste vaarcontrole plaatsgevonden. Bij deze controle wordt gebruik gemaakt van de handhavingsboot. Tijdens deze controle spreekt de BOA eigenaren van boten, die dusdanig afgemeerd liggen (veelal tegenover elkaar) dat er te weinig manoeuvreerruimte overbleef, aan en verzoekt de eigenaren, hun boten anders af te meren. Daarnaast spreekt de BOA de eigenaren aan op hun eigen verantwoordelijkheid om elkaar de ruimte te geven. In eerste instantie worden geen aanschrijvingen gestuurd, omdat wordt geprobeerd in minnelijk overleg tot een oplossing te komen. In het geval minnelijk overleg geen resultaat heeft, wordt de weg van de aanschrijving bewandeld. Het is echter de basis om uiteindelijk een aanschrijving op grond van artikel 5:26, eerste lid, van de APV te doen uitgaan. Het bestendigen van genoemde aanpak in deze beleidsregel is daarom gewenst. Deze actie wordt vanaf de start van het vaarseizoen (30 april) tot het einde van het vaarseizoen (30 september) één keer per maand uitgevoerd.

Brief "Geef elkaar de ruimte"

Naast het aanpakken van excessen zal er ook een brief naar de omwonenden in het betreffende gebied worden verzonden. In deze brief worden de omwonenden verzocht om begrip te hebben voor de problemen over de belemmerde doorvaart naar de Reeuwijkse plassen. Het is belangrijk om in deze brief de omwonenden te wijzen op hun eigen verantwoordelijk. De slogan van de brief wordt ‘Geef elkaar de ruimte’. Indien nodig kan een dergelijke brief in gewijzigde vorm jaarlijks worden herhaald.

Ruimtelijke ordeningsaspecten

Voor zover het ruimtelijke ordening betreft wordt gewerkt met en binnen de kaders van landelijke en lokale wet- en regelgeving. Het betreft hier onder andere de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Woningwet, de Wet ruimtelijke ordening en lokaal geldende bestemmingsplannen, alsmede lokaal beleid (bijvoorbeeld beleidsregels over planologische kruimelgevallen).

Slotbepalingen

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel onbelemmerde doorvaart Reeuwijk-Brug.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking de dag na  bekendmaking.

Bodegraven, 28 mei 2013.

Burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk,

de secretaris,

H. Romeijn Msc

de burgemeester,

mr. C. van der Kamp