Regeling vervallen per 10-10-2010

EILANDSVERORDENING van de 29ste September 1953 houdende bepalingen ter bestrijding van de overlast van honden, katten en ezels

Geldend van 01-05-1961 t/m 09-10-2010 met terugwerkende kracht vanaf 01-05-1961

Intitulé

EILANDSVERORDENING van de 29ste September 1953 houdende bepalingen ter bestrijding van de overlast van honden, katten en ezels

Artikel 1.

  • 1. Houders van honden, katten of ezels zijn verplicht te zorgen, dat deze honden, katten of ezels tussen negen uur des avonds en zes uur des morgens geen overlast of hinder aan de omgeving veroorzaken door aanhoudend blaffen, huilen, janken, jammeren, balken of het maken van enig ander hinderlijk geluid.

  • 2. Honden, die binnen de in het eerste lid genoemde tijd op de in artikel 2 genoemde plaatsen, bedoelde overlast of hinder veroorzaken, kunnen door de politie worden afgemaakt.

Artikel 2.

Honden, die op de openbare weg, op een voor een ieder toegankelijk particulier terrein of op een daartoe door de rechthebbende voor de politie toegankelijk gesteld erf worden aangetroffen en niet voorzien zijn van een geldig belastingkenteken, kunnen door of vanwege de politie worden afgemaakt.

Artikel 3.

  • 1. Honden en katten die zich tussen negen uur des avonds en zes uur des morgens zonder toezicht op de in artikel 2 genoemde plaatsen bevinden, kunnen door of vanwege de politie onmiddellijk worden afgemaakt.

  • 2. Ezels, die zich zonder toezicht op de in artikel 2 genoemde plaatsen bevinden, kunnen door of vanwege de politie onmiddellijk worden afgemaakt.

Artikel 4.

Honden, katten of ezels, die op erven of plantages buiten Kralendijk en Rincon zonder toezicht worden aangetroffen, kunnen door of vanwege de gebruikers dier erven of plantages straffeloos worden afgemaakt.

Artikel 5.

Het is de houders van honden, katten of ezels verboden deze zonder toezicht te laten lopen op de in artikel 2 genoemde plaatsen.

Artikel 6.

  • 1. Houders van door het Plaatselijk Hoofd van Politie als gevaarlijk aangewezen honden zijn verplicht te zorgen, dat die dieren op de in artikel 2 vermelde plaatsen aan een leiband vastgehouden zijn of voorzien zijn van een muilkorf of muilband, volgens het model door het Plaatselijk Hoofd van Politie vastgesteld.

  • 2. Indien de als gevaarlijk aangewezen honden op de in het eerste lid bedoelde plaatsen worden aangetroffen in strijd met het bepaalde in het eerste lid van dit artikel, kunnen zij door de Politie onmiddellijk worden afgemaakt.

Artikel 7

Het Plaatselijk Hoofd van Politie geeft zodanige richtlijnen voor het door de politie afmaken van honden, katten of ezels, dat dit zo pijnloos en onopvallend als mogelijk geschiedt en dat gedode honden, katten of ezels ten spoedigste worden weggehaald.

Artikel 8.

  • 1. Overtreding van enige bepaling van deze eilandsverordening wordt gestraft met geldboete van ten hoogste honderd gulden.

  • 2. De bij deze eilandsverordening strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als overtredingen.

Artikel 9.

  • 1. Deze eilandsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging.

  • 2. Op hetzelfde tijdstip vervalt de "Honden-verordening 1947" (P.B. 1948 No. 8), voor zover betreft het Eilandgebied Bonaire.