Regeling vervallen per 01-01-2015

Bezoldigingsregeling gemeente Bunschoten

Geldend van 15-09-2011 t/m 18-07-2012

I Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a

    arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten:

  • de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) en uitwerkingsovereenkomst (UWO)

  • b

    ambtenaar:

  • 1.

    de ambtenaar in de zin van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten

  • 2.

    de werknemer als bedoeld in artikel 2:5 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • c

    bezoldiging;

  • de bezoldiging als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder c, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • d

    salaris:

  • het salaris, als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • e

    uurloon:

  • het uurloon als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder o, van de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Bunschoten;

  • f

    schaal:

  • de schaal als bedoeld in artikel 3:1, tweede lid onder a, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten, opgenomen in bijlage IIa van die regeling;

  • g

    salarisnummer:

  • een aanduiding, bestaande uit een getal, dat in een salarisschaal voor een salaris is vermeld;

  • h

    maximumsalaris:

  • het hoogste bedrag van een salarisschaal;

  • i

    betrekking:

  • de betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • j

    volledige betrekking:

  • de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder k, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • k

    overwerk:

  • het overwerk als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid onder l, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten;

  • l

    conversie:

  • de vertaling van de gevonden rangorde naar salarisschalen;

  • m

    functie:

  • het samenstel van werkzaamheden dat blijkens een functiebeschrijving door de ambtenaar in opdracht wordt verricht;

  • n

    functiewaardering:

  • het op systematische wijze in rangorde plaatsen van functies, met als criterium de relatieve zwaarte van het werk, volgens het systeem van functiewaardering als bedoeld in de regeling functiewaardering van de gemeente Bunschoten;

  • o

    aanloopschaal:

  • de schaal die wordt toegekend indien de ambtenaar de functie nog niet volledig beheerst, dan wel nog niet voldoet aan de eisen, die aan de functievervulling worden gesteld;

  • p

    functieschaal:

  • de schaal die wordt toegekend indien de ambtenaar geheel voldoet aan de eisen, die aan de functievervulling worden gesteld, er sprake is van voldoende functioneren en volledige functievervulling;

  • q

    passende arbeid:

  • alle arbeid die voor de krachten en bekwaamheden van de ambtenaar is berekend, tenzij aanvaarding om redenen van lichamelijke, geestelijke of sociale aard niet van hem kan worden gevergd.

II Salaris

Artikel 2 Recht op salaris

  • 1.

    Het recht op salaris vangt aan met de dag waarop de aanstelling van de ambtenaar ingaat.

  • Indien in het aanstellingsbesluit geen datum van ingang is vermeld, vangt het recht op salaris aan met de dag waarop de ambtenaar feitelijk in dienst is getreden.

  • 2.

    Het recht op salaris eindigt, in geval van ontslag, met ingang van de dag waarop het ontslag ingaat.

Artikel 3 Gebroken tijdvakken

  • 1.

    Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.

  • 2.

    Van het bepaalde in het vorige lid kan door burgemeester en wethouders worden afgeweken ingeval daartoe naar hun oordeel op grond van bijzondere omstandigheden aanleiding bestaat.

  • 3.

    Het salaris van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.

Artikel 4 Salarisbedragen

De salarissen van de ambtenaren wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, worden vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen zoals opgenomen in bijlage IIa van de Arbeidsvoorwaarden-regeling gemeente Bunschoten.

Artikel 5

  • 1.

    De toepassing van bijlage IIa van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten vindt plaats conform hetgeen is bepaald in artikel 3:1, derde t/m vijfde lid, van Arbeidsvoorwaarden-regeling van de gemeente Bunschoten

  • 2.

    Burgemeester en wethouders bepalen met inachtneming van de resultaten van een functiewaarderingsonderzoek en aan de hand van de vastgestelde conversie de voor de ambtenaar geldende functieschaal.

  • 3.

    Als functieschaal voor de secretaris/directeur geldt de schaal die direct ligt onder de functieschaal van de burgemeester.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot de uitvoering van een functiewaarderingsonderzoek en de daarbij te hanteren methode.

  • 5.

    Anders dan bij het aanvaarden van passende arbeid, dan wel bij wijze van disciplinaire straf, als bedoelt in de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten of bij aanpassing van de arbeidsduur, kan zonder voorafgaand ontslag voor een ambtenaar geen salarisschaal gaan gelden met een lager maximumsalaris dan dat van de reeds voor hem geldende salarisschaal.

  • 6.

    De bezoldiging van de ambtenaar kan ter uitvoering van artikel 4a:3 van de arbeidsvoorwaarden-regeling gemeente Bunschoten tijdelijk worden verlaagd.

Artikel 6 Aanloopschaal

  • 1.

    Een aanstelling vindt in de regel plaats in de aanloopschaal in verband met een noodzakelijke inwerkperiode of het nog niet voldoen aan de gestelde functie-eisen;

  • 2.

    Een aanloopschaal ligt maximaal twee niveaus lager dan het functieniveau en toekenning vindt in de regel plaats voor maximaal twee jaar per aanloopschaal;

  • Voor ambtenaren tot en met functieschaal 4 geldt alleen de naast lagere schaal als aanloopschaal;

  • 3.

    In de regel zal bij aanstelling van een ambtenaar geen hoger salaris worden toegekend dan het salaris van een ambtenaar met een overeenkomstige functiezwaarte, die eerder in dienst is getreden;

  • 4.

    Bij de aanstelling kennen burgemeester en wethouders de ambtenaar het salaris toe dat in de voor hem geldende salarisschaal is vermeld achter salarisnummer 0;

  • 5.

    Van het bepaalde in het vorige lid kan worden afgeweken door het toekennen van een hoger salaris, indien daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders aanleiding bestaat;

  • 6.

    In bepaalde gevallen kan bij een aanstelling een salaris worden toegekend volgens het functieniveau. Hierbij moet vaststaan dat de te benoemen ambtenaar in een soortgelijke functie voldoende ervaring heeft opgedaan om op korte termijn de functie normaal op goede wijze te kunnen vervullen.

Artikel 7 Periodieke verhoging van het salaris

  • 1.

    Het salaris van de ambtenaar die voldoende functioneert, wordt binnen de voor hem geldende salarisschaal periodiek verhoogd tot het naast hogere bedrag.

  • 2.

    De periodieke verhogingen worden toegekend aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, voor de eerste maal met ingang van de eerste dag van de maand waarin zijn aanstelling een jaar is verstreken en nadien telkens na een jaar.

  • 3.

    Het tijdstip waarop ingevolge het vorige lid voor de eerste maal een periodieke verhoging wordt toegekend, kan worden vervroegd indien daartoe naar het oordeel van burgemeester en wethouders aanleiding bestaat.

  • 4.

    De tijd gedurende welke de ambtenaar, ingevolge wettelijke verplichting als bedoeld in hoofdstuk 3 van de arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten, geacht wordt in zijn betrekking met verlof te zijn, wordt voor de toekenning van het salaris als diensttijd in aanmerking genomen.

Artikel 8 Bevordering naar de functieschaal

  • 1.

    Bevordering naar de functieschaal vindt plaats als de ambtenaar de functie volledig vervult en voldoet aan de eisen, die aan de functievervulling worden gesteld;

  • 2.

    Met inachtneming van het bepaalde in artikel 6 vindt bevordering naar de functieschaal uiterlijk plaats na vier jaar, tenzij de wijze van functionering zich daartegen verzet.

Artikel 9 Extra periodieke verhoging van het salaris

  • 1.

    Aan de ambtenaar die het maximumsalaris van de voor hem geldende salarisschaal nog niet heeft bereikt, kan een extra periodieke salarisverhoging tot een in de salarisschaal genoemd bedrag, niet uitgaande boven het maximumsalaris, worden toegekend op grond van:

    • a.

      buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver;

    • b.

      andere door burgemeester en wethouders van voldoende belang geachte werkzaamheden.

  • 2.

    Bij de toepassing van het vorige lid blijft het tijdstip waarop ingevolge artikel 7 een salarisverhoging wordt toegekend onverlet, tenzij anders wordt bepaald.

Artikel 10 Geen periodieke verhoging

  • 1.

    Bij onvoldoende bekwaamheid, geschiktheid of ijver van de ambtenaar kunnen burgemeester en wethouders bepalen dat ten aanzien van hem salarisverhogingen als bedoeld in artikel 7 achterwege worden gelaten;

  • 2.

    Zolang ten aanzien van de ambtenaar het vorige lid toepassing vindt wordt jaarlijks opnieuw bezien in hoeverre er aanleiding bestaat deze toepassing te handhaven.

  • 3.

    Nadien kan worden bepaald dat de salarisverhoging, welke met toepassing van het eerste lid achterwege is gelaten, al dan niet met terugwerkende kracht alsnog wordt toegekend.

  • 4.

    Van een beslissing tot toepassing van het eerste lid wordt de ambtenaar zo spoedig mogelijk, doch in elk geval voor de datum waarop anders de salarisverhoging zou ingaan, schriftelijk mededeling gedaan, onder vermelding van de redenen welke tot de beslissing hebben geleid.

  • 5.

    Een verhindering wegens ziekte, zoals bedoeld in hoofdstuk 7 van de CAR/UWO, kan bij een ziekteperiode van langer dan 1 jaar, van invloed zijn op het tijdstip van toekenning van periodieke salarisverhogingen. Afhankelijk van de situatie wordt een persoonlijke beoordeling gemaakt, waarbij de mate van medewerking bij het reïntegratietraject medebepalend is.

Artikel 11 Salaris bij bevordering naar hogere schaal

Wanneer de ambtenaar wordt bevorderd naar een salarisschaal met een hoger maximumsalaris, wordt voor de ambtenaar, als bedoeld in artikel 3:1, derde lid onder b, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten, het salaris in de nieuwe schaal vastgesteld op het eersthogere bedrag in die schaal, waarmee gerealiseerd wordt dat het verschil tussen het nieuwe salaris en het oude salaris van de ambtenaar tenminste 75% bedraagt van het verschil tussen het bedrag dat de ambtenaar laatstelijk genoot en het naasthogere bedrag in die oude schaal, dan wel het naastlagere bedrag in die oude schaal, indien het salaris in de oude schaal reeds overeenkwam met het hoogste bedrag uit die schaal.

III Instrumenten van flexibele beloning

Artikel 12 Functioneringstoelage na bereiken maximum functionele schaal

  • 1.

    Aan de ambtenaar die het maximum van de voor hem geldende functieschaal heeft bereikt kan door burgemeester en wethouders, wanneer daartoe naar hun oordeel op grond van buitengewone bekwaamheid, geschiktheid en ijver aanleiding bestaat, worden toegekend:

  • een functioneringstoelage. Deze toelage bedraagt maximaal het verschil tussen de functieschaal en de naasthogere schaal.

  • Bij structureel onvoldoende functioneren wordt de toelage per jaar maximaal verminderd met één regel volgens de salarisreeks behorende bij artikel 3:1, lid 3 van de CAR.

  • 2.

    Voorwaarde voor het verkrijgen van deze toelage zijn:

    • a.

      Minimaal vier jaar bezoldigd worden op het maximum van de functieschaal;

    • b.

      Een personeelsbeoordeling die bestaat uit uitsluitend scores D en E op alle onderdelen;

    • c.

      Voor functies met functieniveau 4 dient een personeelsbeoordeling te zijn vastgesteld met een score C op alle onderdelen.

Artikel 13 Bijzondere beloning

Wanneer een medewerker een uitstekende prestatie levert kan een manager aan een ambtenaar of een groep ambtenaren een bijzondere beloning toekennen in verband met bepaalde verrichtingen en prestaties, zoals bijvoorbeeld een dinner for two-bon; boekenbon, theaterbon, een vvv-bon, bijwonen seminars, opleiding, groepsactiviteiten. De waarde van deze bonnen bedraagt maximaal € 75,00. Het besluit wordt ter kennisname aan de directeur gestuurd.

Artikel 14 Arbeidsmarkttoelage

  • 1.

    Aan de ambtenaar kan om redenen van werving of behoud een toelage worden toegekend.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde toelage wordt toegekend aan het einde van een tijdvak dat tevoren is vastgesteld door burgemeester en wethouders, die aan het toekennen nadere voorwaarden kunnen verbinden. In bepaalde gevallen kan worden overgegaan tot een tijdelijke toelage per maand over een afgesproken tijdvak.

  • 3.

    De toelage als bedoeld in het eerste lid eindigt op de ingevolge het tweede lid vastgestelde vervaldatum. Wanneer de arbeidsmarktsituatie waarop de toelage is gebaseerd nog steeds bestaat, kan opnieuw een toelage als bedoeld in het eerste lid aan de ambtenaar worden toegekend.

  • 4.

    Aan de ambtenaar die niet heeft kunnen voldoen aan de in het tweede lid bedoelde voorwaarden, door een naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet aan hemzelf te wijten oorzaak, kan de uitkering gedeeltelijk worden toegekend.

Artikel 15 Gratificatie

In een aantal bijzondere gevallen kan er een gratificatie worden toegekend. Dit kan als:

  • Er sprake is van een incidentele gebeurtenis die om een gratificatie vraagt;

  • Het gaat om een bovenmatige, extra inspanning. Dus meer dan normaal gesproken van de medewerker verwacht mag worden;

  • Een bovenmatige, extra inspanning kan zich voordoen:

    • o

      In een werksituatie, waarbij de medewerker voor langere tijd voor collega’s waarneemt zonder dat daar een andere beloning tegenover staat;

    • o

      In een werksituatie, waarbij de medewerker extra taken op zich neemt zonder dat daar een andere beloning tegenover staat;

    • o

      Als gevolg van een onverwachte, uitzonderlijke of ernstige situatie met grote gevolgen voor personen of de organisatie, waarin de medewerker doortastend en adequaat optreedt;

    • o

      Wegens een bijzondere bijdrage aan een langdurig afdelingsoverstijgend project.

  • De hoogte van deze gratificatie bedraagt € 350,00 of € 700,00 netto.

IV Overige toelagen en vergoedingen

Artikel 16 Waarnemingstoelage

Een waarnemingstoelage wordt toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:1:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten.

Artikel 17 Overwerkvergoeding

Aan de ambtenaar wordt ingeval van overwerk een overwerkvergoeding toegekend conform hetgeen is geregeld in artikel 3:2 en artikel 3:2:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten.

Artikel 18 Toelage onregelmatige dienst

  • 1.

    Aan de ambtenaar voor wie een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris dan dat van schaal 11 en voor wie de werktijden zijn vastgesteld conform in artikel 3:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten wordt een toelage toegekend op grond van artikel 3:3 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten

  • 2.

    De toelage als bedoeld in het eerste lid bedraagt per gewerkt uur een percentage van het voor de ambtenaar geldende salaris per uur en wel:

    • a.

      20 % voor de uren op maandag tot en met vrijdag tussen 6.00 en 8.00 uur en tussen 18.00 en 22.00 uur;

    • b.

      40 % voor de uren op maandag tot en met zaterdag tussen 0.00 en 6.00 uur en tussen 22.00 en 24.00 uur;

    • c.

      45% voor de uren op zaterdag tussen 6.00 en 22.00 uur;

    • d.

      70 % voor de uren op zondag

    • e.

      100 % voor de uren op de feestdagen genoemd in artikel 4:2:1, derde lid van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten met dien verstande dat genoemde percentages worden berekend over ten hoogste het salaris per uur, dat is afgeleid van het salaris horende bij schaal 7 van tabel IIa

  • 3.

    Voor de in het vorige lid onder a genoemde morgen en avonduren wordt de toelage slechts toegekend, indien de arbeid is aangevangen vóór 7 uur, respectievelijk is beëindigd na 18 uur.

  • 4.

    In bijzondere gevallen kan een regeling worden getroffen die het bepaalde in de vorige leden aanvult of daarvan afwijkt.

  • 5.

    Voor het bepaalde in hoofdstuk 7 van de CAR/UWO worden de vergoeding, bedoeld in artikel 3:3, de overgangstoelage onregelmatige dienst, alsmede de prestatiebeloning slechts geacht te behoren tot de bezoldiging tot een bedrag dat overeenkomt met hetgeen in de drie kalendermaanden of in de dertien kalenderweken, voorafgaande aan de datum waarop de verhindering tot het vervullen van de betrekking is ontstaan, gemiddeld per maand of per week is toegekend aan die vergoeding of beloning, al naar gelang de bezoldiging van de ambtenaar per maand op per week wordt uitbetaald.

Voor zover de ambtenaar op hierboven bedoelde datum minder dan drie kalendermaanden of dertien kalenderweken zijn betrekking heeft vervuld, wordt gerekend met het bedrag dat hem gemiddeld per maand of per week is toegekend over het tijdvak waarin hij voor het ontstaan van de verhindering in dienst is geweest.

Artikel 19 Afbouwtoelage

  • 1.

    Aan de ambtenaar wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage, als bedoeld in artikel 18, een blijvende verlaging ondergaat, wordt door burgemeester en wethouders een aflopende toelage toegekend, indien:

    • a.

      die blijvende verlaging ten minste 3% bedraagt van de som van het salaris en de toelage, als bedoeld in artikel 15, en

    • b.

      de ambtenaar de toelage – als bedoeld in artikel 18 – direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan, gedurende ten minste twee jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt aan de ambtenaar van 60 jaar of ouder wiens bezoldiging als gevolg van het buiten zijn toedoen beëindigen of verminderen van een toelage – als bedoeld in artikel 18 – een blijvende verlaging ondergaat, een blijvende toelage toegekend, indien de ambtenaar de toelage – als bedoeld in artikel 18 – direct voorafgaande aan het tijdstip van vorenbedoelde beëindiging of vermindering ervan gedurende ten minste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking heeft genoten.

  • 3.

    De in het eerste lid bedoelde aflopende toelage gaat, wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt en hij onmiddellijk voor de aanvang van die toelage gedurende tenminste 10 jaren zonder wezenlijke onderbreking een toelage – als bedoeld in artikel 18 – heeft genoten, over in een blijvende toelage als bedoeld in het vorige lid.

  • 4.

    Voor de toepassing van de voorgaande leden wordt onder wezenlijke onderbreking verstaan een onderbreking van langer dan twee maanden.

  • 6.

    Burgemeester en wethouders stellen voor de uitvoering van dit artikel nadere regels vast.

Artikel 20 Toelage bereikbaarheids en beschikbaarheidsdienst

  • 1.

    Aan de ambtenaar voor wie een salarisschaal geldt met een lager maximumsalaris dan dat van schaal 11 en die buiten de werktijdenregeling (buiten de uren tussen en 8 en 18 uur op maandag tot en met vrijdag) als bedoeld in artikel 4:1 en 4:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling van de gemeente Bunschoten ingevolge een schriftelijke aanwijzing van burgemeester en wethouders zich regelmatig of vrij regelmatig bereikbaar en beschikbaar moet houden teneinde bij oproep arbeid te gaan verrichten, wordt een toelage toegekend.

  • 2.

    De toelage bedraagt per uur van bereikbaarheid en beschikbaarheid een percentage van het salaris per uur, dat is afgeleid van salaris behorende bij het maximumsalaris van schaal 7 en wel:

    • a.

      5% voor de uren op maandag tot en met vrijdag;

    • b.

      10% voor de uren op zaterdag, zondag en op de feestdagen genoemd in artikel 4:2:1, derde lid, van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Bunschoten

  • 3.

    De op basis van het tweede lid berekende toelage wordt verhoogd met 100 % over de uren waarop aan de opgedragen bereikbaarheid en beschikbaarheid een extra plaatsgebondenheid op of rond de plaats van tewerkstelling is verbonden.

  • 4.

    In bijzondere gevallen kan een regeling worden getroffen die het bepaalde in dit artikel aanvult of daarvan afwijkt.

Artikel 21 Regeling mobiele telefoon

  • 1.

    Aan de ambtenaar die, op advies van de afdelingsmanager en met toestemming van de directeur, voor het werk gebruik maakt van een mobiele telefoon, wordt een vergoeding toegekend voor mobiele telefonie of wordt een telefoon van de gemeente verstrekt.

  • 2.

    Deze vergoeding bedraagt € 17,50 bruto per maand voor de ambtenaar die zelf verantwoordelijk is voor zijn/haar eigen mobiele telefoon.

  • 3.

    Medewerkers die maandelijks ver boven hun abonnementskosten uitkomen door het bellen van zakelijke nummers mogen deze kosten declareren.

  • 4.

    Voor de medewerker die een telefoon ontvangt van de gemeente geldt dat deze voor € 7,50 mag bellen. Wanneer de gemaakte kosten niet zakelijk zijn betaalt de medewerker het bedrag boven de € 7,50.

Artikel 22 Regeling bedrijfsfitness

  • 1.

    Via de gemeente kunnen medewerkers via de gemeente 1x in de week sporten tijdens de openingstijden van Rebel Sport of tijdens de groepsles op maandag van 16.45 uur tot 17.45 uur.

  • 2.

    Medewerkers betalen maandelijks via het salaris € 15,00 netto per maand voor fitness. Als aan het eind van het jaar 75% van de lessen is bijgewoond krijgt de medewerker deze inhouding terug.

  • 3.

    Als medewerkers, naast het bedrijfsfitness, extra in de week willen sporten, krijgen zij 50% korting op de contributie van Rebel Sport.

Artikel 23 Bijwonen raadsvergaderingen en commissies

De ambtenaar aan wie het bijwonen c.q. notuleren van de raadsvergadering dan wel de vergadering van een raadscommissie, hoorzitting en daarmee vergelijk te stellen vergadering buiten de normale werktijden wordt opgedragen, ontvangt per vergaderuur het salaris per uur als omschreven in artikel 1, onder d. van deze regeling vermeerderd met de percentages als bedoeld in artikel 3:2:1, lid van de arbeidsvoor-waardenregeling gemeente Bunschoten.

Artikel 24 EHBO en bedrijfshulpverlening

  • 1.

    Indien de hulpverlener heeft voldaan aan de voor hem geldende criteria neergelegd in artikel 3 van de regeling hulpverlening gemeente Bunschoten ontvangt hij een toelage. De toelage bestaat voor:

    • a.

      de eerste hulpverlener met de aantekening reanimatie uit een bruto bedrag van € 23,41 bruto per maand (salarispeil 1 januari 2011);

    • b.

      de bedrijfshulpverlener en de coördinator bedrijfshulpverlening uit een bruto bedrag van € 30,36 (salarispeil 1 januari 2011).

  • 2.

    De toelagen in lid 1 worden maandelijks uitbetaald;

  • 3.

    De toelagen worden, wanneer de salarissen van de ambtenaren worden verhoogd, met hetzelfde percentage verhoogd.

  • 4.

    de coördinator bedrijfshulpverlening doet aan het bevoegde gezag voordrachten van de hierboven genoemde toelagen.

  • 5.

    Voor medewerkers die al een toelage ontvangen is artikel 3 niet van toepassing.

Artikel 25 Stagiaires

  • 1.

    Wanneer een stageperiode 11 weken of langer duurt ontvangt een scholier van een MBO-opleiding een vergoeding van 1/5 deel van schaal 6, salarisnummer 0 (tabel IIa);

  • 2.

    Wanneer een stageperiode 11 weken of langer duurt ontvangt een scholier van een HBO/WO-opleiding een vergoeding van 1/5 deel van schaal 8, salarisnummer 0 (tabel IIa);

  • 3.

    Wanneer een projectopdracht 396 uur of meer bedraagt ontvangt de scholier van een HBO-/WO opleiding het bedrag als genoemd in lid 2;

  • 4.

    De stagevergoeding als bedoeld in lid 1, 2 en 3 wordt bruto uitbetaald.

Artikel 26 Vakantiekrachten

  • 1.

    Vakantiekrachten in de leeftijd tot 23 jaar ontvangen een vergoeding van de een na hoogste trede van het minimumloon;

  • 2.

    Vakantiekrachten van 23 jaar en ouder ontvangen een vergoeding conform de tabel van het minimumloon;

  • 3.

    Vakantiekrachten worden ingeleend via het uitzendbureau.

V Overige bepalingen

Artikel 27 Onvoorziene gevallen

Voor gevallen waarin deze regeling niet of niet naar billijkheid voorziet, treffen burgemeester en wethouders een bijzondere regeling.

Artikel 28 Genietingsmoment

In het kader van de wet Walvis wordt het genietingsmoment als volgt bepaald:

  • Definitieve wijzigingen van het salaris gaan in in de maand volgend op het besluit.

  • De ingangsdatum en de muteerdatum worden in de brief vermeld;

  • Declaraties worden bij ontvangst door de salarisadministratie gestempeld.

  • Declaraties worden uiterlijk binnen een maand na ontvangst door de salarisadministratie verwerkt.

  • De periode van declaraties mag maximaal drie maanden bedragen.

  • Aanvullende beloningsinstrumenten zoals genoemd in artikel 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 21 worden uitbetaald in de maand volgend op de maand waarin de uren zijn gemaakt of het besluit om een vergoeding toe te kennen is genomen.

Artikel 29 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze regeling kan worden aangehaald als de ‘Bezoldigingsregeling gemeente Bunschoten’.

  • 2.

    De ‘Bezoldigingsregeling 2004’, zoals vastgesteld op 1 augustus 2004 en zoals sindsdien gewijzigd, wordt ingetrokken.

Ondertekening

Bunschoten, 30 augustus 2011

Burgemeester en wethouders

J.P. van Velden M. van de Groep

secretaris burgemeester