Regeling vervallen per 01-01-2020

Besluit eed en belofte gemeente Bunschoten

Geldend van 15-09-2011 t/m 31-12-2019

Intitulé

Besluit eed en belofte gemeente Bunschoten

 Burgemeester en wethouders van Bunschoten;

gelezen het voorstel van de stafafdeling BMO;

gehoord het Georganiseerd Overleg;

gelet op artikel 1:4:1 van de Uitwerkingsovereenkomst;

gelet op artikel 15:1:a CAR/UWO en 99a van het Ambtenarenreglement;

besluiten:

Artikel 1.

In deze regeling wordt verstaan onder eed of belofte: de eed of de belofte, bedoeld in artikel 99a van het Ambtenarenreglement.

Artikel 2.

Het mondeling afleggen van de ambtseed of de belofte wordt verplicht gesteld voor degene die wordt aangesteld als ambtenaar in de zin van het ambtenarenreglement.

Hiervan worden uitgezonderd functionarissen, voor wie de beëdiging elders is geregeld.

Artikel 3.

De te beëdigen persoon is vrij in zijn keuze tussen eed en belofte.

Tevoren wordt hem naar zijn keuze gevraagd.

Artikel 4.

Tenzij bijzondere omstandigheden dat verhinderen, legt de ambtenaar de eed of belofte af binnen vier maanden na de datum van ingang van de aanstelling. De ambtenaar ontvangt daartoe een oproep.

Artikel 5.

De eed of de belofte wordt afgelegd ten overstaan van de burgemeester van de gemeente Bunschoten, tenzij op basis van een hogere regeling anders is bepaald. De eed of de belofte wordt afgelegd in overeenstemming met de Wet vorm van de eed.

Artikel 6.

  • 1.

    Het afleggen van de eed of belofte gebeurt als volgt:

    • a.

      Alvorens de eed of de belofte wordt afgelegd, wordt de tekst van de eed of de belofte door de burgemeester duidelijk voorgelezen.

    • b.

      degene, die de eed aflegt, moet vervolgens de twee voorste vingers van zijn rechterhand aaneengesloten opsteken en daarbij de woorden uitspreken: “Zo waarlijk helpe mij God almachtig”;

    • c.

      degene, die de belofte aflegt, spreekt de woorden: “Dat beloof ik”.

  • x

    Het afleggen en afnemen van de eed (belofte) moet staande plaatsvinden.

  • 2.

    De eed of belofte kan op een andere wijze plaatsvinden indien betrokkene dat op grond van zijn godsdienstige gezindheid meent te moeten doen.

Artikel 7.

De tekst van de eed of belofte luidt als volgt:

Ik beloof als ambtenaar plechtig het volgende:

  • 1.

    Ik zal trouw zijn aan de grondwet en de overige wetten en regelgeving van rijk, provincie en gemeente.

  • 2.

    Ik zal mij inzetten voor het welzijn en de rechten van alle burgers van Bunschoten.

  • 3.

    Ik zal onpartijdig handelen en de democratische beginselen en procedures respecteren.

  • 4.

    Ik ben loyaal ten opzichte van de bestuurders van Bunschoten en het door hen vastgesteld beleid.

  • 5.

    Ik zal van de mijn positie als ambtenaar geen misbruik maken.

  • 6.

    Ik zal zorgvuldig omgaan met informatie.

  • 7.

    Ik zal de geloofwaardigheid van het ambt niet schaden.

  • 8.

    Ik zal het vertrouwen, dat de burger in mij mag stellen, niet beschamen.

  • 9.

    Ik zal handelen conform het integriteitbeleid en de gedragscode van de gemeente Bunschoten.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig

Of

Dat beloof ik.

Artikel 8.

  • 1.

    Ten bewijze van het afleggen van de eed of de belofte ontvangt de ambtenaar een integriteitverklaring.

  • 2.

    De verklaring wordt ondertekend door de burgemeester en degene die de eed/belofte heeft afgelegd.

  • 3.

    Een kopie van de integriteitverklaring wordt bewaard in het personeelsdossier van de ambtenaar.

Artikel 9.

1. Dit besluit wordt aangehaald als Besluit eed en belofte gemeente Bunschoten.

Datum vaststelling: 30 augustus 2011

Ondertekening

J.P. van Velden M. van de Groep
secretaris / directeur burgemeester

REGELING AMBTSEED/BELOFTE GEMEENTE BUNSCHOTEN

1. Een integere overheid

Bestuurders en ambtenaren maken deel uit van het openbaar bestuur en dienen dus het algemeen belang. Een integere overheid is noodzakelijk voor het goed functioneren van het openbaar bestuur.

De burger moet erop kunnen vertrouwen dat de overheid betrouwbaar en zorgvuldig is.

Die bijzondere positie maakt dat aan de integriteit van ambtenaren hoge eisen mogen worden gesteld en dat iedere ambtenaar zich daarvan ook bewust moet zijn.

2. Waarom een ambtseed?

Binnen de gemeente Bunschoten wordt al langere tijd geen eed of belofte meer afgelegd. Nu de ambtseed of belofte opnieuw ingevoerd wordt als instrument om integriteitbeleid te ondersteunen wordt ervoor gekozen de eedaflegging organisatiebreed toe te passen.

Dit houdt in dat niet alleen aan nieuw personeel, maar ook van personeel dat al in dienst is, gevraagd wordt de eed of belofte af te leggen en zo:

  • -

    stil te staan bij de eisen van goed en integer ambtenaarschap, en

  • -

    te beloven zich als goed ambtenaar te gedragen.

Nieuwe medewerkers

Het afleggen van de eed voor elke nieuwe ambtenaar is een moment om nadrukkelijk stil te staan bij de integriteitaspecten die verbonden zijn aan zijn of haar functie bij de gemeente. Het is bedoeld om ambtenaren bewust te maken van hun verantwoordelijkheid als gemeenteambtenaar.

Zittende medewerkers

Medewerkers die al in dienst zijn worden in de gelegenheid gesteld de eed of belofte af te leggen en een integriteitverklaring te ondertekenen. Voor deze groep is dit niet verplicht.

Het is de bedoeling om door middel van discussies over dilemma’s medewerkers zelf te motiveren over integriteitkwesties na te denken en hun integriteitbewustzijn te vergroten.

3. De ambtseed/belofte

De eed of belofte is een formele daad waarbij de ambtenaar uitdrukkelijk verklaard zich als een goed ambtenaar te gedragen. De formele grondslag voor het afleggen van een eed of belofte is neergelegd in artikel 15:1:a van de CAR-UWO en artikel 99a Ambtenarenreglement.

Artikel 15:1:a CAR/UWO

De ambtenaar is verplicht de eed of belofte af te leggen die bij wet, bij instructie of bij besluit van burgemeester en wethouders is voorgeschreven.

Artikel 99a Ambtenarenreglement

  • 1.

    De ambtenaar is verplicht bij zijn aanstelling een eed of een belofte af te leggen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders stellen regels inzake het afleggen door de ambtenaar van de eed of de belofte.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders stellen de tekst vast die wordt gebruikt voor het afleggen door de ambtenaar van de eed of de belofte.

De vorm van het afleggen van de eed of belofte is geregeld in de Wet vorm van de eed, waarin onder meer is bepaald:

Hij die ter uitvoering van een wettelijk voorschrift mondeling een eed, belofte (…) moet afleggen, zal:

  • a.

    indien hij de eed aflegt, onder het opsteken van de twee voorste vingers van zijn rechterhand, uitspreken de woorden: “Zo waarlijk helpe mij God Almachtig”.

  • b.

    indien hij de belofte aflegt, uitspreken de woorden: “Dat beloof ik”.

In de Wet vorm van eed is bovendien vastgelegd dat de eed of belofte op andere wijze kan plaatsvinden indien betrokkene dat op grond van zijn godsdienstige gezindheid meent te moeten doen. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het aanroepen van Allah.

4. De regeling

Alle medewerkers leggen de eed of belofte af ten overstaan van de burgemeester.

Burgemeester en wethouders stellen regels inzake het afleggen door de ambtenaar van de eed of de belofte en stellen ook de tekst vast die wordt gebruikt voor het afleggen door de ambtenaar van de eed of de belofte.

Deze vorm van de eed(belofte)aflegging waarborgt dat de betrokkene kennisneemt van het gewicht

daarvan en dat deze zich vanaf indiensttreding bewust is van zijn bijzondere positie als “publieke

functionaris”.

Het besluit betreffende de eed en belofte van de gemeente Bunschoten wordt voor overeenstemming voorgelegd aan het Georganiseerd Overleg.

INTEGRITEITVERKLARING

Ik beloof als ambtenaar plechtig het volgende:

1. Ik zal trouw zijn aan de grondwet en de overige wetten en regelgeving van rijk, provincie en gemeente.

2. Ik zal mij inzetten voor het welzijn en de rechten van alle burgers van Bunschoten.

3. Ik zal onpartijdig handelen en de democratische beginselen en procedures respecteren.

4. Ik ben loyaal ten opzichte van de bestuurders van Bunschoten en het door hen vastgestelde beleid.

5. Ik zal van mijn positie als ambtenaar geen misbruik maken.

6. Ik zal zorgvuldig omgaan met informatie.

7. Ik zal de geloofwaardigheid van het ambt niet schaden.

8. Ik zal het vertrouwen, dat de burger in mij mag stellen, niet beschamen.

9. Ik zal handelen conform het integriteitbeleid en de gedragscode van de gemeente Bunschoten.

Op ......................................................... 200.. werd ten overstaan van

de heer M. van de Groep, burgemeester van de gemeente Bunschoten,

door.....................(naam medewerker),………………….………….(functie).....................................................................

bovenstaande eed/belofte afgelegd, ten bewijze waarvan deze verklaring is opgemaakt en

ondertekend.

Bunschoten, .................................................... .................... 200..

Handtekening van degene, Handtekening, van de burgemeester, ten

die de eed/belofte heeft afgelegd; overstaan van wie de eed/belofte

is afgelegd.

TOELICHTING

Artikel 99a, tweede lid, van het Ambtenarenreglement bevat een verplichting om regels te stellen inzake het afleggen van de eed of de beIofte door de ambtenaar. Met het onderhavige Besluit eed en belofte gemeente Bunschoten wordt aan die verplichting voldaan.

De tekst van de ambtseed probeert recht te doen aan wat specifiek is aan de gemeentelijke organisatie en aan het zijn van ambtenaar. Het is geen makkelijke tekst. Hij vergt van degene die hem aflegt het nodige denkwerk. Ter ondersteuning van dat nadenken is aan de ambtseed een toelichting toegevoegd.

Een toelichting bij de 10 artikelen van de Ambtseed

  • 0.

    Ik beloof plechtig

  • Door de eed af te leggen verbindt een ambtenaar zich persoonlijk. Hij geeft aan zich bewust te zijn van het belang en de bijzonderheid van het ambt en belooft dat ambt niet te misbruiken en te goeder trouw uit te oefenen.

  • 1.

    Ik zal trouw zijn aan de grondwet en de overige wetten en regelgeving van rijk, provincie en gemeente.

  • Als ambtenaar heb je de taak om wetten en verordeningen uit te voeren en te handhaven. Dit in tegenstelling tot de ‘gewone’ burger. Die heeft zich ook aan de wet te houden, maar draagt geen speciale verantwoordelijkheid in de zin van uitvoering of handhaving.

  • De trouw aan de wet geldt in eerste plaats voor de Grondwet omdat hierin de rechten en beginselen van onze samenleving vastliggen. Daarna volgt de trouw aan de overige wetten, in bijzonder de wetten waarvan de ambtenaar met de uitvoering en handhaving is belast.

  • 2.

    Ik zal mij inzetten voor het welzijn en de rechten van alle burgers van de gemeente Bunschoten.

  • De gemeenteambtenaar schept de gemeente als collectieve voorziening. Alle burgers maken er gebruik van en zijn van de gemeente afhankelijk voor hun levenskwaliteit. De ambtenaar zet zich in voor de rechten van alle burgers van Bunschoten, ongeacht ras, etniciteit, seksuele geaardheid, geslacht, leeftijd, religie; er worden geen (groepen van) burgers uitgesloten of achtergesteld.

  • 3.

    Ik zal onpartijdig handelen en de democratische beginselen en procedures respecteren.

  • De politieke voorkeur van een ambtenaar mag geen invloed hebben op zijn handelen. Hij mag de partij van zijn keuze op geen enkele manier bevoordelen. Van een ambtenaar mag verder verwacht worden dat hij meewerkt aan de democratische besluitvorming en bijdraagt aan de kwaliteit daarvan. Dat betekent dat hij bestuur en raad naar eer en geweten op basis van zijn expertise adviseert en informeert.

  • 4.

    Ik ben loyaal t.o.v. de bestuurders van de gemeente Bunschoten en het door hen vastgestelde beleid.

  • De ambtenaar zet er zich bijvoorbeeld voor in dat het programma van het college van Burgemeester en Wethouders wordt verwezenlijkt. Hij doet dat met de inzet van al zijn kennis en vaardigheden. Hierbij geldt een belangrijke kanttekening. Het loyaal zijn betekent niet dat de ambtenaar klakkeloos moet uitvoeren wat hem wordt voorgelegd. Hij mag, nee, hij moet kritisch zijn. Van de ambtenaar wordt verwacht dat hij - zeker op zijn vakgebied - zijn professionele verantwoordelijkheid neemt.

  • 5.

    Ik zal van mijn positie als ambtenaar geen misbruik maken.

  • De overheid mag als enige organisatie met geweld dreigen en gebruikt dat soms ook. De overheid bezit het belastingmonopolie. Uiteraard mag de overheid geen misbruik maken van deze monopolieposities door de macht die zij heeft voor oneigenlijke doeleinden te gebruiken. Wat geldt voor de overheid als geheel geldt evenzeer voor de individuele ambtenaar. Fraude, corruptie en machtsmisbruik zijn uit den boze. Fraude en corruptie zijn zelfs strafbaar en worden waar mogelijk strafrechtelijk vervolgd.

  • 6.

    Ik zal zorgvuldig omgaan met informatie

  • De toenemende concentratie van informatie over burgers bij de overheid vraagt van de ambtenaar uiterste zorgvuldigheid in de omgang hiermee. Dergelijke informatie mag alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor ze door de burger ter beschikking is gesteld. Het uitlekken van dergelijke informatie dient dan ook te worden verhinderd.

  • Gaat het niet om informatie met betrekking tot individuele burgers, maar om informatie met betrekking tot de overheid, de wetten en het beleid dan dient zoveel mogelijk openheid te worden betracht. De gemeentelijke organisatie dient naar de geest van de Wet Openbaarheid Bestuur te handelen. Dat sluit natuurlijk niet uit dat wanneer bepaalde informatie tijdelijk een vertrouwelijk karakter krijgt dat door de ambtenaar als zodanig moet worden behandeld.

  • 7.

    Ik zal de geloofwaardigheid van het ambt niet schaden

  • Een ambtenaar schaadt de geloofwaardigheid van het ambt als hij zijn werk niet goed uitvoert. Daarnaast maakt de geloofwaardigheid van het ambt het noodzakelijk eisen te stellen aan de nevenwerkzaamheden en tot op zekere hoogte zelfs aan de privé-activiteiten van ambtenaren. Het gaat vooral om zaken die de onafhankelijkheid van een ambtenaar kunnen aantasten of tot belangenverstrengeling leiden. Zelfs de schijn van belangenverstrengeling dient te worden vermeden.

  • 8.

    Ik zal het vertrouwen dat de burger in mij mag stellen, niet beschamen.

  • De overheid is aangewezen op de vrijwillige medewerking van de burger. Het vertrouwen dat de burger in de overheid heeft, is daarom van essentieel belang. Als een ambtenaar de wet niet uitvoert, of fouten in het beleid laat passeren, of zich laat omkopen, is hij het vertrouwen van de burger niet waard en verspeelt hij het. De schade die hij daarmee aanricht gaat verder dan het incident in kwestie. Hij ondergraaft de rechtstaat en de democratie.

  • 9.

    Ik zal handelen conform het integriteitbeleid en de gedragscode van de gemeente Bunschoten.

  • In de nota integriteitbeleid wordt de visie van de gemeente Bunschoten op het integriteitbeleid verwoord.

  • Integriteit ligt besloten in de houding en het gedrag van mensen. Het gaat daarbij om normen en waarden. De gedragscode geeft ons handvatten om onze eigen verantwoordelijkheid te nemen en om elkaar aan te spreken op gedrag. Daarnaast blijft er altijd interpretatie-, beslissings- en handelingsruimte over waarover de ambtenaar zich zelf een oordeel moet vormen.