Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden

Geldend van 22-04-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Intitulé

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden

De raad van de gemeente Coevorden;

gelezen het voorstel van het seniorenconvent van 23 augustus 2018, bijlagenr. 1473;

gelet op het bepaalde in artikel 33 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de navolgende

Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden 2018

Paragraaf 1 Verzoeken om informatie of ambtelijke bijstand

Artikel 1. Verzoek om informatie en bijstand

  • 1. Een raadslid kan de griffier of een ambtenaar verzoeken om:

    • a.

      feitelijke informatie van geringe omvang;

    • b.

      inzage in of afschrift van documenten waaromtrent geen geheimhouding krachtens de artikelen 25, 55 of 86 van de Gemeentewet is opgelegd .

  • 2. De griffier verstrekt zo spoedig mogelijk de verzochte informatie, voor zover deze daarover kan beschikken. Voor zover daarmee niet aan het verzoek voldaan is verzoekt de griffier de secretaris één of meer ambtenaren aan te wijzen die voor zover mogelijk de resterende informatie zo spoedig mogelijk verstrekken.

  • 3. Een raadslid kan de griffier verzoeken om ambtelijke bijstand bij het opstellen van voorstellen, amendementen en moties of andere bijstand niet zijnde een verzoek om informatie.

  • 4. De griffier verleent zo spoedig mogelijk de ambtelijke bijstand, bedoeld in het derde lid, voor zover dit in redelijkheid kan worden gevergd.

    Voor zover daarmee niet aan het verzoek voldaan is verzoekt de griffier de secretaris één of meer ambtenaren aan te wijzen die de gevraagde bijstand zo spoedig mogelijk verlenen.

  • 5. Een verzoek zoals bedoeld in het eerste en derde lid kan namens een raadslid gedaan worden door een fractiemedewerker.

  • 6. Onder fractiemedewerker wordt verstaan: de persoon die werkzaamheden verricht voor één van de fracties uit de raad en door de betreffende fractie bij de griffie formeel is aangemeld als medewerker.

Artikel 2. Weigering ambtelijke bijstand

  • 1. De secretaris wijst geen ambtenaar aan als:

    • a.

      naar het oordeel van de secretaris niet aannemelijk is gemaakt dat de bijstand betrekking heeft op de raadswerkzaamheden; of

    • b.

      dit naar het oordeel van de secretaris het belang van de gemeente kan schaden.

  • 2. Als de ambtelijke bijstand op grond van het eerste lid wordt geweigerd deelt de secretaris dit met redenen omkleed mee aan de griffier en aan het raadslid door of namens wie het verzoek is ingediend.

  • 3. De griffier of het raadslid kan de burgemeester verzoeken de ambtelijke bijstand alsnog te laten verlenen. De burgemeester beslist zo spoedig mogelijk op het verzoek.

Artikel 3. Geschil over ambtelijke bijstand

  • 1. Een raadslid dat niet tevreden is over de door een ambtenaar verleende ambtelijke bijstand kan hierover in overleg treden met de secretaris.

  • 2. Als overleg met de secretaris niet leidt tot een voor beide partijen bevredigende oplossing kan het raadslid de zaak voorleggen aan de burgemeester. De burgemeester voorziet zo spoedig mogelijk in de kwestie.

Artikel 4. Verstrekking informatie over verzoeken om ambtelijke bijstand

  • 1. De secretaris verstrekt aan het lid van het college op wiens werkzaamheden een verzoek om ambtelijke bijstand betrekking heeft, desgevraagd een afschrift van het verzoek.

  • 2. Als het college of één of meer leden van het college informatie wensen over een verzoek om ambtelijke bijstand of over de inhoud van verleende ambtelijke bijstand, wenden zij zich daartoe rechtstreeks tot het betrokken raadslid.

Paragraaf 1a Fractiemedewerker

Artikel 4a aanwijzing fractiemedewerker

  • 1.

    Een fractie kan een fractiemedewerker aanwijzen die de fractie ondersteunt bij haar werkzaamheden.

  • 2.

    De artikelen 10, 13, 15 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing op een fractiemedewerker.

  • 3.

    Alvorens een fractiemedewerker als zodanig kan functioneren legt deze ten overstaan van de voorzitter van de raad de volgende eed (verklaring en belofte) af:

    “ Ik zweer (verklaar) dat ik om als fractiemedewerker aangewezen te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.

    Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in deze functie te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.

    Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als fractiemedewerker naar eer en geweten zal vervullen.

    Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!

    (Dat verklaar en beloof ik)”

Artikel 4b recht op inzage informatie

  • 1.

    De fractiemedewerkers zoals bedoeld in artikel 4a hebben in gelijke mate als raadsleden het recht op inzage van de stukken die ter inzage worden gelegd voor leden van de raad en de door de raad ingestelde commissies.

  • 2.

    Indien aan de raad voor de raadsvergadering respectievelijk aan de raadsleden stukken worden gezonden, dan worden deze stukken van de op die agenda vermelde punten ook verstrekt aan de fractiemedewerkers.

  • 3.

    Het bepaalde in lid 2 is van overeenkomstige toepassing op vergaderingen van de raadscommissie.

  • 4.

    De voorzitter van de raad en het college van burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere omstandigheden het inzagerecht en het informatierecht als bedoeld in het eerste beperken.

Artikel 4c Geheimhoudingsplicht

  • 1.

    De fractiemedewerker houdt informatie waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs kan vermoeden geheim. De fractiemedewerker zal deze informatie niet op welke manier dan ook met derden direct of indirect delen.

  • 2.

    De fractiemedewerker heeft de plicht tot geheimhouding, indien en voor zover deze verplichting voor raadsleden geldt.

Paragraaf 2. Fractieondersteuning

Artikel 5. Recht op financiële bijdrage

  • 1. De raad stelt jaarlijks aan een fractie als bedoeld in artikel 7 van het “Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad 2015” een financiële bijdrage beschikbaar als tegemoetkoming in de kosten voor het functioneren van de fractie;

  • 2. De bijdrage bestaat uit een bedrag van € 1800,-- per fractie en een bedrag van € 250,-- per raadszetel.

  • 3. In afwijking van het eerste lid verstrekt de raad in een jaar waarin raadsleden aftreden op grond van artikel C 4, tweede lid, van de Kieswet aan een fractie een financiële bijdrage tot en met de maand maart en een financiële bijdrage voor de periode omvattende de resterende maanden. Deze financiële bijdragen bestaan uit 1/12e deel van de bedragen, bedoeld in het tweede lid, vermenigvuldigd met het aantal maanden dat de periode omvat.

Artikel 6. Besteding bijdrage

  • 1. Een fractie besteedt de bijdrage uitsluitend om de volksvertegenwoordigende, kaderstellende of controlerende rol van de fractie te versterken.

  • 2. De bijdrage mag in ieder geval niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met enige wettelijke bepaling;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van diensten of goederen geleverd ten behoeve van de versterking van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie of arbeidsovereenkomst;

    • c.

      giften, leningen, beleggingen en voorschotten;

    • d.

      uitgaven die op grond van enige andere wettelijke regeling in aanmerking komen voor vergoeding van overheidswege, inclusief uitgaven in verband met verkiezingsactiviteiten, of

    • e.

      de kosten voor niet-partijpolitiek georiënteerde scholing in verband met de vervulling van de functie van raads- of commissielid, voor zover deze door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd.

Artikel 7. Voorschot financiële bijdrage

  • 1.

    Een fractie wordt jaarlijks vóór 31 januari een voorschot verleend ter hoogte van de financiële bijdrage voor het betreffende kalenderjaar.

  • 2.

    In een jaar waarin de raadsleden aftreden na de raadsverkiezingen wordt, in afwijking van lid 1, een fractie voorschot verleend voor de periode tot en met de maand maart en een voorschot voor de periode omvattende de resterende maanden. Het eerste voorschot wordt vóór 31 januari van dat jaar verstrekt; het tweede voorschot vóór het eind van de maand april.

Artikel 8. Gevolgen splitsen fractie

  • 1. Als één of meer raadsleden van één of meer fracties als zelfstandige fractie gaan optreden of zich aansluiten bij een andere fractie, wordt het voor elk van deze zetels beschikbaar gestelde variabele deel van de financiële bijdrage toebedeeld aan de nieuw gevormde fractie of aan de fractie waarbij aangesloten wordt.

  • 2. Als een fractie tijdens een zittingsperiode ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage met ingang van de maand volgend op de maand waarin de fractie hiervan kennisgeving heeft gedaan.

  • 3. Als een fractie als gevolg van verkiezingen ophoudt te bestaan, vervalt de aanspraak op de financiële bijdrage met ingang van de datum dat de raad in de nieuwe samenstelling aantreedt.

Artikel 9. Verantwoording, controle en vaststelling financiële bijdrage

    • 1.

      [Vervallen]

    • 2.

      Een fractie legt uiterlijk binnen één maand na het einde van een kalenderjaar aan de raad verantwoording af over de besteding van de bijdrage gedurende het vorig kalenderjaar.

    • 3.

      De verantwoording bestaat uit het door de penningmeester van de fractie ondertekend totaaloverzicht van uitgaven met een toelichting daarop over het afgelopen kalenderjaar.

    • 4.

      De griffier controleert het verslag en brengt daarover advies uit aan de raad.

    • 5.

      De secretaris wijst een ambtenaar van de afdeling Bedrijfsvoering aan die de griffier ondersteunt bij de controle.

    • 6.

      De raad stelt na ontvangst van het advies van de griffier de bedragen vast van:

      • a.

        de financiële bijdrage;

      • b.

        het te verrekenen verschil tussen de vastgestelde financiële bijdrage en het ontvangen voorschot;

Paragraaf 4. Slotbepalingen

Artikel 10. Intrekking oude verordening en overgangsrecht

  • 1. De Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden 2012 wordt ingetrokken.

  • 2. De Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden 2012 blijft van toepassing ten aanzien van de op basis van die verordening verleende financiële bijdragen en de verantwoording, controle, vaststelling en afrekening van die financiële bijdragen.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot 21 maart 2018.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1 werkt artikel 9 terug tot 1 januari 2017.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning Coevorden 2018.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van

18 september 2018.

De raad voornoemd,

de voorzitter, de griffier,

J. Bouwmeester J. Kuipers-Meijering