Regeling vervallen per 01-01-2019

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent de heffing en invordering van leges Legesverordening Deurne 2018

Geldend van 18-05-2018 t/m 31-12-2018 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent de heffing en invordering van leges Legesverordening Deurne 2018

DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 oktober 2017, nr. 73;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet;

BESLUIT

vast te stellen de navolgende

Legesverordening Deurne 2018

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    'dag': de periode van 0.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt,

  • b.

    'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen,

  • c.

    'maand': het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalendermaand tot de eerste dag in de volgende kalendermaand,

  • d.

    'kalenderjaar': het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalenderjaar tot de eerste dag in het volgend kalenderjaar,

  • e.

    'jaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam van 'leges' worden rechten geheven voor:

    • a.

      het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten,

    • b.

      het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument,een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

  • 2.

    Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van deaanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van vereenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument danwel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het afgeven van bewijzen van onvermogen,

  • b.

    stukken en diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend,

  • c.

    beschikkingen of afschriften houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelagen, dan wel verhoging hiervan betreffende enige gemeentelijke functie of dienstverlening jegens de gemeente,

  • d.

    beschikkingen of afschriften houdende beslissing op een aanvraag om subsidie uit de gemeentekas,

  • e.

    stukken en diensten welke ambtshalve ter voldoening aan wettelijke of administratieve voorschriften moeten worden afgegeven of verricht, tenzij hiervoor anders is bepaald,

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald,

  • g.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht,

  • h.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een vergunning voor evenementen in het kader van Dodenherdenking, Bevrijdingsdag, Koningsdag en intocht Sinterklaas.

Artikel 5 Tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel,

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid, als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of ander schriftelijk stuk. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de legesworden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving,schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving,

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerst lid gesteldetermijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn,

  • b.

    een gevolg is van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van Titel 1 van de Tarieventabel betreft:

    • 1.

      akten burgerlijke stand (hoofdstuk 1)

    • 2.

      reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart (hoofdstuk 2)

    • 3.

      rijbewijzen (hoofdstuk 3)

    • 4.

      verstrekking uit basisregistratie personen (hoofdstuk 4)

    • 5.

      verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens,

    • 6.

      verklaring omtrent het gedrag (hoofdstuk 6)

    • 7.

      kansspelen (hoofdstuk 12)

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De Legesverordening gemeente Deurne 2017, Tarieventabel 2017 en ROEB-lijst 2017, vastgesteld op 20 december 2016, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 26 september 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13 tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing dan blijven de in het eerste lid genoemde verordening en tarieventabel gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening en bijbehorende tarieventabel treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 7 november 2017.

De griffier, (R.J.C.M. Rutten)

De voorzitter, (H.J. Mak)

TARIEVENTABEL 2018

behorende bij de Legesverordening Deurne 2018

TITEL 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Voltrekking huwelijk, registratie partnerschap en omzetting

1.1 Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op een andere tijd en wijze dan op grond van artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand voor kosteloze huwelijken is bepaald:

1.1.1 Op de vaste locaties Gemeentehuis Markt 1 en Museum De Wieger

1.1.1.1 Gemeentehuis: maandag t/m vrijdag van 10.00-16.00 uur € 437,80

1.1.1.2 Gemeentehuis: zaterdag en buiten vastgestelde openingstijden

€ 741,80

1.1.1.3 Gemeentehuis: beperkte ceremonie maandag om 9.00 uur en 9.30 uur € 150,00

1.1.1.4 Gemeentehuis: kosteloze ceremonie maandag om 8.30 uur en 8.45 uur € 0,00

1.1.1.5 Museum de Wieger maandag t/m zaterdag en buiten vastgestelde openingstijden € 307,50

1.1.2 Op overige (niet vaste) locaties

1.1.2.1 maandag t/m vrijdag van 10.00-16.00 uur € 610,70

1.1.2.2 zaterdag en buiten vastgestelde openingstijden € 827,90

1.1.3 Voor het voltrekken van huwelijken, de registratie van een partnerschap in een bijzonder huis, zoals bedoeld in artikel 64 Boek 1 Burgerlijk Wetboek

€ 602,50

1.1.4 Indien de voltrekking of registratie niet plaatsvindt in het gemeentehuis (Markt 1) en onderdeel 1.1.3 niet van toepassing is, gelden de tarieven zoals opgenomen onder onderdelen 1.1.1 en 1.1.2, exclusief de externe kosten als bedoeld in Titel 4 hoofdstuk 1 van deze Tarieventabel.

Trouwboekje, partnerschapboekje

1.1.5 Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.5.1 trouwboekje, partnerschapboekje met getypte tekst € 39,60

1.1.5.2 trouwboekje, partnerschapboekje met gekalligrafeerde tekst € 53,20

Annuleringen, wijzigingen huwelijken en registraties

1.1.6.1 Als de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap, dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, ongeacht de oorzaak wordt geannuleerd, worden voor de verrichte werkzaamheden leges in rekening gebracht:

  • a.

    tot een maand voor de huwelijks- of registratiedatum worden de betaalde leges gerestitueerd, verminderd met een bedrag van € 50,70

  • b.

    binnen een maand voor de huwelijks- of registratiedatum worden betaalde leges gerestitueerd, verminderd met een bedrag van € 79,60

  • c.

    nadat het huisbezoek van een BABS heeft plaatsgevonden, worden de betaalde leges gerestitueerd, verminderd met een bedrag van

    € 150,00

1.1.6.2 Als de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap, dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, ongeacht de oorzaak wordt verzet, of als er een mutatie van getuige(n) plaatvindt, bedraagt het tarief € 21,70

1.1.6.3 Als de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, als bedoeld in artikel 4 van de Wet rechten burgerlijke stand, ongeacht de oorzaak wordt geannuleerd, bedraagt het tarief € 29,00

Verstrekkingen afschriften en uittreksels van akten burgerlijke stand en meertalige uittreksels Attestatie de vita (bewijs van leven)

1.1.7 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2 Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1 van een nationaal paspoort:

1.2.1.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 65,30

1.2.1.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 52,00

1.2.2 van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 65,30

1.2.2.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 52,00

1.2.3 van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld

(faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 65,30

1.2.3.2voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 52,00

1.2.4 van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen € 52,00

1.2.5 van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1 voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is € 51,05

1.2.5.2 voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt € 29,05

1.2.6 voor een spoedlevering van de inde onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van € 47,55

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs € 39,45

1.3.2Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:

1.3.2.1 bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van € 34,10

1.3.2.2 bij een aanvraag als gevolg van beschadiging of vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs, anders dan door overmacht (o.a. brand in woning, diefstal uit woning, beroving met geweld) vermeerderd met € 9,90

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

1.4.1Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van onderdeel 1.4.3 en 1.4.4 wordt onder een verstrekking verstaan een of meer gegevens over een persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking € 22,00

1.4.3 Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder een verstrekking verstaan een of meer gegevens over een persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen (aangehaakte gegevens)

1.4.4 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking € 22,00

1.4.5 Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan € 22,00

Uittreksel Basisregistratie personen

1.4.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een gewaarmerkt afschrift van gegevens uit de basisregistratie personen betrekking hebbende op:

1.4.6.1 één persoon € 7,50

1.4.6.2 meerdere personen (bijv. adresuittreksel) € 7,50

1.4.6.3 digitale aanvraag voor één of meerdere personen € 4,60

Persoonslijst

1.4.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een persoonslijst uit de gemeentelijke basisadministratie

€ 14,50

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet € 7,50

Hoofdstuk 6 Overige publiekszaken

1.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.6.1 tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag € 41,35

1.6.2 tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn € 7,50

1.6.3 tot het legaliseren van een handtekening 14,50

1.6.4 tot het waarmerken van (fotokopiën van) documenten € 14,50

Hoofdstuk 7 Leegstandwet

1.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.1 tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet € 65,20

1.7.2 tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet

€ 65,20

Hoofdstuk 8 Gemeentearchief

1.8 Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief behorende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan € 21,70

Hoofdstuk 9 Gemeentegarantie

1.9 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van, instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening € 86,90

Hoofdstuk 10 Standplaatsen

1.10 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een vergunning tot het in de gemeente innemen van een standplaats zoals bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening € 173,70

Hoofdstuk 11 Winkeltijdenwet

1.11 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.11.1 tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet, alsmede een aanvraag tot intrekking of wijziging van een ontheffing€ 130,30

1.11.2 tot het in behandeling nemen van een verzoek tot overdracht van een onder lid 1 bedoelde ontheffing € 130,30

Hoofdstuk 12 Kansspelen

1.12 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de Kansspelen:

1.12.1 voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd€ 226,50

1.12.2 voor de tweede kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor onbepaalde tijd € 362,00

Hoofdstuk 13 Kinderopvang

  • 1.

    13.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het bieden van gastouderopvang€ 200,10

  • 1.

    13.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de exploitatie van een kindercentrum, gastouderbureau of peuterspeelzaal€ 794,40

Hoofdstuk 14 Telecommunicatie

  • 1.

    14.1 Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van vergunning of instemming omtrent het tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1 c.q. 3.1 van de Verordening Ondergrondse Infrastructuur (VOI), waarbij de graaflengte ≥100m¹ is bedraagt:

    € 378,25

  • 1.

    14.2 Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van vergunning of instemming omtrent het tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1 c.q. 3.1 van de Verordening Ondergrondse Infrastructuur (VOI), waarbij de graaflengte < 100m¹ is of een lasgat / montagegat met een oppervlakte van > 2m² bedraagt:

    189,10

  • 1.

    14.3 Het tarief conform voorgaand artikel 1.14.1 c.q. 1.14.2 wordt met een toeslag verhoogd. Deze toeslag wordt berekend over de totaal bemeten sleuflengte, voor zover binnen de bebouwde kom gelegen.

De toeslag bedraagt per strekkende meter sleuf 1,82

  • 1.

    14.4 Het tarief conform voorgaand artikel 1.14.1 wordt met een toeslag verhoogd. Deze toeslag wordt berekend over de totaal bemeten sleuflengte voor zover gelegen buiten de bebouwde kom. De toeslag wordt als volgt opgebouwd:

    • a.

      Over de eerste 2000 meter sleuflengte per meter 1,27

    • b.

      Over de sleuflengte, groter dan 2.000 meter en kleiner of gelijk aan 50.000 meter, per meter € 0,77

    • c.

      Over de resterende totale sleuflengte, per meter 0,67

  • 1.

    14.5

    Indien er sprake is van een melding in verband met het verkrijgen van vergunning of instemming omtrent het tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1 c.q. 3.1 van de Verordening Ondergrondse Infrastructuur (VOI), waarbij de graaflengte ≥10.000¹ bedraagt zijn de artikelen 1.14.1, 1.14.2., 1.14.3 en 1.14.4 niet van toepassing. Vanaf 10.000¹ word teen begroting opgesteld van de kosten voor de te voeren procedure. Deze kosten inclusief onderbouwing, voorafgaand aan de aanvraagbehandeling schriftelijk medegedeeld aan de aanvrager. Indien een begroting is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 15 Verkeer en vervoer

  • 1.

    15 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

  • 1.

    15.1 tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 € 43,40

  • 1.

    15.2 tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1. van de Regeling voertuigen € 43,40

  • 1.

    15.3 tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 15 van de Wegenverkeerswet 1994 € 137,60

Hoofdstuk 16 Diversen

Ontheffing geluidshinder

1.16.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van de Algemene plaatselijke verordening € 115,80

Deze aanvraag tot ontheffing is niet bedoeld voor een ontheffing in samenhang met een aanvraag voor evenementen zoals bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening.

Wet bodembescherming

1.16.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om ontheffing ingevolge het Lozingenbesluit bodembescherming € 378,60

Algemene Plaatselijke Verordening

1.16.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning, ontheffing of vrijstelling zoals bedoeld in artikelen 2:6, 2:10 zesde lid, 2:67, 5:2, 5:3, 5:6, 5:7, 5:8, 5:11, 5:16, 5:33, 5:34 en 5:36 van de Algemene Plaatselijke Verordening € 86,90

Exploitatievergunning voor huisvesting van arbeidsmigranten

1.16.4 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een exploitatievergunning voor huisvesting van arbeidsmigranten

€ 327,80

In deze titel niet genoemde beschikking

1.16.5 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een beschikking, een vergunning of een ontheffing, dan wel van elk ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager opgemaakt, voor zover deze stukken niet afzonderlijk in deze titel zijn genoemd , per besluit of stuk

€ 86,90

TITEL 2 DIENSTVERLENING VALLEND ONDERFYSIEKE LEEFOMGEVING / OMGEVINGSVERGUNNING

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1 Bouwkosten: de som van de prijzen per eenheid inclusief 21% omzetbelasting zoals die zijn opgenomen in de door de gemeenteraad vastgestelde ROEB-lijst (Regionaal Overleg Eindhoven Bouwtoezicht). De tarieventabel en de ROEB-lijst zijn beide onderdeel van de verordening.

Voor zover deze ROEB-lijst niet voorziet in een passende hoofdcategorie (vetgedrukt in de lijst) wordt uitgegaan van de in de aanvraag opgenomen bouwkosten. Onder bouwkosten worden dan verstaan, de aannemingssom als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012, Stcrt. 2012, 1567) voor het uit te voeren werk, inclusief 21% omzetbelasting.

2.1.1.2 Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2 In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3 In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Vooroverleg voor een omgevingsvergunning

2.2  Voor het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is, kan een vooroverleg voor een omgevingsvergunning worden ingediend.Het tarief hiervoor bedraagt 20% van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project worden vastgesteld met een minimum van € 200,00. Bij de activiteit bouw wordt uitgegaan van de bij het vooroverleg aangegeven en op redelijkheid getoetste, opgegeven bouwkosten. Indien geen bouwkosten worden opgegeven, worden de bouwkosten bepaald op grond van de ROEB-lijst.

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3   Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag om omgevingsvergunning moet worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Bouwactiviteiten

2.3.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief in verhouding tot de vastgestelde bouwkosten, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.1.1 a.tot en met een bedrag van € 100.000,00:

3,649% met een minimum legesbedrag van € 284,80

b.meer dan € 100.000,00 maar niet meer dan € 500.000,00:

€ 3.649,00 vermeerderd met 2,329% van de bouwkosten boven de

€ 100.000,00

c.meer dan € 500.000,00 maar niet meer dan € 10.000.000,00:

€ 12.965,00 vermeerderd met 2,063% van de bouwkosten boven de

€ 500.000,00

d.meer dan € 10.000.000,00:

€ 208.950,00 vermeerderd met 1,542% van de bouwkosten boven de

€ 10.000.000,00.

Wijziging omgevingsvergunning

2.3.1.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het wijzigen van een omgevingsvergunning zoals bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 wordt, op basis van het bedrag van de bouwkosten, overeenkomstig de bepalingen in onderdelen 2.3.1.1.a tot en met 2.3.1.1.d, een bedrag in rekening gebracht over de bouwkosten van de te wijzigen delen, met een minimum van € 284,80

Achteraf ingediende aanvraag

2.3.1.3.1 Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1. bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: 150% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

2.3.1.3.2 Indien in het kader van het onderzoek naar de mogelijkheden van legalisering een vooradvies aan de welstandscommissie is gevraagd worden de leges verhoogd per keer met € 151,30

Advies agrarische commissie

2.3.1.4 Onverminderd het bepaalde in subonderdelen 2.3.1.1 en 2.3.1.3 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld € 690,00

Aanlegactiviteiten

2.3.2Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 985,85

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

2.3.3 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoeld activiteiten:

2.3.3.1 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse vrijstelling/ontheffing/afwijking):

  • a.

    Bij bouwkosten tot € 2.501,00: 226,55

  • b.

    Bij bouwkosten vanaf € 2.501 tot € 5.001,00: € 453,25

  • c.

    Bij bouwkosten vanaf € 5.001,00: € 906,50

2.3.3.2 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast:

  • a.

    Bij bouwkosten tot € 2.501,00: 226,55

  • b.

    Bij bouwkosten vanaf € 2.501 tot € 5.001,00: € 453,25

  • c.

    Bij bouwkosten vanaf € 5.001,00: € 906,50

2.3.3.3 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) € 9.121,35

2.3.3.4 Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast

(tijdelijke afwijking) € 1.398,10

2.3.3.5 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast

(afwijking van exploitatieplan) € 466,80

2.3.3.6 Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet op de ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.3.7 Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet op de ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.3.8 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast

(afwijking van voorbereidingsbesluit) € 466,80

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.3.4.1 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse vrijstelling/ontheffing/afwijking) € 906,50

2.3.4.2 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking) € 906,50

2.3.4.3 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) € 9.121,35

2.3.4.4 Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) € 1.398,10

2.3.4.5 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan) € 466,80

2.3.4.6 Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet op de ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.4.7 Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet op de ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.4.8 Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit) € 466,80

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandbeveiliging

2.3.5.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 246,00

vermeerderd met een toeslag als hieronder aangegeven: voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte

  • a.

    cat. 1. t/m 100 m² € 171,35

  • b.

    cat. 2. van meer dan 100 m² t/m 500 m²:

per m² gerekend vanaf 0 m² € 1,74

  • c.

    cat. 3. van meer dan 500 m² t/m 2.000 m²:

een vast bedrag van € 578,55 vermeerderd met een bedrag per m² gerekend vanaf 0 m² van € 0,56

  • d.

    cat. 4. van meer dan 2.000 m² t/m 5.000 m²:

een vast bedrag van € 1.428,70, vermeerderd met een bedrag per m² gerekend vanaf 0 m² van € 0,15

  • e.

    cat. 5. van meer dan 5.000 m² t/m 50.000 m²:

een vast bedrag van € 1.951,45 vermeerderd met een bedrag per m² gerekend vanaf 0 m² van € 0,06

  • f.

    cat. 6. van meer dan 50.000 m²:

een vast bedrag van € 2.997,35 vermeerderd met een bedrag per m² gerekend vanaf 0 m² van € 0,05

2.3.5.2 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 betrekking heeft op het tijdelijk gebruik van een bouwwerk ten behoeve van een evenement bij een gebruiksduur van maximaal 4 weken: het tarief vermeld in 2.3.5.1 vermeerderd met 10% van de toeslag vermeld in onderdeel 2.3.5.1 sub a t/m f.

2.3.5.3 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een vergunning tot wijziging dan wel uitbreiding van een omgevingsvergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 bedraagt het legestarief indien het betreft:

2.3.5.3.1 uitbreiding van de inrichting:

de volgens onderdelen 2.3.5.1 t/m 2.3.5.1f berekende leges met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding;

2.3.5.3.2 gewijzigd gebruik van de gehele inrichting:

50% van de volgens onderdelen 2.3.5.1 t/m 2.3.5.1f berekende leges;

2.3.5.3.3 gewijzigd gebruik van een gedeelte van de inrichting:

50% van de volgens de volgens onderdelen 2.3.5.1 t/m 2.3.5.1f berekende leges, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte.

2.3.5.4 Een verklaring van overdracht van de omgevingsvergunning aan de nieuwe gebruiker € 50,65

Sloopactiviteiten

2.3.6 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 657,75

Aanleggen of veranderen van weg

2.3.7 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement, of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 35,95

Uitweg / inrit

2.3.8 Vervallen

Opslag van roerende zaken

2.3.9 Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie/gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10, vijfde lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 35,95

Natura 2000-activiteiten

2.3.10 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 383,35

Flora- en Fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

2.3.11 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 383,35

Wet bodembescherming

2.3.12 Vervallen

Andere activiteiten

2.3.13 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

2.3.13.1 behoort bij een algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten € 663,55

2.3.13.2 behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

  • a.

    als het een gemeentelijke verordening betreft € 35,70

  • b.

    als het een provinciale of waterschapsverordening betreft € 663,55

    Omgevingsvergunning in twee fasen

2.3.14 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.14.1 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.14.2 voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

Beoordeling bodemrapport

2.3.15 Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een milieukundig of archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Advies

2.3.16 Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.17 Onverminderd het bepaalde in andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een offerte danwel een begroting die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 4 Vermindering

Vermindering op grond van vooroverleg omgevingsvergunning

2.4.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door eenaanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om omgevingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 3.

2.4.2 Vermindering van de leges voor het vooroverleg bij de behandeling van deformele aanvraag om omgevingsvergunning vindt alleen plaats als de aanvraag om omgevingsvergunning wordt ingediend binnen 6 maanden nadat aanvrager in de gelegenheid is gesteld om de aanvraag om omgevingsvergunning in te dienen. Vermindering vindt alleen plaats voor de activiteiten die in het vooroverleg in rekening zijn gebracht.

Vermindering op grond van het beleid beperkte toetsing

2.4.3 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning wordt verleend op grond van het beleid 'beperkte toetsing' en niet is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, dan worden de leges als bedoeld in artikel 2.3.1 verminderd met 30%.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw- of sloopactiviteiten

2.5.1 Als een aanvrager zijn aanvraag om omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.1.2, 2.3.1.3 en 2.3.6 intrekt, voordat hierover een beslissing is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50% van de op grond van (onderdelen van) de betreffende activiteit verschuldigde leges. Om teruggaaf dient schriftelijk te worden verzocht.

Teruggaaf als gevolg van het weigeren of buiten behandeling stellen van een aanvraag om omgevingsvergunning voor bouw- of sloopactiviteit

2.5.2 Indien de gemeente een aanvraag om omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1.1, 2.3.1.2, 2.3.1.3 of 2.3.6 weigert of buiten behandeling stelt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50% van de op grond van (onderdelen van) de betreffende activiteit verschuldigde leges. Om teruggaaf dient schriftelijk te worden verzocht.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo € 35,95

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project, verklaring geen omgevingsvergunning vereist

2.7.1 Het tarief bedraagt, tenzij artikel 2.3.1.2 van toepassing is, voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een naar omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project € 35,95

2.7.2 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot afgifte van een verklaring dat geen omgevingsvergunning is vereist € 57,25

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen

Samenvoegen verzoeken

2.8.1 Indien sprake is van meerdere aanvragers met een gelijksoortig verzoek kunnen deze als 1 aanvrager worden aangemerkt. Voorwaarde voor gelijksoortigheid van de verzoeken is dat de planologische begin- en eindsituatie gelijkluidend zijn. De volgende korting kan dan worden toegepast:

1 t/m 4 aanvragers met gelijksoortig verzoek: 1 maal het legestarief,

5 t/m 8 aanvragers met gelijksoortig verzoek: 2 maal het legestarief.

Bepalen stedelijk gebied

2.8.2 In de onderstaande artikelen wordt een verschil gemaakt in tarieven voor stedelijk gebied en buiten stedelijk gebied. Het stedelijk gebied wordt voor de toepassing van deze regels bepaald door de ligging van het “Bestaand stedelijk gebied” zoals opgenomen in de provinciale Verordening ruimte 2014, dan wel de ligging van het Bestaand stedelijk gebied zoals dat in de Verordening ruimte is aangegeven op het moment van het indienen van de aanvraag.

Planologische principe-uitspraak

2.8.3 Het tarief voor het in behandeling nemen van een planologische principe-uitspraak:

  • -

    voor een perceel dat is gelegen in het stedelijk gebied: € 2.345,50

  • -

    voor een perceel dat is gelegen buiten het stedelijk gebied:

    € 3.301,05

Aanvrager heeft hierbij de gelegenheid om het plan maximaal 1 keer aan te passen, zonder dat opnieuw leges verschuldigd is. Legt aanvrager meerdere aanpassingen voor, dan wordt voor elke volgende aanpassing 20% van het basistarief extra in leges in rekening gebracht/opgelegd.

Bestemmingswijzigingen zonder bouwplan als bedoeld in artikel 6.12 Wet ruimtelijke ordening

2.8.4Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

  • -

    voor een perceel dat is gelegen in het stedelijk gebied: € 6.949,60

  • -

    voor een perceel dat is gelegen buiten het stedelijk gebied:

    € 9.121,35

    Aanvrager heeft hierbij de gelegenheid om het plan maximaal 1 keer aan te passen, zonder dat hij opnieuw leges verschuldigd is. Legt aanvrager meerdere aanpassingen voor, dan wordt voor elke volgende aanpassing 20% van het basistarief extra aan leges in rekening gebracht/opgelegd.

2.8.5 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening

  • -

    voor een perceel dat is gelegen in het stedelijk gebied: € 6.515,25

  • -

    voor een perceel dat is gelegen buiten het stedelijk gebied:

    € 8.687,00

    Aanvrager heeft hierbij de gelegenheid om het plan maximaal 1 keer aan te passen, zonder dat hij opnieuw leges verschuldigd is. Legt aanvrager meerdere aanpassingen voor, dan wordt voor elke volgende aanpassing 20% van het basistarief extra aan leges in rekening gebracht/ opgelegd.

2.8.6 Indien na de principe-uitspraak over hetzelfde onderwerp een aanvraag als opgenomen in 3.8.4 of 3.8.5 wordt gedaan, dan wordt het legesbedrag genoemd in onderdeel 2.8.3 in mindering gebracht op de voor de aanvraag in rekening te brengen leges met dien verstande dat er geen teruggave plaatsvindt.

Wijziging Welstandsnota

2.8.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een wijziging van de Welstandsnota, die voortvloeit uit een aanvraag voor een herziening of wijziging van het bestemmingsplan of een aanvraag om omgevingsvergunning waarbij artikel 2.12, eerste lid, onder a onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) € 3.169,15

Hoofdstuk 9 Crisis- en herstelwet

2.9 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op deze Tarieventabel verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een (omgevings)vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig andere besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

Hoofdstuk 10 Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving

  • 2.

    10.1 Voor de toepassing van dit hoofdstuk geldt de tekst van de Woningwet en Wet

    ruimtelijke ordening zoals deze luidden op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wabo.

  • 2.

    10.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een gewijzigde aanvraag tot het verlenen van een bouwvergunning eerste fase als bedoeld in artikel 56a, achtste lid, van de Woningwet 50% van de tarieven genoemd in subonderdeel 2.3.1.1.

  • 2.

    10.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een bouwvergunning tweede fase als bedoeld in artikel 56a van de Woningwet 70% van de tarieven genoemd in subonderdeel 2.3.1.

  • 2.

    10.4 Met betrekking tot de aanvragen bedoeld in de onderdelen 2.10.1 en 2.10.2 zijn de subonderdelen 2.3.1.3, 2.3.14 en 2.3.15 van hoofdstuk 3 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat:

  • 2.

    10.4.1 subonderdeel 2.3.3.1 toepassing vindt als artikel 3.6, eerste lid, onder a of c, of artikel 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast (binnenplanse wijziging of ontheffing; ontheffing binnen beheersverordening);

  • 2.

    10.4.2 subonderdeel 2.3.3.2 toepassing vindt als artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening worden toegepast (ontheffing van bestemmingsplan op grond van algemene maatregel van bestuur);

  • 2.

    10.4.3 subonderdeel 2.3.3.3 toepassing vindt als artikel 3.10 of artikel 3.40 van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast (projectbesluit of buiten toepassingverklaring beheersverordening);

  • 2.

    10.4.4 subonderdeel 2.3.3.4 toepassing vindt als artikel 3.22 van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast (tijdelijke ontheffing van bestemmingsplan);

  • 2.

    10.4.5 subonderdeel 2.3.3.5 toepassing vindt als artikel 6.12, zesde lid, van de Wet

    ruimtelijke ordening of artikel 50a, derde lid, van de Woningwet wordt toegepast (ontheffing van exploitatieplan).

Hoofdstuk 11 In deze titel niet genoemde beschikking

2.11 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking € 34,00

TITEL 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER EUROPESE DIENSTENRICHTLIJN

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1.1 een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Drank- en Horecawet (commercieel horecabedrijf of slijtersbedrijf) € 483,60

3.1.2 een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning zoals bedoeld in artikel 3 juncto artikel 4 van de Drank- en Horecawet (horecabedrijf dat zich richt op activiteiten van recreatieve, sportieve, sociaal culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard) € 546,70

3.1.3 een aanvraag tot het wijzigen van een leidinggevende op een al verleende vergunning zoals bedoeld in artikel 30a van de Drank- en horecawet € 252,30

3.1.4 een aanvraag tot het wijzigen van een vergunning zoals bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet € 284,00

3.1.5 een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing zoals bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet € 181,30

3.1.6 een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing zoals bedoeld in artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet € 86,90

Hoofdstuk 2 Exploitatievergunning

3.2.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning zoals bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening € 378,70

3.2.1.1Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging op een exploitatievergunning zoals bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening € 300,80

Hoofdstuk 3 Ontheffing sluitingsuur

3.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een ontheffing voor het na sluitingstijd geopende houden van cafés en dergelijke inrichtingen zoals bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening € 205,20

Hoofdstuk 4 Prostitutiebedrijven

3.4 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf, een en ander op basis van artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening € 15.808,00

Hoofdstuk 5 Organiseren evenementen of markten

3.5.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een vergunningplichtig evenement als bedoeld in de Nota vergunningverlening bij evenementen gemeente Deurne 2013, artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening, inclusief ontheffing geluidshinder artikel 4:6 van de Algemene Plaatselijke Verordening, artikel 148 Wegenverkeerswet 1994 (wedstrijden op de weg), artikel 5:32 van de Algemene Plaatselijke Verordening (crossen)

cat. A. reguliere evenementen met een laag risico € 370,70

cat. B. evenementen met verhoogde aandacht € 418,05

cat. C. risicovolle evenementen € 607,10

3.5.2 Naast het tarief zoals genoemd in 3.5.1 kunnen bij een evenement ontheffingen of vergunningen zoals genoemd in de artikelen 1.15.3, 1.16.5, 2.3.4.1, 2.3.4.2, 3.1.5, 3.6, 3.8 benodigd zijn. De tarieven zijn in de desbetreffende artikelen opgenomen.

Doorberekening van de leges

3.5.3.1 Indien de aanvraag wordt ingediend door een lokale stichting/vereniging op het gebied van sport en cultuur: 25% doorberekening van de onder 3.5.1 en 3.5.2 bedoelde leges.

3.5.3.2 Indien de aanvraag wordt ingediend door een lokale ondernemersvereniging: 50% doorberekening van de onder 3.5.1 en 3.5.2 bedoelde leges.

3.5.3.3 Indien de aanvraag wordt ingediend door een evenementenorganisatie anders dan bedoeld in 3.5.3.1 en 3.5.3.2: 100% doorberekening van de onder 3.5.1 en 3.5.2 bedoelde leges.

3.5.4 De tariefsaanpassing 3.5.3.1 t/m 3.5.3.3 geldt niet voor een aanvraag als bedoeld in artikel 3.1.5.

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

3.6 Het tarief bedraagt voor het in behandeling van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening ten behoeve van het gebruik van een in dit artikel omschreven inrichting, niet zijnde een bouwwerk, een bedrag van

€ 237,90

Doorberekening van de leges

3.6.1 Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 3.6 betrekking heeft op het tijdelijk gebruik van een inrichting, voor een evenement met een gebruiksduur van maximaal 4 weken:

3.6.1.1 Indien de aanvraag wordt ingediend door een lokale stichting/vereniging op het gebied van sport en cultuur: 25% doorberekening van de onder 3.6 bedoelde leges.

3.6.1.2 Indien de aanvraag wordt ingediend door een lokale ondernemersvereniging: 50% doorberekening van de onder 3.6 bedoelde leges.

3.6.1.3 Indien de aanvraag wordt ingediend door een evenementenorganisatie anders dan bedoeld in 3.6.2.1 en 3.6.2.2: 100% doorberekening van de onder 3.6 bedoelde leges.

Hoofdstuk 7 Algemene Plaatselijke Verordening

3.7 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van vergunning of ontheffing zoals bedoeld in artikel 2:9 (ontheffing straatartiest), artikel 2:39 (vergunning speelgelegenheid) en artikel 5:23 (organiseren snuffelmarkt) van de Algemene Plaatselijke Verordening € 86,90

Hoofdstuk 8 In deze titel niet genoemde beschikking

3.8 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking € 86,90

TITEL 4 ALGEMEEN

Hoofdstuk 1 Externe kosten

4.1.1 De bedragen genoemd in deze tabel worden verhoogd met het bedrag van de externe kosten die de gemeenten moet maken om te kunnen voldoen aan het gedane verzoek.

Het bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de verzoeker medegedeeld in de vorm van een offerte dan wel een begroting opgesteld die terzake door de gemeenteambtenaar, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet is opgesteld.

Indien een offerte of begroting is uitgebracht, wordt de aanvraag verder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de offerte/begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

4.1.2 Aan diegene aan wie het recht geheel in rekening is gebracht, vindt op zijn schriftelijke aanvraag teruggaaf tot het verschil plaats, indien de werkelijke advieskosten minder bedragen dan het aan de hand van de offerte/begroting geraamd bedrag.

Behoort bij raadsbesluit van 7 november 2017

De griffier van de gemeente Deurne,

R.J.C.M. Rutten

Bijlage ROEB-lijst 2018

Bouwkosten ROEB-lijst 2018