Beleidsregels samenscholing en ongeregeldheden

Geldend van 20-07-2011 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels samenscholing en ongeregeldheden

De burgemeester van Enkhuizen

Overwegende:

dat groepen personen die zich, zonder redelijk doel, gedurende de nachtelijke uren op of aan een openbare plaats ophouden of bewegen, een grove en langdurige verstoring veroorzaken voor het ordelijk verloop van het gemeenschapsleven in de openbare ruimte;

dat de praktijk laat zien dat zodra de politie ter plaatse komt, de groepen overlastveroorzakers geen hinder meer veroorzaken of onvoldoende om adequaat te kunnen optreden;

dat de hinder terugkeert op het moment dat de politie vertrekt;

dat om chronische hinder en andere vormen van door een groep veroorzaakte overlast aan te kunnen pakken, het noodzakelijk is om de handhavingsdrempel voor de politie te verlagen;

dat de burgemeester zich al twee keer genoodzaakt heeft gevoeld een samenscholingsverbod af te kondigen;

dat artikel 2.1 eerste lid Algemeen Plaatselijke Verordening (Apv) de juridische basis biedt om op te kunnen treden tegen hinderlijke groepen die niet onder de klassieke samenscholing vallen;

dat het belangrijk is dat aan de Enkhuizer bevolking en de handhavers duidelijk wordt gemaakt wat door het gemeentebestuur onder ‘op andere wijze de openbare orde verstoren’ wordt verstaan.

Gelet op:

- Artikel 2.1, lid 1 van de Apv

Besluit

vast te stellen de volgende beleidsregels:

BELEIDSREGELS SAMENSCHOLING EN ONGEREGELDHEDEN​

Artikel 1 Definities

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • 1.

    samenscholing: deelname aan een volksoploop

  • 2.

    openbare plaats: een voor het publiek toegankelijke plaats, waaronder begrepen de weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeersweg 1994;

  • 3.

    groepsverband: verband dat een aantal tot een groep verenigde personen of zaken vormen;

  • 4.

    nachtelijke uren: de periode tussen 22:00 uur tot 06:00 uur.

Artikel 2 Algemeen

  • 1. bij de bestrijding van chronische hinder en andere vormen van door een groep veroorzaakte overlast, het noodzakelijk is om de bron ervan aan te pakken, namelijk de aanwezigheid van de groep.

  • 2. De raad van Enkhuizen heeft op 5 juli 2011 besloten om artikel 2.1, eerste lid Apv te wijzigen. Dit artikel luidt nu als volgt: “het is verboden op een openbare plaats deel te nemen aan een samenscholing, onnodig op te dringen of door uitdagend gedrag aanleiding te geven tot ongeregeldheden of in groepsverband danwel afzonderlijk anderen lastig te vallen, te vechten of op andere wijze de openbare orde te verstoren”

  • 3. het is belangrijk dat de Enkhuizer bevolking en de handhavers duidelijk wordt gemaakt wat door het gemeentebestuur onder ‘op andere wijze de openbare orde te verstoren’ wordt verstaan. Helderheid over de interpretatie van het Apv-artikel is van direct belang voor het adequaat gebruik ervan.

Artikel 3 Verstoren openbare orde

Met ‘op andere wijze de openbare orde te verstoren’ als aangegeven in artikel 2.1, eerste lid van de Apv wordt in ieder geval verstaan:

  • 1.

    het zich in groepsverband zonder redelijk doel op een openbare plaats op te houden van 22.00 uur tot 06.00 uur;

  • 2.

    het zich in groepsverband zonder redelijk doel op een openbare plaats te bewegen van 22.00 uur tot 06.00 uur.

Artikel 4 Zonder redelijk doel

Met het opstellen van deze beleidsregels is niet beoogd om alle groepen die ook maar enige of tijdelijke hinder in Enkhuizen veroorzaken strafrechtelijk aan te pakken. Hiertoe is het onderdeel ‘zonder redelijk doel’ in de beleidsregels opgenomen. Voor de beoordeling of er sprake is van zich ophouden of bewegen zonder redelijk doel is het gewenst criteria vast te stellen.

In ieder geval is er sprake van zich ophouden of bewegen ‘zonder redelijk doel’ als er sprake is van een combinatie van de hieronder vermelde criteria:

  • 1.

    er meldingen door de omgeving worden gedaan dat een groep al een tijd op een locatie aanwezig is, de bron is van (lawaai)hinder, en geen ander klaarblijkelijk oogmerk heeft dan ter plaatse samen te komen en ter plaatse te blijven;

  • 2.

    er meldingen door de omgeving worden gedaan waaruit blijkt dat een groep zich al een tijd op een openbare plaats beweegt, de bron is van (lawaai)hinder, en geen klaarblijkelijk of vooroverwogen oogmerk heeft om zich naar een bepaalde bestemming te bewegen;

  • 3.

    eigen waarneming door de politie van het gestelde onder 1 en/of 2;

  • 4.

    er sprake is van één of meer locaties waar in de periode ervoor reeds herhalend (lawaai)hinder en/of andere overlast door aanwezige groepen heeft plaatsgevonden;

  • 5.

    er sprake is van een gebied waarin door groepen herhalend overlast heeft plaatsgevonden en waar verstoring van de openbare orde, met name gedurende de nachtelijke uren, chronisch is geworden;

  • 6.

    verkregen informatie leidt tot de verdenking dat een groep zich zonder redelijk doel op een openbare plaats van 22.00 uur tot 06.00 uur ophoudt of beweegt. Deze informatie kan onder andere verkregen worden door het aanspreken van personen uit de groep door de politie of andere toezichthouders en hen te vragen wat zij ter plaatse aan het doen zijn.