Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Enkhuizen 2012

Geldend van 12-08-2012 t/m heden

Intitulé

Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Enkhuizen 2012

De raad van de gemeente Enkhuizen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 mei 2012. nummer BW12.0219;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de Verordening op de warenmarkt(en) voor de gemeente Enkhuizen 2012, hierna "Marktverordening gemeente Enkhuizen 2012"

Paragraaf 1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      college: het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Enkhuizen;

    • b.

      markt: de door het college ingestelde warenmarkt op grond van artikel 160 lid 1 onder h Gemeentewet, die plaatsvindt op de, bij of krachtens artikel 2 vastgestelde dag, tijd en plaats;

    • c.

      marktterrein: de gehele openbare of voor het publiek toegankelijke oppervlakte grond, die bij of krachtens artikel 2 is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

    • d.

      standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

    • e.

      vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

    • f.

      dagplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

    • g.

      standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamelt en dat publiek door een aansprekende uiteenzetting probeert over te halen tot de aankoop van een artikel;

    • h.

      standwerkersplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

    • i.

      vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

    • j.

      wachtlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats;

    • k.

      anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

    • l.

      marktmeester: de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;

    • m.

      aanspreekpunt: een door het college aangewezen standhouder die voor wekelijks toeziet op de markt;

    • n.

      branche-indeling: de indeling in artikelengroepen en het aantal vastgestelde vaste plaatsen per artikelengroep;

    • o.

      levenspartner: de persoon met wie de vergunninghouder met het oogmerk duurzaam samen te wonen een gemeenschappelijke huishouding voert, hetgeen blijkt uit een schriftelijke verklaring ingericht volgens door het college te stellen regels.

  • 2. In deze verordening wordt de mannelijke persoonsvorm gebruikt. Waar dat het geval is wordt de vrouwelijke persoonsvorm geacht er in te zijn begrepen.

Artikel 2 Dag, tijd en plaats van de markt

  • 1. De markt vindt plaats op woensdag van 9.00 uur tot 16.00 uur in de Westerstraat gelegen tussen de Oude Gracht/Hoornse Veer en perceel Westerstraat 101 (kruising Vijzelstraat).

  • 2. Het college kan op grond van dringende redenen, in afwijking van het eerste lid, bepalen dat de markt tijdelijk zal plaatsvinden:

    • a.

      op een andere dag;

    • b.

      op een andere tijd;

    • c.

      op een andere plaats.

  • 3. Het college is bevoegd te bepalen dat de markt tijdelijk zal plaatsvinden op een andere dag, indien de in het eerste lid bedoelde dag samenvalt met een van de in artikel 2, eerste lid, onder b van de Winkeltijdenwet genoemde dagen.

Artikel 3 Inrichting van de markt; branche-indeling

  • 1. Het college bepaalt ten aanzien van de markt:

    • a.

      het aantal standplaatsen;

    • b.

      de afmetingen van de standplaatsen;

    • c.

      de opstelling en indeling van de markt, middels bekrachtiging van een situatietekening;

    • d.

      welke standplaatsen worden toegewezen als vaste plaats en als standwerkersplaats;

    • e.

      welke gedeelten van het marktterrein bestemd wordt voor het plaatsen van verkoopwagens.

  • 2. Het college kan voor de markt vaststellen:

    • a.

      een lijst met artikelengroepen (branches); en

    • b.

      een maximumaantal standplaatsen per branche.

Artikel 4 De marktcommissie

  • 1. Het college kan een commissie van advies instellen die tot taak heeft het college te adviseren inzake marktaangelegenheden.

  • 2. Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de samenstelling en werkwijze van deze marktcommissie.

Artikel 5 Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 6 Voorschriften en beperkingen

  • 1. Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing, ter bescherming van de belangen in verband waarmee de vergunning of ontheffing is vereist.

  • 2. Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

Paragraaf 2. Bepalingen over het aanvragen en verlenen van de vergunning

Artikel 7 Vergunning voor innemen standplaats

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

Artikel 8 Toewijzing standplaatsen

Een standplaats wordt toegewezen als vaste plaats, dagplaats of standwerkersplaats.

Artikel 9 De vergunningaanvraag

Voor toewijzing van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, die een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college en die daarbij tevens aantoont dat hij persoonlijk voldoet aan alle publiekrechtelijke verplichtingen op het gebied van bedrijfsuitoefening en bedrijfsorganisatie. Hiermee wordt bedoeld een uittreksel van de Kamer van Koophandel en een kopie van het legitimatiebewijs.

Artikel 10 Intrekking vergunning

  • 1. De vergunning voor het innemen van een standplaats wordt door het college ingetrokken:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder;

    • b.

      bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij op grond van artikel 6 Markreglement de vergunning wordt overgeschreven.

  • 2. Het college kan een vergunning intrekken:

    • a.

      indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      indien de vergunninghouder niet meer voldoet aan de in artikel 9 genoemde vereisten voor het toewijzen van een standplaats.

  • 3. Indien degene op wie een vergunning ingevolge artikel 6 Markreglement is overgeschreven, reeds vergunning heeft voor een andere vaste plaats op dezelfde markt, wordt deze vergunning ingetrokken.

Artikel 11 Venten

  • 1. Het is verboden om op het marktterrein tijdens de duur van de markt met goederen of waren ten verkoop rond te lopen of te rijden.

  • 2. Van het bepaalde in het eerste lid kan door het college ontheffing worden verleend, voor zover het de verkoop van alcoholvrije dranken en geringe eetwaren ten behoeve van de standplaatshouders en –werkers betreft.

Paragraaf 3 Straf-, overgangs- en slotbepalingen

Artikel 12 Intrekking vergunning en schorsing vaste standplaats

  • 1. Het college kan, onverminderd het bepaalde in artikel 10, een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen, indien de vergunninghouder of zijn vervanger of degene die hem bijstaat:

    • a.

      het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

    • b.

      zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

    • c.

      niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

    • d.

      niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college, indien de gedraging genoemd in lid 1 van dit artikel zich ondanks de daar genoemde sancties blijven aanhouden, een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen en voor 12 maanden zijn vergunning in te trekken.

Artikel 13 Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker

  • 1. Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkersplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkersplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, gelegen binnen een periode van twee jaar na de bekendmaking van het besluit tot uitsluiting, indien deze:

    • a.

      het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

    • b.

      zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

    • c.

      niet als standwerker actief is op een hem toegewezen standwerkersplaats;

    • d.

      niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet, dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet.

  • 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college, indien de gedraging genoemd in lid 1 van dit artikel zich ondanks de daar genoemde sancties blijven aanhouden, een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen en voor 12 maanden uitsluiten van enige vergunning.

Artikel 14 Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste twee maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 15 Toezichthouders

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktmeester en de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 16 Intrekken verordening

De Marktverordening Enkhuizen 2003, vastgesteld op 9 oktober 2003, wordt ingetrokken.

Artikel 17 Overgangsbepalingen

  • 1. Vergunningen en ontheffingen - hoe ook genaamd - verleend krachtens de “Marktverordening Enkhuizen 2003” blijven - indien en voor zover het gebod of verbod waarop de vergunning of ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening - van kracht tot de termijn waarvoor zij werden verleend, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

  • 2. Voorschriften en beperkingen opgelegd krachtens de “Marktverordening Enkhuizen 2003”, blijven - indien en voor zover de bepalingen ingevolge welke deze verplichtingen zijn opgelegd, ook zijn vervat in deze verordening - van kracht tot de termijn waarvoor zij zijn opgelegd, is verstreken of totdat zij worden ingetrokken.

  • 3. Vergunningen en ontheffingen bedoeld in het eerste lid en verplichtingen bedoeld in het tweede lid, worden geacht vergunningen, ontheffingen en verplichtingen in de zin van deze verordening te zijn.

  • 4. Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Verordening 2012 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

  • 5. De lijst van gegadigden, welke op grond van de “Marktverordening Enkhuizen 2008” is ontstaan, blijf gelden voor degenen die op het moment van inwerkingtreding van deze verordening stonden ingeschreven.

Artikel 18 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 8 dagen na de bekendmaking.

Artikel 19 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: "Marktverordening Enkhuizen 2012".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van ......... (datum),
De griffier, De voorzitter,