Beleidsregels gevonden voorwerpen

Geldend van 18-06-2012 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels gevonden voorwerpen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

Besluit : Besluit gevonden voorwerpen (Stb. 1991, 434).

Burgemeester : Burgemeester van Etten-Leur.

BW : Burgerlijk Wetboek.

College : Het college van burgemeester en wethouders van Etten-Leur.

Gemeente : Gemeente Etten-Leur

Gevonden voorwerp : Een onbeheerde zaak als bedoeld in artikel 5, eerste lid BW.

Niet-kostbare zaken : Zaken als bedoeld in artikel 2 van het Besluit.

Vinder : De persoon die in artikel 5, eerste lid BW wordt bedoeld.

Artikel 2 Doelstelling

De wetgever heeft de gemeente aangewezen als overheidsinstantie waar gevonden voorwerpen kunnen worden ingeleverd. Deze beleidsregels geven aan op welke wijze de gemeente omgaat met de bevoegdheden die in verband met die taak volgens het BW aan haar zijn toegekend.

Artikel 3 Grondslag en afbakening

Deze beleidsregels hebben betrekking op gevonden voorwerpen in de termen van boek 5, titel 2 van het BW. De beleidsregels zijn niet van toepassing op voorwerpen die in het kader van een handhavingtraject bijvoorbeeld worden meegevoerd en opgeslagen. Hiertoe zijn wettelijke regels opgesteld in hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht. Evenmin zijn deze beleidsregels van toepassing op dieren, welke eveneens als zaak moeten worden beschouwd. De gemeente heeft voor de overdracht en opvang van gevonden dieren een overeenkomst met de stichting Dierenasiel Breda e.o. afgesloten en in het kader daarvan nadere afspraken gemaakt.

Artikel 4 Gevonden zaken

  • 1. De vinder van een gevonden voorwerp, die deze onder zich neemt, is verplicht hiervan met bekwame spoed aangifte te doen bij de daartoe door het college aangewezen ambtenaar, tenzij hij terstond na de vondst daarvan mededeling heeft gedaan aan degene die hij als eigenaar of als tot ontvangst bevoegd mocht beschouwen.

  • 2. De aangifte als bedoeld in het eerste lid dient plaats te vinden overeenkomstig een door het college vastgesteld formulier.

  • 3. Het college verstrekt op het moment van aangifte of van inbewaringneming hiervan een bewijs aan de vinder.

  • 4. De gemeente verstrekt aan vinders geen vergoeding voor de kosten voor de bewaring en onderhoud van het gevonden voorwerp.

  • 5. De gemeente houdt een register bij van gevonden voorwerpen. In dit register wordt ten minste vermeld:

    • a.

      een omschrijving van het gevonden voorwerp;

    • b.

      een schatting van de economische waarde;

    • c.

      de datum van de aangifte en/of inbewaringstelling aan de gemeente;

    • d.

      de naam en het adres van de vinder;

    • e.

      de van toepassing zijnde wettelijke termijn (tot bewaring);

    • f.

      de datum van vernietiging of overdracht (verkoop of om niet) van het gevondenvoorwerp.

Artikel 5 Verkoop, vernietiging, overdracht

  • 1. Tenzij sprake is van een situatie als bedoeld in het derde tot en met vijfde lid worden voorwerpen die anders dan op haar vordering aan de gemeente in bewaring zijn gegeven en zijn aan te merken onder niet-kostbare zaken door de burgemeester drie maanden na de inbewaringgeving voor rekening van de gemeente verkocht, vernietigd of om niet aan een derde overgedragen.

  • 2. Tenzij sprake is van een situatie als bedoeld in het derde tot en met vijfde lid worden voorwerpen die anders dan op haar vordering aan de gemeente in bewaring zijn gegeven en waarvan de vinder niet voldoet aan het bepaalde in artikel 5, eerste lid BW door de burgemeester één jaar na de inbewaringgeving voor rekening van de gemeente verkocht, vernietigd of om niet aan een derde overgedragen.

  • 3. De voorwerpen die anders dan op haar vordering aan de gemeente in bewaring zijn gegeven worden door de burgemeester voor rekening van de gemeente verkocht, vernietigd of om niet aan een derde overgedragen indien degene die de zaak opeist de verschuldigde kosten niet binnen een maand nadat ze hem zijn opgegeven heeft voldaan.

  • 4. Zaken die aan de gemeente in bewaring zijn gegeven die snel tenietgaan of aan achteruitgang onderhevig zijn of waarvan wegens de onevenredig hoge kosten of ander nadeel de bewaring niet langer van de gemeente kan worden gevergd, worden eerder dan de in het eerste en tweede lid genoemde termijnen door de burgemeester verkocht of indien de zaak zich niet voor de verkoop leent om niet aan een derde overgedragen of vernietigd.

  • 5. De aan de gemeente in bewaring gegeven zaken die eigendom zijn geworden van de vinder worden door de burgemeester voor rekening van de gemeente verkocht, vernietigd of om niet aan een derde overgedragen indien de vinder zich niet binnen één maand na zijn verkrijging bij de gemeente heeft aangemeld om de zaak in ontvangst te nemen.

Artikel 7 Gevonden geld

Bestaat de aan de gemeente in bewaring gegeven zaak uit een geldsom hoger dan 300 euro dan wordt dit bedrag door de gemeente op een door het college aangewezen bankinstelling gestort. De door de bank verstrekte rente komt toe aan de rechthebbende op de zaak.

Artikel 8 Kosten van bewaring, onderhoud en opsporing

  • 1. De gemeente kan de kosten van bewaring en onderhoud en tot opsporing van de eigenaar of andere tot ontvangst bevoegde in rekening brengen aan degene die de zaak opeist van de gemeente op een door het college te bepalen wijze. Kosten verband houdend met het plaatsen van individuele (opsporings)publicaties, het afsluiten van noodzakelijke verzekeringen en het huren van (externe) opslag voor de zaak worden echter altijd in rekening gebracht.

  • 2. De gemeente verstrekt aan de degene die de zaak genoemd in het voorgaande lid opeist van de gemeente een overzicht van de in het eerste lid genoemde kosten en stelt hem daarbij in de gelegenheid om de kosten binnen een maand te voldoen nadat ze hem zijn opgegeven.

  • 3. Onverminderd het gestelde in lid 5 van artikel 5 van deze beleidsregels wordt de afgifte van de zaak opgeschort zolang de in het eerste lid bedoelde kosten niet zijn voldaan.

Artikel 9 Slotbepaling

  • 1. Deze beleidsregels treden in werking op 18 juni 2012;

  • 2. Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als: “Beleidregels gevonden voorwerpen”.

    Etten-Leur,

    Burgemeester en wethouders van Etten-Leur,

    De secretaris,                         De burgemeester,

     

     

     

    F.C.M. Dingenouts.                Mw. H. van Rijnbach-de Groot.

     

     

     

    Burgemeester van Etten-Leur,

     

     

     

     

     

    Mw. H. van Rijnbach-de Groot

Bijlagen:

Aangifteformulier gevonden voorwerp

Aangifteformulier verloren voorwerp

Bewijs van ontvangst

Proces verbaal van vernietiging

[Klik hier om het document te downloaden]

Formulieren