Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent subsidieregeling meedoen moet kunnen (Subsidieregeling meedoen moet kunnen)

Geldend van 05-09-2019 t/m 28-07-2021

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent subsidieregeling meedoen moet kunnen (Subsidieregeling meedoen moet kunnen)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk,

Gelet op het bepaalde in artikel 4:21 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht artikel 2 en 3 van de Algemene Subsidieverordening Harderwijk 2018 en de Beleidsnota meedoen moet kunnen,

Overwegende dat het wenselijk is om een subsidie beschikbaar te stellen voor het organiseren van sportieve en culturele activiteiten die zijn gericht op inwoners van de gemeente Harderwijk die nu niet kunnen meedoen aan deze activiteiten, door bijvoorbeeld een verstandelijke beperking, lichamelijke beperking, psychische stoornis of mensen in lastige psychosociale situaties.

Besluit vast te stellen de volgende regeling:

‘SUBSIDIEREGELING MEEDOEN MOET KUNNEN’

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze regeling en de daarop rustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a.

    Aanvraag: een aanvraag om subsidie zoals bedoeld in deze regeling die de aanvrager indient;

  • b.

    Aanvrager: een rechtspersoon die sportieve of culturele activiteiten aanbiedt;

  • c.

    Asv: de Algemene subsidieverordening Harderwijk 2018;

  • d.

    Beoordelingsteam: het beoordelingsteam beoordeelt de subsidieaanvraag aan de hand van de in deze regeling opgenomen criteria. Het team bestaat uit een ambtenaar sport, een ambtenaar cultuur, en een lid van de sociale adviesraad. Het beoordelingsteam kan inhoudelijk deskundigen raadplegen en om advies vragen;

  • e.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk.

Artikel 2 Asv

  • 1. Op deze regeling is de Asv van toepassing, tenzij hiervan in deze regeling nadrukkelijk wordt afgeweken.

  • 2. De subsidies die op grond van deze nadere regels worden verstrekt zijn aan te merken als eenmalige subsidies.

Artikel 3. Doel van de regeling

Deze regeling heeft als doel om:

  • Inwoners van Harderwijk, waar de gemeente Harderwijk vanuit het Sociaal domein zorg voor draagt, bijvoorbeeld mensen met verstandelijke beperkingen, lichamelijke beperkingen, psychische stoornissen of in lastige psychosociale situaties, die nu niet meedoen in sportieve en culturele activiteiten hier mogelijkheden voor te geven door het ontwikkelen van een voor hen aantrekkelijk, innovatief en laagdrempelig aanbod;

  • Nieuwe activiteiten te faciliteren die aansluiten bij de interesse c.q. passie en de mogelijkheden van deze inwoners;

  • Ervaring op te doen door middel van een gevarieerd aanbod van activiteiten en variatie in deelnemers;

  • activiteiten te ondersteunen die het meedoen aan culturele of sportieve activiteiten, als vrije tijdsbesteding, op een laagdrempelige manier mogelijk maken, en;

  • Deze activiteiten in de toekomst eventueel structureel te kunnen continueren.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor een of meer activiteiten die passen binnen de hierboven genoemde doelen. De activiteit wordt uitgevoerd op Harderwijks wijkniveau of stedelijk niveau. De activiteit komt overwegend ten goede aan de Harderwijkse inwoners.

Artikel 5. Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1. De raad heeft het subsidieplafond voor deze regeling op een totaal van € 100.000,- voor twee jaar vastgesteld (1 augustus 2019- 1 augustus 2021). Per aanvraag geldt een deelsubsidieplafond van € 10.000,-. Een subsidie bedraagt dus maximaal € 10.000,- per project/activiteit.

  • 2. De hoogte van de subsidie wordt vastgesteld op basis van de inhoud van het plan, de ingediende begroting en het te verwachten bereik qua deelname en de duur van het project. Voor aanvragen geldt dat de begroting, behorende bij de aanvraag, voor maximaal 80% uit de gemeentelijke subsidie mag bestaan.

  • 3. Uitsluitend kosten die direct aan het betreffende project zijn toe te rekenen kunnen voor subsidie in aanmerking komen.

  • 4. Aanvragen dienen uiterlijk voor 1 augustus 2021 te worden ingediend.

  • 5. Verstrekking van subsidie vindt plaats op volgorde van ontvangst van complete aanvragen, totdat het vastgestelde subsidieplafond van € 100.000,- is bereikt.

  • 6. Als de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aangevulde aanvraag is ontvangen en de aanvraag compleet is.

  • 7. Aanvragen die op dezelfde datum in de volgorde van ontvangst zijn opgenomen, worden geacht tegelijkertijd te zijn ontvangen. Tussen deze aanvragen wordt geloot, indien toekenning tot overschrijding van het subsidieplafond zou leiden.

  • 8. Voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de subsidie geheel geweigerd.

  • 9. Het is niet toegestaan met de uitvoering van de activiteit/het project te starten voordat er is besloten tot subsidietoekenning.

Artikel 6. Indiening aanvraag

  • 1. In afwijking van artikel 7 van de Asv, wordt de aanvraag uiterlijk 6 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt gevraagd ingediend.

  • 2. Een onvolledig of niet tijdig ingediende aanvraag wordt niet in behandeling genomen, met inachtneming van de hersteltermijn zoals bedoeld in artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht indien die nog kan worden toegepast.

Artikel 7. Beslistermijn

  • 1. Het college beslist, in afwijking van artikel 8, tweede lid, van de Asv, binnen 6 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend.

  • 2. Het college kan deze termijn eenmalig met vier weken verlengen.

  • 3. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (subsidie van rechtswege) is niet van toepassing.

Artikel 8. Vereisten aanvraag

  • 1. De aanvraag voldoet aan de eisen in de Asv en deze subsidieregeling.

  • 2. In aanvulling op artikel 6 van de Asv legt de aanvrager bij de indiening van de subsidieaanvraag de volgende gegevens over:

    • a.

      een volledig ingevuld aanvraagformulier, te vinden op www.harderwijk.nl, met de daarin genoemde documenten en gegevens;

    • b.

      de rechtspersoon, of in het geval van een samenwerkingsverband alle rechtspersonen van het samenwerkingsverband, die vanuit de subsidiabele activiteit(en) werkt c.q. werken met personen in de leeftijd tot 18 jaar beschikken over een Verklaring Omtrent het Gedrag voor rechtspersonen (https://www.justis.nl/producten/vog/vog-aanvragen/vog-rpaanvragen/).

  • 3. In afwijking van artikel 9 lid 3 Asv kan het college een subsidie verlenen aan aanvragers met een winstoogmerk, indien de aanvrager, of in het geval van een samenwerkingsverband alle leden, geen winstoogmerk hebben met de uitvoering van de activiteiten of met de besteding van deze subsidie anderszins.

  • 4. Als de activiteit vergunningplichtig is, dient bij de aanvraag de verkregen vergunning te worden overlegd;

  • 5. Het college is bevoegd ook andere dan, of slechts enkele van, de in het eerste en tweede lid genoemde gegevens te verlangen, indien die voor het nemen van de beslissing op de aanvraag noodzakelijk respectievelijk voldoende zijn.

Artikel 9. Weigeringsgronden

  • 1. De subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:

    • a.

      er sprake is van een situatie beschreven in artikel 4:25 of 4:35 van de Algemene wet bestuursrecht of in artikel 9 van de Asv;

    • b.

      het bedrag waarvoor subsidie voor een subsidiabele activiteit wordt gevraagd het (deel)subsidieplafond geheel of gedeeltelijk overschrijdt;

    • c.

      de aanvraag niet voldoet aan het doel van de regeling, zoals bedoeld in artikel 3;

    • d.

      de aanvraag niet past binnen de subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 4;

    • e.

      de activiteit reeds is verricht;

    • f.

      er niet wordt voldaan aan de vereisten, zoals bedoeld in artikel 6, 8 en 11;

    • g.

      er voor dezelfde subsidiabele activiteit voor het gehele aangevraagde bedrag vanuit een andere regeling of voorziening al een subsidie of budget in welke vorm dan ook aan de aanvrager beschikbaar is gesteld en toekenning van de aanvraag tot een dubbeling zou leiden. Er kan voor eenzelfde activiteit geen dubbele subsidie worden aangevraagd.

  • 2. Indien de aanvraag onvoldoende variatie in het totale aanbod in cultuur en sport en/of diversiteit in doelgroep, organisatie en activiteiten biedt, kan de subsidie worden geweigerd.

Artikel 10 Beoordeling aanvraag

  • 1. De inhoudelijke beoordeling van de aanvragen vindt plaats door een beoordelingsteam.

  • 2. Dit team bestaat uit een ambtenaar sport, een ambtenaar cultuur en een lid van de sociale adviesraad.

  • 3. Het beoordelingsteam kan inhoudelijk deskundigen raadplegen en om advies vragen.

  • 4. Het beoordelingsteam beoordeelt de subsidieaanvraag aan de hand van de beoordelingscriteria zoals genoemd in artikel 11 en houdt zich daarbij aan deze regeling, de wet en de Asv.

  • 5. Het beoordelingsteam adviseert het college of en voor welk bedrag er aan de aanvrager subsidie wordt verleend.

  • 6. Voor een geldig advies dienen alle drie de leden aanwezig te zijn bij de beoordeling van de aanvraag.

  • 7. Het college besluit over de aanvragen.

  • 8. Het college kan gemotiveerd afwijken van het advies van het beoordelingsteam.

Artikel 11. Voorwaarden

De aanvraag dient te voldoen aan de volgende voorwaarden, dit ter beoordeling van het beoordelingsteam:

  • a.

    de activiteiten zijn gericht op bewegen, sporten of cultuur;

  • b.

    de aanvraag ziet op inwoners van de gemeente Harderwijk, waar de gemeente Harderwijk vanuit het Sociaal Domein zorg voor draagt;

  • c.

    het gaat om een innovatief aanbod die nog niet bestaat in de gemeente Harderwijk;

  • d.

    Voor het project moet worden samengewerkt met minimaal één Harderwijkse organisatie;

  • e.

    er is sprake van een duidelijke omschrijving en onderbouwing van de begrote kosten. De begrote kosten staan in directe relatie tot de uit te voeren activiteiten, en;

  • f.

    de activiteit kan structureel worden gecontinueerd na afloop van het project.

Artikel 12. Subsidieverlening

  • 1. Subsidie wordt voor de duur van de activiteit verleend. De activiteit vindt plaats of vangt aan binnen 6 maanden nadat de subsidie is verleend.

  • 2. De betaling tot € 5.000,- vindt plaats bij wijze van voorschot. Het voorschot wordt binnen 6 weken na het verzenden van het besluit verstrekt.

  • 3. Bij toekenning van een hoger bedrag, dan € 5000,-, wordt € 5000,- euro direct na het verlenen van de subsidie bij wijze van voorschot betaald en het resterende bedrag wordt na een positieve evaluatie als voorschot verstrekt. De evaluatie vindt een half jaar na de start van het project/de activiteit plaats.

Artikel 13. Verantwoording en subsidievaststelling

  • 1. Vaststelling van de toegekende subsidie vindt plaats door het college nadat:

    • a.

      de in de aanvraag opgenomen activiteiten schriftelijk zijn gereedgemeld bij het college.

      De gereedmelding dient uiterlijk binnen 13 weken na voltooiing van de activiteiten plaats te vinden. Bij de gereedmelding worden de facturen en bewijzen van betaling met betrekking tot de uitgevoerde activiteiten bijgevoegd;

    • b.

      uit een controle door medewerkers van domein Samenleving gebleken is, dat de werkzaamheden correct en overeenkomstig de subsidietoekenning en de ingediende aanvraag zijn uitgevoerd;

    • c.

      de facturen en betaalbewijzen van de uitgevoerde werkzaamheden door medewerkers van domein Samenleving zijn gecontroleerd en akkoord bevonden.

  • 2. Indien bij de eindcontrole blijkt dat (op onderdelen) wordt afgeweken van de subsidietoekenning kan het college de in eerste instantie toegekende subsidie verlagen of op ‘nihil’ vaststellen.

  • 3. Het college stelt een subsidie vast binnen 13 weken na de ontvangst van een aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 4. De in het derde lid genoemde termijn kan éénmalig met ten hoogste 10 weken worden verdaagd.

  • 5. Paragraaf 4.1.3.3 Awb (subsidievaststelling van rechtswege) is niet van toepassing.

Artikel 14. Verplichtingen

  • 1. In aanvulling op de verplichtingen die op grond van de Algemene wet bestuursrecht en de Asv zijn opgelegd, is de subsidieontvanger verplicht om in ieder geval na een half jaar en na afloop van de activiteit/projectperiode de voortgang/het resultaat van de activiteit te bespreken met een vertegenwoordiger van de gemeente Harderwijk.

  • 2. Het college kan bij de subsidieverlening aanvullende verplichtingen opleggen die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 15. Hardheidsclausule

Het college kan van de bepalingen in deze regeling afwijken als daaraan vasthouden voor de aanvrager gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn tot de daarmee te dienen belangen.

Artikel 16. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking ervan.

Artikel 17. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als ‘Subsidieregeling meedoen moet kunnen’.

Ondertekening

Vastgesteld in de vergadering van

Toelichting op de regeling meedoen moet kunnen

Met deze regeling wil de gemeente Harderwijk uitvoering geven aan de transformatiedoelstelling in het Sociaal Domein namelijk maatschappelijke participatie van alle inwoners mogelijk maken.

Het doel van deze regeling is dat (maatschappelijke) organisaties (cultuur, sport, welzijn, Wmo, Participatiewet, Jeugdwet) in Harderwijk in onderlinge samenwerking een passend (toegankelijk) en in potentie structureel cultureel en sportief aanbod organiseren, dat aansluit bij de behoeften van inwoners die onvoldoende mogelijkheden hebben om op eigen kracht deel te nemen. Het doel is om in een periode van 2 jaar circa 10 structurele projecten te ontwikkelen. Bij voldoende initiatieven streven we naar een evenredige verdeling over cultuur en sport.

De gemeente wil projecten faciliteren die aansluiten bij de interesse cq passie en mogelijkheden van inwoners die nu onder zorg van het Sociaal Domein vallen. Het aanbod is niet gericht op het begeleiden naar individuele doelen zoals binnen de individuele maatwerkvoorzieningen in het sociaal domein.

In de beleidsnota meedoen moet kunnen staan de uitgangspunten van deze regeling opgenomen.

Toelichting artikel 5 Subsidieplafond en wijze van verdeling

Er is een bedrag beschikbaar van € 100.000 voor een pilotperiode van 2 jaar.

De aanvragen voor subsidie worden op volgorde van binnenkomst behandeld. Zolang er nog geld beschikbaar is kunnen er aanvragen gedaan worden.

Per project kan maximaal 80% van de begroting als subsidie verleend worden. 20% van de kosten dient u als organisatie te financieren (bijv. financiën uit eigen middelen, bijdrage door deelnemers, sponsoring vanuit fondsen of bedrijven). Maximaal toe te kennen subsidie per project is €10.000.

Toelichting artikel 6 indienen aanvraag

Heeft u plannen voor het indienen van een project neem dan contact op met de beleidsmedewerker cultuur of sport voor een oriënterend gesprek.

In een gesprek over het voorstel zal duidelijk worden of het past binnen deze pilot. En wordt de indiener geïnformeerd over de voorwaarden en de evaluatie.

Toelichting artikel 10 beoordeling aanvraag

Een aanvraag wordt beoordeeld door een team bestaande uit een medewerker cultuur, medewerker sport en een deelnemer van de sociale adviesraad.

Afhankelijk van de inhoud van het project en de deelnemers wordt er door het team aanvullend advies gevraagd aan specifieke inhoudsdeskundigen.

De motivatie voor de toekenning of afwijzing van financiële ondersteuning van het project wordt schriftelijk vastgelegd. Wanneer subsidie verleend wordt voor het project zal dit (zowel mondeling als schriftelijk) gemeld worden aan de indieners

Toelichting artikel 12 subsidieverlening

Om vast te stellen in hoeverre het project voldoet aan de doelstellingen van deze pilot en omdat we graag leren van de inzet van de projecten wordt er een grote waarde gehecht aan evaluatie van de projecten. Het gaat daarbij om de ervaringen van de deelnemers en de ervaringen van de organisatoren en hun samenwerkingspartners. Mocht uit de evaluatie blijken dat het project niet voldoet aan de aanvraag en/of aan de uitgangspunten van deze regeling, dan zal het eventueel resterende bedrag dat hoger is dan € 5000,- niet meer worden verstrekt en zal eventueel de subsidie die is verleend worden teruggevorderd. Dit is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Een eerste evaluatie zal plaatsvinden een half jaar na de start van de activiteiten.

toelichting artikel 14 verplichtingen

Let op: Indien u het project/de activiteit toch niet gaat uitvoeren of als u het project/de activiteit op een andere wijze gaat uitvoeren, bent u verplicht om dat te melden. Er wordt dan beoordeeld of dit consequenties heeft voor de subsidie.