Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Harderwijk houdende het Sanctiebeleid Drank- en Horecawet

Geldend van 28-12-2017 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Harderwijk houdende het Sanctiebeleid Drank- en Horecawet

1. Aanleiding

Het schenken van alcoholhoudende drank wordt gereguleerd door de Drank- en Horecawet (hierna genoemd DHW) en is onderworpen aan een vergunningplicht. In de meeste gevallen is de burgemeester het bevoegde bestuursorgaan ten aanzien van de vergunningverlening, het toezicht en de handhaving. In sommige gevallen is het bevoegde orgaan voor toezicht en handhaving de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA).

Op grond van artikel 43a van de Drank- en Horecawet stelt de gemeenteraad een preventie- en handhavingsplan vast dat de hoofdzaken bevat van het beleid betreffende de preventie van alcoholgebruik, met name onder jongeren, en de handhaving van de wet. Op 22 juni 2017 heeft de gemeenteraad het preventie- en handhavingsplan 2017-2021 vastgesteld. In dit plan is aangegeven dat de burgemeester ervoor kiest om sanctiebeleid voor de gehele Drank- en Horecawet op te stellen in één document. Op deze wijze is het voor partijen (horecaondernemers, bewoners en drank- en horecacontroleurs) overzichtelijk, transparant en efficiënt.

Dit stuk is als volg opgebouwd. Eerst zijn de algemene beleidsregels opgenomen die op de bestuursrechtelijke aanpak van elke overtreding van toepassing zijn. Daarna volgen de beleidsregels voor bestuursrechtelijke handhaving van de leeftijdsgrenzen.

In de bijlage treft u de matrix sanctiestrategie van de DHW. Hierin is vastgesteld hoe het toezicht en de handhaving plaatsvindt per geconstateerde overtreding van de DHW.

2. Sanctiebeleid bestuursrechtelijke handhandhaving algemeen DHW

Algemeen

In deze beleidsregels legt de burgemeester vast op welke wijze hij reageert op geconstateerde overtredingen. Per geconstateerde overtreding is vastgelegd welk sanctiemiddel wordt ingezet en welke stappen worden gezet in het handhavingstraject.

Juridisch kader

Artikel 4:48 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna aangehaald als Awb) bepaalt dat een bestuursorgaan beleidsregels kan vaststellen, met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid.

Zorgvuldige voorbereiding handhavingsbesluit

Elk besluit dat de burgemeester neemt ter handhaving van de DHW dient volgens de Awb zorgvuldig te worden voorbereid. Dit houdt in dat voordat wordt besloten tot op het opleggen van een last onder dwangsom, een last onder bestuursdwang en het schorsen of intrekken van een vergunning in beginsel eerst een voornemen tot handhaving bekend wordt gemaakt. In beginsel, want in een (zeer) spoedeisende situatie kan worden afgezien van het vooraf horen. Dit dient in het handhavingsbesluit goed te worden gemotiveerd.

Degene tegen wie het handhavingsvoornemen is gericht, wordt daarbij in de gelegenheid gesteld om zijn/haar zienswijze (reactie) binnen twee weken kenbaar te maken. Pas daarna zal een definitief besluit worden genomen. Tegen de definitieve besluiten staat vervolgens bezwaar open. Deze bezwaarschriften worden voor advies voorgelegd aan de onafhankelijke commissie bezwaarschriften Harderwijk-Zeewolde.

Op het moment dat de last wordt overtreden stuurt de burgemeester een invorderingsbeschikking als bedoeld in artikel 5:37 van de Awb naar de overtreder van de last waarin staat dat een dwangsom is verbeurd en dat dit binnen zes weken moet worden betaald. Op grond van artikel 4:12 Awb is het niet vereist om bij het vaststellen van een beschikking die strekt tot het vaststellen van een financiële verplichting, eerst een brief met een voornemen hiertoe te sturen.

In het kader van een zorgvuldige voorbereiding van besluitvorming, worden de stappen in deze beleidsregels toegepast per natuurlijke persoon of rechtspersoon en niet per horecabedrijf. Als een horecaondernemer zijn onderneming tussentijds (gedurende het handhavingsproces) overdraagt aan een ander, begint de nieuwe exploitant met een schone lei. De drank- en horecavergunning vervalt dan van rechtswege. Dit is anders als de ondernemingsvorm wijzigt maar één van de ondernemers nog steeds betrokken is bij de zaak.

Bestuurlijke boete

Vele overtredingen zoals vermeld in de Drank- en Horecawet kunnen bestuurlijk worden beboet. Een bestuurlijke boete is een straffende sanctie, inhoudende een onvoorwaardelijke verplichting tot betaling van een geldsom. De hoogte van deze geldsom wordt niet zelf bepaald door de gemeente maar is opgenomen in de bijlage behorende bij het Besluit bestuurlijke boete Drank- en Horecawet. Het voorgaande (zorgvuldige voorbereiding handhavingsbesluit) is niet van toepassing op een strafbeschikking (bestuurlijke boete). De strafbeschikking is een strafrechtelijke sanctiemiddel en de Awb is van toepassing op bestuursrechtelijke sanctiemiddelen.

Doel van handhaving en sanctiebeleid

Het doel van dit beleid is vooraf duidelijkheid te geven op welke wijze het toezicht en de bestuursrechtelijke handhaving plaatsvindt, waardoor er mogelijk een preventieve werking vanuit gaat. Op deze wijze wordt op een eenduidige manier opgetreden en wordt willekeur voorkomen. Bij het opleggen van een bestuurlijke sanctiemiddel kan als motivering verwezen worden naar deze beleidsregels.

Sanctiemiddelen

De burgemeester kiest ervoor om de volgende sanctiemiddelen in te zetten na het constateren van overtredingen van de DHW; het opleggen van een last onder dwangsom, het opleggen van een last onder bestuursdwang, het schorsen of intrekken van de DHW vergunning of het beperken van het aantal te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard.

Last onder dwangsom en invorderingsbeschikking

De burgemeester heeft op basis van artikel 125 van de Gemeentewet en artikel 5:32 Awb de bevoegdheid tot het opleggen van een last onder dwangsom. Een dwangsom is een herstelsanctie waarbij de overtreder in het geval van dit sanctiebeleid per overtreding of ineens een geldbedrag verbeurt, onder andere wanneer een nieuwe overtreding van de last wordt begaan. De hoogte van de dwangsom is afhankelijk van de zwaarte van de overtreding. Het doel van de sanctie is dat de prikkel aan de overtreder dermate is dat die geen verdere overtredingen meer zal begaan.

Last onder bestuursdwang

De burgemeester heeft op basis van artikel 125 van de Gemeentewet en artikel 5:21 van de Awb de bevoegdheid tot het opleggen van een last onder bestuursdwang. Het toepassen van bestuursdwang is een herstelsanctie waarbij de overtreder wordt gesommeerd de overtreding te beëindigen. Indien de overtreder hieraan geen gehoor of niet tijdig gehoor geeft zal, op kosten van de overtreder, de burgemeester de last door feitelijk te handelen ten uitvoer leggen.

Schorsen of intrekken DHW vergunning

Op grond van artikel 32 van de DHW kan de burgemeester een drank- en horecavergunning op diverse gronden schorsen voor een periode van ten hoogste twaalf weken. Daarnaast kan de burgemeester een drank- en horecavergunning op grond van artikel 31 van de DHW in bepaalde gevallen intrekken. Het schorsen en intrekken van een drank- en horecavergunning moet onder andere in het geval een vergunninghouder zich niet houdt aan de regels die zijn opgenomen in de DHW, zoals bijvoorbeeld artikel 20, eerste en derde lid DHW (leeftijdgrens).

Beperken van het aantal te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard

Op grond van artikel 4:48 Awb, juncto artikel 4 van de DHW en artikel 2.34B lid 4 van de APV kan de burgemeester het aantal bijeenkomsten van persoonlijke aard verminderen indien een dergelijke bijeenkomst niet of niet tijdig bij hem wordt gemeld (via het digitale meldingssysteem) . Gekozen is voor het verminderen van het houden van bijeenkomsten van persoonlijke aard met een aantal van 3 per keer dat een bijeenkomst niet of niet tijdig is gemeld. Concreet houdt dit in dat per jaar 12 bijeenkomsten van persoonlijke aard mogen worden gehouden door een paracommerciële instelling. Indien een instelling dit niet of niet tijdig meldt, mag een instelling geen 12 bijeenkomsten meer houden maar gaat de teller naar 9. Dit zal consequent worden toegepast totdat het houden van bijeenkomsten van persoonlijke aard gereduceerd is tot 0.

Mocht een paracommerciële instelling dan alsnog een bijeenkomst houden, dan zal worden overgegaan tot het opleggen van een dwangsom zoals is omschreven in de matrix sanctiebeleid bij artikel 4 lid 1 van de DHW en 2.34B lid 3 van de APV.

Vooraf waarschuwen

Wanneer een boa of toezichthouder een overtreding van de DHW constateert, zal in de regel de overtreder eerst een waarschuwing ontvangen en indien van toepassing een hersteltermijn geboden. Indien na de gedane waarschuwing en/of de geboden hersteltermijn wederom een overtreding wordt geconstateerd, zal worden opgetreden volgens de matrix sanctiestrategie Drank- en Horecawet (zie bijlage).

Sanctiebeleid

Als de opgelegde dwangsom is verbeurd (maximaal 3x) en de overtreding is niet beëindigd, dan zal vervolgens gekozen worden voor een zwaarder bestuursrechtelijk handhavingsbesluit. Een dwangsom is immers geen ‘afkoopsom’. Het volgende handhavingsbesluit kan zijn ofwel een hogere last onder dwangsom (een verdubbeling van het in de handhavingsbesluit genoemde bedrag), ofwel het schorsen/intrekken van de drank- en horecavergunning ofwel een last onder bestuursdwang. Voor sommige overtredingen geeft de matrix al aan voor welk volgende handhavingsbesluit wordt gekozen. Indien dit het geval is, dan is dat het uitgangspunt. Waar het niet staat aangegeven in de matrix is de keuze voor het volgende handhavingsbesluit afhankelijk van de feiten en omstandigheden van de situatie. Hierbij wordt in ieder geval gekeken naar de zwaarte van de overtreding, de houding en opstelling van de overtreder en in hoeverre de openbare orde in het geding is doordat de overtreding niet wordt beëindigd.

Matrix sanctiebeleid DHW

In de matrix staat weergegeven hoe zal worden opgetreden tegen een overtreding van een bepaald artikel van de DHW/APV. De hoogte van de dwangsom is afhankelijk van het aantal m² van de betreffende horecalokaliteit. Een dwangsom is een financiële prikkel om een overtreding ongedaan te maken. De prikkel moet dermate sterk zijn om de overtreder ook daadwerkelijk tot beëindiging van de overtreding over te laten gaan. Een groter bedrijf heeft een grotere financiële prikkel nodig dan een kleiner bedrijf. Daarom is in de matrix de hoogte van de dwangsom afhankelijk van het aantal vierkante meters van het horecabedrijf. De richtlijn voor het aantal vierkante meters van een horecabedrijf komt voort uit de gegevens die op de DHW vergunning staan vermeld.

Ook is bij het bepalen van de hoogte van de dwangsommen gekeken naar het te overtreden voorschrift. Hoe zwaarwegender het belang dat achter de verbodsbepaling schuilgaat, hoe hoger het bedrag van de dwangsom is vastgesteld. Dit is gelijk aan het systeem van de bestuurlijke boete wat in dit beleid is gevolgd.

In de kolom van “bestuurlijke boete” is alleen opgenomen of dit mogelijk is of niet. Bewust is er voor gekozen hier geen bedragen te noemen maar te verwijzen naar de bedragen die zijn opgenomen in het Besluit bestuurlijke boete DHW. Mochten de wettelijke bedragen veranderen dan behoeft dit beleid hierin geen wijziging.

Prioriteit

Voor wat betreft de prioritering in het toezicht en de handhaving ligt de focus op jongeren en jongvolwassenen tot 24 jaar. Het accent ligt op de groep onder de 18 jaar en het ‘binge’ drinken tot en met 24 jaar. Dit vanwege de gezondheidsrisico’s voor deze doelgroep. Dit is in lijn met de beleidsfocus zoals die is vastgelegd in het alcohol preventie- en handhavingsplan gemeente Harderwijk 2017-2021.

In het verlengde van bovenstaande is het ook zeer belangrijk dat personen onder wiens verantwoordelijkheid alcoholhoudende drank wordt geschonken, dat die personen in nuchtere toestand hun werk uitvoeren en dus serieus met hun verantwoordelijkheid omgaan. Een situatie waarbij door een beschonken ondernemer/leidinggevende alcoholhoudende drank wordt verstrekt is ontoelaatbaar en zeer onwenselijk. In dit licht wordt dan ook aan voornoemde situaties dezelfde (hoge) prioriteit toegekend als het toezicht en de handhaving op jongeren en jongvolwassen tot 24 jaar en het bingedrinken.

Daarnaast ligt de focus in het toezicht en handhaving ook op het drankgebruik door jongeren tijdens (grotere) evenementen. Dit is consistent aan het uitvoeringsprogramma integraal toezicht en handhaving 2016-2017 en de daarbij behorende handhavingsmatrix. Volgens deze handhavingsmatrix gaat een hoge prioriteit uit naar drankmisbruik door jongeren en de overlast die ten gevolge hiervan ontstaat.

Tot slot wordt ook prioriteit gegeven aan handhavingsprocedures waarvan de overtreding nog niet is beëindigd ondanks het feit dat een handhavingsbesluit is opgelegd. Volgens de hiervoor beschreven sanctiestrategie wordt zo nodig een zwaarder handhavingsbesluit opgelegd als het eerdere opgelegde handhavingsbesluit niet tot gevolg heeft gehad dat de overtreding is beëindigd. Hiermee wordt een duidelijk signaal afgegeven dat een overtreding niet ‘af te kopen’ is door betaling van een éénmalige dwangsom en dat de ambtelijke capaciteit net zolang wordt ingezet als nodig is om de overtreding te beëindigen en beëindigd te houden.

3. Sanctiebeleid bestuursrechtelijke handhaving leeftijdsgrenzen DHW

Algemeen

Uit onderzoek blijkt dat het voor minderjarigen eenvoudig is om, onder andere, in supermarkten, in cafetaria’s, bij de horeca of in sportkantines in de gemeente Harderwijk aan alcoholhoudende drank te komen. De DHW bevat een verbod tot het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze persoon 18 jaar of ouder is. De burgemeester is op grond van het bestuursrecht bevoegd om tegen een overtreding van dit verbod handhavend op te treden. In dit beleid wordt aangegeven hoe de burgemeester omgaat met deze bevoegdheid.

Juridisch kader

Artikel 20, eerste lid van de DHW geeft aan dat het verboden is om bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Onder verstrekken wordt ook begrepen het verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, maar de drank echter kennelijk bestemd is voor een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt.

Op grond van artikel 20, derde lid, aanhef en onder a van de DHW geschiedt de vaststelling als bedoeld in het eerste lid aan de hand van een document als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Wet op de identificatieplicht (onder andere geldig paspoort of geldig identiteitskaart), dan wel op een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen andere wijze.

De vaststelling blijft ingevolge artikel 20, derde lid, aanhef en onder b van de DHW achterwege, indien het een persoon betreft die onmiskenbaar de vereiste leeftijd heeft bereikt. Volgens de memorie van toelichting (Kamerstukken II 1997/98, 25 969, nr. 3 blz. 28) houdt het woord “onmiskenbaar” in dat overduidelijk moet zijn dat die persoon de vereiste leeftijd heeft bereikt.

Doel van handhaving en sanctiebeleid

Het doel van het handhavend optreden hiertegen is primair het voorkomen danwel het verminderen van alcoholgebruik onder minderjarigen binnen de openbare ruimte, één van de speerpunten van het gemeentelijk gezondheidsbeleid. Het doel van dit beleid is vooraf duidelijkheid te geven op welke wijze het toezicht en de bestuursrechtelijke handhaving plaatsvind, waardoor er mogelijk een preventieve werking vanuit gaat. Op deze wijze wordt op een eenduidige manier opgetreden en wordt willekeur voorkomen. Bij het opleggen van een bestuurlijke sanctiemiddel kan als motivering verwezen worden naar deze beleidsregels.

Three strikes out

Supermarkten, warenhuizen, snackbars en cafetaria’s hebben geen drank- en horecavergunning nodig op grond van de DHW voor het verkopen van zwak-alcoholhoudende dranken voor gebruik elders dan ter plaatse. Artikel 19a, eerste lid van de DHW biedt de mogelijkheid om indien een natuurlijk persoon of rechtspersoon die een dergelijk bedrijf exploiteert in een periode van 12 maanden driemaal artikel 20, eerste en derde lid van de DHW heeft overtreden, de bevoegdheid te ontzeggen tot het verkopen van zwak-alcoholhoudende dranken vanaf de locatie waar bedoeld gedrag heeft plaatsgevonden. Dit wordt ook wel de “three strikes out” maatregel genoemd. De burgemeester kan de “three strikes out” maatregel voor een periode van één tot twaalf weken toepassen, zo nodig afgedwongen middels een last onder bestuursdwang.

Terzijde hierbij opgemerkt dat in het geval een snackbar of cafetaria wel beschikt over een drank- en horecavergunning, het de ondernemer niet is toegestaan alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse.

4. Afwijking van de beleidsregel/inherente afwijkingsbevoegdheid

Wanneer de individuele situatie daar om vraagt, kan de burgemeester gemotiveerd afwijken van deze beleidsregel en maatwerk leveren. Hierbij dienen alle omstandigheden van het geval in de beoordeling te worden betrokken en dient te worden bezien of deze aangemerkt kunnen worden als een bijzondere omstandigheid die een afwijking van deze beleidsregel rechtvaardigen ingevolge artikel 4:48 Awb. Er dient een volledige belangenafweging te worden gemaakt. Zie de uitspraak van de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (ABRS) d.d. 26 oktober 2016, zaaknummer 201507715/1/A3.

5. Uitvoeringsparagraaf

Wie doet wat

Voor de uitvoering van de DHW zijn toezichthouders/boa’s nodig, een medewerker die het digitale meldingssysteem beheert en juridisch medewerkers. De toezichthouders zijn de toezichthouders/boa’s die werkzaam zijn als Drank- en Horecawet toezichthouders bij het team Stadstoezicht en de handhavingsregisseur bij het domein Bestuur & Organisatie In het kader van het toezicht op de DHW voeren zij de volgende werkzaamheden uit:

  • Controle/toezicht op horeca inrichtingen

  • Het opmaken van een constatering (bestuurlijke rapportage) of proces-verbaal van hun bevindingen

  • Het geven van een waarschuwing bij een eerste constatering

  • Overdracht van constateringen (bestuurlijke rapportage) en/of proces-verbaal aan operationele handhavingsregisseur voor het opstellen van een schriftelijke waarschuwing en primaire besluitvorming in de bestuursrechtelijke handhavingsprocedure.

Het bijhouden en het beheren van de meldingen van bijeenkomsten van persoonlijk aard via het digitale meldingssysteem wordt gedaan door de klantmanager Bijzondere Wetten (vergunningverlener van drank- en horeca) behorende bij het Domein Samenleving.

De juridisch medewerkers zijn de juridische medewerkers van het centraal juridische team bij het domein Bestuur & Organisatie. Zij behandelen het bezwaar, verzoek om voorlopige voorziening, beroep en hoger beroep tegen de bestuurlijke beschikkingen.

De waarschuwing

Praktische uitvoering/werkafspraken:

  • De toezichthouder/boa, geeft een mondelinge waarschuwing en geeft aan dat er een schriftelijke waarschuwing volgt.

  • De toezichthouder/boa draagt de constatering (bestuurlijke rapportage)/ het proces-verbaal over aan de operationele handhavingsregisseur, die de schriftelijke waarschuwing maakt en verzendt.

  • Last onder dwangsom/bestuursdwang/schorsing of intrekking/bestuurlijke boete Praktische uitvoering/werkafspraak:

  • De toezichthouder/boa draagt de constatering/proces-verbaal over aan de operationele handhavingsregisseur.

  • De handhavingsregisseur start de betreffende procedure met het voornemen en het definitieve besluit.

6. Inwerkingtreding

Een beleidsregel is een besluit. Alvorens daarop een beroep op gedaan kan worden moet het bekendgemaakt worden (artikel 3:40 Awb). Bekendmaking van beleidsregels geschiedt conform artikel 3:42 Awb, namelijk door kennisgeving van de beleidsregel of de zakelijke inhoud daarvan in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws of huis-aan-huisblad, danwel op een andere geschikte wijze. Dit beleid zal bekend worden gemaakt door middel van publicatie in het plaatselijke weekblad “Het Kontakt” op de gemeentelijke pagina van dit blad.

Dit beleid zal in werking treden de dag nadat de voornoemde publicatie heeft plaatsgevonden.