Rectificatie Vaststelling Beleidsregels Evenementen Hattem

Geldend van 01-08-2018 t/m heden

Intitulé

Rectificatie Vaststelling Beleidsregels Evenementen Hattem

Let op: Rectificatie van de Vaststelling Beleidsregels Evenementen Hattem van het eerder gepubliceerde bericht in het Gemeenteblad (Gemeenteblad 2018, Nr. 158773)

De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hattem, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;

Gelet op het bepaalde in titel 4.3. van de Algemene wet bestuursrecht en hoofdstuk 1 en de artikelen 2,22, 2.23 en 2.24 van de Algemene plaatselijke verordening Hattem;

Besluit:

Vast te stellen de volgende Beleidsregels Evenementen Hattem

Hoofdstuk 1 Afbakening

Artikel 1 Categorie-indeling

Bij de beoordeling van een evenement wordt een onderscheid gemaakt tussen evenementen waar een meldingsplicht voor geldt en evenementen waar een evenementenvergunning moet worden aangevraagd. Bij een melding of aanvraag voor een evenementenvergunning wordt door middel van een risico-inventarisatie onderscheid gemaakt in de volgende categorieën evenementen:

- klein evenement

- evenement

- grootschalig evenement

Artikel 1.1 Klein evenement

Voor kleine evenementen geldt een meldingsplicht. Voor welke evenementen meldingsplicht is blijkt uit artikel 2.23 van de APV.

Artikel 1.2 Evenement

Een evenement is vergunningplichtig.

Artikel 1.3 Grootschalig evenement

Onder een grootschalig evenement wordt een evenement verstaan dat:

- meer dan 5000 bezoekers op hetzelfde moment trekt, of

- waarbij ingrijpende verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn, of

- waarbij zonder inzet van de gemeentelijke organisatie en hulpverleningsdiensten het

evenement niet kan plaatsvinden.

Artikel 2 Draaiboek grootschalig evenement

Bij een grootschalig evenement stelt de vergunninghouder een algemeen draaiboek op ter

voorbereiding van het evenement met daarin onder andere de risico’s die verbonden zijn aan het evenement. De gemeente stelt van haar kant een multidisciplinair draaiboek op dat in geval van calamiteiten van toepassing wordt.

Artikel 3 Risico-inventarisatie en draaiboeken

1. Voor een grootschalige evenement geldt dat;

  • a.

    er een werkgroep veiligheid wordt ingesteld, onder voorzitterschap van de burgemeester, bestaande uit een afvaardiging van de hulpdiensten en de organisator eventueel aangevuld met andere partners;

  • b.

    de aanvrager van de vergunning heeft een algemeen draaiboek opgesteld en dit dient als vertrekpunt voor de risico-inventarisatie genoemd onder lid 1 c van dit artikel;

  • c.

    er door de onder lid 1 a van dit artikel genoemde werkgroep een risico-inventarisatie en een multidisciplinair draaiboek veiligheid wordt opgesteld.

2. De werkgroep veiligheid adviseert de burgemeester over het al dan niet verlenen van de vergunning.

3. Naar oordeel van de burgemeester kan hetgeen dat bepaald is in dit artikel ook van toepassing worden verklaard op een middel evenement, zoals bedoeld in artikel 3.2.

Hoofdstuk 2 Procedure voor behandeling vergunningaanvragen

Artikel 4 Vergunningaanvraag

  • 1.

    Een evenementenvergunning dient aangevraagd te worden door middel van het in de gemeente Hattem geldende aanvraagformulier.

  • 2.

    Afhankelijk van de aard van het evenement kan van de aanvrager naast informatie op het aanvraagformulier ook een verkeersplan, een opstelplan voor de inrichting van een tijdelijk bouwwerk, gegevens over geluidsbegrenzers of andere informatie, die nodig zijn voor een zorgvuldige voorbereiding van het besluit of belangenafweging, worden gevraagd.

  • 3.

    Een aanvraag voor een evenementenvergunning voor een evenement dient uiterlijk 8 weken voor datum van de start van het evenement volledig te zijn ingediend.

  • 4.

    De organisator van een middel of een grootschalig evenement wordt verzocht de aanvraag voor de evenementenvergunning uiterlijk 14 weken voor datum van de start van het evenement in te dienen. Lid 4 van dit artikel geldt ook voor deze evenementen.

Artikel 5 Toetsing

  • 1.

    Afhankelijk van de aard van het evenement wordt politie, brandweer, GHOR of andere organisaties gevraagd te adviseren over de aanvraag/

  • 2.

    Een medewerker van het cluster vergunningverlening en handhaving coördineert de interne en externe advisering. Deze medewerker is tevens aanspreekpunt voor de vergunningaanvrager en coördineert in geval naast de evenementenvergunning ook andere vergunningen of ontheffingen benodigd zijn.

Artikel 6 Vergunningvoorschriften

  • 1.

    Voor zover van toepassing worden in de vergunning voorschriften opgenomen genoemd in hoofdstuk 3 van deze beleidsregels.

  • 2.

    Naast de specifieke voorschriften, als bedoeld in lid 1, worden in de vergunning in ieder geval de volgende algemene voorschriften opgenomen:

    • a.

      Op de locatie van het evenement dient een exemplaar van de verleende vergunning aanwezig te zijn;

    • b.

      Nadere aanwijzingen van politie, gemeenten en/of brandweer dienen stipt en onmiddellijk te worden opgevolgd.

    • c.

      Tijdens het evenement moet één persoon aangewezen worden die verantwoordelijk is voor de naleving van de vergunningvoorschriften. Tevens is hij verantwoordelijk voor de uitvoering van aanwijzingen die de met controle belaste ambtenaar geeft. Hij kan deze aanwijzingen zelf uitvoeren of laten uitvoeren. Deze persoon en het mobiele telefoonnummer waarop hij bereikbaar is worden vermeld in de vergunningaanvraag.

    • d.

      De bewoners in de directe omgeving moeten tijdig van het houden van de activiteit op de hoogte worden gebracht door de vergunninghouder.

    • e.

      De vergunninghouder is verplicht de redelijkerwijs mogelijke maatregelen te nemen om te voorkomen dat de gemeente dan wel derden schade lijden als gevolg van het houden van een activiteit.

    • f.

      De vergunninghouder moet een adequate verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid hebben.

    • g.

      Alle schade die door het houden van de activiteit wordt toegebracht aan eigendommen van de gemeente Hattem of van derden, moet door en op kosten van de organisatie op eerste aanschrijving van de betrokken eigenaar of beheerder binnen een te stellen termijn en tot zijn genoegen worden hersteld. Bij nalatigheid gebeurt het herstel door de eigenaar op kosten van de vergunninghouder.

Artikel 7 Kennisgeving

  • 1.

    Verleende vergunning worden, naast bekendmaking door toezending of uitreiking aan de aanvrager, gepubliceerd op de voor de gemeente gebruikelijke wijze.

  • 2.

    Publicatie vindt plaats op de eerst volgende mogelijkheid na beslissing op de aanvraag.

Artikel 8 Kalender

Evenementen waarvoor vergunning is verleend worden opgenomen in de door de gemeente op te stellen evenementenkalender. De evenementenkalender bevat tevens informatie over reeds aangevraagde maar nog niet verleende vergunningen en geplande evenementen.

Artikel 9 Evaluatie evenementen

  • 1.

    Grootschalige evenementen, zoals benoemd in artikel 3.3, worden na afloop door de organisatie, de gemeente, de politie, de brandweer en de GHOR geëvalueerd. Deze evaluatie wordt geïnitieerd door de vergunningverlener.

  • 2.

    Indien daarvoor aanleiding is, kan de burgemeester ook achteraf besluiten dat een evenement dient te worden geëvalueerd.

  • 3.

    De uit de evaluatie voortkomende aandachtspunten zullen worden vastgelegd in een verslag en worden meegenomen bij de vergunningverlening en organisatie van volgende evenementen.

  • 4.

    Het bespreken van de bij de gemeente of politie binnengekomen klachten over het evenement maken onderdeel uit van de evaluatie.

Hoofdstuk 3 Vergunning beoordeling en voorschriften

Artikel 10 Toetsingscriteria vergunningaanvraag

Een aanvraag voor een evenementenvergunning wordt zoals aangegeven getoetst op een aantal inhoudelijke aspecten om na te gaan of de vergunning kan worden verleend en om bij verlening van de vergunning tot de juiste voorschriften bij de vergunning te komen.

De toetsingscriteria zijn:

-De openbare orde;

-De openbare veiligheid;

-De volksgezondheid en

-De bescherming van het milieu.

Paragraaf 3.1 Openbare orde

Artikel 11 Aantal evenementen

  • 1.

    Er wordt slechts een vergunning verleend voor één evenement per locatie.

  • 2.

    Bij meerdere aanvragen voor evenementen voor één locatie, kan de burgemeester, indien de situatie dat toelaat, besluiten meerdere evenementen op één locatie toe te staan.

Artikel 12 Locaties

  • 1.

    Bij elke aanvraag voor een evenementenvergunning wordt beoordeeld of de gevraagde locatie geschikt is voor het type evenement. Te denken valt aan de belasting op de omgeving, de gevolgen voor het omleiden van verkeersstromen en de onttrekking van parkeervoorzieningen aan het gebruik.

  • 2.

    Indien naar het oordeel van de burgemeester de in de vergunningaanvraag vermelde evenementenlocatie zich niet leent voor het evenement, kan hij verwijzen naar een alternatieve locatie of wordt de vergunning geheel of gedeeltelijk geweigerd.

Artikel 13 Evenemententerreinen

In de vergunning wordt beschreven welk gebied aangemerkt wordt als tijdelijk evenemententerrein en voor welke periode.

Artikel 14 Eindtijden

  • 1.

    Versterkte of niet versterkte muziek en andere geluidsbronnen mogen tot uiterlijk 01.00 uur ten gehore gebracht worden.

  • 2.

    Indien er tijdens een evenement dranken of etsenwaren worden verstrekt, dient de verstrekking hiervan uiterlijk 01.00 uur te stoppen.

  • 3.

    De eindtijd voor een evenement in de openlucht of in een tijdelijk bouwwerk bedraagt uiterlijk 01.30 uur.

  • 4.

    Versterkte of niet versterkte muziek en andere geluidsbronnen bij een evenement tijdens oud en nieuw mogen tot uiterlijk 03.00 uur ten gehore gebracht worden.

  • 5.

    Indien er tijdens een evenement tijdens oud en nieuw dranken of etenswaren worden verstrekt, dient de verstrekking hiervan uiterlijk 03.00 uur te stoppen.

  • 6.

    De eindtijd voor een evenement tijdens oud en nieuw bedraagt uiterlijk 03.30 uur.

Artikel 15 Evenementen op zondag

  • 1.

    Er worden geen vergunningen verleend voor het houden van een evenement op zondag met uitzondering van kerkelijke activiteiten in de openbare ruimte.

  • 2.

    Het eerste lid geldt niet voor een zondag die samenvalt met oudejaarsdag en nieuwjaarsdag.

Artikel 16 Koningsdag

  • 1.

    Er wordt slechts een vergunning verleend voor maximaal één totaalevenement per jaar.

  • 2.

    Er wordt uitsluitend een vergunning verleend voor een evenement rondom Koningsdag als deze plaatsvindt op drie dagen voor en na Koningsdag.

  • 3.

    Indien één van de dagen rondom Koningsdag op een zondag valt, wordt een vergunning verleend voor maximaal 3 aaneensluitende dagen voor of na deze zondag.

  • 4.

    Bovenvermelde in lid 1 en lid 2 is niet van toepassing op kerkelijke activiteiten in de openbare ruimte.

Artikel 17 Kermissen

  • 1.

    Er wordt een vergunning verleend voor het houden van maximaal één kermis per jaar.

  • 2.

    Aan deze vergunning worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      De kermis duurt maximaal drie dagen;

    • b.

      De kermisattracties mogen geopend zijn op vrijdag en zaterdag van 14.00 uur tot 00.00 uur en op maandag van 10.00 – 20.00 uur;

    • c.

      het opbouwen en afbreken van de kermisattracties dient overdag plaats te vinden. De burgemeester is bevoegd om toestemming te verlenen om het afbreken op andere dagdelen te laten plaatsvinden.

Artikel 18 Circussen

  • 1.

    Er wordt een vergunning verleend voor maximaal één circus per jaar.

  • 2.

    Aan deze vergunning worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      De opbouw van het circus wordt gestart in overleg met een medewerker van de eenheid Realisatie en Beheer, dan wel afdeling Risicobeheersing van de VNOG;

    • b.

      De circustent moet voldoen aan de in de bijlage van de vergunning opgenomen brandveiligheidseisen die gesteld worden aan tenten;

    • c.

      Om brandgevaarlijke situaties op voorhand uit te sluiten, moet tenminste 48 uur voor het begin van de activiteit contact worden opgenomen met de afdeling Risicobeheersing van de VNOG, om een inspectie door of namens de VNOG voor aanvang van de activiteiten mogelijk te maken.

Artikel 19 Voorkomen en beperken van geluidsoverlast

Bij evenementen waarbij de burgemeester geluidsoverlast verwacht, wordt in de vergunning het gebruik van een geluidbegrenzer voorgeschreven.

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders verbindt aan de vergunning voorschriften over het geluidsniveau, genoemd in artikel 22.

  • 2.

    Voor het vaststellen en beoordelen van de geluidsniveaus bij het evenement wordt gebruik gemaakt van methode I.1 uit de handleiding meten en rekenen Industrielawaai 1999.

  • 3.

    De geluidsniveaus zijn inclusief correctie op muziekgeluid en gevelreflectie.

  • 4.

    De beoordelingshoogte van het geluidsniveau is voor de woninggevel op 1,5 meter boven het maaiveld.

  • 5.

    De burgemeester kan een lager niveau als genoemd in artikel 18, lid 2, op de gevel van de woning vaststellen.

Artikel 20 Geluidsnorm

Ter voorkoming en beperking van geluidsoverlast worden in elk geval de volgende voorschriften aan een evenementenvergunning verbonden:

  • 1.

    Voor het houden van een kermis:

    • a.

      Maximaal een geluidsniveau van 85 dB(A) en 95 dB(C) op 1 meter van de geluidsbox van de attractie;

    • b.

      Luidsprekers moeten gericht zijn op het middelpunt van de attractie;

    • c.

      Luidsprekers moeten zo opgesteld worden dat zo min mogelijk woningen overlast ondervinden.

  • 2.

    Voor het houden van een evenement:

    • a.

      Maximaal een geluidsniveau van 85 dB(A) en 95 dB(C) gemeten op de gevel van de omliggende woningen.

Artikel 21 Geluidbegrenzer

  • 1.

    Bij evenementen waarbij burgemeester geluidsoverlast verwacht, dienen bij de aanvraag om een evenementenvergunning de gegevens van de begrenzer te worden toegevoegd. Het betreft in ieder geval informatie over type, technische gegevens en de installateur.

  • 2.

    De begrenzer moet frequentie afhankelijk kunnen worden ingesteld en worden afgesteld conform het popmuziekspectrum en verzegelbaar zijn.

  • 3.

    De organisator draagt zorg dat de geluidbegrenzer op de juiste wijze wordt geïnstalleerd zodanig dat al het ten gehore gebracht versterkte muziek via de geluidbegrenzer kan worden begrenst.

  • 4.

    Na het afstellen van de begrenzer door of in opdracht van de organisator, wordt de begrenzer verzegeld door de gemeente.

  • 5.

    De eventuele kosten voor het afstellen van de begrenzer zijn voor rekening van de organisatie van het evenement.

  • 6.

    Indien door de daartoe bevoegde ambtenaar van de gemeente of politie wordt geconstateerd dat de verzegeling van de begrenzer is verbroken, mag er geen muziek of ander geluid meer ten gehore worden gebracht.

Paragraaf 3.2 Openbare veiligheid

Artikel 22 Verkeersveiligheid

  • 1.

    Op advies van politie en de gemeenten kunnen in de vergunning voorschriften worden opgenomen om de verkeersveiligheid op en rond het evenemententerrein te waarborgen tijdens evenementen.

  • 2.

    Op aanwijzing van de politie kan in de vergunning worden opgenomen dat de organisatie van een evenement verkeersregelaars inzet tijdens een evenement. De verkeersregelaars worden per evenement aangesteld door de burgemeester op voordracht van de evenementenvergunninghouder.

  • 3.

    In de vergunning wordt het minimale aantal in te zetten verkeersregelaars voorgeschreven.

Artikel 23 Gebruik openbare weg

Aan de evenementenvergunning worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden voor het gebruik van de openbare weg:

  • a.

    voor zover het te organiseren evenement samenvalt met routes van openbaar vervoer en afvalophaaldiensten of andere vaste routes dient de organisator van het evenement tijdig afstemmingsoverleg te voeren met de betreffende organisaties voor het belemmeren van de doorgang;

  • b.

    de organisator dient omwonenden schriftelijk op de hoogte te stellen van het te organiseren evenement. De burgemeester kan in de vergunning bepalen dat de organisator een bijeenkomst belegt waarin omwonenden worden geïnformeerd over het evenement.

Artikel 24 Afsluiten van weten

  • 1.

    Als ten behoeve van het evenement een weg maximaal één dag wordt afgesloten en deze is weg is geen doorgaande weg, dan is hiervoor geen verkeersbesluit nodig. Wel moet hiervan melding worden gedaan bij de afdeling Realisatie en Beheer. Tevens dienen de omwonenden tijdig voor het evenement te worden geïnformeerd.

  • 2.

    Materialen te gebruiken voor het afsluiten van de openbare weg worden beschikbaar gesteld door de gemeente. De eventuele vervoers- en plaatsingskosten daarvan zullen in rekening worden gebracht bij de organisator.

  • 3.

    Voor het afsluiten van een openbare weg en de eventueel daarbij behorende wegomleiding wordt advies ingewonnen bij de politie.

  • 4.

    Aan de evenementenvergunning worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden aan het afsluiten van wegen:

    • a.

      de organisator is verantwoordelijk voor een vrije doorgang van minimaal 3,5 meter breed en 4,20 meter hoog ten behoeve van de hulpdiensten;

    • b.

      dranghekken die worden geplaatst in de doorgaande route moeten voortdurend bezet zijn met medewerkers van de organisatie die bij een calamiteit de hulpverlenende diensten onmiddellijk doorgang verschaffen;

    • c.

      de op of aan de weg of op het terrein geplaatste zaken dienen zo spoedig mogelijk te zijn verwijderd na afloop van het evenement.

Artikel 25 Parkeren

Aan de evenementenvergunning worden, indien van toepassing, in ieder geval de volgende voorschriften verbonden over parkeren:

  • a.

    de organisator van een evenement dient er, voor zover mogelijk en in overleg met de gemeente, zorg voor te dragen dat er voldoende parkeergelegenheid is voor bezoekers van het evenement;

  • b.

    bij aangewezen parkeerplaatsen dienen medewerkers van het evenement aanwezig te zijn om het parkeren in goede banen te leiden;

  • c.

    de organisator van een evenement dient er zorg voor te dragen dat er voldoende en duidelijke bewegwijzering is aangebracht naar het parkeerterrein;

  • d.

    overlast voor omwonenden van parkeerterreinen moet zoveel mogelijk worden beperkt, omwonenden dienen door de organisator tijdig voor het evenement te worden geïnformeerd over de parkeerplaatsen ten behoeve van het evenement.

Artikel 26 Veiligheid personen en goederen

  • 1.

    De gemeente informeert hulpdiensten over het plaatsvinden van belastende evenementen door het verzenden van een afschrift van de verleende vergunning.

  • 2.

    Aan de evenementenvergunning worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden over veiligheid:

    • a.

      De vergunningaanvrager is te allen tijde belast met het toezicht op het veilig verlopen van het evenement en draagt hiervoor verantwoordelijkheid;

    • b.

      De locatie waar het evenement plaatsvindt dient te allen tijde goed bereikbaar te zijn voor hulpdiensten;

    • c.

      Ten behoeve van de hulpdiensten moet een doorgaande route met een breedte van 3,5 meter en een hoogte van tenminste 4,20 meter worden vrijgehouden van obstakels;

    • d.

      Bij het gebruik van kramen mag voor de indeling hiervan niet afgeweken worden van het Opstelplan marktkramen tijdens evenementen;

    • e.

      Alle voorschriften en aanwijzingen die in het belang van de openbare orde en veiligheid door bevoegde functionarissen in verband met de genoemde activiteiten worden gegeven, moeten onmiddellijk worden opgevolgd;

    • f.

      De door hulpdiensten gegeven aanwijzingen dienen onmiddellijk te worden opgevolgd.

Artikel 27 Geneeskundige hulpverlening

  • 1.

    Bij de behandeling van de vergunningaanvraag voor een belastend evenement zal advies worden ingewonnen bij het bureau Geneeskundige hulporganisatie in de regio (GHOR-bureau) van de VNOG over de inzet van EHBO’ers, geneeskundigen, artsen, verpleegkundigen en ambulances.

  • 2.

    Bij grootschalige evenementen dient de werkgroep veiligheid advies in te winnen bij het GHOR-bureau over de omvang van de geneeskundige hulp posten.

  • 3.

    De norm van het aantal geneeskundig, medisch personeel en hulpposten wordt opgenomen in de evenementenvergunning.

  • 4.

    De kosten voor het inschakelen van deze geneeskundige en medische voorzieningen voor rekening van de organisatie van het evenement.

Artikel 28 Beveiliging

  • 1.

    Indien naar het oordeel van de burgemeester of op advies van de politie, beveiliging tijdens het evenement noodzakelijk wordt geacht, wordt dit als voorschrift opgenomen in de evenementenvergunning.

  • 2.

    De kosten voor de beveiliging zijn voor rekening van de organisatie van het evenement.

Paragraaf 3.3. Volksgezondheid

Artikel 29 Alcohol

  • 1.

    Aan de evenementenvergunning worden in het belang van de gezondheid in ieder geval de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      Tijdens evenementen mag er buiten een horeca-inrichting uitsluitend zwak-alcoholhoudende dranken worden geschonken;

    • b.

      Tijdens evenementen mag er uitsluitend worden geschonken in plastic bekers;

    • c.

      Indien er tijdens een evenement in een feesttent of op een afgesloten evenemententerrein alcohol wordt verstrekt dient de organisatie van het evenement bezoekers vanaf 18 jaar te voorzien van een gekleurd, opvallend en zichtbaar polsbandje. Uitsluitend aan bezoekers ouder dan 18 jaar met een zichtbaar polsbandje mogen alcoholhoudende dranken worden verstrekt.

Artikel 30 Sanitaire voorzieningen

  • 1.

    De organisator dient ervoor te zorgen dat er voldoende sanitaire voorzieningen aanwezig zijn. Concreet betekent dit minimaal 1 toilet per 150 gelijktijdig aanwezige bezoekers (met een minimum van twee toiletten). Herentoiletten kunnen deels vervangen worden door urinoirs. De wachttijd bij een toilet bedraagt maximaal 5 minuten. De toiletten dienen regelmatig te worden gereinigd. Op advies van het bureau Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR-bureau) van de Veiligheidsregio kan van het aantal voorgeschreven toiletten worden afgeweken.

  • 2.

    De organisator is vrij in de manier waarop sanitaire voorzieningen geregeld worden.

  • 3.

    Van lid 1 van dit artikel kan afgeweken worden:

    • Bij evenementen met een lokaal en/of regionaal karakter

    • Bij evenementen waar het publiek gedurende gemiddeld maximaal 3 uur aanwezig is.

In deze gevallen geldt een norm van 1 toilet per 2000 gelijktijdig aanwezige bezoekers.

Paragraaf 2.4 Bescherming milieu

Artikel 31 Overlast door vervuiling en verontreiniging

Aan een evenementenvergunning worden in elk geval de volgende voorschriften verbonden ter voorkoming van overlast door vervuiling en verontreiniging:

  • a.

    De organisator van een evenement is verantwoordelijk voor het voorkomen van vervuiling tijdens een evenement;

  • b.

    De organisatie dient er zorg voor te dragen dat er voldoende afvalbakken, minicontainers of rolcontainers worden geplaatst op het evenemententerrein;

  • c.

    Afvalbakken, minicontainers of rolcontainers dienen onmiddellijk na afloop van het evenement te worden geleegd en verwijderd, de organisator is hiervoor zelf verantwoordelijk;

  • d.

    De organisator van een evenement dient een locatie van het evenement schoon en in oude staat achter te laten. Door de gemeente kan hiervoor, tegen betaling, materiaal beschikbaar worden gesteld. Mocht naar mening van de gemeente het terrein niet (goed) zijn schoongemaakt of indien nodig hersteld, dan wordt dit alsnog door de organisator uitgevoerd.

Hoofdstuk 4 Toezicht en handhaving

Artikel 32 Handhaving en sancties

  • 1.

    Indien er door de daartoe bevoegde ambtenaar van gemeente of politie een overtreding van de in de vergunning opgenomen voorschriften wordt geconstateerd, dient de overtreder op last van de daartoe bevoegde ambtenaar de activiteit waarmee de voorschriften worden overtreden onmiddellijk te staken.

  • 2.

    Worden na een eerste aanzegging nog steeds voorschriften overtreden dan kunnen er bestuursrechtelijk dan wel strafrechtelijk sancties worden opgelegd.

  • 3.

    Een opgelegde sanctie kan invloed hebben op de beoordeling van een volgende evenementenvergunningaanvraag van de organisatie welke een sanctie heeft opgelegd gekregen.

Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 33 Intrekking oude beleidsregels

De beleidsregels evenementen gemeente Hattem, vastgesteld op 22 maart 2011 worden ingetrokken.

Artikel 34 Overgangsbepaling

Bij de behandeling van reeds eerder ingediende aanvragen vindt, voor zover de aanvraag afwijkt van de beleidsregels, overleg platst met de aanvrager.

Artikel 35 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking daags na bekendmaking.

Artikel 36 Citeertitel

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als ‘’Beleidsregels evenementen gemeente Hattem 2018’’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld op 22 mei 2018.

De burgemeester van Hattem,

J.W. Wiggers

Burgemeester en wethouders van Hattem,

de secretaris, de burgemeester,