Regeling vervallen per 11-04-2016

Speelautomatenverordening Hilversum 2000

Geldend van 22-12-2000 t/m 10-04-2016

Intitulé

Speelautomatenverordening Hilversum 2000

De raad van de gemeente Hilversum;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 november 2000;

gelet op het bepaalde van de Wet op de kansspelen het Speelautomatenbesluit;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

BESLUIT:

vast te stellen de:

“Speelautomatenverordening Hilversum 2000”

Artikel 1

Begripsbepalingen:

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a.Wet: de Wet op de kansspelen;

b speelautomaat: automaat als bedoeld in artikel 30, onder a van de Wet;

c kansspelautomaat: automaat als bedoeld in artikel 30, onder c van de Wet;

d hoogdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder d van de Wet;

e laagdrempelige inrichting: inrichting als bedoeld in artikel 30, onder e van de Wet;

f.aanwezigheidsvergunning: een vergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet.

Artikel 2

  • 1. In hoogdrempelige inrichtingen zijn twee speelautomaten toegestaan, waarvan maximaal twee kansspelautomaten

  • 2. In laagdrempelige inrichtingen zijn twee speelautomaten toegestaan, met dien verstande dat kansspelautomaten in het geheel niet zijn toegestaan.

Artikel 3

  • 1. De burgemeester verleent op een desbetreffende aanvraag voor een hoogdrempelige inrichting vergunning voor het daarin aanwezig hebben van maximaal twee kansspelautomaten, indien deze inrichting beschikt over een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet.

  • 2. De burgemeester verleent op een desbetreffende aanvraag voor een laagdrempelige inrichting uitsluitend vergunning voor het daar aanwezig hebben van ten hoogste twee behendigheidsautomaten.

Artikel 4

Een vergunning als bedoeld in artikel 3 van deze verordening geldt voor een tijdvak van ten hoogste twaalf maanden, welk tijdvak maximaal loopt van 1 januari t/m 31 december.

Artikel 5

  • 1. Aan een aanwezigheidsvergunning kunnen voorschriften of beperkingen worden verbonden.

  • 2. De voorschriften en beperkingen moeten binnen het kader en de doelstelling van de wet vallen. De doelstelling van de wet is onder meer evenwicht na te streven tussen het belang van de bescherming van de kwetsbaren en het belang van voorkoming van illegaliteit.

  • 3. De voorschriften en beperkingen kunnen worden gewijzigd, aangevuld of ingetrokken.

Artikel 6

Deze verordening treedt in werking acht dagen na die van bekendmaking.

Artikel 7

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Speelautomatenverordening Hilversum 2000”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van 7 december 2000.
De secretaris, De voorzitter,
J.E. Diepeveen E.C. Bakker