Regeling vervallen per 23-12-2023

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Kapelle

Geldend van 01-08-2011 t/m 22-12-2023

Intitulé

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Kapelle

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kapelle;

b. schoolbestuur: bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs , de Wet op de expertisecentra  en de Wet op het voortgezet onderwijs  bekostigde in de gemeente gelegen openbare of bijzondere school;

c. school: school voor basisonderwijs, school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of school voor voortgezet onderwijs;

  • -

    school voor basisonderwijs: een basisschool of een speciale school voor basisonderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

  • -

    school voor (voortgezet) speciaal onderwijs: een school voor speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 8 van de Wet op de expertisecentra en een school voor voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra;

  • -

    school voor voortgezet onderwijs: school of scholengemeenschap voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, voor hoger en middelbaar algemeen voortgezet onderwijs, voor voorbereidend beroepsonderwijs en voor praktijkonderwijs.

d. voorziening: een voorziening zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening;

e. aanvullende voorziening: een door het college vastgestelde nieuwe voorziening waarmee de verordening tijdelijk wordt aangevuld;

f. indieningsdatum: uiterste moment zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waarvoor een aanvraag voor een voorziening voor het eerste daaropvolgende tijdvak moet zijn ingediend;

g. toekenningscriteria: de omstandigheden zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waaronder een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening of een aanvullende voorziening;

h. tijdvak: periode zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waarvoor een voorziening wordt toegekend;

i. subsidieplafond: een bedrag zoals bedoeld in artikel 4:22 van de wet , dat beschikbaar is voor een voorziening, of een aanvullende voorziening;

j. feitelijke beschikbaarstelling: de beschikking van het college waarbij een voorziening of aanvullende voorziening in natura beschikbaar wordt gesteld;

k. subsidievaststelling: een beschikking zoals bedoeld in artikel 4:42 van de wet ;

l. wet: de Algemene wet bestuursrecht .

m. subsidieverlening: de beschikking van het college waarbij een voorwaardelijke financiële aanspraak ontstaat op het subsidiebedrag voor een voorziening of een aanvullende voorziening.

Artikel 2 Subsidieplafond en verdelingsregels

  • 1. De raad kan voor een voorziening een subsidieplafond vaststellen. Hierbij bepaalt de raad hoe het beschikbare bedrag wordt verdeeld.

  • 2. De raad kan voor een voorziening het gestelde in het eerste lid overdragen aan het college. Het college neemt daarbij de gemeentebegroting in acht.

  • 3. Het college maakt het subsidieplafond en de wijze van verdeling van het beschikbare bedrag, uiterlijk zes weken voor de indieningsdatum aan de schoolbesturen bekend.

Artikel 3 Aanvullende voorziening

  • 1. Het college kan bepalen dat de verordening tijdelijk wordt aangevuld met een voorziening.

  • 2. Het college stelt de toekenningscriteria vast waaronder aanspraak bestaat op de aanvullende voorziening.

Artikel 4 Jaarlijks overzicht

Jaarlijks voor 1 april zendt het college aan de schoolbesturen een overzicht van de op basis van deze verordening toegekende voorzieningen. Het overzicht omvat de periode van 1 januari tot en met 31 december van het voorafgaande jaar.

HOOFDSTUK 2 PROCEDURES

Paragraaf 2.1 Aanvraag voorzieningen; weigeringsgronden

Artikel 5 Toevoegen, wijzigen en intrekken

Een wijziging van de verordening die leidt tot het toevoegen, wijzigen of intrekken van een voorziening, wordt uiterlijk zes weken voor de indieningsdatum bekendgemaakt door het college.

Artikel 6 Indiening aanvraag

  • 1. Het schoolbestuur dat een voorziening voor het eerste daaropvolgend tijdvak wenst, dient voor de indieningsdatum een aanvraag in bij het college. De indieningsdatum is niet van toepassing indien voor de voorziening is bepaald dat een indieningsdatum niet is voorgeschreven. Indien de aanvraag niet voor de indieningsdatum is ingediend, besluit het college om de aanvraag niet te behandelen.

  • 2. De aanvraag vermeldt:

    • a.

      naam en adres van het schoolbestuur;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de gewenste voorziening;

    • d.

      de naam van de school en de onderwijssoort indien de voorziening is bestemd voor een school;

    • e.

      een motivering dat wordt voldaan aan de toekenningscriteria.

  • 3. Bij het ontbreken van een of meer gegevens deelt het college dit schriftelijk mee aan het schoolbestuur. Daarbij krijgt het schoolbestuur de gelegenheid om binnen drie weken na de datum van verzending van de mededeling de gegevens schriftelijk aan te vullen. Indien het schoolbestuur de ontbrekende gegevens niet binnen deze termijn verstrekt, beslist het college de aanvraag niet te behandelen.

Artikel 7 Beslissingstermijn

  • 1. Het college besluit binnen twaalf weken na de indieningsdatum op een aanvraag. Indien ten aanzien van een voorziening geen indieningsdatum is voorgeschreven, beslist het college binnen twaalf weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2. Het college kan de termijn van twaalf weken met vier weken verlengen. Bij verlenging wordt uiterlijk twee weken voor het einde van de termijn van twaalf weken hiervan door het college schriftelijk mededeling gedaan aan het schoolbestuur. Hierbij geeft het college de reden voor de verlenging aan.

  • 3. Het college stelt binnen twee weken na de datum van de beschikking op de aanvraag het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 8 Weigeringsgronden

Het college weigert de voorziening in ieder geval indien:

  • a.

    de gewenste voorziening geen voorziening is in de zin van deze verordening;

  • b.

    niet is voldaan aan één van de toekenningscriteria;

  • c.

    door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Paragraaf 2.2 Aanvraag aanvullende voorzieningen; weigeringsgronden

Artikel 9 Indiening aanvraag

  • 1. Het schoolbestuur dat een aanvullende voorziening wenst, dient een aanvraag in bij het college.

  • 2. Op de aanvraag is artikel 6, tweede en derde lid, van toepassing.

Artikel 10 Beslissingstermijn

Het college besluit binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag of binnen vier weken na de verstrekking van de aanvullende gegevens. Binnen twee weken na de datum van de beschikking stelt het college het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 11 Weigeringsgronden

Het college weigert de aanvullende voorziening in ieder geval indien:

  • a.

    de gevraagde voorziening geen aanvullende voorziening zoals bedoeld in artikel 3 is;

  • b.

    niet is voldaan aan een van de toekenningscriteria.

Paragraaf 2.3 Toekenning; uitvoering beschikking subsidieverlening; intrekking of wijziging; verbod vervreemding

Artikel 12 Inhoud beschikking tot toekenning; betaling

  • 1. De beschikking van het college tot toekenning van een voorziening of een aanvullende voorziening kan inhouden:

    • a.

      feitelijke beschikbaarstelling van de voorziening;

    • b.

      een subsidieverlening of

    • c.

      een subsidievaststelling.

  • 2. De beschikking bevat:

    • a.

      het tijdvak en het doel waarvoor de voorziening is toegekend;

    • b.

      de wijze waarop het schoolbestuur de voorziening dient uit te voeren.

  • 3. De beschikking tot subsidieverlening of subsidievaststelling bevat voorts:

    • a.

      het bedrag van de subsidie of indien de beschikking tot subsidieverlening het bedrag niet vermeldt, het bedrag waarop de subsidie ten hoogste wordt vastgesteld;

    • b.

      het bedrag van het voorschot of de wijze van vaststelling daarvan indien de beschikking tot subsidieverlening bepaalt dat het college een voorschot verleent;

    • c.

      voorzover van belang de wijze waarop rekening en verantwoording door het schoolbestuur wordt afgelegd aan het college.

    • d.

      de bepaling dat de wet van toepassing is en voorzover van belang welke afzonderlijke bepalingen of afwijkingen hierop van kracht zijn.

  • 4. De betaling van het subsidiebedrag vindt binnen zes weken na de subsidievaststelling plaats.

Artikel 13 Uitvoering beschikking tot subsidieverlening

  • 1. Na een beschikking tot subsidieverlening dient het schoolbestuur uiterlijk acht weken na afloop van het tijdvak waarvoor de voorziening is toegekend een aanvraag tot subsidievaststelling in. Het college stelt de subsidie ambtshalve vast indien de aanvraag achterwege blijft.

  • 2. Bij de aanvraag toont het schoolbestuur aan dat de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen als genoemd in artikel 12 zijn nagekomen.

  • 3. Indien het schoolbestuur niet of niet voldoende aantoont dat de verplichtingen zijn nagekomen, deelt het college dit schriftelijk mee aan het schoolbestuur. Hierbij geven zij aan op welke onderdelen het schoolbestuur aanvullende informatie moet verschaffen. Daarbij krijgt het schoolbestuur de gelegenheid om binnen drie weken na ontvangst van de mededeling de gevraagde informatie schriftelijk te verschaffen. Indien het schoolbestuur de gevraagde informatie niet binnen deze termijn verstrekt, stelt het college de subsidie ambtshalve vast.

Artikel 14 Subsidievaststelling volgend op verlening

  • 1. Het college beslist binnen acht weken na de indiening van de aanvraag als bedoeld in artikel 13 of binnen acht weken na de verstrekking van de aanvullende informatie. Binnen twee weken na de datum van de beschikking stelt het college het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

  • 2. Het college betaalt het subsidiebedrag onder verrekening van de betaalde voorschotten, overeenkomstig de subsidievaststelling. De betaling vindt binnen zes weken na de subsidievaststelling plaats.

Artikel 15 Intrekken of wijzigen beschikking tot feitelijke beschikbaarstelling of subsidievaststelling

Ten aanzien van het beleid tot intrekking, wijziging, stopzetting of verlaging van de afgegeven subsidiebeschikking dan wel terugvordering van gegeven subsidie is titel 4:2 van de wet van toepassing.

Artikel 16 Intrekken of wijzigen beschikking tot subsidieverlening

  • 1. Zolang de subsidie niet is vastgesteld, kan het college een beschikking tot subsidieverlening intrekken of ten nadele van het schoolbestuur wijzigen, indien:

    • a.

      het schoolbestuur niet voldoet aan de in de beschikking gestelde verplichtingen;

    • b.

      de voorziening niet of niet geheel heeft plaatsgevonden, of zal plaatsvinden;

    • c.

      het schoolbestuur onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking zou hebben geleid.

  • 2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip van toekenning van de voorziening, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

Artikel 17 Verbod tot vervreemding

Vervreemding door het schoolbestuur van op basis van deze verordening toegekende voorzieningen, is niet toegestaan zonder toestemming van het college tenzij sprake is van een overdracht van voorzieningen aan een ander schoolbestuur als gevolg van samenvoeging van het betreffende schoolbestuur met een ander schoolbestuur.

HOOFDSTUK 3 SLOTBEPALINGEN

Artikel 18 Informatieverstrekking

Het schoolbestuur verstrekt op verzoek van het college nadere gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 19 Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen, de uitvoering van de verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 20 Citeertitel; inwerkingtreding

  • 1.

    De verordening kan worden aangehaald als: Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Kapelle.

  • 2.

    De verordening treedt in werking met ingang van 1 augustus 2011

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 5 juli 2011

De voorzitter,

De griffier,

BIJLAGE VOORZIENINGEN VAN DE VERORDENING MATERIELE FINANCIËLE GELIJKSTELLING ONDERWIJS GEMEENTE KAPELLE

Overzicht van de voorzieningen

Bijlage

Voorziening

Wijze van beschikbaarstelling

1

Bijdrage aan het tijdelijk in stand houden van een opgeheven basisschool als dislocatie van een andere basisschool

Subsidievaststelling

2

Schoolbegeleiding

Subsidieverlening

3

Zwembadvervoer

Feitelijke beschikbaarstelling

4

Opstellen en actualiseren meerjarenonderhoudsplannen

Subsidieverlening

5

Anne Frankkranten

Feitelijke beschikbaarstelling

6

Lokaal onderwijsbeleid

Subsidieverlening

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bijlage 1

I              Voorziening

Bijdrage aan het tijdelijk instandhouden van een als laatste in een kern opgeheven basisschool als dislocatie van een andere basisschool.

 

II             Indieningsdatum

Jaarlijks vóór 1 augustus voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor voorziening wordt aangevraagd.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

De kalenderjaren 2011, 2012 en 2013

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

De voorziening bestaande uit een tijdelijke aanvullende vergoeding voor personele kosten en een tijdelijke aanvullende vergoeding voor de materiële instandhouding staat open voor basisscholen ten aanzien waarvan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap op grond van de bepalingen in afdeling 9 van de Wet op het primair onderwijs (aangezien de in deze afdeling opgenomen mogelijkheden tot het instandhouden van een onder de opheffingsnorm geraakte school, de instandhouding van de betreffende school niet mogelijk maakten) heeft besloten tot het beëindigen van de bekostiging (bijzondere school) of opheffing (openbare school) én het schoolbestuur de opgeheven school (school 1) als dislocatie van een andere school (school 2) in stand wil houden.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

De voorziening bestaat uit:

Een personele component te weten de vergoeding voor 2,5 fte op basis van de genormeerde gemiddelde personeelslast leraar, zoals jaarlijks door de minister van OCW bekend wordt gemaakt in de Regeling bekostiging personeel PO (voor schooljaar 2010-2011 € 56.962,45);

Een materiële component ter hoogte van het verschil tussen:

de op grond van artikel 134, lid 4 WPO en artikel 12A van het Besluit Bekostiging WPO voor het lopende kalenderjaar voor school 1 en school 2  als ware het nog voor rijksbekostiging in aanmerking komende zelfstandige scholen berekende vergoeding voor de groepsafhankelijke uitgaven voor materiële voorzieningen ten behoeve van de instandhouding en van de leerling-afhankelijke uitgaven voor materiële voorzieningen, onderdeel administratie, beheer en bestuur en 

de op grond van artikel 134, lid 4 WPO en artikel 12A van het Besluit Bekostiging WPO voor het lopende kalenderjaar voor school 2  vastgestelde vergoeding voor de groepsafhankelijke uitgaven voor de materiële voorzieningen ten behoeve van de instandhouding en van de leerling-afhankelijke uitgaven voor materiële voorzieningen, onderdeel administratie, beheer en bestuur;

 

VI           Subsidieplafond

De werkelijke kosten van de voorziening.

Bijlage 2

I              Voorziening

Schoolbegeleiding 

 

II             Indieningsdatum

Jaarlijks vóór 1 oktober voorafgaande aan het kalenderjaar  waarvoor de voorziening wordt aangevraagd.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

Per kalenderjaar

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

De voorziening schoolbegeleiding heeft betrekking op het ondersteunen van scholen bij het vernieuwen en verbeteren van het onderwijs door het verrichten van begeleidingsactiviteiten, ontwikkelingsactiviteiten, advisering, informatieverstrekking en evaluatie en het verrichten van activiteiten die dienen tot bevordering van een optimale schoolloopbaan van leerlingen;

 

De voorziening schoolbegeleiding is beschikbaar voor de (speciale) basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs.

 

Bij de aanvraag dient een plan overgelegd te worden waarin staat hoe de middelen ingezet gaan worden. Dit plan omvat de volgende gegevens:

  • 1.

    Een overzicht van de activiteiten per school die het schoolbestuur met de middelen voor  schoolbegeleiding bekostigt en de beoogde resultaten;

  • 2.

    De totale begrote kosten voor de schoolbegeleiding per school.

 

Een schoolbestuur komt voor subsidie voor schoolbegeleiding in aanmerking indien:

  • 1.

    de schoolbegeleiding wordt verzorgd door landelijke pedagogische centra, bureaus of zelfstandig gevestigde personen die werken op het terrein van (ortho)pedagogiek, psychologie, onderwijskunde, organisatiekunde en informatie- en communicatietechnologie, waarbij geen (extra) personele verplichtingen bestaan of ontstaan voor het schoolbestuur;

  • 2.

    het schoolbestuur minimaal een aan de subsidie gelijk bedrag uit eigen middelen bijdraagt.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

Per school wordt een bedrag per leerling beschikbaar gesteld. Het bedrag per leerling wordt bepaald door het beschikbare bedrag – zoals in de begroting opgenomen - te delen door het aantal leerlingen op de (speciale) basisscholen en scholen voor speciaal onderwijs op de teldatum t-1.

 

Het college kan voorwaarden stellen ten aanzien van de doelstelling en concrete schoolbegeleidingsactiviteiten. Dit na bespreking van één en ander in het LEA overleg.

 

VI           Subsidieplafond

Het jaarlijks in de gemeentebegroting opgenomen budget voor schoolbegeleiding.  

Bijlage 3

I              Voorziening

Zwembadvervoer

 

II             Indieningsdatum

Voor de inschrijving voor de voorziening zwemvervoer ontvangen de scholen van de gemeente   een inschrijfformulier. Dit formulier moet binnen de daarin genoemde termijn ingevuld en ondertekend door de directeur van de school retour worden gestuurd. Insturen van het formulier geldt als aanvraag van de voorziening.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

Per schooljaar

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

Schoolzwemmen maakt deel uit van het onderwijsaanbod van de school en is opgenomen in de schoolgids.  Er wordt gebruik gemaakt van Zwembad Groene Woud te Kapelle. Het vervoer van de school naar het zwembad en vice versa maakt deel uit van de voorziening voor scholen in de kernen Wemeldinge en Schore.  De voorziening staat open voor alle leerlingen uit één groep of combinatiegroep per school.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

De voorziening wordt feitelijk beschikbaar gesteld.

 

VI           SubsidieplafondDe werkelijke kosten van de voorziening.

Bijlage 4

I              Voorziening

Opstellen en actualiseren meerjarenonderhoudsplanningen voor schoolgebouwen

 

II             Indieningsdatum

Eenmalig.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

De voorziening wordt voor onbepaalde tijd toegekend.  

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

De voorziening staat open voor alle in de gemeente Kapelle gevestigde basisscholen, de school voor speciaal basisonderwijs en de school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. De gemeente bekostigt het opstellen én het tweejaarlijks actualiseren van een meerjarenonderhoudsplanning voor alle gebouwen waarin genoemde scholen zijn gehuisvest.  De school stelt een exemplaar van de onderhoudsplanningen ter beschikking aan de gemeente.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

De voorziening wordt op declaratiebasis beschikbaar gesteld. Na overleg tussen gemeente en schoolbesturen over o.a. de kwaliteit van de op te stellen onderhoudsplanningen geven de schoolbesturen zelf opdracht aan een (bij voorkeur één en hetzelfde) bureau.

 

VI           SubsidieplafondHet jaarlijks in de gemeentebegroting opgenomen budget voor deze voorziening.

Bijlage 5

I              Voorziening

Anne Frankkrant

 

II             Indieningsdatum

Voor de inschrijving voor de voorziening Anne Frankkrant ontvangen de scholen van de gemeente   een inschrijfformulier. Dit formulier moet binnen de daarin genoemde termijn ingevuld en ondertekend door de directeur van de school retour worden gestuurd. Insturen van het formulier geldt als aanvraag van de voorziening.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

Per kalenderjaar

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

De voorziening wordt feitelijk beschikbaar gesteld voor de groepen 7 en 8 van de (speciale) basisscholen en het (voortgezet) speciaal onderwijs.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

De voorziening wordt feitelijk beschikbaar gesteld

 

VI           Subsidieplafond

De werkelijke kosten van de voorziening.

Bijlage 6

I              Voorziening

Lokaal Onderwijsbeleid

 

II             Indieningsdatum

Jaarlijks vóór 1 oktober  voorafgaand aan het kalenderjaar waarvoor de voorziening wordt aangevraagd.

Jaarlijks vóór 1 april voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de voorziening wordt aangevraagd.

 

III            Tijdvak waarvoor de voorziening wordt toegekend

Per kalenderjaar / Per schooljaar

 

IV           Toekenningscriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

De voorziening, bestaande uit een vergoeding, wordt toegekend voor de uitvoering van  op de Lokale Educatieve Agenda Kapelle opgenomen projecten. De aanvraag dient vergezeld te gaan van een plan van aanpak, waarin tenminste

  • een beschrijving van de activiteiten is opgenomen die worden verricht  om de in de Lokale Educatieve Agenda Kapelle opgenomen doelstellingen van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd,  te realiseren;

  • een begroting van de kosten van de activiteiten is opgenomen, waaruit blijkt welk bedrag de school uit eigen middelen bijdraagt aan het project.

 

V             Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

Per project worden hierover afspraken gemaakt in het (tussen gemeente, schoolbesturen en de organisaties als bedoeld in de Wet Kinderopvang) te voeren overleg over de Lokale Educatieve Agenda Kapelle.

 

VI           Subsidieplafond

Het jaarlijks in de gemeentebegroting opgenomen budget voor deze voorziening.