Regeling vervallen per 01-01-2021

Woonschepenverordening

Geldend van 22-06-1995 t/m 31-12-2020

Intitulé

Woonschepenverordening

De raad van de gemeente Kollumerland c.a.;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders 16 mei 1995, no. 15 ;

gelet op de Gemeentewet, de Wet op de Woonwagens en Woonschepen 1918 en de Algemene wet bestuursrecht;

BESLUIT:

vast te stellen de navolgende Woonschepenverordening onder intrekking van de Woonschepenverordening van 8 september 1988.

Artikel 1

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    woonschip:elk schip dat uitsluitend of in hoofdzaak als woning gebruikt of tot woning bestemd is ook indien het nog in aanbouw is;

  • 2.

    vaartuig:een vaartuig in de zin van het Vaarreglement;

  • 3.

    ligplaats :het deel van het openbaar water, dat als zodanig voor woonschepen is aangewezen.

Artikel 2 Algemeen verbod.

Het is de eigenaar of gebruiker van een woonschip verboden binnen de gemeente met een woonschip ligplaats in te nemen op een ander plaats dan die in artikel 4 van deze verordening daarvoor is aangewezen.

Artikel 3 Woonschepen in aanbouw of reparatie.

Het verbod in artikel 2 is niet van toepassing op woonschepen die in aanbouw of in reparatie zijn, zolang zij zich op of aan een scheepswerf dan wel in of bij een reparatie-inrichting bevinden.

Artikel 4 Aanwijzing ligplaats

Als ligplaats in te nemen door maximaal twee woonschepen bij verblijf binnen de gemeente wordt aangewezen:

De zuidelijke oever van de Nieuwe Zwemmer langs de Prellewei te Westergeest en daarvan het meest westelijke gedeelte over een lengte van circa 50 meter.

Artikel 5 Ontheffing ligplaatsenverbod.

  • 1. Onverminderd het bepaalde bij of krachtens de Ligplaatsenverordening Friesland, kunnen burgemeester en wethouders voor een daarbij aangegeven plaats ontheffing verlenen van het verbod vervat in artikel 2.

  • 2. Aan deze ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 6 Ligplaatsenvergunning.

  • 1. Het is verboden zonder vergunning van burgemeester en wethouders ligplaats in te nemen met een woonschip op de ligplaatsen als bedoeld in artikel 4.

  • 2. De vergunning wordt geweigerd indien:

    • a.

      geen ligplaats of geen ligplaats van voldoende grootte beschikbaar is;

    • b.

      het woonschip belemmeringen zal kunnen veroorzaken aan het verkeer te water of te land;

    • c.

      redelijkerwijs moet worden aangenomen dat niet voldaan zal worden aan de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften;

    • d.

      redelijkerwijs moet worden aangenomen dat het woonschip niet wordt gebruikt voor permanente bewoning;

    • e.

      de eigenaar van het woonschip niet tevens bewoner is;

    • f.

      de aanvrager in sociaal of economisch opzicht niet gebonden is aan de gemeente Kollumerland c.a.

  • 3. De vergunning wordt gesteld ten name van de eigenaar van het woonschip en de eventueel met de eigenaar duurzaam samenwonende personen;

  • 4. De vergunning wordt verleend voor maximaal drie jaar.

Artikel 7 Wachtlijst.

  • 1. Indien een aanvraag om een ligplaatsvergunning op grond van het bepaalde in artikel 6, tweede lid onder a. moet worden geweigerd, wordt de naam van de eigenaar van het woonschip op zijn verzoek op een door burgemeester en wethouders aan te houden wachtlijst geplaatst tenzij de aanvrager ten tijde van de indiening van de aanvraag om ligplaatsvergunning in sociaal of economisch opzicht niet gebonden is aan de gemeente Kollumerland c.a.

  • 2. Indien een ligplaats vrijkomt stellen burgemeester en wethouders de op de wachtlijst geplaatste gegadigden, te beginnen met de hoogst geplaatste, per aangetekend schrijven in de gelegenheid een nieuwe aanvraag om een ligplaatsvergunning bij hun kollege in te dienen. In dit geval kan de vergunning slechts worden geweigerd op grond van één of meer van de omstandigheden als vermeld in artikel 6 tweede lid onder b t/m e.

  • 3. Indien een zodanige aanvraag niet binnen 2 weken na de datum van het bericht van ontvangst van het in het tweede lid bedoelde aangetekend schrijven is ontvangen, wordt aangenomen dat geen prijs meer op de ligplaatsvergunning wordt gesteld en wordt de naam van de desbetreffende gegadigde van de wachtlijst geschrapt.

Artikel 8 Wijzigen ligplaatsvergunning

  • 1. Indien de houder van een ligplaatsvergunning het in de vergunning vermelde woonschip wil vervangen door een ander woonschip, of indien de overige gegevens vermeld in de vergunning om andere redenen niet meer zullen overeenstemmen met de werkelijke situatie, dient hij aan burgemeester en wethouders te verzoeken de vergunning te wijzigen.

  • 2. Op een verzoek om wijziging, bedoeld in het eerste lid is het bepaalde in artikel 6, tweede lid sub b t/m e van overeenkomstige toepassing.

Artkel 9 Intrekken ligplaatsenvergunning

Burgemeester en wethouders kunnen de ligplaatsvergunning intrekken indien:

  • a.

    de gegevens zoals deze zijn vermeld in de vergunning, niet meer overeenstemmen met de werkelijke situatie en de vergunninghouder niet binnen 4 weken na het tijdstip waarop deze omstandigheid is ingetreden, een verzoek tot wijziging van de vergunning bij burgemeester en wethouders heeft ingediend;

  • b.

    niet langer voldaan wordt aan de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften;

  • c.

    indien zich een omstandigheid als bedoeld in artikel 6, tweede lid sub d of e voordoet, dan wel indien de bewoner van het woonschipbelemmeringen veroorzaakt aan het verkeer te water of te land.

Artikel 10 Vervallen van een ligplaatsvergunning

  • 1. De ligplaatsvergunning vervalt van rechtswege zodra het gebruik van de ligplaats door ontruiming wordt beëindigd.

  • 2. Het bepaalde in het eertse lid geldt niet in die gevallen waarbij sprake is van tijdelijke beëindiging van het gebruik, mits:

    • a.

      de eigenaar van het betreffende woonschip voorafgaand aan de ontruiming van de ligplaats de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaar van de tijdelijke beëindiging van het gebruik op de hoogte heeft gesteld;

    • b.

      de ligplaats binnen zes maanden na de dag van vertrek weer zal worden ingenomen.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen de in het tweede lid onder b genoemde termijn verlengen tot maximaal één jaar.

Artikel 11 Verbod bouwwerkzaamheden

  • 1. Het is verboden op de in artikel 4 genoemde ligplaatsen een woonschip of een ander vaartuig te bouwen of te slopen, met uitzondering van onderhoudswerkzaamheden.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gesteld verbod.

  • 3. Aan een zodanige ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 12 Verbod gebruik generator

  • 1. Het is verboden van een op een ligplaats als bedoeld in artikel 4 gelegen woonschip gebruik te maken van generatoren ten behoeve van de opwekking van elektriciteit.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 3. Aan een zodanige ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 13 Nakoming aanwijzingen

Bij het innemen van een ligplaats als bedoeld in artikel 4 dienen de door of namens burgemeester en wethouders gegeven aanwijzingen omtrent de ligplaatsen in acht te worden genomen.

Artikel 14 Nadere regels

  • 1.

    Burgemeeester en wethouders kunnen nadere regels stellen met betrekking tot het gebruik en de toewijzing van ligplaatsen en met betrekking tot het gebruik van voorzieningen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen de eigenaar van een woonschip verplichten een andere ligplaats in te nemen indien zulks noodzakelijk is met het oog op een evenredige verdeling van ligplaatsen.

    Zij gaan tot deze maatregel niet over dan na overleg met de betrokken eigenaar.

Artikel 15 Opsporingsambtenaren

Met de opsporing van de in deze verordening strafbaar gestelde feiten zijn belast de ambtenaren genoemd in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering.

Artikel 16 Strafbepalingen

Overtreding van de bij of krachtens deze verordening gestelde bepalingen wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 17 Titel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel "Woonschepenverordening Kollumerland c.a."

Artikel 18 Inwerking treden

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van de bekendmaking.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 1 juni 1995.
, voorzitter.
(P.F. Visser)
, sekretaris.
(R. de Boer)