Beleidsnotitie Tegenprestatie ‘Voor wat, hoort wat’ 2017

Geldend van 01-01-2017 t/m heden

Intitulé

Beleidsnotitie Tegenprestatie ‘Voor wat, hoort wat’ 2017

Samenvatting en beslispunten

Sinds 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. Het uitgangspunt van deze wet is dat iedereen die kan werken, mét of zonder arbeidshandicap, niet afhankelijk hoort te zijn van een uitkering. Wie niet wil of kan, hoort niet thuis te zitten maar actief te zijn voor de samenleving. Dit kan met de ‘Tegenprestatie naar vermogen’.

De gemeente heeft de opdracht om hier met beleid en een verordening vorm en inhoud aan te geven. Aan de hand van de resultaten van de pilot Tegenprestatie Vlist en met behulp van de werkwijzer Tegenprestatie 1 - zijn in deze notitie de volgende beleidskeuzes gemaakt:

  • -

    Het doel is: ‘het inzetten van onbenut talent van belanghebbenden middels het verrichten van onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, als blijk van maatschappelijke betrokkenheid en als antwoord op het beroep dat zij doen op de solidariteit van de samenleving .

  • -

    Gekozen wordt voor een sterke focus en inzet op de re-integratie. De tegenprestatie geldt dan voor belanghebbenden zonder actief re-integratietraject en met een grote afstand tot de arbeidsmarkt.

  • -

    Het uitvoeren van de tegenprestatie kost veel inzet aan begeleiding en handhaving en brengt de nodige risico’s met zich mee. Het aangaan van vrijwilligerswerk geniet daarom de voorkeur boven het toewijzen van een tegenprestatie. De tegenprestatie dient belanghebbenden te motiveren of als alternatief wanneer vrijwilligerswerk niet haalbaar is.

  • -

    De focus ligt op het aanbieden van voldoende vrijwilligerswerk. Daarnaast dient elke woonkern zo mogelijk te beschikken over tegenprestaties in een sociale omgeving 2 én in de buitenruimte.

  • -

    De tegenprestaties bestaan uit tijdelijke activiteiten die additioneel zijn op reguliere arbeid. Deze worden in beginsel uitgevoerd in openbare ruimten en/of onder toezicht of onder intensieve begeleiding van een organisatie.

  • -

    De activiteiten worden enerzijds gecreëerd en georganiseerd door de gemeente. Hierbij komen ook de nieuwe initiatieven bij de kanteling van de Wmo in beeld. Daarnaast worden organisaties die een maatschappelijk belang dienen benaderd voor mogelijke tegenprestatieplaatsen.

In deze notitie worden deze beleidskeuzes en de gestelde kaders in de verordening toegelicht. Keuzes met betrekking tot de verordening zijn in de notitie onderstreept weergegeven.

1 Inleiding

Sinds 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht. Het uitgangspunt van deze wet is dat iedereen die kan werken, mét of zonder arbeidshandicap, niet afhankelijk hoort te zijn van een uitkering. In ruil voor de uitkering wordt dan verwacht dat iedereen naar vermogen een steentje bijdraagt in de samenleving. Dit wordt ook wel ‘de tegenprestatie naar vermogen’ genoemd.

2 Pilot Tegenprestatie Vlist

In aanloop naar de Participatiewet hebben veel gemeenten al geëxperimenteerd met een intensieve uitvoering van de tegenprestatie. Zo heeft de gemeente Vlist, in samenwerking met Sociale Zaken K5-Gemeenten, uitvoering gegeven aan de pilot Tegenprestatie. Gedurende de periode 1 augustus 2013 tot 1 december 2013 is Sociale Zaken met 53 cliënten in de gemeente Vlist in gesprek gegaan.

Aan de hand van de participatieladder 3 is de ontwikkeling van de belanghebbenden inzichtelijk gemaakt. Van 19 cliënten die op augustus 2013 geïsoleerd waren, zijn er 15 die 1 of meer treden zijn gestegen. Er zijn 2 personen uitgestroomd.

Uit de pilot is opgemaakt dat het niet eenvoudig is om de cliënt zijn talent en mogelijkheden te laten ontdekken. Het vinden van passende tegenprestaties gaat eveneens niet vanzelf. Voor nieuwkomers vormt de taalachterstand een extra obstakel. Terwijl participatie in de maatschappij voor deze doelgroep juist zo belangrijk is voor de persoonlijke ontwikkeling en kansen op de arbeidsmarkt. Vrijwilligerswerk blijkt makkelijker te verkrijgen en voor meer zekerheid te zorgen onder deelnemende partijen. Al met al heeft de pilot een positieve bijdrage geleverd. Een groot deel van de cliënten is nu goed in beeld, heeft één of meer stappen op de participatieladder gezet en een bijdrage geleverd in de samenleving. Nu de talenten en mogelijkheden van de cliënten beter in beeld zijn, is er meer perspectief op re-integratie in de toekomst.

3 Tegenprestatie onder de Participatiewet

Van iedereen (18 jaar tot pensioengerechtigde leeftijd) die een aanvraag voor een WWB 4 -, IOAW -of IOAZ-uitkering heeft ingediend, kan een tegenprestatie worden verlangd. Het college heeft de opdracht om beleid te ontwikkelen ten behoeve van het verrichten van de tegenprestatie (artikel 7 lid 1 onderdeel c Participatiewet). Verder moeten bij verordening regels worden gesteld over het opdragen van de tegenprestatie (artikel 8a lid 1 onderdeel b Participatiewet). Door beleidsvrijheid kunnen gemeenten zelf de doelgroep afbakenen.

De tegenprestatie wordt nader omschreven in artikel 9 lid c van de Participatiewet als het: ‘naar vermogen door het college opgedragen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden verrichten die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt’.

Enkele begrippen zijn ruim te interpreteren en worden daarom hierna toegelicht en, indien van toepassing, met beleidskeuzes afgebakend.

3.1 Naar vermogen

Onder ‘naar vermogen’ wordt verstaan dat de activiteiten moeten aansluiten bij de talenten en mogelijkheden van de belanghebbende. De gemeente moet hier bij het toewijzen van een plaats rekening mee houden. Hiervoor is het noodzakelijk dat de gemeente met de belanghebbende het gesprek aangaat en er een helder klantbeeld is. Ook dient de gemeente te beschikken over voldoende keuze uit activiteiten voor tegenprestaties.

3.2 Maatschappelijk nuttige werkzaamheden

Een tegenprestatie dient maatschappelijk nuttig te zijn. Voor wat dit precies inhoudt zijn geen duidelijke richtlijnen. Wel is duidelijk dat het moet gaan om activiteiten die nuttig zijn voor de lokale omgeving of voor de gemeente zelf. Denk aan activiteiten als: opknappen van speelpleinen in de wijk, hulp bij organiseren buurtfeesten, sneeuwschuiven etc. Een overzicht van maatschappelijk nuttige activiteiten is weergegeven in bijlage 1.

3.3 Verdringing

Het uitvoeren van onbetaalde werkzaamheden kan leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt. Het college heeft de opdracht om dit te voorkomen. De gemeente doet dit door alleen werkzaamheden uit te laten voeren die additioneel zijn op reguliere arbeid en waar marktconform geen vergoeding tegenover staat. Het gaat dus om activiteiten die nuttig zijn voor de samenleving maar niet rendabel voor commerciële partijen. Bij uitvoering in de praktijk kan op dit onderdeel eenvoudig ruis ontstaan. Risico’s nemen af door voor aanvang de activiteiten nauwkeurig te omschrijven en deze vast te laten leggen door beide partijen. Hiervoor wordt door de gemeente een model overeenkomst Tegenprestatie opgesteld als richtlijn (bijlage 2). De klantmanager ziet toe op ondertekening en naleving.

3.4 Geen re-integratieinstrument

De tegenprestatie is geen re-integratieinstrument en mag re-integratie ook niet in de weg staan. Daarom worden de duur en omvang van de activiteiten afgebakend. In de pilot is voldaan aan de eis die gesteld wordt aan tijdelijke aard door de tegenprestatie maximaal voor 6 maanden (en 1 extra verlenging van 6 maanden) en voor minimaal 8 uur per week op te leggen.

Wanneer de termijn minder dan 6 maanden bedraagt, vormt dit een belemmering voor aanbieders. Zij beschouwen de eerste maand(en) voornamelijk als kennismaking en inwerkperiode bij deze over het algemeen minder geactiveerde doelgroep. Met een termijn van langer dan 6 maanden komt de re-integratie in het geding. Daarom wordt als periodeeen termijn van 6 maanden gehanteerd, met de mogelijkheid tot een verlenging van nog een termijn. Wel kan elk jaar opnieuw een tegenprestatie worden beoordeeld. Zo wordt voorkomen dat belanghebbenden terugvallen in isolement. Voor het aantal uur per week wordt conform de pilot een minimum van 8 uur per week gehandhaafd. Dit aantal komt in de praktijk overeen met het aantal uur waarvoor aanbieders activiteiten kunnen aanbieden. Door een maximum aantal uur van 16 uur per week te hanteren, wordt voorkomen dat de tegenprestatie de re-integratie in de weg staat. Een uitzondering op de gestelde criteria voor periode en aantal uur per week kan worden gemaakt wanneer een persoon ontheven is van de arbeidsplicht.

4 Doelstelling

De tegenprestatie heeft geen primair doel tot arbeidsinschakeling. Werk gaat altijd boven uitkering. Daarom richt de gemeente zich bij het inzetten van de tegenprestatie voornamelijk op activering van cliënten met een afstand tot de arbeidsmarkt.

De doelstelling luidt dan: ‘H et inzetten van onbenut talent van belanghebbenden middels het verrichten van onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden , als blijk van maatschappelijke betrokkenheid en als antwoord op het beroep dat zij doen op de solidariteit van de samenleving .

Met ‘onbenut talent’ wordt bedoeld: het talent van belanghebbenden zonder traject richting werk of activering . Het begrip solidariteit staat voor het wederkerigheidsbeginsel: ‘Voor wat, hoort wat’. Met samenleving wordt hier de gemeente bedoeld.

5 Hoe realiseren we dit?

Een traject richting re-integratie heeft altijd de voorkeur. Is er sprake van een lange afstand tot de arbeidsmarkt 5 en zijn er geen alternatieven voor een traject richting re-integratie, waaronder vrijwilligerswerk? Dan komt de tegenprestatie in beeld. Het toewijzen van een tegenprestatie kost veel inzet aan begeleiding, ondersteuning en handhaving en brengt risico’s, zoals bijvoorbeeld verdringing of incidenten 6 , met zich mee. Om risico’s te mijden, dienen deze opgelegde activiteiten te worden uitgevoerd in openbare ruimten en/of onder toezicht of onder intensieve begeleiding van een organisatie.

Een beter alternatief is vrijwilligerswerk. Vrijwilligerswerk is vaak beter georganiseerd (er is een organisatie bij betrokken), makkelijker te vinden, minder risicovol en biedt meer ruimte voor persoonlijke ontwikkeling. Daarom heeft de inzet van vrijwilligerswerk voor de gemeente altijd de voorkeur. Een aandachtspunt is uiteraard het vrijwillige karakter. De belanghebbende dient ondersteund en gemotiveerd te worden in de zoektocht.

Als het verkrijgen van vrijwilligerswerk niet wordt ingevuld, dan wordt de tegenprestatie opgelegd om belanghebbende actief te laten worden.

6 Vrijstelling

Voor bepaalde groepen geldt vrijstelling van de tegenprestatie. Wanneer iemand deelneemt aan activiteiten in het kader van een re-integratietraject wordt geen tegenprestatie ingezet. Dit geldt ook wanneer mantelzorgactiviteiten of vrijwilligerswerk wordt verricht en deze activiteiten er toe doen. Met ‘ertoe doen’ wordt bedoeld dat de activiteiten dienen te worden aangetoond door middel van een overeenkomst en getoetst worden aan de in de verordening gestelde criteria.

De overeenkomst van de mantelzorger wordt getoetst aan de criteria die zijn gesteld voor het mantelzorgcompliment. De vrijwilliger dient, overeenkomst aan het urencriterium voor de tegenprestatie, minimaal voor 8 uur perweek activiteiten te verrichten.

Wanneer belanghebbende een parttime baan heeft, geldt vanaf 16 uur per week een vrijstelling. De reden van deze keuze is dat de inzet van de tegenprestatie onder deze doelgroep een extra prikkel kan vormen bij het vinden van aanvullend werk.

Voor belanghebbenden die de Nederlandse taal onvoldoende beheersen, geldt deelname aan een

re-integratietraject niet als vrijstellingsgrond. Tijdens de pilot is immers gebleken dat juist voor deze doelgroep de tegenprestatie/vrijwilligerswerk positieve gevolgen heeft.

7 Invulling van de tegenprestatie

Belanghebbende wordt in een doelmatigheidsgesprek gemotiveerd. Daarop gaat belanghebbende een maand zelf op pad met een overzicht van vrijwilligerswerk en tips en alternatieven. In elke gemeente dient voldoende vrijwilligerswerk aanwezig te zijn. Hiervoor worden:

  • 1.

    De bestaande vrijwilligersbanken (digitaal en fysiek, lokaal en nationaal) geïnventariseerd. Het aanbod wordt samengevoegd; en

  • 2.

    De bestaande zorg –en welzijnsorganisaties en (semi-) overheidsinstellingen in de gemeente benaderd. Hierbij wordt verzocht om beschikbare plaatsen aan te melden bij de vrijwilligersbank. De vrijwilligersbank toetst of het werkelijk gaat om vrijwilligerswerk.

Er wordt een zoektermijn van een maand gehanteerd met één mogelijke verlenging van een maand. Bij een langere zoekperiode kan de belanghebbende gedemotiveerd raken. Indien belanghebbende er niet in slaagt zelf een activiteit te vinden, wordt een tegenprestatie toegewezen.

De gemeente komt aan activiteiten voor de tegenprestatie door:

  • 1.

    Zelf activiteiten te organiseren die voldoen aan de voorwaarden van de tegenprestatie. Denk bijvoorbeeld aan het samenstellen van een veegploeg/ schoonmaakploeg of een klussendienst. Voordeel van deze optie is dat de risico’s goed geborgd kunnen worden. Een nadeel zijn de bijkomende organisatie –en begeleidingskosten.

  • 2.

    Uitvraag te doen naar mogelijke tegenprestaties bij stichtingen en organisaties in de gemeente die een maatschappelijk belang dienen, zoals: zorginstellingen, vrijwilligersorganisaties, welzijnsstichtingen, verenigingen etc.

  • 3.

    Bij nieuwe initiatieven bij de kanteling van de Wmo ruimte te bieden aan tegenprestaties.

Het college investeert dus met name in het in kaart brengen en vergroten van het aanbod aan vrijwilligerswerk. Ter motivatie en als alternatief voor belanghebbenden met zeer beperkte mogelijkheden worden ook activiteiten voor tegenprestaties gecreëerd en gezocht. Om te voldoen aan de eis om rekening te houden met de talenten en mogelijkheden dient elke woonkern in de gemeente zo mogelijk te beschikken over activiteiten in de buitenomgeving en in een sociale omgeving (buurthuis, verzorgingshuis, etc.). Het gaat dan om minimaal 10 plekken (in elk van de 5 kernen minimaal 1 plaats buiten en 1 plaats sociaal). Zo is er aanbod voor zowel personen met een beperkte fysieke als met beperkte psychische belastbaarheid. Dit aanbod zal in de toekomst verder worden uitgebreid naar gelang behoefte is. Voor tegenprestaties geldt dat deze alleen worden toegewezen wanneer de risico’s goed geborgd zijn. In bijlage 1 is een overzicht met mogelijke tegenprestaties waarbij de risico’s geborgd kunnen worden.

Indien geen tegenprestatie opgedragen kan worden omdat er geen passende werkzaamheden voorhanden zijn, beoordeelt het college na een periode van 6 maanden opnieuw of dit dan wel het geval is. Het college heeft dan tijd om passende plekken te realiseren en een langere periode kan ertoe leiden dat de cliënt uit beeld raakt.

8 Evaluatie

Om de gekozen uitvoeringsrichting te optimaliseren en risico’s te beperken wordt tweejaarlijks (4e kwartaal 2016) de tegenprestatie geëvalueerd. Sociale Zaken zal de resultaten, op basis van een steekproef, toetsen bij:

  • ·

    De cliënt(en), die tenminste 1 periode de tegenprestatie heeft afgerond;

  • ·

    De aanbieder(s), waarbij tenminste 1 periode een cliënt activiteiten heeft uitgevoerd; en

  • ·

    De gemeente; de bij de uitvoering betrokken klantmanagers.

Getoetst wordt niet het aantal toegewezen tegenprestaties, maar het aantal geactiveerde belanghebbenden. Dit wordt gemeten aan de hand van de posities op de participatieladder.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Krimpenerwaard op 1 november 2016
de griffier, drs. K.E. Driehuijs
de voorzitter, mr. R.S. Cazemier

Bijlage 1 Activiteiten voor de tegenprestatie

Hieronder is een opsomming van mogelijke activiteiten als tegenprestatie volgens de regering. De activiteiten worden in de gemeente uit veiligheidsoverwegingen in beginsel uitgevoerd in openbare ruimten en/of onder toezicht of onder intensieve begeleiding van een organisatie. De activiteiten die hieraan (kunnen) voldoen zijn dikgedrukt en gearceerd weergegeven. Voor de overige activiteiten geldt dat deze in beginsel in de vorm van vrijwilligerswerk moeten worden uitgevoerd.

Activiteiten voor de tegenprestatie:

  • -

    werkzaamheden bij een openluchtmuseum;

  • -

    koffie/thee schenken in een verpleegtehuis, buurthuis of een bejaardentehuis;

  • -

    sneeuwschuiven (bijvoorbeeld bij een bejaardentehuis);

  • -

    meelopen met de dierenambulance;

  • -

    afval langs wegen en in wijken verwijderen;

  • -

    bospaden schoonhouden;

  • -

    verkeersborden reinigen/schoonmaken;

  • -

    opknappen, schoonmaken, onderhouden van speeltuinen of gemeentelijke terreinen;

  • -

    taalmaatje voor nieuwkomers;

  • -

    beheerder van een parkeerplaats of fietsenstalling (bijv. bij een station);

  • -

    vervoer via kerken of ouderenorganisaties;

  • -

    warme maaltijden bereiden en leveren;

  • -

    de was doen;

  • -

    strijken;

  • -

    tijdelijke werkzaamheden rond een wijkcentrum;

  • -

    helpen bij het oversteken van kinderen (scholen);

  • -

    werkzaamheden in theaters;

  • -

    praten met nabestaanden;

  • -

    inzet bij (sport)evenementen;

  • -

    gehandicapten begeleiden bij het zwemmen;

  • -

    voorlezen op scholen;

  • -

    moestuin aanleggen met leerlingen uit groep 5 of 6 basisschool;

  • -

    schoonhouden van parkeerplaatsen bij het ziekenhuis;

  • -

    boeken uitleen bij ziekenhuizen en verpleegtehuizen (met karretjes);

  • -

    maneges schoon en netjes houden;

  • -

    een functie vervullen in bijvoorbeeld een cliëntenraad;

  • -

    deelname aan een hulpverleningstraject bij persoonlijke of psychische problemen;

  • -

    werkzaamheden in bibliotheken;

  • -

    bezoek aan eenzame ouderen;

  • -

    werkzaamheden in bejaardentehuizen en buurthuizen;

  • -

    boodschappen halen voor Wmo-cliënten/hulpbehoevenden/ouderen;

  • -

    inzet in de groenvoorziening waar de gemeente de handen vanaf heeft getrokken;

  • -

    tuinonderhoud;

  • -

    openbare groenperken schoonhouden;

  • -

    administratie op orde brengen;

  • -

    conciërgeachtige werkzaamheden;

  • -

    mobiel beperkte inwoners helpen;

  • -

    klus- en verhuisteams oprichten;

  • -

    opzetten en geven cursussen;

  • -

    zorgtaken zoals huiskamerdiensten, activiteitenbegeleiding;

  • -

    helpen bij festivals;

  • -

    ondersteunend werkstages bij (maatschappelijke) organisaties: administratief, creatief, verzorging;

  • -

    ramen zetten;

  • -

    wandelen en koffiedrinken met groepen bewoners;

  • -

    werkzaamheden in dierenasiel;

  • -

    receptionist of ontvangstdame/heer;

  • -

    beheer kantines sportverenigingen;

  • -

    wijkschouwen;

  • -

    zwemvierdaagse, wijkfeesten, buurt BBQ, straat opknappen, opzetten buitenspeeldag;

  • -

    spelletjesmiddagen, politiekcafé;

  • -

    buurtpreventie;

  • -

    meldpunt voor veiligheid in de wijk (signalering);

  • -

    assistent beheerder buurthuizen;

  • -

    klussenteam in de wijk;

  • -

    organiseren activiteiten voor kinderen (in de wijk of stad);

  • -

    simpele schoonmaakwerkzaamheden in de eigen wijk;

  • -

    sportclinics in de wijken opzetten;

  • -

    hulp bij reizen met openbaar vervoer;

  • -

    computermaatje;

  • -

    energiecoaches;

  • -

    formulierenbrigade;

  • -

    websitebeheerder;

  • -

    werkzaamheden op zorgboerderij;

  • -

    oppasdienst;

  • -

    huiswerkbegeleiding;

  • -

    mantelzorg/mantelzorgondersteuning;

  • -

    in de zorg helpen;

  • -

    helpen in de moskee;

  • -

    recyclingbedrijf;

  • -

    mailings voor gemeente verzorgen, nieuwsbrieven rondbrengen;

  • -

    rolstoelbrigade;

  • -

    fietsles geven;

  • -

    klaar-overs;

  • -

    werkervaring op doen via club van 1000;

  • -

    helpen bij scouting;

  • -

    beheren fietsenstalling;

  • -

    bijspringen op schapenhouderij;

  • -

    helpen bij landelijke horeca keten;

  • -

    afvalkalenders inpakken voor gemeente;

  • -

    kledingreparatie;

  • -

    inpakwerk;

  • -

    hand en spandiensten op school.

Bijlage 2 Modelovereenkomst Tegenprestatie

Modelovereenkomst Tegenprestatie naar vermogen

De ondergetekenden,

(Naam organisatie), vertegenwoordigd door …………………………………, verder te noemen de aanbieder (of)

de heer/mevrouw …………………………………, (naam particulier), verder te noemen de aanbieder

en

de heer/mevrouw ………………………………… (naam uitkeringsgerechtigde), verder te noemen de kandidaat tegenprestatie,

verklaren het volgende te zijn overeengekomen:

1. Werkzaamheden

De kandidaat tegenprestatie zal de volgende taak/ taken uitoefenen: ………………… en daarbij de volgende activiteiten verrichten:………………………. De tegenprestatie wordt onbetaald verricht. Het gaat om additionele activiteiten die (in soortgelijke situatie) niet door reguliere arbeid verricht kunnen worden. Het gaat om activiteiten van tijdelijke aard. De partijen kunnen in onderling overleg de werkzaamheden wijzigen. De kandidaat tegenprestatie handelt gedurende het verrichten van werkzaamheden volgens de gedragsregels (zoals weergegeven in de bijlage) of (en het vrijwilligersbeleid van de organisatie).

2. Aanvang en einde van de overeenkomst

De kandidaat tegenprestatie is met ingang van ……………… bereid zich voor minimaal …… uur per …… en maximaal …… uur per …… in te zetten.

De overeenkomst wordt van rechtswege beëindigd na 6 maanden vanaf de ingangsdatum, te weten ………………… ; of

Tussentijds op verzoek van kandidaat tegenprestatie (eenzijdig) in geval van beëindiging van de uitkeringsperiode; of

Tussentijds door opzegging van de aanbieder.

Beide partijen stellen de gemeente tijdig en, desgevraagd schriftelijk, op de hoogte wanneer de uitvoering niet conform de afspraken verloopt.

3. Proefperiode

De organisatie hanteert een proefperiode om van beide kanten te zien hoe de samenwerking bevalt. De proefperiode duurt … (weken/maanden). Aan het einde van de proefperiode vindt een evaluatiegesprek plaats tussen de organisatie en de kandidaat tegenprestatie. Na dit evaluatiegesprek wordt bepaald of beide partijen de samenwerking doorzetten.

4. Verhindering

In geval van verhindering (ziekte/vakantie of anderszins) van de kandidaat tegenprestatie zal de kandidaat tegenprestatie de aanbieder tijdig op de hoogte brengen.

6. Onkostenvergoeding (indien van toepassing)

De aanbieder vergoedt de door de kandidaat tegenprestatie werkelijk gemaakte onkosten. De kandidaat tegenprestatie is op de hoogte van de manier waarop de onkosten gedeclareerd kunnen worden. (Indien de kandidaat tegenprestatie een vaste vrijwilligersvergoeding ontvangt of een reiskostenvergoeding, wordt de hoogte en wijze van betaling hier beschreven).

7. Verzekeringen

De aanbieder heeft voor kandidaat tegenprestatie een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering en een ongevallenverzekering afgesloten. De gemeente heeft voor kandidaat tegenprestatie een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering en een ongevallenverzekering afgesloten. (Indien van toepassing kunt u hier vermelden dat ook een auto-inzittendenverzekering is afgesloten)

8. Conflicten

In geval van onduidelijkheden, klachten of conflicten wendt de kandidaat tegenprestatie zich tot zijn/haar klantmanager bij de afdeling Sociale Zaken van de gemeente en (indien van toepassing) …………………………. (vrijwilligerscoördinator/bestuurslid).

9. Geheimhoudingsplicht

De kandidaat tegenprestatie zal informatie betreffende de aanbieder geheimhouden, tenzij de aanbieder toestemt in het bekendmaken van de informatie. De aanbieder zal de gegevens van de kandidaat tegenprestatie vertrouwelijk behandelen.

Aldus overeengekomen, in tweevoud opgemaakt en ondertekend te (plaats) op (datum).

Namens de aanbieder Namens de kandidaat tegenprestatie

(naam) (naam)

(functie)

Bijlage 3 Gedragsregels en gedragscode Tegenprestatie

Gedragsregels en gedragscode Tegenprestatie 7

De tegenprestatie hoort in een veilige omgeving waarin ieder respectvol met elkaar omgaat.

Deze gedragsregels zijn opgesteld om elke vorm van gedrag te voorkomen dat door personen als ongewenst of gedwongen wordt ervaren.

Via de tegenprestatieovereenkomst wordt de gewezen op de gehanteerde gedragsregels van de organisatie. Met ondertekening van de overeenkomst verklaart de kandidaat tegenprestatie kennis genomen te hebben van de gedragsregels en conformeert zich hiernaar te handelen.

Dit betekent dat men zich houdt aan de gedragsregels betreffende:

  • 1.

    Ongewenst gedrag: ongewenste intimiteiten, agressie en geweld en Discriminatie.

  • 2.

    Rechten en plichten ten aanzien van houding en gedrag.

  • 3.

    Vrijwilligersbeleid en veiligheidsbeleid.

  • 4.

    Huisregels.

Omgangsregels

Ongewenste intimiteiten

  • 5.

    Ik onthoud me van elke vorm van ongewenste seksueel of seksueel getinte gedragingen of uitingen, zowel in woord als andere uitingen.

  • 6.

    Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.

Agressie en geweld

  • 7.

    Ik onthoud me van elke vorm van agressie of geweld. Zowel in woord als gebaar.

  • 8.

    Ik vecht niet, ik gebruik geen geweld, ik bedreig de ander niet, ik neem geen wapens mee.

  • 9.

    Ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.

  • 10.

    Ik berokken de ander geen schade.

  • 11.

    Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie.

  • 12.

    Ik scheld niet en maak geen gemene grappen of opmerkingen over anderen.

  • 13.

    Ik doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen.

  • 14.

    Ik draag zorg voor een veilige omgeving voor mijn deelnemers/klanten

  • 15.

    Als iemand mij hindert of lastig valt dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt vraag ik een ander om hulp.

  • 16.

    Ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek degene die zich daar niet aan houdt op aan en meldt dit zo nodig bij het bestuur.

Discriminatie

  • 17.

    Ik ga met respect om met de ander.

  • 18.

    Ik onthoud me van elke vorm van onderscheid, uitsluiting op beperking op grond van uiterlijk, ras, godsdienst, geslacht, seksuele geaardheid of levensovertuiging.

Gedragscode kandidaat tegenprestatie

  • 19.

    De kandidaat tegenprestatie zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de aanbieder/mensen/ klanten die van hem/haar afhankelijk zijn, zich veilig en gerespecteerd voelen.

  • 20.

    De kandidaat tegenprestatie onthoudt zich ervan de aanbieder/klant te bejegenen op een wijze die de deelnemer/klant in zijn waardigheid aantast.

  • 21.

    De kandidaat tegenprestatie dringt niet verder door in het privéleven van aanbieder /klant dan functioneel noodzakelijk is. De kandidaat tegenprestatie ontvangt de aanbieder/klant niet thuis.

  • 22.

    De kandidaat tegenprestatie onthoudt zich van elke vorm van seksuele benadering ten opzichte van aanbieder/klant. Alle seksuele handelingen, contacten en relaties tussen kandidaat tegenprestatie en kinderen jonger dan 18 jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.

  • 23.

    De kandidaat tegenprestatie heeft de plicht de aanbieder/klant naar vermogen te beschermen tegen vormen van ongelijkwaardige behandeling en seksueel misbruik en zal er actief op toezien dat de gedragscode door iedereen die bij de aanbieder/klant is betrokken, wordt nageleefd. De kandidaat tegenprestatie spreekt aanbieders/klanten die zich niet aan de gedragscode houden op hun ongewenste gedrag aan. door het gedrag te benoemen en te verwijzen naar de gedragscode/huisregels.

  • 24.

    Indien de kandidaat tegenprestatie gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragscode en bij vermoedens van seksueel misbruik, is hij verplicht hiervan melding te maken bij de daarvoor door het bestuur aangewezen personen.

  • 25.

    De kandidaat tegenprestatie krijgt geen (im)materiële vergoedingen die niet in de rede zijn.

  • 26.

    In die gevallen waar de gedragscode niet (direct) voorziet of bij twijfel over de toelaatbaarheid van bepaalde gedragingen ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de kandidaat tegenprestatie in de geest van de gedragscode te handelen en zo nodig daarover in overleg te treden met diens verantwoordelijke.

  • 27.

    Overtreding van deze code leidt tot een klachtenprocedure en kan disciplinaire maatregelen tot gevolg hebben.

  • 28.

    Wanneer een kandidaat tegenprestatie wordt verdacht van strafbare feiten van seksueel misbruik van aanbieders/klanten zal het bestuur politie/justitie inschakelen.


Noot
1

Product ter ondersteuning bij implementatie aangeboden door de Programmaraad.

Noot
2

Bijvoorbeeld een buurthuis, sportvereniging, verzorgingshuis etc.

Noot
3

Meetinstrument om de participatie van een belanghebbende inzichtelijk te maken.

Noot
4

Met ingang van 1 januari 2015 is dit naar een uitkering in het kader van de Participatiewet gewijzigd.

Noot
5

Afstand tot de arbeidsmarkt van 1 jaar of langer.

Noot
6

Denk bij risico’s bijvoorbeeld aan activiteiten bij kwetsbare personen thuis.

Noot
7

Opgesteld aan de hand voorbeeld: Gedragsregels voor vrijwilligers van de Gemeente Woerden, afdeling Welzijn