Regeling vervallen per 28-03-2023

Beleidsregels evenementen Krimpenerwaard 2018 – 2022

Geldend van 02-02-2019 t/m 27-03-2023

Intitulé

Beleidsregels evenementen Krimpenerwaard 2018 – 2022

“Bruisende evenementen met respect voor elkaar”

Voorwoord

Voor u ligt de “Beleidsregels Evenementen voor de gemeente Krimpenerwaard 2018 - 2022.” De Krimpenerwaard is een gemeente waar zowel levendigheid als rust belangrijke kernwaarden zijn. Jaarlijks worden er vele activiteiten georganiseerd, die vaak al een jarenlange historie hebben. Deze evenementen variëren van een straatbarbecue tot en met een meerdaags (tent)feest.

Veel van deze evenementen worden georganiseerd door vrijwilligers in samenwerking met lokale ondernemers. Deze betrokkenheid bij hun kern is zeer kenmerkend voor het ‘dorpse’ karakter van de kernen.

In een tijd waarin het steeds moeilijker wordt om vrijwilligers te vinden voor sociale activiteiten is dit iets wat wij als college erg waarderen. Waardering is er zeker ook van de inwoners, die steeds in grote getale op de, vaak lokale, evenementen afkomen. Ook mensen van buiten de Krimpenerwaard weten de evenementen in onze gemeente steeds vaker te vinden, de Zilverdag in Schoonhoven is hier een mooi voorbeeld van. Tijdens bijeenkomsten met ondernemers en inwoners kwam naar voren dat men zelfs in sommige kernen nog wel meer levendigheid zou willen zien.

Evenementen zijn activiteiten die niet ongemerkt voorbij gaan, wat de één als een prettig ervaart, ervaart een ander als overlast, bijvoorbeeld ten aanzien van geluid. In dit beleidsplan hebben wij getracht om een zodanige afweging te maken dat plezier en mogelijke overlast in evenwicht zijn.

Een belangrijk onderwerp in dit beleidsdocument is veiligheid, iets wat te allen tijde voorop moet staan. Veiligheid voor de bezoekers, voor omwonenden en de organisatoren wordt zo goed als mogelijk geborgd door allerlei landelijke, regionale en ook lokale wet- en regelgeving. Ook in dit beleidsplan is er vanzelfsprekend aandacht voor veiligheid in de ruime zin van het woord. Tegelijkertijd willen wij als gemeente de organisatoren zo veel mogelijk faciliteren bij het aanvragen van vergunningen.

Inspraak van organisatoren, inwoners en andere betrokkenen bij evenementen moet er voor zorgen dat dit evenementenbeleid recht doet aan het kunnen organiseren van bruisende evenementen met respect voor elkaar.

R.S. Cazemier

Burgemeester Krimpenerwaard

1. Inleiding

De gemeente Krimpenerwaard is een gemeente met 11 kernen met iedere een eigen identiteit. Er is een veelzijdigheid aan cultuur, natuur, bezienswaardigheden en evenementen. Samen met bedrijven en inwoners wordt hard gewerkt om het toerisme verder tot bloei te brengen. Inwoners, en steeds meer toeristen, nemen actief deel aan braderieën, (streek)markten, sportactiviteiten, feesten en andere evenementen. Het sociaal-culturele leven is daarmee stevig verankerd en maakt onderdeel uit van het unieke karakter van de kernen en daarmee van de gemeente Krimpenerwaard. De gemeente Krimpenerwaard heeft het nodige te bieden aan inwoners en toeristen, maar de aanwezige potenties zouden nog meer benut kunnen worden en breder worden uitgedragen. Evenementen, groot en klein zijn van belang voor de levendigheid en sfeer in de kernen en de uitstraling naar buiten.

2. Belang van evenementen

Evenementen zijn, mits in goede balans, van belang voor de leefbaarheid in de gemeente en voorzien in de behoefte aan ontspanning en vermaak. Evenementen versterken bovendien de onderlinge band tussen mensen en zo de sociale cohesie. Ook hebben deze activiteiten vaak een sterke economische betekenis voor de gemeente. Een groot aantal ondernemers, stichtingen en accommodaties houdt zich bezig met het organiseren van evenementen. Dit levert economische activiteiten op. Bezoekers van evenementen geven geld uit en voegen daarmee koopkracht toe aan de betrokken kern. Samengevat dragen evenementen bij aan:

  • Sociale cohesie en levendigheid, het versterkt de onderlinge band van inwoners, niet alleen binnen een kern maar steeds meer ook ten aanzien van de gehele gemeente. Evenementen zorgen voor verbinding en een aantrekkelijke gemeente.

  • Aantrekkingskracht van de kernen en imago van de gemeente, positieve aantrekkingskracht voor mensen van buiten de betrokken kern zoals toeristen en inwoners van omliggende gemeenten.

  • Economische betekenis; het organiseren van activiteiten kan de lokale economie versterken.

Evenementen zijn van belang voor de gemeente Krimpenerwaard en geven de gemeente een bepaalde uitstraling. Het is echter wel van belang om er zorg voor te dragen dat er een evenwicht is waarbij er een goede balans is tussen de organisatie van evenementen en de leefbaarheid in de kernen.

Visie en ambities

De gemeente Krimpenerwaard kent een breed evenementenaanbod met in de diverse kernen zowel grote als kleine evenementen. Veel van deze evenementen keren jaarlijks terug en zorgen voor gezelligheid, ontspanning en vermaak. Enkele evenementen hebben een regionale of zelfs landelijke uitstraling. Om de balans tussen het aanbod aan evenementen, de uitstraling van de gemeente en de leefbaarheid te houden zijn ambities geformuleerd waar het evenementenaanbod in de toekomst aan moet voldoen.

Ambitie 1: aantrekkelijk en leefbaar

Schoon, heel en veilig is een begrip dat leidraad is voor meerdere beleidsvlakken binnen de gemeente en ook van toepassing is op evenementen. Daarnaast is het van belang dat bereikbaarheid en eventuele hinder in balans blijft. Het evenementenaanbod dient zodanig te zijn dat met name de grotere feesten zodanig georganiseerd worden dat de waardering onder bezoekers en het draagvlak onder de meerderheid van de bewoners positief is. Dit vraagt duidelijkheid over de regels en voorschriften die verbonden worden aan evenementen, het tijdig inschatten van eventuele risico’s en het zo nodig nemen van veiligheidsmaatregelen. Er zullen echter altijd omwonenden zijn die geen prijs stellen op evenementen en een evenement misschien zelfs als hinderlijk en overlastgevend ervaren.

Verder worden er afspraken gemaakt over het op- en afbouwen van evenementen, schoonmaak en het ophalen van afval. Dit alles om zowel organisatoren als bewoners duidelijkheid te geven over het gewenste evenwicht tussen genieten en ergeren.

Met dit beleid en de uitvoering hiervan willen wij zo veel mogelijk tegemoet komen aan de organisatoren van evenementen, veelal vrijwilligers. Hiervoor zullen wij o.a. bijeenkomsten organiseren waarmee wij de organisatoren ondersteunen bij de aanvraag van hun evenement.

Ambitie 2: lokaal en regionaal

Nagenoeg iedere kern heeft evenementen die al van oudsher in die kern worden gehouden en die bijdragen aan de kleur en sociale cohesie van die kern. Ook ontstaan er steeds meer initiatieven die de Krimpenerwaard regionaal en zelfs landelijk op de kaart zetten. Door het verschil in omvang, bereik, doelgroep en aard van evenementen dragen ze bij aan de maatschappelijke effecten die de gemeente wil bereiken op diverse beleidsterreinen. Evenementen dragen bij aan de levendigheid en aantrekkelijkheid van de individuele kernen en steeds meer als uitstraling van de gemeente als geheel.

3. Wettelijk kader

Algemeen Plaatselijke Verordening (APV)

Vertrekpunt voor deze notitie is de definitie van een evenement zoals die in de Apv Krimpenerwaard 2018 is geformuleerd. Artikel 2:24 luidt:

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:

    • a.

      bioscoopvoorstellingen in een inrichting als bedoeld in de Wet milieubeheer;

    • b.

      markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5:22 van deze verordening;

    • c.

      kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;

    • d.

      het in een inrichting in de zin van de Drank en Horecawet gelegenheid geven tot dansen;

    • e.

      betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;

    • f.

      activiteiten als bedoeld in artikel 2:9 en 2:39 van deze verordening.

  • 2.

    Onder evenement wordt mede verstaan:

    • a.

      een herdenkingsplechtigheid;

    • b.

      een braderie;

    • c.

      een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 van deze verordening, op de weg;

    • d.

      een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg;

    • e.

      een klein evenement.

In artikel 2:25 wordt aangegeven wanneer een evenement vergunningplichtig is.

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren.

  • 2.

    Geen vergunning is vereist voor een klein evenement, indien:

    • a.

      het aantal aanwezigen niet meer bedraagt dan 100 personen;

    • b.

      het evenement op maandag tot en met zaterdag tussen 08:00 uur en 24:00 uur plaats vindt of op zondag tussen 13:00 uur en 24:00 uur;

    • c.

      geen muziek ten gehore wordt gebracht op maandag tot en met zaterdag voor 08:00 uur en na 24:00 uur of op zondag voor 13:00 uur en na 24:00 uur;

    • d.

      het evenement niet plaatsvindt op de rijbaan, (brom)fietspad of parkeerplaats of anderszins een belemmering vormt voor het verkeer en de hulpdiensten;

    • e.

      slechts kleine objecten worden geplaatst met een oppervlakte van minder dan 10 m2 per object en maximaal 2 objecten in totaal;

    • f.

      er een organisator is;

    • g.

      de organisator de omwonenden minimaal 5 werkdagen voorafgaand aan het evenement informeert over de geplande activiteiten;

    • h.

      direct na het evenement het vuil wordt opgeruimd. De kosten voor het ophalen van achtergebleven vuil, worden verhaald op de organisator;

    • i.

      de organisator tenminste 10 werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester.

  • 3.

    De burgemeester kan binnen 5 werkdagen na ontvangst van de melding besluiten een klein evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt.

Ondanks de begripsomschrijving in de Apv kan de vraag of een activiteit wel of geen evenement is niet altijd direct worden beantwoord. De verscheidenheid aan evenementen kan aanleiding geven voor een verschillende interpretatie. Zo is er over het algemeen geen evenementenvergunning vereist voor festiviteiten in een horecabedrijf. Niettemin kunnen er omstandigheden aanwezig zijn die zodanig afwijken van activiteiten die normaliter in deze gebouwen plaatsvinden en van invloed zijn op de openbare orde aspecten, dat in deze situaties wel een vergunning is vereist.

Daarnaast geldt dat voor een besloten feest geen evenementenvergunning is vereist. Echter een tent- of schuurfeest kan op grond van jurisprudentie, naar aard en/of omvang wel als een evenement in het kader van de Apv worden aangemerkt.

Voor evenementen waarvoor een vergunning moet worden aangevraagd, kent de Apv Krimpenerwaard 2018 op grond van artikel 1:8 vier weigeringsgronden. Dit zijn:

  • De openbare orde

  • De openbare veiligheid

  • De volksgezondheid

  • De bescherming van het milieu

Kader Evenementenveiligheid

De gemeenten in de Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) hebben een gezamenlijk Kader evenementenveiligheid ontwikkeld. Dit evenementenbeleid is in lijn met de landelijke Handreiking Evenementenveiligheid.

Het kader beschrijft de werkwijze waarop gemeenten en hulpverleningsdiensten in de Veiligheidsregio Hollands Midden met evenementenveiligheid omgaan. Het bevat het proces vanaf het bepalen van de behandelaanpak van een evenement tot en met het houden en evalueren van een evenement.

Onder een evenement wordt in dit kader verstaan: “Elke (voor het publiek toegankelijke) verrichting van (grootschalig) vermaak waarbij veiligheidsaandacht van de hulpverleningsdiensten wordt gevraagd.”

De focus van het kader ligt op evenementenveiligheid. Het risico dat een evenementen met zich mee brengt verschilt van: evenementen met een beperkt risico (A-evenementen) tot zeer risicovolle evenementen ( B- en C- evenementen).

Aan het kader ligt een aantal wettelijke bepalingen en overige uitgangspunten ten grondslag:

  • De gemeenten hebben de regie over het proces van aanpak van B- en C-evenementen;

  • De organisator is primair verantwoordelijk voor de veiligheid van een evenement 1;

  • Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het verlenen van vergunningen voor evenementen;

  • De burgemeester is verantwoordelijk voor het handhaven van de openbare orde in zijn gemeente;

  • De landelijke handreiking evenementenveiligheid 2012 is richtinggevend voor de manier waarop in de Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM) met evenementen wordt omgegaan;

  • Het kader evenementenveiligheid VRHM geeft een praktische vertaling van de landelijke handreiking evenementenveiligheid;

  • Binnen de VRHM wordt gewerkt met regionaal eenduidige formats.

Vergunningplichtige en meldingplichtige evenementen ingevolge APV

Er is een grote verscheidenheid aan evenementen in de gemeente Krimpenerwaard, van een jaarlijkse buurtbarbecue tot een grootschalig evenement als de Zilverdag in Schoonhoven. In het evenementenbeleid wordt daarom onderscheid gemaakt naar soort en intensiteit van evenementen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de risicoclassificatie uit het Kader Evenementenveiligheid Veiligheidsregio Hollands Midden (VRHM). Met behulp van dit model wordt geïnventariseerd welk effect een evenement heeft op de omgeving. Al naar gelang de effecten van een evenement kent de gemeente meldingplichtige en vergunningplichtige evenementen.

Meldingplichtige evenementen ingevolge APV

In artikel 2:25, 2e lid van de Apv is aangegeven onder welke voorwaarden volstaan kan worden met een melding in plaats van een vergunning. Het gaat daarbij om kleinschalige evenementen zoals een buurtbarbecue op een gezamenlijk grasveld. Ook hierbij kunnen voorschriften worden opgelegd, zoals de aanwezigheid van verkeersregelaars. De keuze voor onderscheid tussen meldingplichtige evenementen en vergunningplichtige evenementen betekent dat alle evenementen die niet voldoen aan de criteria ten aanzien van de meldingsplicht, automatisch onder één van de categorieën vergunningplichtige evenementen vallen.

Vergunningplichtige evenementen

Binnen de Veiligheidsregio Hollands Midden wordt onderscheid gemaakt tussen drie typen vergunningplichtige evenementen.

  • Regulier evenement - categorie A

    Evenement, waarbij het (zeer) onwaarschijnlijk is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu en maatregelen of voorzieningen vergen van het daartoe bevoegd gezag om die dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken.

  • Aandacht evenement – categorie B

    Evenement, waarbij het mogelijk is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu en maatregelen of voorzieningen vergen van het daartoe bevoegd gezag om die dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken.

  • Risicovol evenement – categorie C

    Evenement, waarbij het (zeer) waarschijnlijk is dat die gebeurtenis leidt tot risico’s voor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu en maatregelen of voorzieningen vergen van het daartoe bevoegd gezag om die dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken.

4. Specifieke evenementen

Kwaliteitswaarborgen

Indien daartoe aanleiding is kunnen voor specifieke evenementen kwaliteitswaarborgen geëist worden van evenementorganisatoren. Dit geldt bijvoorbeeld voor kermissen en circussen.

Kermissen en circussen hebben landelijk veel aandacht. Doel van het opnemen van onderstaande beleidsregels is:

Tegengaan van overdaad aan kermissen en circussen;

Lokale organisaties ondersteunen, die met het organiseren van een kermis inkomsten genereren voor een gerelateerd evenement, zoals de wielerronde in combinatie met de kermis in Lekkerkerk.

Kermissen

De laatste jaren zien we een toename van het aantal kermissen in onze gemeente. Dat maakt ook dat meer organisatoren per kern een evenementenvergunning aanvragen om een kermis te mogen organiseren.

Om duidelijkheid te scheppen over de procedure rondom de aanvraag voor de organisatie van een kermis worden de volgende afspraken gemaakt:

  • In iedere kern maximaal één kermis per jaar.

  • De aanvraag voor het organiseren van een kermis moet voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het evenement binnen zijn.

  • Een lokale, niet-commerciële organisatie, die een aanvraag doet voor een kermis, die verbonden is met, of onderdeel uit maakt van, een lokaal evenement gaan voor bij toewijzing. Te denken valt hierbij onder andere aan de Wielerronde en kermis in Lekkerkerk.

  • Als op 1 november blijkt dat er meerdere aanvragen zijn voor dezelfde kern dan zal door loting bepaald worden wie de evenementenvergunning krijgt toegewezen.

  • Aanvragers worden uitgenodigd om bij de loting aanwezig te zijn.

  • Het is een aanvrager van een vergunning voor een kermis, anders dan een lokale organisatie die al jaren een evenement organiseert waarvan de kermis onderdeel is, niet toegestaan om na het verkrijgen van de evenementenvergunning deze te verpachten aan een derde.

Deze werkwijze start in 2020, dat wil zeggen dat aanvragen voor een kermis voor 1 november 2019 bij de gemeente binnen moeten zijn. Communicatie hierover vindt plaats via de landelijke kermisbond en andere gemeentelijke communicatiemiddelen.

Circussen

Het aantal circussen wat onze gemeente aan doet neemt toe. Net als bij kermissen zou het kunnen voorkomen dat meer organisatoren per kern een evenementenvergunning aanvragen om een circus te mogen organiseren.

Om duidelijkheid te scheppen over de procedure rondom de aanvraag voor de organisatie van een circus worden de volgende afspraken gemaakt:

  • In iedere kern maximaal 1 circus per jaar.

  • De aanvraag voor het organiseren van een circus moet voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het evenement binnen zijn.

  • Als op 1 november blijkt dat er meerdere aanvragen zijn voor dezelfde kern dan zal door loting bepaald worden wie de evenementenvergunning krijgt toegewezen.

  • Aanvragers zullen worden uitgenodigd om bij de loting aanwezig te zijn.

5. Locaties en ruimtelijke plannen

Locaties van evenementen

Evenementen worden op diverse plaatsen in onze gemeente georganiseerd. De ene locatie is door de ligging en omgeving beter geschikt dan de andere. Er zijn in de geldende bestemmingsplannen geen locaties bestemd als evenemententerrein. Wel zijn in een aantal bestemmingsplannen locaties mede aangewezen voor evenementen. Dit wil zeggen dat deze locaties gebruikt mogen worden voor evenementen.

De gemeente Krimpenerwaard staat niet negatief tegenover het aanwijzen van evenemententerreinen, maar op dit moment wordt het nog niet als noodzakelijk gezien in het licht van het huidige aanbod van evenementen en de vraag van organisatoren.

Aanwijzing van een locatie als evenemententerrein is niet geheel vrijblijvend. Het gaat dan niet alleen om de aanwijzingen op zich, maar ook om het aanleggen van faciliteiten zoals: water, elektriciteit, riolering, en soms ook het inrichten van parkeervoorzieningen en in een enkel geval zelfs aanpassing van de infrastructuur.

Sportcomplex Weydehoeck in Lekkerkerk zou qua aard, omvang en ligging gezien kunnen worden als een evenemententerrein. In het vigerende bestemmingsplan staat dit ook als zodanig omschreven. Echter deze locatie wordt niet gezien als de centrale locatie voor de gehele gemeente.

Ten aanzien van bovengenoemde locatie geldt dat dit terrein in beheer is bij Stichting Servicepunt Verenigingen Nederlek en gedeeltelijk eigendom is van de Groenalliantie. Voor commerciële evenementen wordt door betrokkenen een huur gevraagd voor het gebruik van de grond. In de vergunning staat opgenomen dat de organisator toestemming/vergunning moet aanvragen bij Staatsbosbeheer, de vergunningverlener/handhaver voor de gebieden van de Groenalliantie.

De grote parkeerplaats Buiten de Veerpoort en het Doelenplein in Schoonhoven zou ook qua aarden locatie gezien kunnen worden als evenemententerrein, maar heeft officieel niet deze status.

De huidige locaties in de diverse kernen, voorzien in de behoefte en zorgen voor de sociale interactie die men met de evenementen wil bewerkstelligen. Kenmerkend voor de huidige locaties is dat zij incidenteel worden gebruikt voor evenementen. Juist het incidentele karakter zorgt voor de balans tussen levendigheid door evenementen en toelaatbare overlast voor omwonenden.

Aard en omvang van een evenement, in relatie tot een specifieke locatie maakt dat maatwerk bij sommige aanvragen noodzakelijk is. Bij negatieve advisering van hulpdienst en/of andere externe partijen is het aan de bestuurder om dit advies al dan niet over te nemen.

Omgevingswet

Op dit moment zijn in veel bestemmingsplannen binnen Krimpenerwaard evenementen opgenomen als de bestemming verkeers- en verblijfsgebied en/of recreatie. Met de komst van de Omgevingswet worden lokaal een omgevingsvisie en omgevingsplanen opgesteld, hierin zal ook aandacht worden besteed aan evenementen.

Stiltegebieden

Bij het afgeven van vergunning wordt rekening gehouden met het feit of de locatie is aangewezen als stiltegebied. Voor evenementen, die naar aard en/of omvang niet passend zijn in een dergelijk gebied zal geen vergunning worden afgegeven. Evenementen die van oudsher al op een dergelijke locatie worden gehouden en die niet vaker dan één keer per jaar voorkomen, zullen niet worden geweigerd zo lang er geen goede alternatieve locatie beschikbaar is.

6. Begin- en eindtijden

Voor de begintijden van evenementen worden doorgaans de tijden overgenomen die in de aanvraag worden genoemd. Hierbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • Tot 07.00 uur mogen alleen voorbereidingen getroffen worden die geen geluidsbelasting kunnen vormen. Vanaf 08.00 uur kan een evenement daadwerkelijke starten;

  • Er kan een uitzondering worden gemaakt voor een evenement waarbij een vroege aanvangstijd of benodigde tijd voor het opbouwen van het evenement, inherent is aan het evenement zelf (bijvoorbeeld dauwtrappen);

  • Eindtijd evenementen 02:00 uur.

In aanvulling hierop gelden als gevolg van de Zondagswet beperkingen. Op grond van deze wet is het namelijk verboden om op zondag zonder strikte noodzaak gerucht te verwerken dat op een afstand van meer dan 200 meter van het punt van verwekking hoorbaar is. Van dit verbod kan de burgemeester voor de tijd na 13.00 uur ontheffing verlenen. Deze beperkingen zijn ook van toepassing op de dagen die volgens genoemde wet met de zondag zijn gelijkgesteld. Dit zijn Hemelvaartsdag, Goede Vrijdag, eerste en tweede kerstdag, tweede paasdag, tweede pinksterdag en Nieuwjaarsdag. In de vergunningvoorschriften wordt dit expliciet vastgelegd. Tevens wordt opgenomen dat de op- en afbouwactiviteiten voor 13.00 uur geen overlast mogen veroorzaken.

In het Coalitieakkoord 2018-2022 staat:

  • 11.

    Evenementen op zondag

  • 28.

    Ontwikkelingen

    Evenementen en festivals zijn niet meer weg te denken in onze gemeente. Deze evenementen worden vaak georganiseerd door verenigingen en vrijwilligers en dragen bij aan de lokale economie, de levendigheid en de sociale cohesie binnen onze gemeente. Maar evenementen vragen wel iets extra’s van omwonenden. Daarnaast is de zondagsrust voor veel van onze inwoners een belangrijke kwaliteit. Het organiseren of toestaan van evenementen van zaterdag op zondag of specifiek op zondag kan daarmee op gespannen voet staan.

  • 29.

    Overwegingen

    Wij zien het sociaal en economische belang van evenementen en willen onze gemeente vitaal en aantrekkelijk houden. Van de gemeente mag worden verwacht dat zij voor wat betreft het toestaan van deze evenementen oog heeft voor de identiteit van onze gemeente waarin de zondagsrust voor veel inwoners een groot goed is.

    Als het bevoegde bestuursorgaan voor het verlenen van de evenementenvergunning kan de burgemeester, met inachtneming van de Zondagswet, eisen stellen aan onder andere de sluitingstijd van een evenement.

  • 30.

    Ambitie

    Voor alle evenementen wordt de sluitingstijd bepaald op uiterlijk 02.00 uur.

    Voor evenementen op zondag geldt dat de burgemeester bevoegd is hierover te besluiten, met inachtneming van de nodige omgevingssensitiviteit.

Gelet op bovenstaande zal bij aanvraag van een vergunning voor een evenement op zondag, per evenement een afweging plaats vinden ten aanzien van: locatie, soort evenement, tijden van het evenement en de omgeving van het evenement. Op basis daarvan zal de burgemeester besluiten of de vergunning wordt verleend. Bij het bepalen van de eindtijden van een evenement zal de burgemeester de, in het volgende hoofdstuk genoemde bijlage 1: Geluidsbeleid bij evenementen, in zijn afweging betrekken. Deze bijlage geeft tijden aan voor het ten gehore brengen van muziek bij evenementen, iets wat vaak onlosmakelijk verbonden is met de begin- en eindtijden van het evenement.

7. Gezondheids- en milieuaspecten

Evenementen en geluid

Evenementen zonder muziek komen maar zelden voor. Muziek zorgt voor gezelligheid en verhoogt de sfeer. Het optredende geluidsniveau is één van de factoren die tot overlast kan leiden.

Voor evenementen zijn de richtwaarden van de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” van de Inspectie Milieuhygiëne Limburg (1996) het toetsingskader. Voor evenementen die niet voldoen aan de richtwaarden van de Nota Limburg geldt dat kan worden afgeweken. Voor elk evenement vindt een volledige belangen afweging plaats.

In bijlage 1. wordt het geluidsbeleid bij evenementen verder toegelicht, waarin ook de argumenten zijn beschreven om af te kunnen wijken van de richtwaarden van de Nota Limburg.

Ten aanzien van het handhavingsbeleid en de op te leggen sancties wordt de landelijke strategie gevolgd, zie ook verderop in dit document.

Alcohol bij jeugdevenementen

De Drank- en Horecawet geeft de mogelijkheid om in bepaalde gevallen voor ‘bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard’ toestemming te verlenen zwak alcoholhoudende drank te verkopen zonder dat men in het bezit is van de benodigde drank- en horecavergunning. Hiervoor is een ontheffing krachtens artikel 35 van de Drank- en Horecawet nodig.

Als gemeente willen wij alcohol misbruik onder jongeren voorkomen omdat bewezen is dat het gebruik van alcohol gezondheidsschade kan aanrichten. In het Coalitieakkoord wordt aangegeven: “Het bovenmatig gebruik van alcohol geeft schade voor de gezondheid van jong en oud.” Ook staat hierin aangegeven dat het college wil inzetten op een alcoholmatigingsbeleid.

Voor evenementen waarbij de activiteiten primair zijn gericht op jongeren tot 18 jaar zal geen alcohol worden toegestaan. Voor evenementen waarbij slechts deelactiviteiten zijn gericht op een doelgroep van (hoofdzakelijk) 18 jaar en ouder (bijvoorbeeld avondactiviteiten tijdens huttendorpen en speelweken) is het schenken van zwak-alcoholhoudende drank aan personen van 18 jaar en ouder, slechts toegestaan binnen die deelactiviteit van het evenement.

Volksgezondheid en milieuzorg

Etens- en drinkwaren

Toezicht op de kwaliteit van eten en drinken tijdens een evenement wordt, op basis van de Warenwet, gehouden door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

Gebruik van eet- en drinkgerei

Het gebruik van glas om dranken uit te nuttigen verhoogt het risico op incidenten tijdens het evenement, maar ook na een evenement kan gebroken glaswerk in de openbare ruimte een risico zijn. Uitgangspunt is dat in principe veilig eet- en drinkgerei moet worden gebruikt. Een van de voorwaarden van een ontheffing artikel 35 Drank en Horecawet is het gebruik van plastic “glaswerk” in plaats van glas. Uit oogpunt van duurzaamheid zal organisatoren worden gevraagd om in plaats van plastic een milieuvriendelijk alternatief te gebruiken. Het risico is echter afhankelijk van het soort evenement. Gelet hierop zal maatwerk worden toegepast, bijvoorbeeld bij culinaire evenementen waar personeel aanwezig is die, gedurende het evenement, continue het eet- en drinkgerei afruimen en innemen.

Afval

De organisatie van een evenement is verantwoordelijk voor het opslaan en verwijderen van afval gedurende het evenement en voor het na afloop schoon en in oorspronkelijke staat opleveren van het evenemententerrein en de directe omgeving daarvan. Wordt aan de genoemde voorwaarden niet voldaan, dan worden de kosten van het schoonmaken en het in oorspronkelijke staat opleveren van het gemeentelijke terrein bij de organisatie van het evenement in rekening gebracht. Of voldaan is aan deze verplichting wordt vastgesteld door medewerkers van de gemeente.

Duurzaamheid

In het Coalitieakkoord 2018-2022 geeft het college aan duurzaamheid een belangrijk onderwerp te vinden. De grotere gemeenten hebben al een duurzaam evenementenbeleid, echter gaat het bij deze steden om evenementen met een omvang die in de gemeente Krimpenerwaard niet aan de orde zijn. Voor kleinere evenementen zal het lastig zijn om extra financiën vrij te maken voor duurzaamheid. Wel zal er aandacht gevraagd worden voor die zaken die wel mogelijk zijn zoals gescheiden afval inzameling, terugbrengen van watergebruik en indien mogelijk energievoorziening door duurzame opwekkingsbronnen. De komende jaren zal duurzaamheid mogelijk ook meegenomen worden in het subsidiebeleid.

8. Verkeersaspecten

Verkeersplan

Verkeersaspecten rondom een evenement zijn de verantwoordelijkheid van de organisator. Vooral bij grotere evenementen kunnen er klachten ontstaan die betrekking hebben op wegafsluiting, parkeeroverlast en een toename van de verkeersintensiteit. Ook de bereikbaarheid voor hulpdiensten kan hierbij een knelpunt zijn. Verkeer maakt onderdeel uit van het Veiligheidsplan. De volgende richtlijnen worden gehanteerd:

Type evenement

Verkeersplan

Meldingplichtig evenement

Niet van toepassing omdat ingevolge de APV, bij een meldingplichtig evenement het gebruik van de weg niet is toegestaan.

A- en B- evenement

Afhankelijk van de verkeersintensiteit die het evenement met zich mee brengt en de te nemen maatregelen zoals afsluitingen, omleidingen en parkeervoorzieningen. Minimaal een overzichtskaart van af te sluiten wegen en eventuele omleidingsroute.

C- evenement

Altijd een verkeersplan alsmede een overzichtskaart van af te sluiten wegen en de eventuele omleidingsroute.

Het opstellen en naleven van een plan is de verantwoordelijkheid van de organisator. Het verkeersplan wordt tijdens het overleg met de hulpdiensten besproken.

Afsluiten van wegen en terreinen

Bij een aanvraag voor een evenementenvergunning kan een verzoek worden gedaan om een tijdelijke verkeersmaatregel te treffen indien het gaat om afsluitingen van wegen, die hinder geven voor doorgaand verkeer en/of bestemmingsverkeer. Er wordt geen tijdelijke verkeersmaatregel opgesteld voor het gebruik van parkeerterreinen en het afsluiten daarvan, omdat dit geen hinder geeft voor het doorgaande verkeer. Omdat het om een tijdelijke maatregel gaat is hiervoor geen ontheffing vereist op grond van de Wegenverkeerswet. Wel dient de afsluiting conform de wettelijke vereisten uitgevoerd te worden.

Afsluiting van een weg ten behoeve van een evenement kan in ieder geval niet plaatsvinden:

  • indien de verkeersveiligheid niet gewaarborgd is

  • als er geen redelijk alternatief is voor doorgaand verkeer

  • indien afsluiting grote bereikbaarheids- en parkeer problemen gaat geven voor inwoners

  • indien er onevenredige nadelen zijn voor inwoners (bv omleiding bus routes etc.)

Van bovenstaande kan in voorkomende gevallen worden afgeweken. Bij negatieve advisering van hulpdienst en/of andere externe partijen is het aan de bestuurder om dit advies al dan niet over te nemen.

De organisatie is verantwoordelijk voor het daadwerkelijk afsluiten van de wegen. De gemeente zal op basis van steekproeven echter wel controleren of de afsluiting adequaat is uitgevoerd, zij kan zich hierbij laten adviseren door politie en/of andere hulpdiensten.

Daarnaast moet de aanvrager in alle situaties bij de aanvraag van een A en B evenement, een plattegrond met de locatie van de afsluiting bijvoegen en dient hij bij een C evenement een verkeersplan te overleggen. Wegafzettingen en omleidingen worden gepubliceerd. Daarbij wordt de volgende taakverdeling gehanteerd:

  • De gemeente informeert de politie en hulpdiensten alsmede de organisaties die het openbaar vervoer en het ophalen van huisvuil verzorgen. Tevens wordt de afsluiting op de daarvoor geëigende plaatsen gepubliceerd;

  • De gemeente kan, indien voorradig, op verzoek van de organisator, tekstborden leveren;

  • De organisator stelt lokale bedrijven en omwonenden tijdig op de hoogte;

  • De organisator is verantwoordelijk voor het plaatsen van de benodigde (tekst) borden.

“Wedstrijden” met voertuigen

Van een wedstrijd is volgens de Wegenverkeerwet 1994 sprake zodra prestaties worden vastgesteld en met elkaar worden vergeleken. Hierdoor zijn een autopuzzeltocht en andere activiteiten met een wedstrijdelement ook wedstrijden in de zin van de Wegenverkeerwet 1994. Dit maakt dat voor dergelijke evenementen ontheffing moet worden aangevraagd op grond van artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens. Hierbij kunnen regels/ weigeringsgronden worden gesteld ten aanzien van onder andere:

  • Verzekering

  • Bescherming van de weggebruikers en passagiers

  • In stand houden van de weg en waarborgen van de bruikbaarheid daarvan

  • Zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer

  • Voorkomen en/of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu.

Indien de wedstrijd door meerdere gemeenten loopt wordt de ontheffing verleend door Gedeputeerde Staten.

Verkeersregelaars

Bij evenementen op de openbare weg zijn voor de veiligheid van de deelnemers en weggebruikers verkeersregelaars vereist. Hoeveel verkeersregelaars bij een evenement ingezet moeten worden is een onderwerp dat besproken wordt in de vooroverleggen die ten behoeve van diverse evenementen plaatsvinden. Bij evenementen waarvoor geen vooroverleg wordt geïnitieerd, zal de organisator zelf aangeven hoeveel verkeersregelaars minimaal ingezet worden. Dit gaat bij de vergunningaanvraag mee naar de politie en het team Verkeer van de gemeente, die dit in hun advies zullen meenemen. Het werven en certificeren van verkeersregelaars is een eigen verantwoordelijkheid van de organisator. De verkeersregelaars dienen gecertificeerd te zijn via www.verkeersregelaarsexamen.nl.

Parkeren

De organisatie van een evenement dient ervoor te zorgen dat er voldoende parkeergelegenheid, inclusief bewegwijzering, voor bezoekers is. Bij parkeergelegenheden die speciaal voor een evenement worden ingericht, kan vereist worden dat er verkeersregelaars (beroeps- of evenementenverkeersregelaars) aanwezig zijn om het parkeren in goede banen te leiden en toezicht te houden. Ook rust er op de organisatie de plicht om ervoor te zorgen dat er voldoende bewegwijzering is aangebracht naar het parkeerterrein. Omwonenden mogen gedurende de evenementen geen onevenredige overlast ondervinden van geparkeerde auto’s van bezoekers. Voor de hulpdiensten moet altijd een vrije doorgang gegarandeerd worden van 3.50 meter breed en 4.20 meter hoog.

9. Veiligheid

Professioneel vuurwerk

Het is verboden zonder een daartoe verleende vergunning consumentenvuurwerk, professioneel vuurwerk of pyrotechnische artikelen voor theatergebruik tot ontbranding te brengen, ten behoeve daarvan op te bouwen, te installeren, te bewerken, dan wel na ontbranding te verwijderen. Gedeputeerde Staten van de provincie kan toestemming geven voor het afsteken op een bepaalde locatie. Aan deze toestemming moeten voorschriften verbonden worden in het belang van de bescherming van mens en milieu.

Gedeputeerde Staten moeten aan de burgemeester, in het kader van de openbare orde en veiligheid, een verklaring van geen bezwaar vragen. Indien Gedeputeerde Staten een dergelijke verklaring niet ontvangt kunnen zij geen toestemming afgeven voor het bezigen van professioneel vuurwerk.

De gemeenteraad heeft een motie aangenomen om te komen tot een vuurwerkarme gemeente. Voor het al dan niet verlenen van een verklaring van geen bezwaar kan uitgegaan worden van de volgende beleidsuitgangspunten:

  • 1.

    Afsteken van vuurwerk mag in principe alleen gedurende de wettelijk toegestane periode tijdens de jaarwisseling. Het afsteken van vuurwerk veroorzaakt (geluids-)overlast in de omgeving. Tevens kan het afsteken van vuurwerk worden gezien als een negatieve belasting van het milieu.

  • 2.

    Alleen in zeer uitzonderlijke situaties, waarbij duidelijk is dat er een zeer breed draagvlak is in de kern waarin de beoogde locatie is gelegen, kan een professionele niet-commerciële vuurwerkshow zonder knalvuurwerk worden toegestaan. Hierbij kan gedacht worden aan een bijzonder jubileum van een kern en andere feesten in het algemeen belang.

  • 3.

    Vuurwerkshows met een commercieel doel (vuurwerkbedrijven demonstreren hun producten, ondersteund door informatie over de verkoop ervan) worden niet toegestaan. Dit om te voorkomen dat de woonomgeving wordt belast door de commerciële activiteiten van de vuurwerkbedrijven (geen algemeen belang).

Beveiliging

De politie richt zich steeds meer tot de kerntaken dat betekent dat er duidelijke afspraken zijn dat de organisator van een evenement verantwoordelijk is voor de veiligheid op de evenementenlocatie en de directe omgeving. Dit kan betekenen dat bij evenementen (gecertificeerde en gekwalificeerde) beveiligers moeten worden ingezet door de organisatie.

Als voorwaarde voor de vergunning kan een norm worden gesteld voor het aantal beveiligers dat door een organisator moet worden ingezet. Uitgangspunt is per 250 gelijktijdige bezoekers één gecertificeerde beveiliger. Maar omdat de omvang van het evenement, het type bezoekers, de tijdstippen van het evenement, de locatie en dergelijke nogal uiteen kunnen lopen is bovenstaande norm een uitgangspunt. Afspraken over het daadwerkelijke aantal beveiligers dat bij een bepaald evenement moet worden ingezet is maatwerk en hierover zal altijd advies aan de politie worden gevraagd.

De beveiligingsmedewerkers die worden ingezet moeten afkomstig zijn van een gecertificeerd bedrijf en in het bezit zijn van een door het Ministerie van Veiligheid en Justitie erkend certificaat, waarmee gegarandeerd is dat zij zijn opgeleid voor evenementenbeveiliging. De beveiligingsmedewerkers moeten door hun kleding goed herkenbaar zijn tussen het publiek dat aanwezig is op het evenement.

Extreme weersomstandigheden

Bij extreem warm en/of extreem koud weer, evenals bij weertypen waarvoor door het KNMI een waarschuwing (vanaf 24 uur voorafgaand) en/of een weeralarm (vanaf 12 uur voorafgaand) wordt afgegeven zijn de gezondheidsrisico’s en/of de risico’s op het gebied van openbare orde

en veiligheid voor deelnemers/bezoekers dermate groot dat er vanuit wordt gegaan dat ingrijpen door de organisator en operationele diensten noodzakelijk is. Ook bij hevige regenval, storm en onweer wordt verwacht dat organisatoren passende maatregelen treffen. Welke maatregelen wanneer getroffen worden moet opgenomen zijn in het Veiligheidsplan dat bij de vergunning wordt ingediend. De verantwoordelijkheid voor het nemen van actie in het geval van (mogelijke) extreme weersomstandigheden ligt bij de organisator van het evenement.

Brandveiligheid

De brandweer is een van de adviserende instanties ten aanzien van de vergunningverlening. De adviezen van de brandweer worden in principe altijd overgenomen.

10. Organisatie en procedures

Aanvraagtermijnen

Evenementen waarvoor een melding volstaat moeten minimaal 10 werkdagen voorafgaand aan het evenement worden aangemeld bij de burgemeester. Voor een A-evenement moet de aanvraag voor de vergunning minimaal 3 weken voorafgaand aan het evenement compleet worden ingediend. In geval van een B- of C-evenement dient de aanvraag minimaal 13 weken voorafgaand aan het evenement compleet bij de gemeente te zijn ingediend. In uitzonderlijke gevallen, bijvoorbeeld de huldiging van een Olympisch kampioen is maatwerk mogelijk. In het aanvraagformulier is aangegeven welke documenten er bij de aanvraag gevoegd moeten worden om deze compleet in te dienen.

Meerjarige vergunningen

In het kader van deregulering gaat de gemeente voor bepaalde evenementen meerjarige vergunningen verlenen, met een maximum van drie jaar. Door te werken met meerjarige vergunningen heeft de organisator ook de zekerheid dat hij voor een langere periode het evenement kan organiseren.

Het gaat om de volgende evenementen;

  • B en C evenementen, met uitzondering van kermissen en circussen,

  • Evenementenvergunningen voor de Koningsdagen.

  • Speelweken.

  • Schaatstochten.

Om in aanmerking te komen voor een meerjarige vergunning moet de aanvrager/organisator aan de volgende voorwaarden voldoen;

  • Het gaat om een jaarlijks terugkerend evenement met dezelfde opzet en organisator,

  • Er waren geen grote incidenten gedurende het evenement in de afgelopen 2 jaar,

  • Het evenement vindt ieder jaar op dezelfde locatie plaats.

Er zijn situaties denkbaar waarin het niet langer verantwoord dan wel wenselijk is een meerjarige vergunning in stand te laten. In de volgende omstandigheden kan een meerjarige vergunning dan ook worden ingetrokken.

De inhoud en/of opzet van het evenement verandert dusdanig dat het niet meer past binnen de overwegingen dan wel voorwaarden van de verleende vergunning. Hierbij kan gedacht worden aan een andere organisatie, een andere periode (verplaatsing van najaar naar voorjaar bijvoorbeeld), (sterk) veranderd bezoekersaantal, gewijzigde locatie, gewijzigde opzet (zoals andere muzieksoort en andere doelgroep) etc.

  • 1.

    Er is sprake van strijdigheid met de gestelde voorwaarden,

  • 2.

    Er is sprake geweest van verstoring van de openbare orde en veiligheid of er is sprake geweest van gevaar voor de volksgezondheid en/of het milieu.

Op het moment dat de organisator, die in het bezit is van een meerjarige vergunning het evenement voor het tweede jaar gaat organiseren dan moet hij minimaal 13 weken voorafgaand aan het evenement doorgeven of er veranderingen zijn in de organisatie. Denk daarbij aan de datum van het evenement en eventuele veranderingen in het veiligheidsplan.

Om meerjarige vergunningen mogelijk te maken moet verandering van artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening Krimpenerwaard 2018 plaatsvinden. Onderstaande artikel wordt bij een wijziging in de APV opgenomen:

Artikel 2:25b Meerjarige evenementenvergunning

  • 1.

    De burgemeester kan categorieën van evenementen aanwijzen waarvoor een meerjarige vergunning kan worden verleend.

  • 2.

    Een meerjarige vergunning kan worden verleend indien:

    • a.

      het evenement reeds twee jaar eerder voorafgaand aan de aanvraag voor een meerjarige vergunning heeft plaatsgevonden;

    • b.

      het evenement in ongewijzigde vorm en onder exact dezelfde omstandigheden zal plaats vinden;

    • c.

      het evenement in dezelfde periode zal plaats vinden;

    • d.

      de tijdstippen van het evenement ongewijzigd zijn;

  • 3.

    De organisator legt jaarlijks minimaal 13 weken voorafgaand aan het evenement een melding ter beoordeling voor aan de burgemeester, inclusief programma en draaiboek door middel van het daarvoor vastgestelde formulier.

  • 4.

    De meerjarige evenementenvergunning wordt verleend voor de duur van maximaal 3 jaar.

  • 5.

    Indien uit de melding als bedoeld in het derde blijkt dat het evenement niet voldoet aan het bepaalde in het tweede lid zal de melding worden gezien als een aanvraag voor een evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2:24.

  • 6.

    Op de vergunning is artikel 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing.

Schaarse vergunningen

Een enkele keer komt het voor dat er meerdere gegadigden zijn voor de organisatie van een evenement en dat blijkt dat het aantal beschikbare plaatsen al is ingevuld. We spreken dan van een schaarse vergunning. Volgens de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is er sprake van een schaarse vergunning als het aantal gegadigden het aantal beschikbare plaatsen overtreft.

Bij de verdeling van schaarse vergunningen moeten potentiele gegadigden gelijke kansen krijgen om in een transparante procedure mee te dingen naar zo’n vergunning. Het gelijkheidsbeginsel sluit geen manieren van verdeling uit. Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van aanvragen is een mogelijkheid. Om echter niet terecht te komen in een wedstrijd wie de eerste is, is dit niet echt de oplossing. De VNG onderzoekt de regelgeving rondom de schaarse vergunning. Op het moment dat daar meer duidelijkheid over komt zou mogelijk aanpassing van ons beleid plaats moeten vinden.

Mocht er een casus zijn, anders dan een circus of kermis, waarbij er sprake is van een schaarse vergunning, en verlening nog niet heeft plaatsgevonden, dan is op dit moment loten de eerlijkste manier om tot vergunningverlening te komen.

Voor circussen en kermissen is in hoofdstuk 4 specifiek beleid verwoord.

Evaluatie

Evenementen die in de categorie B of C vallen komen standaard voor evaluatie in aanmerking. Deze evaluatie vindt in principe plaats middels een enquêteformulier. Het team Openbare Orde en Veiligheid van de afdeling BMO bepaalt aan de hand hiervan of een evaluatiegesprek zal plaatsvinden. Indien daartoe aanleiding is kan de gemeente ook verzoeken om evaluatie van een A-evenement.

Evenementenkalender

Op de website van de gemeente Krimpenerwaard zal een evenementenkalender worden gepubliceerd waarin de bij de gemeente bekende evenementen waar een vergunning of melding voor nodig is zijn opgenomen. Deze evenementenkalender zal maandelijks worden bijgewerkt.

De evenementenkalender is een Excel bestand waarin een omschrijving van het evenement staat, de datum waarop het gehouden wordt, de organisatie, verwijzing naar eventuele verkeersmaatregelen en de kern waarin het evenement plaats vindt.

11. Gemeentelijke eigendommen

Gebruik gemeentelijke eigendommen

Organisatoren van evenementen kunnen aan de gemeente een aantal gemeentelijke eigendommen in bruikleen vragen. Deze worden na positieve beoordeling van de afdeling Beheer Openbare Ruimte op basis van beschikbaarheid ter beschikking worden gesteld. Hieraan kunnen voorwaarden en/of kosten verbonden zijn. Het gaat hierbij om:

  • Dranghekken

  • Aggregaat

  • Tijdelijke verkeersmaatregelen

  • Tekstborden

  • Afvalbakken

Schade aan gemeentelijke eigendommen en borgstelling

Indien de aard, inhoud en/of omvang van een evenement daartoe aanleiding geeft kan in de vergunningsvoorwaarden worden opgenomen dat de organisator een borg moet betalen. Indien na afloop van het evenement geconstateerd wordt dat er schade is aan gemeentelijke eigendommen en/of de gemeente extra diensten moet leveren om het evenemententerrein weer in de oorspronkelijke staat terug te brengen dan kunnen de daarvoor gemaakte onkosten worden ingehouden op deze borg.

Ook, indien er geen borg wordt gesteld, wordt de organisatie aansprakelijk gesteld voor schade dat aan gemeentelijke eigendommen is toegebracht.

12. Toezicht en handhaving

Toezicht en handhaving algemeen

De lokale overheid is in algemene zin verantwoordelijk voor de openbare orde in de gemeente en stelt vanuit die hoedanigheid voorwaarden in de evenementenvergunning. De primaire verantwoordelijkheid voor een goed verloop van het evenement en de naleving van de voorschriften uit de vergunning blijft echter te allen tijde bij de organisator van het evenement. De gemeente heeft wel tot taak om te controleren of de vergunninghouder de opgelegde voorschriften naleeft. Deels is dit gemandateerd aan de Omgevingsdienst Midden-Holland.

Handhavingsbeleid

In het integrale Handhavingsbeleid wordt een sanctiestrategie opgenomen ten aanzien van het zonder vergunning of in afwijking van de vergunningsvoorwaarden organiseren van een evenement.

Daarnaast heeft het Algemeen Bestuur van de ODMH op 22 juni 2017 ingestemd met het Handhavingsbeleid geluid evenementen regio Midden-Holland. Dit beleid is in de gemeente Krimpenerwaard inmiddels ook vastgesteld.

Buitengewoon opsporingsambtenaren gemeente

De Buitengewoon opsporingsambtenaren van de gemeente (Boa’s) zorgen voor toezicht en controle van de voorwaarden gesteld in de evenementenvergunning en de Drank en horecawet, inclusief de artikel 35 ontheffingen. Bij B en C evenementen vindt, bij voldoende handhavingscapaciteit, een controle plaats voor en tijdens het evenement. Controle en handhaving bij A-evenementen is vanzelfsprekend mogelijk, maar heeft een mindere prioriteit.

13. Inwerkingtreding

Dit beleid is door de burgemeester vastgesteld op 1 februari 2019 en treedt in werking op de dag na publicatie in het digitale gemeenteblad.

Het beleid wordt aangehaald als “Beleidsregels evenementen gemeente Krimpenerwaard 2018-2022”

Vergunningen die zijn afgegeven voorafgaand aan inwerkingtreding van dit beleid, vallen niet onder de werking van dit beleid. Daarvoor blijven de voorwaarden gelden zoals opgenomen in de verleende vergunning.

Ondertekening

Schoonhoven, 1 februari 2019

R.S. Cazemier

Burgemeester Krimpenerwaard

14. Bijlagen:

Bijlage 1: Geluidsbeleid voor evenementen

1. Inleiding

Evenementen in de open lucht gaan vaak gepaard met geluid, wat tot hinder en overlast kan leiden. Vooral wanneer de bezoekersaantallen hoog zijn en een (versterkte) muziekinstallatie onderdeel is van het evenement. Evenementen zijn er in verschillende soorten en maten, kleine en grote, met/zonder muziek, overdag en in de avond tot middernacht, één-/meerdaagse evenementen. Er zijn jaarlijkse terugkerende evenementen waarmee al veel ervaring is opgedaan, maar ook nieuwe onbekende evenementen. Deze diversiteit aan evenementen vraagt om een op maat gerichte aanpak. Een aanpak die zowel recht doet aan de belangen van de gemeente (cultureel, historisch, toeristisch belang, openbare orde), het zoveel mogelijk beperken van bestuurlijke lasten (vergunningen, handhaving) en het algemeen belang van milieu en gezondheid om (ernstige) geluidshinder te voorkomen. Het vinden van een goede balans tussen deze en andere belangen is het uitgangspunt van het geluidsbeleid voor evenementen.

Met een helder toetsingskader wil de gemeente grip houden op het geluid van evenementen. Het uitgangspunt is het vertrouwen van de gemeente in initiatiefnemers van evenementen dat zij zorgvuldig omgaan met het gezondheidsbelang van bezoekers en omwonenden (zorgplicht). De gemeente wil zoveel mogelijk ruimte geven aan evenementen onder de voorwaarde dat (ernstige) geluidshinder en gezondheidsschade worden voorkomen. De gemeente ziet op het gebied van geluid vooral mogelijkheden voor preventie. Denk aan een goede communicatie met omwonenden, vooroverleg met organisatoren van evenementen, informatie geven aan bewoners en organisatoren over het voorkomen/beperken van geluidsoverlast. Onderdeel van een goede communicatie is het structureel regelen van de afhandeling van geluidsklachten. Met dit beleid geeft de gemeente duidelijkheid aan organisatoren van evenementen, bewoners en andere partners hoe de gemeente wil omgaan met het stellen van regels voor geluid bij evenementen.

2. Wettelijk kader

APV

Voor evenementen is de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van toepassing. De APV bevat een regeling ter voorkoming van geluidshinder. Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing verlenen voor het gebruik van toestellen, geluidsapparaten of handelingen die voor omwonenden geluidshinder veroorzaken. Deze ontheffing wordt in de evenementenvergunning opgenomen. Hierin worden voorwaarden opgenomen, bijvoorbeeld in de vorm van doel- en middelvoorschriften.

Voor feesten bij bedrijven of inrichtingen is het Activiteitenbesluit van toepassing. Het gaat om een categorie van inrichtingen zoals café’s, discotheken, restaurants, scholen en sportverenigingen. Deze feesten vallen niet onder evenementen, er wordt op deze feesten in dit beleid niet verder ingegaan.

Zondagswet

Voor evenementen die plaatsvinden op zondag dient rekening gehouden te worden met de Zondagswet. Zo mag in de nabijheid van kerken de godsdienstuitoefening niet gehinderd worden (artikel 2). Bij evenementen op zondag mag er geen gerucht worden verwekt dat op een afstand van meer dan 200 meter van verwekking hoorbaar is. Voor de tijd na 13 uur kan de burgemeester ontheffing verlenen hiervan (artikel 3).

Stiltegebieden

In een stiltegebied zijn de natuurlijke geluiden van flora en fauna heel belangrijk. Daarom gelden binnen stiltegebieden regels om geluidshinder te beperken of te voorkomen. Sommige activiteiten in stiltegebieden zijn verboden. Het gaat bijvoorbeeld om:

  • omroepinstallaties of muziekinstrumenten gebruiken;

  • toertochten voor motorvoertuigen houden;

  • met waterscooters varen.

Bij evenementen in de openlucht in de nabijheid van beschermde natuur- en landschapsgebieden kan de Wet Natuurbescherming (WNB) van toepassing zijn. Gedurende het broedseizoen kan het noodzakelijk zijn om een ontheffing aan te vragen bij de provincie Zuid-Holland.

3. Categorieën van evenementen

Een heel praktische manier om evenementen te faciliteren is het onderscheid tussen kleine evenementen (A-evenementen) met weinig risico op geluidshinder en middelgrote (B-evenementen) tot grote evenementen (C-evenementen) die gepaard gaan met enige vorm van geluidshinder. Voor A-evenementen geldt een indieningstermijn van de aanvraag van 3 weken, voor B- en C-evenementen een termijn van 13 weken. De initiatiefnemers dienen bij de aanvraag enkele gegevens aan te leveren. De gemeente heeft dan de tijd om te beoordelen of er nadere voorschriften nodig zijn, bijvoorbeeld over de gewenste eindtijd van het evenement. De gemeente kan de initiatiefnemers ook enkele concrete tips, aandachtspunten meegeven die helpen voorkomen dat geluidshinder overlast wordt.

Met behulp van criteria is het mogelijk kleine evenementen van middelgrote en grote evenementen te onderscheiden. Bij kleine evenementen gaat het om een eendaags evenement met achtergrondmuziek of ondersteunende muziek tot maximaal 2.500 bezoekers (zie kader evenementenveiligheid). Aan deze criteria kan een niet-limitatieve lijst van kleine evenementen worden toegevoegd, bijvoorbeeld braderie, buurtfeest, markten.

Voor de meeste evenementen geldt een vergunningplicht. Te denken valt aan kermissen, muziekfestivals, motorcrosswedstrijden en tentfeesten. In de vergunning worden doelvoorschriften (richtwaarden voor geluid, zie tabel 1) en middelvoorschriften opgenomen om te voorkomen dat omwonenden hinder ondervinden van te hoge geluidsniveaus. Middelvoorschriften zijn concrete handelingen die moeten worden uitgevoerd om het risico op geluidshinder te voorkomen (zie 5 Middelvoorschriften). Welke voorschriften adequaat zijn is maatwerk. De locatie van het evenement, de afstand tot de dichtstbijzijnde woningen of er sprake is van een muziek/dance festival bepalen mede de mate waarin doel- en middelvoorschriften nodig zijn.

4. Toetsingskader geluid voor evenementen

Voor het toetsingskader voor de te hanteren richtwaarden voor geluid bij de evenementen vormt de nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” van de Inspectie Milieuhygiëne Limburg (1996) het uitgangspunt. Deze nota wordt hierna aangeduid met de Nota Limburg.

Tabel 1 geeft de richtwaarden uit de Nota Limburg. Hieruit blijkt dat het geluidsniveau in de woning nog acceptabel/ “duldbaar” is bij een maximale gevelbelasting van 70 tot 75 dB(A), onder de voorwaarde dat de gevelisolatie van de woning 20 tot 25 dB(A) bedraagt. Voor de nachtperiode gelden naar beneden bijgestelde richtwaarden om slaapverstoring te voorkomen. De grens waarbij in de nachtperiode sprake is van onduldbare geluidshinder in de woning is bepaald op maximaal 50 dB(A).

Tabel 1. Maximale gevelbelasting per dagperiode

Periode

Basisnorm

Max. binnenniveau

Gevelisolatie

Max. gevelbelasting

Dag (07.00-19.00 uur)

35 dB(A)

50 dB(A)

20 - 25 dB(A)

70 à 75 dB(A)

Avond (19.00-23.00 uur)

30 dB(A)

50 dB(A)

20 - 25 dB(A)

70 à 75 dB(A)

Nacht (23.00-07.00 uur)

25 dB(A)

25 dB(A)

20 - 25 dB(A)

45 à 50 dB(A)

Voor evenementen die niet voldoen aan de richtwaarden van de Nota Limburg geldt dat deze gemotiveerd kunnen worden toegestaan. In de evenementenvergunning wordt dan een toelichting opgenomen met de argumenten waarom is afgeweken van de richtwaarden in de Nota Limburg.

De volgende belangen en argumenten kunnen worden meegenomen bij de afweging om af te wijken van de richtwaarden in tabel 1:

  • cultureel, historisch (tradities) en economisch belang van het evenement;

  • landelijke feestdag, zoals Koningsdag, Oud & Nieuw;

  • landelijke uitstraling van het evenement, toeristisch belang;

  • jaarlijkse lokale feestdagen;

  • draagvlak bij de lokale bevolking voor het evenement;

  • de duur van het evenement (één dag of meerdere dagen);

  • de eindtijd van het evenement (wel of niet gedurende de nachtperiode);

  • de afstand van de geluidsbron tot omliggende geluidsgevoelige objecten;

  • ervaringen met het evenement in voorgaande jaren (goede of minder goede evaluatie).

Voor elk evenement vindt een belangenafweging plaats, waarbij op grond van verschillende argumenten kan worden afgeweken de Nota Limburg. Welke geluidsniveaus uiteindelijk als doelvoorschrift worden opgenomen in de vergunning is maatwerk. Daarbij moet worden bedacht dat naarmate de afwijking t.o.v. de richtwaarden groter is, de motivering steviger moet zijn. Eventueel is (aanvullend) akoestisch onderzoek gewenst. Per evenement zal dat als maatwerk worden uitgewerkt.

In de vergunning worden tevens middelvoorschriften opgenomen die moeten waarborgen dat de afwijkende richtwaarden niet worden overschreden (zie 5 Middelvoorschriften).

De belangrijkste geluidsbron waarmee tijdens een evenement rekening moet worden gehouden, is versterkte muziek. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen de volgende typen evenementen: dansorkest, poporkest, popfestival en houseparty. Deze evenementen laten oplopende bronvermogens zien. Acceptabele geluidsniveaus bij omliggende geluidsgevoelige objecten zijn dan alleen haalbaar wanneer deze op afstanden vanaf 50 meter zijn gesitueerd of zelfs meer (zie tabel 2).

Tabel 2. Bronvermogens van evenementen met versterkte muziek en aan te houden afstanden

Afstand

bronvermogen

25 meter

50 meter

100 meter

Dansorkest

105-115 dB(A)

70-80 dB(A)

65-75 dB(A)

55-65 dB(A)

Poporkest

115-125 dB(A)

80-90 dB(A)

75-85 dB(A)

65-75 dB(A)

Popfestival

135-145 dB(A)

110-110 dB(A)

95-105 dB(A)

85-95 dB(A)

Houseparty

meer dan 145 dB(A)

110 dB(A)

105 dB(A)

95-100 dB(A)

Bij het maken van afwegingen speelt ook mee of de evenementenorganisatie het evenement wil laten doorgaan tot (ver) in de nachtperiode. De nachtperiode begint om 23.00 uur en eindigt de volgende ochtend om 07.00 uur. Voor de nachtperiode geldt als toetsingscriterium dat mensen geen slaapverstoring ondervinden. Veel mensen ondervinden bij een geringe overschrijding van de richtwaarden al slaapproblemen. Voor de nachtperiode gelden om die reden strengere geluidswaarden en afhankelijk van de eindtijd van het evenement zijn deze bepaald op maximaal 50 dB(A). Om die reden verdient het de aanbeveling om in de nachtperiode slechts “achtergrondmuziek” toe te staan of om een duidelijke eindtijd af te spreken. Overigens is het verdedigbaar dat voor evenementen op een vrijdag de normstelling voor de nachtperiode ingaat met 1 of 2 uur verschuift naar 24.00 of 02.00 uur, omdat de volgende dag (zaterdag) voor de meeste mensen een vrije dag is. Dit geldt niet standaard voor evenementen op een zaterdag, omdat voor de volgende dag de Zondagswet van toepassing kan zijn.

5. Middelvoorschriften

Aanvullend op de doelvoorschriften (zie 4. toetsingskader) worden er in de evenementenvergunning middelvoorschriften opgenomen. De keuze voor één of meerdere middelvoorschriften is maatwerk. Middelvoorschriften zijn concrete handelingen of aanwijzingen die moeten worden verricht of toegepast, zodat het risico op geluidshinder beperkt blijft. Voorbeelden van middelvoorschriften zijn:

  • opstelling van het muziekpodium en muziekboxen vastgelegd op een plattegrond;

  • een geluidsbegrenzer voor de muziekinstallatie

  • vooraf inmeten van de toegestane geluidsniveaus

  • toepassen van een specifiek luidsprekersysteem (bv. meer kleinere boxen);

  • het geleidelijk terugdraaien van de bastonen aan het einde van het evenement;

  • tijdige bekendmaking van het evenement aan omwonenden (minimaal 14 dagen).

Met middelvoorschriften is het eenvoudiger handhaven.


Noot
1

Uit ‘Bestuurlijke opdracht evenementenveiligheid’, Dagelijks Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden, 21-04-2011.