Drank- en Horecaverordening gemeente Laarbeek

1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

• a.

  de wet: Drank- en Horecawet;

• b.

  vergunning: de vergunning als bedoeld in artikel 3 van de wet;

• c.

  paracommerciële inrichting: een inrichting waarin een paracommerciële rechtspersoon in eigen beheer het horecabedrijf exploiteert;

• d.

  teamsport: voetbal, hockey, handbal, korfbal en vergelijkbare

  sporten die in teamverband worden uitgeoefend;

• e.

  individuele sport: tennis, tafeltennis, handboogschieten, dammen, schaken en vergelijkbare sporten.

2. Voor toepassing van deze verordening wordt onder de overige begrippen in deze verordening verstaan hetgeen de wet daaronder verstaat.

1. De burgemeester kan aan een vergunning voor een horecabedrijf voorschriften verbinden.

2. De voorschriften genoemd in lid 1 kunnen alleen worden gesteld:

• a.

  ter bescherming van de volksgezondheid, of

• b.

  in het belang van de openbare orde, of

• c.

  ter bevordering van de naleving van artikel 20 van de wet.

1. Een paracommercieel rechtspersoon dat zich richt op het organiseren van activiteiten van sportieve aard in het kader van teamsport kan alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

• a.

  maandag tot en met vrijdag vanaf 15:00 uur tot 23:30 uur;

• b.

  zaterdag vanaf 15:00 uur tot 20:00 uur;

• c.

  zondag vanaf 12:00 uur tot 20:00 uur.

2. Een paracommercieel rechtspersoon dat zich richt op het organiseren van activiteiten van sportieve aard in het kader van een individuele sport kan alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:

• a.

  maandag tot en met vrijdag vanaf 15:00 uur tot 23:30 uur;

• b.

  zaterdag vanaf 15:00 uur tot 23:30 uur;

• c.

  zondag vanaf 12:00 uur tot 23:30 uur.

3. Voor overige paracommerciële rechtspersonen is het verboden alcoholhoudende drank te verstrekken tussen de volgende tijdstippen:

• a.

  maandag tot en met vrijdag tussen 01:00 uur en 15:00 uur;

• b.

  zaterdag tussen 02:00 uur en 15.00 uur;

• c.

  zondag tussen 02:00 uur en 12:00 uur.

4. Op erkende feestdagen gelden de tijden die in lid 1 t/m 3 van dit artikel zijn opgenomen voor de zondag.

1. De burgemeester kan ontheffing verlenen van de schenktijden genoemd in artikel 3.

2. Aan de ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

1. Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening vervallen voor paracommerciële inrichtingen:

• a.

  de voorschriften en beperkingen die tot dat tijdstip op grond van eerderegemeentelijke verordeningen krachtens de wet zijn gesteld;

• b.

  de ontheffingen die tot dat tijdstip door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester zijn verleend;

• c.

  de tot dat tijdstip gehanteerde schenk- of taptijden.

2. Voorschriften en beperkingen die tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening op grond van eerdere gemeentelijke verordeningen krachtens de wet zijn gesteld aan vergunningen van andere dan in het eerste lid bedoelde inrichtingen, blijven van kracht.

3. Ontheffingen die tot het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening zijn verleend op grond van eerdere gemeentelijke verordeningen krachtens de wet, behalve de in het eerste lid, onder c bedoelde ontheffingen, blijven 12 maanden na inwerkingtreding van deze verordening van kracht. Daarna komen deze ontheffingen te vervallen.