Gedragscode Gemeenteraad Lansingerland 2010

Geldend van 10-02-2011 t/m heden

Intitulé

Gedragscode Gemeenteraad Lansingerland 2010

Hoofdstuk I Kernbegrippen van integriteit

Raadsleden van de gemeente Lansingerland staan ten dienste van alle bewoners, bedrijven, instellingen en bezoekers van de gemeente. Dit vraagt een duidelijke en transparante opstelling van het bestuur waar het gaat om belangenbehartiging, besluitvorming, klantgerichtheid en dienstverlening. Het betekent ook creatief en communicatief zijn en bereid zo nodig een extra stap te zetten voor een goede belangenbehartiging en besluitvorming. Leidende begrippen hierbij zijn:

1.Dienstverlenend

Het handelen van een raadslid is altijd en volledig gericht op het belang van de gemeente en op de bewoners en bedrijven die daar deel van uit maken.

2.Functionaliteit

Het handelen van een raadslid is herkenbaar en herleidbaar naar de functie die hij binnen het bestuur van de gemeente vervult.

3.Onafhankelijkheid

Bij het handelen van een raadslid treedt er geen vermenging op met persoonlijke of oneigenlijke belangen of met belangen van relaties en iedere schijn van belangenverstrengeling wordt vermeden wordt vermeden.

4.Transparantie

Het handelen van een raadslid is open en transparant, ook ten aanzien van zijn zakelijke relaties, zodat altijd optimale verantwoording mogelijk is.

5.Betrouwbaarheid

Een raadslid houdt zich aan zijn afspraken; burgers, collega raadsleden en college kunnen op hem rekenen.

6.Zorgvuldigheid

Het handelen van een raadslid is zodanig dat burgers, bedrijven, collega raadsleden, collegeleden en medewerkers van de gemeentelijke organisatie altijd op gelijke wijze en met respect tegemoet worden getreden en de belangen altijd op een correcte manier worden afgewogen.

7.Vertrouwelijkheid en geheimhouding

Het handelen van een raadslid is zodanig dat burgers, college en collega raadsleden er op kunnen rekenen dat kennis en gevoelige of vertrouwelijke informatie waarover een raadslid beschikt alleen wordt gebruikt voor het doel waarvoor deze bestemd is. Een raadslid voorkomt (mogelijk) misbruik.

8.Duidelijkheid bij belangenbehartiging en besluitvorming

- Voorbereiding van een raadsbesluit:

Een raadslid heeft hierin ook een functie van belangenbehartiging, het adviseren van burgers past daarbij binnen de uitoefening van het raadslidmaatschap;

- Moment van besluitvorming:

Een raadslid handelt hierbij binnen de eigen politieke kaders in het algemeen belang en zonder last of ruggespraak;

- Na besluitvorming:

Onverlet de controlerende bevoegdheden en taken van de raad is het, mede gelet op het beschikken over niet-openbare informatie, niet gewenst dat een raadslid bij juridische geschillen tegen de gemeenteraad of tegen de gemeente als adviseur van de tegenpartij optreedt.

- Genomen besluiten:

Een raadslid maakt gebruik van de controlerende bevoegdheid die hem als raadslid ten dienste staat.

Hoofdstuk II Gedragscode en afspraken bij integriteit

Artikel 1 Algemene bepalingen

  • a) De gedragscode geldt voor alle leden van de gemeenteraad.

  • b) In deze gedragscode worden onder raadsleden tevens commissieleden (niet zijnde raadsleden) van de gemeente Lansingerland verstaan.

  • c) De gedragscode is openbaar en wordt gepubliceerd.

  • d) De leden van de raad en de commissieleden ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de code.

  • e) In gevallen waarin de gedragscode niet voorziet of in geval van twijfel wendt het raadslid zich tot de voorzitter van de raad en de griffier, zo nodig vindt bespreking binnen het presidium plaats.

  • f) Het is de verantwoordelijkheid van ieder raadslid zelf om aan te geven waar van een mogelijk belangenconflict sprake is en zijn handelen daarop af te stemmen.

Artikel 2 Nevenfuncties

  • a) Een raadslid voert geen nevenfuncties, nevenwerkzaamheden of werk in een eigen bedrijf uit waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de gemeente.

  • b) Een raadslid maakt bij de voorzitter van de raad en de griffier melding van (al dan niet betaalde) functies, nevenfuncties en bestuursfuncties die hij heeft.

  • c) Van de nevenfuncties, nevenwerkzaamheden en het werken in een eigen bedrijf wordt een openbare registratie bijgehouden.

Artikel 3 Belangenverstrengeling en aanbesteding

  • a) Een raadslid doet bij de voorzitter van de raad en de griffier opgave van zijn (financiële) belangen die hij in ondernemingen en organisaties heeft waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt en geeft daarbij aan op welke wijze hij zijn handelen hierop zal afstemmen. De voorzitter van de raad en de griffier maken hiervan melding in het presidium. Van de opgave wordt een openbare registratie bijgehouden.

  • b) Een raadslid maakt tijdig aan de voorzitter van de raad en de griffier kenbaar dat hij (financiële) belangen heeft bij aangelegenheden waarover besluitvorming in de raad aanstaande is. Hij geeft daarbij tevens aan of er sprake zal zijn van tegengestelde belangen die zijn functioneren als raadslid mogelijk belemmeren. Ook geeft hij aan op welke wijze hij zijn handelen hierop zal afstemmen. De voorzitter van de raad en de griffier maken hiervan melding in het presidium. Van de opgave wordt een openbare registratie bijgehouden.

  • c) Bij privaat-publieke samenwerking voorkomt een raadslid (de schijn van) bevoordeling in strijd met eerlijke concurrentieverhoudingen.

  • d) Het raadslid neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.

  • e) Het raadslid dat familie–, vriendschap– of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met aanbieders van diensten aan de gemeente onthoudt zich van deelname aan besluitvorming over de desbetreffende opdracht.

  • f) Bij juridische geschillen fungeert het raadslid niet als (juridisch) adviseur van de tegenpartij.

  • g) Een oud-raadslid wordt het eerste jaar na de beëindiging van zijn ambtstermijn uitgesloten van het tegen beloning verrichten van werkzaamheden voor de gemeente.

Artikel 4 Vertrouwelijke informatie

  • a) Een raadslid gaat zorgvuldig en correct om met de informatie waarover hij uit hoofde van zijn raadslidmaatschap beschikt. Over informatie waarover geheimhouding is opgelegd doet een raadslid geen mededelingen aan derden.

  • b) Een raadslid behandelt de hem door de gemeente ter beschikking gestelde computer, de daarop opgeslagen informatie en de toegang tot het Raadsinformatiesysteem en het gemeentelijke netwerk als vertrouwelijk en voorkomt dat derden toegang krijgen tot deze computer en de daarop opgeslagen informatie.

  • c) Een raadslid maakt geen gebruik van de tijdens de uitoefening van het raadslidmaatschap verkregen informatie voor zijn eigen voordeel of voor het voordeel van zijn persoonlijke betrekkingen.

Artikel 5 Geschenken, diensten en uitnodigingen

  • a) Een raadslid neemt geen geschenken of attenties aan. Een uitzondering hierop kan zijn het gestelde in lid b van dit artikel.

  • b) In de sfeer van representatie, public relations of acquisitie kunnen kleine attenties worden uitgewisseld, waarbij als kader geldt dat:

    • ·

      het om kleine attenties gaat met een maximale waarde van €50,00;

    • ·

      de uitwisseling in alle openbaarheid plaatsvindt;

    • ·

      er geen relatie is met geleverde of te leveren (tegen)prestaties.

  • c) Attenties die dit kader te buiten gaan worden door een raadslid geweigerd of teruggegeven, waarna melding wordt gedaan bij de voorzitter van de raad en de griffier. De voorzitter van de raad en de griffier maken hiervan melding in het presidium. Van de melding wordt een openbare registratie bijgehouden, waarna de griffie de betrokken relatie schriftelijk inlicht over de overwegingen bij de weigering of teruggave.

  • d) Een raadslid neemt geen diensten of uitnodigingen aan van en/of met mogelijke opdrachtgevers of leveranciers.

Artikel 6 Gebruik gemeentelijke materialen en voorzieningen

  • a) Gebruik van gemeentelijke eigendommen, materialen en voorzieningen voor privé-doeleinden is niet toegestaan.

  • b) Een raadslid kan op basis van een bruikleenovereenkomst de beschikking krijgen over gemeentelijke voorzieningen zoals een mobiele telefoon, computer of fax als dit voor uitoefening van het ambt noodzakelijk is.

Artikel 7 Reizen

  • a) Een raadslid neemt geen reizen of andere uitstapjes naar bijvoorbeeld evenementen aan;

  • b) Een raadslid overlegt over functionele reizen en andere uitstapjes naar bijvoorbeeld evenementen die in het belang van de gemeente zijn vooraf met de voorzitter van de raad en de griffier, waarbij doel en beleidsdoelstellingen worden afgewogen en waarbij het gemeentelijk belang doorslaggevend is.

Artikel 8 Uitgaven en declaraties

  • a) Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond.

  • b) Voor bepaling van de functionaliteit van gemaakte en te declareren kosten worden de volgende kaders gehanteerd:

    • ·

      met het maken van de kosten is het belang van de gemeente gediend;

    • ·

      de te maken kosten vloeien voort uit de uitvoering van het raadslidmaatschap.

  • c) Een raadslid declareert gemaakte kosten die conform de geldende administratieve en fiscale regelingen voor vergoeding in aanmerking komen.

  • d) Een raadslid declareert geen kosten die al op een andere wijze worden vergoed.

  • e) Een raadslid declareert gemaakte kosten binnen twee maanden na het ontstaan ervan op het daarvoor vastgestelde declaratieformulier waarbij de originele betalingsbewijzen zijn gevoegd en de functionaliteit van de uitgave wordt vermeld.

  • f) In geval van twijfel over een declaratie wordt deze voorgelegd aan het presidium.

Artikel 9 Sancties

  • a) De gedragscode vormt de basis voor de voorzitter van de gemeenteraad bij de beoordeling van gedragingen van leden van de gemeenteraad. De voorzitter kan een vertrouwelijke en/of openbare berisping geven.

  • b) De raad kan wegens schending van de gedragscode besluiten tot een sanctie. Het raadslid in kwestie onthoudt zich daarbij van stemming.

  • c) Indien een fractie of raadslid zich in strijd met de gedragscode gedraagt dan kan de raad de volgende sancties toepassen:

  • - een openbaar oordeel uitspreken;

  • - het ontslaan uit een bijkomende functie die hij als raadslid vervult en waarin hij door de raad is benoemd;

  • - niet deelnemen aan voor de raad georganiseerde activiteiten;

  • - het afnemen van faciliteiten die aan de fractie of raadslid door de gemeente ter beschikking zijn gesteld;

  • - het in rekening brengen van kosten bij misbruik van faciliteiten.

Artikel 10 Intrekking

De Gedragscode Gemeenteraad Lansingerland 2007 wordt met de inwerkingtreding van deze gedragscode ingetrokken.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze gedragscode treedt een dag na publicatie in werking.

Artikel 12 Citeertitel

Deze gedragscode kan worden aangehaald als “Gedragscode Gemeenteraad Lansingerland 2010”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 25 november 2010
de griffier, de voorzitter,
Kees van ’t Hart Ewald van Vliet